+ Plus

Reizen Iran

Waarom zou je naar Turkije gaan, vragen velen zich af. En nog gekker: waarom zou je daar vandaan doorreizen naar Iran? De Alpen en het Zwarte Woud zijn ook mooi en vol goede stuurwegen. Maar een keer ‘out of the box’ denken en je maakt een motoravontuur waar je jaren later nog de mooiste herinneringen aan hebt.

De sneeuw ligt volop in Nederland, als we op weg gaan naar Plovdiv in Bulgarije. Daar ontmoeten we onze reisgenoten voor deze ruim vijf weken lange tocht door Turkije en Iran. Het is nog maart en een gemoedelijk zonnetje verwelkomt ons als we de motoren starten. Dat is in ieder geval een goed begin.
De groep motorrijders waarmee we door Turkije en Iran reizen is divers en zo ook de motoren. Er zijn de onontkoombare BMW GS-sen, maar ook een Yamaha 600 ééncilinder, twee nieuwe Honda Afrika Twins en zelfs een zijspan inclusief passagiere. Een bont gezelschap, allemaal klaar voor het avontuur.
De spanningen die de afgelopen tijd zijn ontstaan tussen Nederland en Turkije vinden geen weerslag bij de grens. Professioneel en uiterst vriendelijk worden we ontvangen en we gaan vlot op pad naar Istanbul. De stad verhult geen enkel moment dat er net zoveel mensen wonen en werken als in heel Nederland en ook wij bewegen met de stroom mee en gaan op in de massa, om de stroom weer te verlaten als die niet onze kant op gaat. Istanbul heeft een rijke historie, die terug te vinden is in alle delen van de stad. Voor een eerste bezoek is de wijk Sultanhamet een prima plek om neer te strijken. Hier staan de grote paleizen en moskeeën zoals de Aya Sofia en de Blauwe Moskee. Hier vind je ook de souks; de grote overdekte markten. We laten de motor even op stal om ons hier onder te dompelen in een andere cultuur.

Na Istanbul bekeken te hebben, wordt het weer tijd om het rubber te laten rollen. Via de binnenlanden rijden we door een prachtig heuvelachtig gebied langs Polatli naar Goreme. Goreme ligt in het hart van de streek Cappadocië, een vulkaanachtig gebied waar de wind de zachte rotsformaties heeft omgetoverd in een grillig landschap. Dit landschap was uitermate geschikt om in te wonen en de vroege bewoners hakten dan ook massaal gaten in de bergwanden om huizen in te bouwen. Een prachtig gezicht en helemaal mooi wanneer je zeer vroeg in de ochtend een ballonvaart maakt om je in alle stilte, af en toe onderbroken door de blazende gasvlam van de ballon, te verbazen over hoe de natuur een samenleving kan vormen. Naast dat ‘geballon’ kun je natuurlijk het beste de omgeving verkennen op de motor, want wat een genot om hier te rijden. Geen opstoppingen of treuzelende zondagsrijders met caravans, hooguit een koppige ezel kom je tegen.
We vervolgen onze tocht richting Malatya over een brede, nieuwe, bochtige en verlaten weg. Sommige puristen rijden liever over het smalle bergweggetje dat er parallel aan loopt, maar deze weg is zeker geen straf en de uitzichten zijn zo mooi dat je jezelf ertoe moet dwingen om toch ook de aandacht op de weg te houden.
Malatya zelf is een perfecte pleisterplaats om een uitstapje naar de berg Nemrut en/of de vele stuwdammen in de omgeving te maken. Op de top van Nemrut staat een 50 m hoge grafheuvel, waarschijnlijk van koning Antiochus Theos (69 – 40 v. Chr.) met ervoor een aantal stenen sculpturen waaronder leeuwen, twee adelaars en verscheidene Griekse, Armeense en Perzische goden. Rondom de grafheuvel liggen de stenen hoofden van de beelden.

