+ Plus

Vergelijkingstest Harley-Davidson Ultra Classic Electra Glide – Honda GL1800 Gold Wing

‘’Un Royaaale with cheeese’’, John Travolta’s semi-Franse vertaling van een Quarter Pounder met kaas rolde er zo heerlijk smeuïg uit in de cultklassieker Pulp Fiction. Van het ‘royaaale’ soort zijn ook deze nadrukkelijk geproportioneerde Harley-Davidson Ultra Classic Electra Glide en de Honda GL1800 Gold Wing. Onbetwiste culthelden in hun eigen wereldje, maar anderzijds maken dat haast overweldigende XXXL-formaat en alle pracht en praal de scheidslijn met pulp in het grote geheel wel flinterdun. Gevalletje overdaad schaadt?Pff, een lastige vraag om mee te beginnen. Een vraag met een nogal subjectieve lading ook. Feit is dat zowel de Harley-Davidson als de Honda meer dan ruim bemeten zijn. De vier motorparkeerplaatsen bij ons pand zijn in ieder geval in één grote klap gevuld. Hier staat een serieuze hoeveelheid motorfiets. Niet alleen in omvang, maar zeker ook in waarde. De beide slagschepen vertegenwoordigen namelijk een gezamenlijke waarde van een dikke € 60.000,-! Alhoewel beide machines gemaakt zijn om afstanden af te leggen, de Honda een stukje meer dan de Harley, is het verschil in uitstraling en imago levensgroot. De Amerikaan ademt met zijn forse ‘Batwing’ kuip, beenkappen, dikke V-twin en vooral veel chroom helemaal de relaxte sfeer van de jaren dertig, terwijl de Japanner zich vooral voorstaat op zijn zakelijke voorkomen. Statige ronde vormen en goed verstopte zescilindertechniek(!). Wat ze dan wel weer gemeen hebben, is dat het beide motoren zijn waar je helemaal voor moet gaan. Je valt als er een blok voor of je vindt het helemaal niets. Een tussenweg is er niet. Ook de aankleding komt wel weer aardig overeen, want het is een en al luxe wat de klok slaat. Massa’s bergruimte in de ruime koffersets en een aankleding om de vingers lekker langzaam bij af te likken. Hier zijn de puntjes op de ‘i’ gezet!Dat dit luxepaardjes zijn merk je al bij het opstappen. Het bestijgen van de Gold Wing is bijvoorbeeld als het neerploffen in het business class leer van een Boeing 747, een warme en luxueuze ervaring. Doe je ogen dicht en je ziet ogenblikkelijk die charmant glimlachende stewardess staan, die je beleefd als altijd op de nooduitgangen, de gangpadverlichting, de zuurstofmaskers en het reddingsvest wijst. Nadat ze je vriendelijk een drankje heeft voorgeschoteld, pak je de afstandbediening en tover je een ontspannen filmpje op het kleine tv-scherm voor je. Spiek je vervolgens even tussen je oogleden door, dan blijft deze aangename sensatie grotendeels overeind. Goed, die prettige stewardess is verdwenen, maar het zachte leer onder de billen is nog even prettig en het reddingsvest is in zekere zin ook nog aanwezig. Deze versie van de Gold Wing is namelijk als eerste productiemotor standaard van een airbag voorzien. Door deze airbag wordt de kans op dodelijk letsel bij een zijdelingse impact met een auto in ieder geval een heel stuk kleiner, zo hebben diverse testen inmiddels uitgewezen. Testwerk dat wij bij voorkeur aan anderen over laten, maar het is wel een prettige wetenschap dat er naast de actieve veiligheid van Honda’s inmiddels vermaarde gecombineerde ABS-remsysteem ook een belangrijk stukje passieve veiligheid aan boord van deze Gold Wing is. Ook nieuw op deze flink aangeklede Gold Wing is een navigatiesysteem met een goed gepositioneerd scherm tussen het contactslot