Nieuws

Interview Nederlandse GP-coureurs

Voor het eerst sinds 1995 heeft Nederland drie permanente Grand Prix-coureurs. Aan de vooravond van hun thuisrace in Assen vraagt MotoPlus om een duidelijke stellingname van de Moto2-rijders Bo Bendsneyder – hij rijdt zijn zevende TT – en Zonta van den Goorbergh – hij maakte vorig jaar zijn TT-debuut – en TT-rookie in de Moto3 Collin Veijer. “Ik mag het eigenlijk niet zeggen, maar…”

Wat zeggen jullie als jullie vraag ‘dit is het mooiste aan mijn werk’?
Bo: “Als je na al het harde werk een mooi resultaat neerzet. Dit jaar is dat maar één keer gebeurd, maar toen was het ook raak (Bo werd in Amerika derde, red.). Het heeft soms niet eens zo te maken met het eindresultaat. Het kan een kwalificatie zijn. Dat je een moeilijke vrijdag hebt en dat je dan alsnog Q2 haalt en een goeie plek kunt bemachtigen. Daar doe je het voor.”

Zonta: “Als in weekend alles op z’n plek valt, dat is het mooiste. Als iedereen blij is. Jij zelf, je familie, het team, de sponsors. Met een goed resultaat ga je met een beter gevoel naar huis. Ik heb heb al wel hele mooie weekenden gehad, zoals vorig jaar in Assen met de fans, in Jerez was iedereen op zaterdag heel blij. Maar een perfect weekend met een goede vrijdag, een goede kwalificatie op zaterdag en een uitstekende wedstrijd, dat heb ik in de Moto2 nog niet gehad.”

Collin: “De dingen die je beleeft terwijl je de wereld rond gaat. Dat vind ik interessant. Amerika vond ik een belevenis op zich. Argentinië ook. Het was voor mij de eerste keer dat ik daar kwam. Natuurlijk gaan we verderop in het jaar nog naar Azië, maar tot nu toe waren Amerika en Argentinië hoogtepunten. De tijdsverschillen, het eten op de andere continenten. Dat is zeker anders.”

Bo: “Dat reizen vind ik wel het minste van het werk. Dit is nu m’n achtste GP-seizoen en het is ook pas de laatste paar jaar dat ik er zo over denk. In het begin was alles nieuw en vond ik alles geweldig. Dus ik snap Collin wel. Nu is het soms ‘we moeten weer’. Maar…. ik mag niet klagen.”

Stelling: De spanning voor een wedstrijd zou ik niet willen missen.

Bo: “Klopt. Dat is iets wat je bijna niet kunt uitleggen. Het is het hele proces er naar toe. Op zaterdagavond begint dat al en elk weekend heb je een ander soort spanning. Zoals in Amerika, dat je weet dat het mogelijk is om voorin mee te doen, dat is anders dan wanneer je weekenden hebt waarin je weet dat dat niet haalbaar is. Soms, op het moment zelf, is het niet heel leuk. Want je kunt niet slapen, je kunt niet eten…. Het is spanning in je hoofd, in je lijf… Vooral in bed ben je veel aan het nadenken. Er komen heel veel scenario’s voorbij. Het wordt wel beter, maar ik denk niet dat dat ooit verdwijnt. Is het weg, dan moet je ook stoppen.”

Zonta: “Het is zeker een gevoel waar je naar uit kijkt, maar het kan af en toe ook wel een naar gevoel zijn. Toen ik in Portugal aan het seizoen begon, was ik ziek en hoewel dat misschien niet de juiste mindset is, wist ik: deze wedstrijd wordt heel lastig. Ik kon in de trainingen niet meer dan vijf ronden rijden. Maar op de grid voelde ik helemaal geen spanning, terwijl ik wel Q2 had gehaald. De wedstrijden daarna, bijvoorbeeld Jerez en Le Mans, dan sta je op de grid en dan sta je compleet gespannen. Maar het is een spanning die je niet wilt missen. Het is gezonde spanning, die heb je nodig om een beetje ‘aan’ te staan. Voel je die niet meer, dan is er inderdaad iets mis. Je bouwt die spanning op, al als je je aankleedt. Al in de Moto3 begint het een beetje te broeien.”