De laatste dag-etappes in Turkije gaan we via Erzurum naar Dogubayazit. Dit is de laatste grote stad voor de grens met Iran en de stad werd in het verleden vooral in verband gebracht met de smokkel van drugs en benzine. Die grimmige sfeer is verdwenen, maar het zogenaamde grensgevoel – Iran ligt 50 km verder – is hier al volop aanwezig; alles is er te koop in de honderden winkeltjes en stalletjes op straat. Je ziet hier dus ook een vers geslacht schaap langs de straat hangen, wachtend op kopers. De stad komt pas in de loop van de ochtend langzaam tot leven, maar bruist dan door tot 11 uur ‘s avonds.
Maar er is meer want 5 kilometer ten zuiden van de stad ligt op een schitterende plek het Ishak Pasha paleis, dat lijkt weggelopen te zijn uit een Duizend-en-een-nacht sprookje. Vanaf het paleis heb je bij helder weer ook een geweldig uitzicht over de Ararat berg, die met 5.137 meter de hoogste in Turkije is. Het is de beroemdste berg uit de Bijbel, omdat Noah na 40 dagen in de ark rondgedreven te hebben, hier op deze berg weer aan land gekomen zou zijn.
Wij rijden door naar Iran. De grensovergang is relatief eenvoudig; we passeren hem met onze groep in ongeveer twee uur. Iran is een land dat door velen gevreesd of verguisd wordt, maar of dat allemaal terecht is? In ieder geval is onze gids Hassan een hele vriendelijke, goedlachse man. Zijn Engels is perfect en zijn Farsi – de officiële taal in Iran – gelukkig ook. Al snel maken we dan ook kennis met de vriendelijkheid van de bevolking. Het is zelfs alsof we van een andere planeet komen, want de één na de ander wil met ons op de foto en vooral de vrouwen in ons gezelschap krijgen veel belangstelling van de Iraanse vrouwen.
De meeste Iraanse vrouwen zijn ook veel minder extreem gekleed dan we in het westen denken. Die beeldvorming is overduidelijk het gevolg van wat bij ons zichtbaar is in de media. Natuurlijk zien we ook vrouwen in een bijna alles bedekkende chador, maar de meeste vrouwen, zeker de jongere, lopen er modern bij. Wel dragen ze altijd een hoofddoek en korte rokjes en blote armen zijn uit den boze, maar doorgaans zien ze er zeer smaakvol gekleed uit. Trouwens ook de mannen lopen er modern bij, alhoewel korte broeken hier niet gewaardeerd worden. Zeker niet in de dorpen, waar de tijd toch wel stil lijkt te hebben gestaan.

“Grote familie?”, wordt me gevraagd door een nieuwsgierige man die langs de kant van de weg meloenen verkoopt. “Friends,” maak ik er maar van, en voeg eraan toe dat mijn vrouw thuis zit. De man begrijpt het, knikt goedkeurend en stelt zijn volgende vraag. Aan zijn handgebaren te zien wil hij weten of ik kinderen heb, maar mijn antwoord lijkt niet goed te zijn. Hij tilt een hummeltje dat op de grond zit te spelen omhoog, trekt zijn broek naar beneden en wijst naar z’n piemeltje. “Ja?” vraagt hij en knikt hoopvol. “Hij wil weten of je een zoontje hebt,” komt Hassan te hulp.
Het is druk op de wegen, drukker dan normaal volgens Hassan. Reden is dat de mensen het nieuwe jaar (Noroez) vieren. Het nieuwe jaar begint in Iran op 21 maart, maar de viering ervan vangt al een week eerder aan en loopt ook door tot 28 maart. Traditioneel staan gedurende deze viering in veel huizen, maar ook bij veel bedrijven en in hotels, een vitrine met zeven produkten erin waarvan de namen allemaal met een S beginnen: Sabze (linzengras), Samanu (een zoet gebak), Senjed (oleasterbes), Sir (knoflook), Sib (appel), Somaq (sumacbes) en Serke (azijn). Ook staat er een kom met goudvissen in, al doet niet iedereen dat, want waar moet je met die vissen heen wanneer het jaar één week oud is? De scholen zijn in deze periode dicht en ook veel bedrijven sluiten de poorten. Veel mensen gaan op familiebezoek en overal waar we stoppen worden we aangesproken. Vaak in gebrekkig Engels, maar als het echt moeilijk wordt, is gids Hassan altijd de reddende engel.
Zo vinden we uit dat Iraniërs vol goede moed naar de toekomst kijken en het vervelend vinden dat hun land vaak zo slecht in het nieuws komt. Politiek wordt gelukkig – zowel door ons als door hen – als onderwerp van gesprek vermeden en zo blijven de ontmoetingen altijd vrolijk, waarbij we regelmatig door de mensen uitgenodigd worden om langs te komen om bij hen te eten.
We nemen afscheid van de besneeuwde landschappen als we via Orumiyah naar Sanandaj rijden. Het wordt ook wat warmer en we komen langzaamaan in meer woestijnachtig gebied. De afstanden tussen de plaatsen worden groter en het landschap leger. Tanken doen we bijna altijd aan de randen van de dorpen of steden. Hoewel de prijs per liter benzine de laatste jaren is gestegen, doet een literprijs van 25 cent nog altijd een glimlach op het gezicht verschijnen. En diesel is met 6 cent per liter helemaal prijsvechter!