en het klokwerk. Dat scherm kennen we natuurlijk al van de standaardversie, maar het vervult nu dus een dubbelfunctie. Driedubbelfunctie eigenlijk, want naast de boordcomputer en het navigatiesysteem maakt ook het uitgebreide audiosysteem gebruik van dit scherm. En nu we toch in de systemen zitten: een comfortsysteem met handvatverwarming, zadelverwarming voor rijder en passagier en ventilatie/verwarming voor onderbenen en voeten is eveneens standaard. Zo zit je er in dit frisse jaargetijde toch behoorlijk warmpjes bij. Als ‘systeembeheerder’ heb je voorwaar geen gemakkelijke baan, want om alle systemen te bedienen is het commandocentrum van deze Gouden Vleugel rijkelijk van knoppen en schakelaars voorzien. De stuurhelften, de zijpanelen, het navigatiescherm en zelfs de duoplek, overal kun je je helemaal laten gaan als het op draaien en drukken aankomt. Een doorgewinterde 747-gezagvoerder zou er nog slapeloze nachten van krijgen en wat dat betreft is een avondje zelfstudie met het instructieboekje op schoot absoluut geen overbodige luxe voor je ‘maiden flight’ met deze Gold Wing. Vergeleken met de Japanner doet de cockpit van de Amerikaan eerder aan een eenvoudige Cessna denken dan aan een 747, maar ook hier overstijgt het aantal knoppen en schakelaars met gemak dat van gekende toerbuffels als een Honda Pan-European of Yamaha FJR1300. Wel ziet het er allemaal stukken overzichtelijker en behapbaarder uit dan het uitgebreide controlepaneel van de Gold Wing, een tikje soberder zo je wilt. Karig bedeeld is de Harley echter allerminst. Ook hier wordt het achterste verwend door een eersteklas leren fauteuil. ABS is inmiddels eveneens standaard op de Harley en net als de Honda is de Electra Glide voorzien van een audiosysteem (een 80 Watt setje van Harman-Kardon) en cruise control. Wel moet ‘ie het stellen zonder navigatiesysteem en airbag en ook zonder comfortabel verwarmde handvaten en zadel. Dat scheelt toch al snel een knop of wat in de cockpit, die verder door de aanwezigheid van onder andere een oliedrukmeter en een spanningsmeter een haast nostalgische sfeer ademt. Goed, genoeg over systemen, knopjes en schakelaars. Van luxe moet je genieten, stilstaand heb je er immers weinig aan. Hoogste tijd dus om op een van de laatste echt mooie dagen van het jaar uit te vliegen. Een binnenlandse vlucht dit keer, van de Achterhoekse knusheid naar de weidse poldervlakten van de kop van Noord-Holland, waar in de haven van Enkhuizen een dampende kop koffie en een uitsmijter wachten. Inderdaad, zo simpel kan het leven zijn. Na een druk op de startknop, die beide mastodonten overigens met enthousiasme beantwoorden, wordt meteen duidelijk dat we niet alleen qua uiterlijk twee totaal verschillende soorten vlees in de kuip hebben. De Harley steekt zijn afkomst na de eerste bougievonken duidelijk niet onder stoelen of banken. De vette klanken uit de dubbelloops vuurmonden zijn onmiskenbaar die van ‘Milwaukee Iron’. Die klanken zijn wel een tikje gewichtiger dan voorheen trouwens, want sinds dit jaar hangt er ook tussen de stalen framebuizen van de Electra Glide een Twin Cam 96 en dat betekent in de praktijk meer cilinderinhoud en spierkracht. De boring x slag bedraagt nu 95,3 mm x 111,1 mm en daarmee komt de longcapaciteit op een dikke 1584 cc. Qua pk’s blijft de teller nu steken op 82 pk bij 5200 tpm, maar in de wereld van de – nog immer – luchtgekoelde 45° V-twin met stoterstangen