Collin: “De spanning is er altijd als je je klaar maakt voor een topprestatie en als je geen spanning voelt, denk ik dat je iets niet goed doet. Je voelt het ook letterlijk. Het ligt er wel aan hoe je gekwalificeerd staat. Als je wat verder vooraan staat, heb je natuurlijk wat meer spanning. Ik vind spanning ook wel prettig. Als ik die voel, weet ik dat ik voor iets belangrijks sta, iets wat ik goed moet doen. Nu na meerdere GP’s weet je steeds beter wat je kunt verwachten in een weekend en dan kun je daar ook beter mee om gaan. Bij de eerste GP in Portugal had ik bijvoorbeeld wat verder voorin kunnen zitten als ik in de eerste ronden wat meer gas had gegeven.”

Stelling: Voor ‘normale’ mensen is het heel moeilijk te begrijpen wat ik eigenlijk doe’.

Collin: “Ik denk dat heel veel mensen niet weten wat we er allemaal voor doen en moeten laten. Ik heb veel vrienden thuis, m’n familie… Die mis je allemaal. We moeten er veel voor laten, maar we krijgen er ook veel voor terug. Ik denk dat veel mensen die de sport niet kennen, denken dat het een beetje rondjes rijden is en daar houdt het dan wel mee op. Het is iets meer dan dat.”

Bo: “Ja en nee. Je hebt mensen die denken dat je elk weekend op vakantie bent en dat alles glitter en glamour is. In werkelijkheid is het verre van dat, vind ik. Je komt hier aan en doet je ding. De mensen die geen verstand van hebben, zien alleen maar de fotootjes dat je in Italië zit: leuke vakantie en een paar keer op de motor. Die denken ook dat je niet fit hoeft te zijn op de motor.”

Zonta: “Zeker! Voor veel mensen is het al heel moeilijk om te begrijpen wat motorsport is. Dat is helemaal niet zo raar, hoor. Er komt veel meer bij kijken dan mensen denken. Je wijdt heel je leven er aan en dat hebben mensen niet helemaal door. Je móet er alles voor over hebben. Een normale jongen van 17, 18 traint niet elke dag, gaat wat vaker uit en doet meer ‘leuke’ dingen. Maar daar tegenover staat dat ik de wereld over reis om te doen wat ik mooi vind. Maar mensen van buiten die een mening hebben over je, dat zijn minder leuke dingen. Zeker als je net als ik, op een hele jonge leeftijd de Moto2 binnenkomt en Nederlanders staan er wel om bekend dat ze heel kritisch zijn. Stom kritisch soms. Maar mij dat interesseert niet zo. Ik doe gewoon mijn werk.”

Stelling: Dit was in mijn carrière mijn beste beslissing.

Zonta: “Ik ben wel heel blij waar ik nu terecht ben gekomen. In de Moto2, in het team. Ik heb m’n plekje gevonden. Binnen mijn kant van de box, met m’n crewchief, die een beetje als een tweede vader voor me voelt, de monteurs, de nieuwe dataman…. Ik denk dat ik het beter doe dan verwacht. Je kunt zeggen dat ik nog steeds tussen 15 en 20 finish, maar ik ben nog steeds de jongste Moto2-rijder, nog steeds 17 jaar. Als ik over vijf jaar nog in de Moto2 zit, heb ik inmiddels zoveel meer ervaring en snelheid opgebouwd, mensen snappen dat (de instap in de Moto2, red.) niet altijd. Ik ben ook wel redelijk lang en ik geloof dat ik in de Moto3 ook niet meer zoveel te zoeken had.”

Collin: “Het verhuizen naar Spanje was in ieder geval één van mijn beste beslissingen. Dat is nu twee, twee en een half jaar geleden. Vorig jaar heb ik daar zeker een stap door gemaakt en het heeft zeker geholpen om te komen waar ik nu sta. Het opzoeken van de competitie, iets wat ik in feite al doe sinds m’n achtste, was ook heel belangrijk.”

Bo: “Veel mensen, ook binnen Dorna, vonden dat ik na (het winnen van) de Red Bull Rookies Cup al direct naar de Moto2 had moeten gaan vanwege m’n lengte. Dat was toen ook veel makkelijker te regelen geweest dan Moto3 bij Red Bull KTM en Aki Ajo – dat was trouwens wel voor mij het enige team in de Moto3 waar ik naar toe wilde. Toch zijn we bij dat besluit gebleven en ik denk dat dat één van mijn beste beslissingen is geweest. Met podiums (in Silverstone en Sepang) er na.”

Stelling: De TT is voor mij slechts één van de twintig wedstrijden.

Bo: “Het is er één van de twintig, maar het is ook een hele speciale. Je kunt wel zeggen dat je wat extra’s wilt geven en waarom doe je dat dan anders niet… maar het gaat automatisch. Het publiek staat er op voor je, of je nu eerste of laatste rijdt en dat is wel een heel speciaal gevoel. Je ziet ook dingen langs de baan. Vooral, zoals vorig jaar, als je vooraan mee doet. Dan is het extra veel, maar ook in het weekend krijg je extra aandacht en steun. Dat geeft heel veel motivatie.”