We zijn op weg naar Esfahan. Voor een reiziger in Iran zijn een aantal plaatsen bijna een verplicht nummer om te bezoeken. Esfahan is er een van en we zullen ook Shiraz en Yazd aandoen.
Esfahan spreekt vooral tot de verbeelding omdat het Meidan Iman plein aldaar één van de grootste pleinen ter wereld is. Aan dit plein liggen twee beroemde moskeeën: de Masjid-i-Sjah, die met kleurrijke tegels bekleed is, en de Masjid-i-Sjeik-Lutfullah, een moskee met een beroemde blauwe koepel. Ook ligt aan dit plein het Ali Qapupaleis.
In de souk zien we koperslagers aan het werk en worden tapijten geknoopt naast winkeltjes waar je snuisterijen en souvenirs maar ook kruidenierswaren kunt kopen. Er is ook een fantastisch theehuis waar vandaan je een prachtig uitzicht hebt over het plein.
Was het plein vroeger nog open voor verkeer, tegenwoordig is het afgesloten. Maar dankzij Hassan mogen we bij uitzondering met de motoren voorbij de slagboom om in de vroege ochtend een groepsfoto te maken; een fantastische ervaring.
Persepolis, een historische stad die door Koning Darius I (522 v.Chr. tot 485 v.Chr. koning van Perzië) gebouwd werd als centrum waar de sjahs belastingen konden innen, kunnen we onmogelijk met de motor binnen rijden. Maar de ervaring is, ondanks de drukte door de vele Iraanse toeristen onvergetelijk. Er vlakbij ligt de Naqsh-e Rustam, ook wel Necropolis genoemd: de begraafplaatsen van de heersers van Persepolis. Het is bijzonder te zien hoe ingenieus deze tombes in de rotswanden zijn uitgehouwen. Ook is er de Ka’ba-ye Zartosht, een kubusvormig bouwwerk uit de 5e eeuw voor Chr.
Vanuit Shiraz rijden we echt de woestijn in, op weg naar Yazd, dat tot de oudste steden van Iran behoort en dit jaar tot Unesco werelderfgoed werd benoemd. Het is vooral bekend vanwege het ingenieuze watersysteem, de windtorens en de grafheuvels. De stad zelf lijkt wel een steeds groter backpacker-gehalte te krijgen, dit vanwege de authentieke uitstraling en de ontspannen houding van de bewoners. We dwalen hier door de steegjes tussen uit leem opgetrokken huizen die veelal half ondergronds lijken te zijn gebouwd. Schoorstenen vangen het beetje woestijnwind dat er is op en voert die naar beneden om de huizen te verkoelen. In de souk hier worden vooral onze zintuigen op de proef gesteld als we eerst onze neuzen achterna lopen om bij een bakker uit te komen en daarna muziek horen spelen en bij een vioolbouwer op bezoek gaan.
Na Yazd bezoeken we nog Qom en gaan we op weg naar Zanjan, waar we de avondmaaltijd nuttigen in een prachtige oude karavanserai, een oude verversingspost voor de handelsreizigers, die in vervlogen tijden met karavanen kamelen en paarden onderweg waren langs de zijderoutes. Tabriz is de laatste stop op onze route voordat we dit prachtige en vooral ook gastvrije land verlaten. We nemen afscheid van Hassan en rijden vol indrukken terug naar de grens met Turkije, waar nog een aantal toetjes op ons wachten.

Allereerst bezoeken we de oude Armeense ruïnestad Ani, die sinds 2016 tot het Unesco Werelderfgoed gerekend wordt. Deze stad, in de Middeleeuwen de hoofdstad van het Armeense koninkrijk met eens meer dan 150.000 inwoners, werd destijds ‘de stad der duizend kerken’ genoemd. Een enkele, of wat ervan overgebleven is, kijkt uit over het verlaten landschap en de kloof waardoor de Akhurian rivier stroomt. Hier was eens volop leven. De karavanen staken hier de enige brug in de wijde omgeving over de rivier over, maar na verschillende belegeringen werd de stad in de 17e eeuw verlaten.
We rijden verder langs de kust van de Zwarte Zee en de plaats Samsun richting Canakalle en Gallipoli. Voor historici onder ons is dat smullen want met Troje om de hoek en de beroemde slag bij Gallipoli binnen handbereik, vertelt dit landschap je vele geschiedenissen uit heel verschillende tijden. Voor de overigen biedt Canakalle een prachtige boulevard met leuke restaurants en een mooi uitzicht over de Dardanellen, de zeestraat in het noordwesten van Turkije die de Zwarte Zee met de Middellandse Zee verbindt.
Als laatste stop staat de oude handelsstad Edirne op het programma. Met zijn oude binnenstad, karavanserai en zijn drukke winkelstraten de perfecte plek om afscheid te nemen van wat wij graag de Oriënt noemen. Maar geen afscheid voor eeuwig, want we hebben tijdens deze trip niet alleen heel erg veel gezien, we hebben vooral het idee gekregen dat er nog veel meer te ontdekken is in deze twee landen, die zo nauw aan elkaar verbonden zijn en toch zo verschillend zijn.

Lees meer over

BMW Honda Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...