draait alles uiteraard om een stevig gespierd koppel en dat groeide door de vervanging van de Twin Cam 88 naar een volvette 127 Nm bij een lekkere luie 3500 krukasomwentelingen per minuut. Alhoewel het blok van de Electra Glide, net als alle Dyna’s en Tourers, in rubber is opgehangen, is dat zo stationair draaiend niet ten koste van die overbekende Amerikaanse charme gegaan. Het brede en klassiek gelijnde roestvrijstalen stuur hobbelt gemoedelijk mee op de lome cadans van de verbrandingsklappen uit het vooronder en ook in het zadel is deze ritmische vibratie voelbaar. De Gold Wing doet het zonder deze Amerikaanse interpretatie van ‘joie de vivre’ en komt duidelijk minder frivool tot leven, op het zakelijke af bijna. Maar laat je vooral niet het bos insturen door een allereerste indruk, want het wat timide eerste levensteken wordt na een korte draai aan het gashendel op niet mis te verstane wijze overstemd door het magistrale turbineachtige keelgeluid van de zes cilinders op de benedenverdieping. Halleluja, en of er leven in die Gold Wing brouwerij zit! De techniek achter dat bronstige stemvolume is al een aantal jaar vertrouwd, want sinds 2001 wordt het voorschip van de Gold Wing bemand door een vloeistofgekoelde 1832 cc zescilinder boxermotor met een enkele bovenliggende nokkenas per cilinderrij en twee kleppen per cilinder, een constructie die in feite te vergelijken is met de boxerblokken van Porsche. Wat prestaties betreft heeft deze massieve jongen natuurlijk wel wat meer noten op zijn zang dan de technisch gezien haast klassieke luchtgekoelde V-twin in de Harley-Davidson. De 82 pk’s van de Harley steken wat magertjes af tegen de 118 pk die de Japanner bij 5500 toeren weet te mobiliseren. En hetzelfde geldt voor het maximum koppel dat met 167 Nm bij 4000 omwentelingen nog een flinke schep meer is dan de 127 Nm van de Harley. Opvallend is wel dat de toerentallen waarbij die maximale waarden worden geleverd niet zo gek ver uit elkaar liggen en dat geeft al aan dat het bij deze toerbonken niet op topprestaties aankomt, maar juist op lekkere en forse trekkracht van onderuit de kelder, souplesse dus. En op souplesse gaat het dan ook via lommerrijke weggetjes door Achterhoekse dorpjes als Halle, Zelhem en Hengelo, waar de kerkpleinen inmiddels zijn bedekt met een tijdelijk plaveisel van roestbruin herfstblad, in noordwestelijke richting omhoog. Op dit traject, waar de dorpen nog ouderwets door vrolijk slingerend stuurasfalt aan elkaar worden gevlochten, is het steeds de Gold Wing die het voortouw neemt en niet alleen vanwege het navigatiesysteem. Het blok van de Honda is werkelijk fenomenaal! Het draait zijdezacht en hinderlijke trillingen of ander ongerief valt nergens te bespeuren. De machtige zespitter levert koppel als een tractor en trakteert op een betoverend donker geluid als je het gas even flink open schroeft. Dat hoef je eigenlijk niet eens te doen, want trekkracht is over het hele toerenbereik in ruime mate voorhanden. In feite zou je de vijfbak al na honderd meter in de hoogste versnelling kunnen zetten, waarna de Gold Wing je soepel door het landschap trekt. Als het er op aan komt verdwijnt de Harley al snel uit de spiegels, maar dat is wel het laatste waar je om maalt in het zadel van de Electra Glide. De Twin Cam 96 motor is namelijk een echte vooruitgang, zowel qua vermogen als qua geluidsbeleving. Om met dat laatste te beginnen: in één van beide