Zonta: “Ja. Het is heel mooi dat het je thuiswedstrijd is, maar dat is inderdaad wel zo. Ik rij dan niet anders dan in andere races. Ik doe overal m’n best. Natuurlijk is het anders, vanwege de media-aandacht, vanwege de familie die komt kijken, gasten van het team, en zo. Maar op de baan moet het toch gebeuren en daar zal niks anders gebeuren dan bij welke Grand Prix dan ook.”

Collin: “Ik mag het eigenlijk niet zeggen, maar…. het is er inderdaad één van de twintig. Het is gewoon een wedstrijd waarin je moet presteren. Het is natuurlijk wel heel speciaal dat je Nederlander bent en de Dutch TT mag rijden. Je familie komt, je vrienden zijn er bij. Eigenlijk heb ik hier nog maar weinig gereden. Maar het is wel gewoon een raceweekend: de punten worden er niet anders van en de tegenstanders blijven ook hetzelfde. Het is zeker drukker, maar het is een weekend waarin je er gewoon moet staan.”

Stelling: Van mijn thuiswedstrijd kan ik maar moeilijk genieten.

Zonta: “Jawel, hoor. Afgelopen jaar heb ik best genoten. Ik vond het fijn om wat familie en vrienden om me heen te hebben. Ik ben best een sociaal persoon en ik vind het ook geen probleem om eens een praatje te maken met iemand. Maar ik weet wel heel goed wanneer ik m’n rust moet pakken. En al die fans op de tribune… Dat is best speciaal. En ik denk dat dat alleen maar specialer wordt wanneer je meer voorin gaat rijden. Er zijn natuurlijk nog steeds best veel mensen op de tribune die nog niet zo heel veel om mij geven, zeg maar, maar als je hier als Moto2-wereldkampioen staat, wordt dat anders! Sta je vooraan, dan gaan mensen wel voor je juichen.”

Bo: “Ik kan er heel goed van genieten. Ik probeer de dingen naast het circuit wel beperkt te houden.. En op tijd van het circuit weggaan, vasthouden aan je eigen routine. Ik geloof ook wel dat mensen daar genoeg begrip voor hebben. Het is ook door de jaren heen anders geworden. In het begin sta je overal open voor, maar op een gegeven moment moet je toch gewoon voor jezelf kiezen.”

Collin: “De media-aandacht is heel groot omdat je Nederlander bent en omdat je de Dutch TT rijdt, maar dat heeft mijn manager Laurens (klein Koerkamp, ook manager van Michael van der Mark, red.) goed onder controle. We proberen het meeste werk vóór vrijdag te hebben gedaan.”

Stelling: Ik ben tevreden met….

Collin: “Top 8. Top 7. Dat ik in de eerste groep zit. Als ik in die groep zit, de race uitrijd en in de punten eindig, dan ben ik zeker tevreden.”

Bo: “Vorig jaar waren we heel dicht bij het podium en dat is uiteindelijk toch weer het doel. Je weet, in de Moto2 kun je het ene weekend zestiende worden en het volgende weekend als derde eindigen. Toch is dat podium wel het doel. Ook omdat we hebben bewezen dat we dat kunnen.”

Zonta: “In een wedstrijd kan veel gebeuren. In Le Mans gebeurde er twee keer voor mij een crash en dat verpestte mijn resultaat een beetje. Maar met de wedstrijd zelf was ik wel heel blij. Misschien gaat het hier wel andersom en kukelen er hier tien man voor m’n neus af en finish ik misschien op een minuut op een tiende plaats. Dan heb ik punten, maar heb ik een wedstrijd van niks gereden. Maar Q2 zou mooi zijn op zaterdag en dan een goede wedstrijd rijden. Dan bedoel ik nog niet eens zozeer qua positie, maar dat het gat naar de kop ook niet te groot is. En een mooi puntje zou wel geweldig zijn.”

 

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Indian Scout

Eerste Test Indian Scout

25 april, 2024

Met honderdduizend verkochte units sinds 2015, goed voor ruim veertig procent van de totale verkopen, kun je wel ...
Compacttest Honda CB750 A2

Compacttest Honda CB750 A2

25 april, 2024

Honda’s CB 750 Hornet met 48 pk. De budgetkraker in de middenklasse veroverde afgelopen jaar zelfs de harten van ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-