uitlaatdempers zit een klep, die in rustig stadsverkeer nagenoeg gesloten is en langzaam opengaat als de snelheid wordt opgevoerd. Vergeleken met het oude model is dat absoluut ten goede gekomen aan de vette geluidsproductie van de V-twin. Met dat opvoeren van het tempo heeft de Amerikaan absoluut geen problemen, alleen gebeurt dat minder opwindend dan bij de Honda. Toch gedijt de Harley het best bij wat meer gematigde snelheden. Snelheden die corresponderen met lekker lage toerentallen tussen 3000 en 4500 tpm en waarbij je je op een overweldigende koppelgolf op het ritme van de weg surft, ‘The American Way’ dus. Af en toe een smeuïg streepje gas en weer lekker uit laten rollen. En dat je dan wat later op de plaats van bestemming komt? Wat maakt het uit? Overigens hangt de Twin Cam 96 zo zacht als een pakje boter aan het gas en ook dat mag je onder het kopje vooruitgang plaatsen. Onder dat zelfde kopje is ook plaats voor de verbeterde remmen, die tegenwoordig van ABS zijn voorzien. Voor het eerst in de Harley-geschiedenis kan er dus zonder blokkeren hard worden geremd. Maar ook met ABS blijft remmen met zo’n flink uit de kluiten gewassen Amerikaan een behoorlijke klus. Om de voorpartij optimaal te laten vertragen, heb je dan ook minimaal drie vingers aan het remhendel nodig. Desondanks is het remgevoel niet optimaal, een beetje doods. Ook de vertraging van het achterwiel houdt te wensen over, zeker gezien het hoge gewicht dat op de achterpartij rust. Bij Honda beheersen ze de kunst van het remmen tot in de kleinste finesses en de Gold Wing vormt daarop geen uitzondering. Het gekoppelde DCBS-remsysteem en het ABS doen het uitstekend. De remmen grijpen heel mooi aan en bouwen meteen een glasheldere en stevige remdruk op. Het remsysteem is trouwens gekoppeld aan de ingaande demping van de voorvork, waardoor hinderlijke duikbewegingen zich niet voordoen. Het navigatiesysteem van de Gold Wing is trouwens een systeem dat je graag in actie ziet, in tegenstelling tot de inpandige airbag uiteraard. Makkelijk om de tuin te leiden is het niet, blijkt als we het GPS aan de boorden van de Veluwe met een kluitje het riet in proberen te sturen. We wijken via een klein weggetje van de geplande route af, maar het navigatiesysteem springt er onmiddellijk bovenop en stippelt bijna à la minute een alternatief uit. In tegenstelling tot veel autonavigatiesystemen probeert het systeem je dus niet nog kilometerslang te verleiden tot het maken van een U-bocht om weer op de oorspronkelijke route uit te komen. Het interpreteert de omweg dus min of meer als een door de rijder vrijwillig gekozen route en past zich snel aan de veranderde situatie aan met een alternatief plan van aanpak. Uiteindelijk gaan we zelf in de fout in een poging het GPS om de tuin te leiden door ongemerkt een weg in te rijden die halverwege overgaat in een zandpad. De verwoede pogingen van het systeem om ons rechtsomkeert te laten maken, slaan we stoïcijns in de wind. Dom, dom, want uiteindelijk staan we bijna met de voeten in het mulle zand. Keren maar, en dat is koren op de molen van een groepje Nordic wandelaars, dat wild gebarend met hun prikstokken het zandpad af komt gestiefeld nu er twee middenformaat vliegdekschepen serieus midscheeps in hun ‘territoriale wateren’ voor anker liggen. Voor er echter een nietsontziende Kamikazeaanval wordt ingezet op de voorplecht van de Electra Glide, die het eerst aan de keermanoeuvre is begonnen, houdt het groepje plotseling halt en begint, steunend op de stokken, schamper te lachen. Niet geheel ten onrechte, want het keren van de zwaarlijvige Harley is een tamelijk kolderiek gebeuren, waarbij enige vaartechnische kennis zeker niet verkeerd is. Maar wie het laatst lacht, lacht nog altijd het best. Na het gezwoeg met de Electra Glide draait het inmiddels reuze enthousiaste publiek lekker warm voor een nog veel komischer act met de Gold Wing, die de Harley in formaat inderdaad met gemak overtreft. Maar die pret is van korte duur. Een druk op de knop en het daar op volgende zoemende geluid doen het gegiechel abrupt verstommen. Al even abrupt maakt de haast geboetseerde grijns op de gezichten plaats voor een blik van opperste verbazing als de Gold Wing bijna decadent traag automatisch achteruit begint te rollen. De stumpers! Hopla, nog één keer steken en het spel is alweer op de wagen. Die elektronische achteruit blijft toch een heerlijke uitkomst op een fiets van dit kaliber. Jammer is dan weer dat de vijfbak van de Honda niet helemaal weet te overtuigen. De bak is luidruchtig, zeker in de laagste twee versnellingen, en is in de derde en vierde versnelling niet altijd even trefzeker. Dat laatste is waarschijnlijk te wijten aan een iets te hoge stand van het schakelpedaal. Ronduit prettig is het overdrive-karakter van de vijfde versnelling waardoor het blok minder toeren draait en aangenaam rustig loopt. Bovendien bespaar je er brandstof mee, ook niet onbelangrijk. Op zich springt de Gold Wing redelijk voorzichtig om met dat steeds kostbaarder wordende sap. Scores tussen pakweg 1 op 14 en 1 op 18 zijn geen probleem, tenminste zolang je niet toegeeft aan het machtig opzwepende geluid van de zespitter. Doe je dat wel en geef je de Gold Wing flink op z’n falie, dan spuit het injectiesysteem aanzienlijk meer benzine in de zes kelen van de Honda. De 1 op 10 komt dan akelig dichtbij. De ruime tankinhoud van 25 liter zorgt er dan wel weer voor dat de actieradius minimaal een forse 300 kilometer bedraagt.Met de Harley-Davidson zijn soortgelijke waarden realiseerbaar, maar de uitschieters naar beneden zijn een stukje minder fors dan bij de Gold Wing het geval is. Met het Twin Cam 96 blok kreeg de Electra Glide trouwens ook een nieuwe zesversnellingsbak. Die overtreft de bak van de Honda wat geluidsproductie betreft, maar ook qua schakelprecisie. De koppeling mag dan wel niet superlicht werken, de versnellingen vallen – alhoewel een tikje hakerig – wel steeds lekker doeltreffend op hun plek. En net als de Gold Wing is ook de hoogste versnelling van de Harley een overdrive, waardoor ook de V-twin op kruissnelheid minder toeren draait. Met beide bakken in die overdrive glijden we gemoedelijk over de dertig kilometer langer Houtribdijk die Lelystad en Enkhuizen met elkaar verbindt. Links en rechts van de dijk warmen het Markermeer en het IJsselmeer zich nog snel even aan dat wat waarschijnlijk de laatste restjes van het najaarszonnetje zijn. Zo kalm als de goudomfloerste golfjes tegen de basaltblokken van de dijk klotsen, zo onrustig is het achter de etalageruit van de Gold Wing. Een zuidwesterstorm is het nog net niet, maar windstil is anders. De ruit zorgt voor behoorlijk wat turbulentie en dat is er nauwelijks uit te filteren als je wat met de hoogte begint te spelen. Dat kan trouwens alleen handmatig en dat is op een fiets met deze allure toch wel een misser. Zou na al die jaren toch gewoon elektrisch moeten kunnen en dat geldt ook voor de ruit van de Harley, die overigens helemaal geen stelmogelijkheid heeft. De ruit van de Electra Glide klopt qua werking dan wel weer helemaal. Hij is niet te hoog, waardoor je er makkelijk overheen kijkt, maar houdt toch behoorlijk veel wind van de borst- en schouderstreek weg en is daarnaast opvallend stil. Opvallend is ook de onverstoorbaarheid waarmee het duo groottoeristen over de haast kaarsrechte dijk richting Enkhuizen rolt, recht zo die gaat schipper! Tja, wat wil je ook met machines die rijklaar met gemak meer dan 400 kilo mobiliseren? Anders dan je misschien na het lezen van de vorige zin zou denken, zijn al die kilo’s verrassend makkelijk in goede banen te leiden als de weg een frivolere lay-out krijgt en dan vooral die van de Gold Wing. Ben je eenmaal gewend aan het hoge gewicht, dan geeft de Honda je werkelijk vleugels en laat ‘ie zich net zo makkelijk en vanzelfsprekend op één oor leggen als bijvoorbeeld een Pan-European. Aangespoord door die ophitsende zespits-grunt stort je jezelf al snel in een intens kronkelende salsa met het bochtenparcours voor je, waarbij je bijna zou denken dat de Gold Wing ook een automatische piloot aan boord heeft. Het knopje om die in te schakelen hebben we tussen de knoppenbrei niet kunnen vinden, maar lieve help wat geeft het een machtig gevoel om met zo’n apparaat de ene na de andere bocht als kralen aan een ketting aaneen te rijgen. Goed, door het gewicht wordt het natuurlijk nooit zo’n scheermes als een scherpe naked, maar de Honda voelt continu zeer stabiel en neutraal aan, alles is gewoon perfect in balans. Door de diepe zit en het lage zwaartepunt laat de kolos zich haast doodeenvoudig mennen en alhoewel de vering voornamelijk is toegesneden op het bieden van comfort, blijven de veerelementen ook steeds mooi volgen als het vuur wat hoger wordt opgestookt. De feedback is daarbij steeds glashelder. Gemak dient de Gold Wing-mens ook als het op de vering aankomt, want de veervoorspanning is per compressordruk te verstellen. Uiteraard heeft de Honda ook zijn beperkingen, want in de wat krappere bochten ‘stuur’ je redelijk vlot tegen de grenzen van de grondspeling aan. Voetsteunen en onderkuip toucheren dan al snel het asfalt, wat vooral in het laatste geval natuurlijk zonde is. Met de Electra Glide is het wat dat betreft een stukje treuriger gesteld. Kort werk of vloeiende en ruime bochten, de Harley heeft weinig reserve als het om grondspeling gaat. De opklapbare treeplanken lijken al over het asfalt te schrapen als je alleen maar aan een bocht denkt. Als het op sturen aankomt, moet de Harley duidelijk inleveren op de Honda. De Amerikaan is beduidend minder in balans en overtuigend dan zijn tegenstrever uit het Verre Oosten en dat uit zich met name in een matige koersvastheid. Het rijwielgedeelte voelt in het bochtenwerk een tikje beweeglijk en elastiekerig aan en heeft moeite met snel opeenvolgende bochtcombinaties, zeker als het wegdek niet in al te beste staat verkeert. Heel verontrustend is dat sponzige gevoel niet, het is alleen continu aanwezig op een bochtig traject en dat stoort op den duur. Ook kort bochtenwerk rondt de Harley met een wat wringend gevoel, iets dat redelijk te ondervangen is door de Electra Glide met dwingende hand de bocht door te drukken. Maar dat moet je dan ook weer niet overdrijven, aangezien je vervolgens al weer snel met de zeer beperkte grondspeling te maken krijgt. Eigenlijk is er maar één remedie in het zadel van de Harley en de Eagles zongen het al: ‘Take it Easy!’. Een ‘Royaaale with cheese’ staat helaas niet op de kaart, als we in het haventje van Enkhuizen aanmeren voor een verlate lunch. Tja, dan moeten we de beide mastodonten maar onder het genot van een bovenmodale uitsmijter de maat nemen. Kil beredeneerd is de keuze niet echt moeilijk, want de Gold Wing is de Harley-Davidson op nagenoeg alle vlakken de baas. Het blok presteert beter, hij stuurt stukken strakker, de remmen zijn twee klassen beter en waar de Electra Glide ‘begeistert’ met zijn merkimago heeft ook deze Honda een heuse en vooral machtige X-factor: die betoverende zescilinder in het vooronder. Uitgemaakte zaak. Klinisch bekeken inderdaad, maar wat voor waarde hebben deze constateringen nog als je domweg eens een blik werpt op de lijst met de tien best verkochte motoren is Nederland? Bij de eerste tien motoren tref je liefst drie Harley’s aan, waaronder de Touring-familie waar ook deze Electra Glide bij hoort. De Gold Wing is in geen velden of wegen te bekennen. TECHNISCHE GEGEVENSHARLEY-DAVIDSON ULTRA CLASSIC ELECTRA GLIDEMOTOR luchtgekoelde tweecilinder viertakt 45° V-motor, twee onderliggende tandwiel aangedreven nokkenassen, twee kleppen per cilinder, dry-sump smering, benzine-injectie, katalysator, mechanisch bediende natte meerplaatskoppeling, zesversnellingsbak, tandriem.Boring x slag 95,3 x 111,1 mmCilinderinhoud 1584 ccCompressie 9,2 : 1Max. vermogen 60 kW (82 pk) bij 5200 tpm Max. koppel 127 Nm bij 3500 tpmRIJWIELGEDEELTE stalen dubbel wiegframe, telescoop voorvork Ø 41 mm, stalen swingarm, twee luchtondersteunde schokdempers, veervoorspanning verstelbaar, dubbele schijfrem voor, Ø 292 mm, vierzuiger remklauwen, schijfrem achter, Ø 292 mm, vierzuiger remklauw, ABS. Banden MT90B16; MU85B16MATEN EN GEWICHTEN wielbasis 1620 mm, balhoofdhoek 64°, naloop 157,5 mm, veerweg v/a 117/76 mm, zithoogte 750 mm, drooggewicht 375 kg, tankinhoud 22,7 literGarantie 2 jaarKleuren koper, zwart, blauw, wit, rood en diverse two-tonesPrijs NL v.a. € 29.895,- / B v.a. € 26.095,- INFO NEDERLAND EN BELGIË Harley-Davidson Benelux, www.harley-davidson.nl of www.harley-davidson.be HONDA GL1800 GOLD WINGMOTOR vloeistofgekoelde zescilinder viertakt boxermotor, enkele bovenliggende nokkenas per cilinderrij, twee kleppen per cilinder, wet-sump smering, benzine-injectie Ø 40 mm, geregelde katalysator, natte meerplaatskoppeling, vijfversnellingsbak, cardan. Boring x slag 74,0 x 71,0 mmCilinderinhoud 1832 ccCompressie 9,8 : 1Max. vermogen 87 kW (118 pk) bij 5500 tpmMax. koppel 127 Nm bij 4000 tpm RIJWIELGEDEELTE aluminium brugframe, hydraulische voorvork, Ø 45 mm, enkelzijdige swingarm met monoschokdemper, elektrohydraulisch regelbare veervoorspanning, 2 memostanden, dubbele schijfrem voor, Ø 296 mm, driezuiger remklauwen, schijfrem achter, Ø 316 mm, driezuiger remklauw, DCBS + ABS.Banden 130/70R18; 180/60R16 MATEN EN GEWICHTEN wielbasis 1690 mm, balhoofdhoek 60,85°, naloop 109 mm, veerweg v/a 140/105 mm, zithoogte 740 mm, drooggewicht 381 kg, tankinhoud 25 liter.Garantie 2 jaarKleuren zilver, zwart, roodPrijs NL € 33.390,- / B €28.990,-INFO Honda Nederland BV, 020-707 00 00, www.honda.nl INFO BELGIË Honda Belgium NV, tel. 053-725 111, www.honda.be

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...