+ Plus

Dubbelinterview Barry Veneman – Arie Vos

Ze leken teamgenoten te worden, ze werden uiteindelijk op curieuze wijze concurrenten. Barry Veneman en Arie Vos rijden dit seizoen beiden in het WK Supersport, maar met eigen doelen in andere teams. Samen draaien zij de klok een paar maanden achteruit en vooruit. Wat waren een maand of vijf geleden jullie ideeën over 2009? Vos: “Het was zo goed als zeker dat ik in het Duitse Superbike-kampioenschap zou gaan rijden met het team van Motor Centrum Terneuzen. Totdat Marc Hoegee mij tijdens het laatste WK Supersport-weekend belde uit Portugal met de mededeling dat hij nog steeds op zoek was naar een tweede rijder. Dat gaf mij hoop, maar het was al de derde keer dat hij bij mij terecht kwam. De eerste twee keer was het niet gelukt, waarom dit keer wel? Die vraag heb ik hem ook gesteld. ‘Als je mij vraagt of ik wil, dan wil ik heel graag’, heb ik hem ook gezegd. Hij vertelde me dat ik zeker een kans maakte. Mijn broer Remco is toen met mijn persoonlijke sponsor van J&E Kunstgras bij Timo Bosma van RES wezen praten, ook omdat die dat graag wilde. Die avond was er al min of meer een akkoord. Zij wisten wat er nodig was en dat kon lukken. Ik zat toen in Qatar voor een WK Endurance-race en daar werd ik gebeld dat ik in 2009 WK Supersport kon rijden bij Hoegee. Fantastisch! Het wachten was op het moment dat de laatste plooitjes gladgestreken zouden zijn. Maar RES wilde het graag, Marc zag het wel zitten met twee Nederlanders in zijn team, meer publiciteit; een soort dreamteam. Maar het ging mis toen Marc het contract met RES wilde ontbinden. Toen was het voor mij ook voorbij.” Veneman: “Ik heb de afgelopen drie seizoenen weinig aan mijn teamgenoten (Kai-Børre Andersen, Vesa Kallio en Didier Van Keymeulen, FW) gehad. Ik heb dit jaar alleen gezegd dat ik graag Arie wilde hebben en de rest moesten ze zelf maar uitzoeken. Ik ben uit Portugal na de laatste race vertrokken met het gevoel dat dit écht goed zou komen. Dan konden we in december samen gaan testen en een goede winter doorlopen. Zo hadden we ook bij het begin van het nieuwe seizoen ‘op punt’ gestaan. Maar toen belde Marc me eind november op en vertelde dat hij gebroken had met RES. Ik rolde zowat van m’n stoel af. Ik dacht ‘in deze tijd breken met je sponsor; dat zijn geen grappen’. Afgelopen seizoen heb ik vooral de tweede helft goed gereden, dingen gezien die ik aan mezelf en aan de motor kon verbeteren en ik besloot toen te stoppen met werken om meer te kunnen sporten. En dan hoor je dat de sponsor weg is en dat het verhaal met Arie niet doorgaat… Maar je moet reëel zijn over wat een coureur en een sponsor in kunnen brengen en wat ze daar voor terug kunnen krijgen.” Vos: “Op een gegeven moment begon het mij te lang te duren. Ik heb toen ook Marc gebeld en gevraagd ‘waar wachten we nog op’. Hij vertelde toen dat hij het budget nog niet rond had en dat hij niet wist of hij wel met twee man kon gaan rijden. Dat was voor mij best een teleurstelling, vooral nadat ik tijdens het gesprek had gehoord wat hij moest hebben en dat kon ik inbrengen. Vervolgens hoor je dat er nog niet genoeg geld is. Maar als ik toch kon inbrengen wat hij wilde, waren wij toch klaar? Toen kwam die verrassing dat hij het contract opzegde met RES. Dat was ook voor hun een verrassing.” Veneman: “Misschien was Marc heel naïef, had hij op meer gehoopt. Heb ik niet van hem gehoord. Maar het was geen inruilactie voor een betere rijder en een grotere sponsor. Het contract liep nog twee jaar door en je breekt met een goede sponsor, dus dat was toch wel een discutabele actie. Maar hier moeten we het mee doen.” Vos: “Hoegee heeft afgelopen seizoen bewezen dat ze een topteam zijn. Ik moet al veel leren als nieuwkomer en dan zou het ideaal zijn geweest als dat binnen dit team en met Barry had gekund. Met deze beslissing was ik dan zeker ook niet blij. Ik had de telefoon al bijna in de hand om MCT te bellen en te zeggen dat we door zouden gaan. Echt waar. Barry en ik hebben in die periode weinig contact gehad. Ik had het gevoel dat hij er niet blij mee was en dat kon ik goed begrijpen. Maar het was een hele bijzondere actie van Marc. Ik kan het nog steeds niet begrijpen.” Waar heb jij je toen op ingesteld, Barry?Veneman: “Aan het eind van vorig jaar had ik bij Kawasaki, bij Stiggy Honda en bij Yamaha wat dingetjes. Yamaha is afgeketst, de andere twee heb ik afgezegd. Marc deed mij een goed voorstel. Maar toen kwam dit. Ik heb ‘m gevraagd of ik me zorgen moest maken. Ik wist dat we het niet breed hadden en nu we raakten ook nog eens de hoofdsponsor kwijt. Marc heeft me gegarandeerd dat mijn deel van het team afgezekerd was. Dat was belangrijk, omdat ik ook was gestopt met werken. Ik vond het wel moeilijk om te accepteren dat dit het was. Als je meewilt, kun je niet bezuinigen. Je moet eigenlijk alleen maar investeren. En dat is moeilijk als je geen budget hebt. We waren op de goede weg en in de winter moesten we verder werken. Ik moest met mezelf bezig, de fiets moest sterker en lichter, elektronica werd belangrijker. Na de test in Portimao zitten we op hetzelfde punt als waar we vorig jaar stopten. Maar ik vind het jammer dat we de maanden die we hadden niet benut hebben. Nu begint het seizoen zo…” Vervolgens kwam al heel snel het bericht: Arie Vos tekent bij Veidec Racing in het WK Supersport met sponsoring van RES. Ik kan me voorstellen dat jou dat stak. Veneman: “Wat mij stak, was dat niemand blijkbaar heeft gedacht ‘laten we Barry eens bellen. Misschien heeft hij ook wel trek in een ander team’. Want ik had er best veel voor gedaan en ik had best goede dingen laten zien. Ze hadden er van RES een telefoontje aan kunnen wagen en kunnen vragen ‘heb je interesse met ons mee te gaan’. Dan zou ik me gevleid hebben gevoeld en dat had ik zeker op prijs gesteld.” Arie, het leek niet zo gek gedacht dat RES jou wel eens konden helpen bij het Veidec team.Vos: “Daar kan ik wel een heel lang verhaal van maken, maar RES heeft het mogelijk gemaakt. Ze waren geschrokken door Marc’s bericht, maar er zullen toch ook wel gesprekken eerder zijn geweest waaruit bleek dat de een niet helemaal blij was met de ander. Toen Marc niet verder wilde, zeiden ze van RES ‘wij hebben jou beloofd dat je WK Supersport kunt rijden en dat gaan we doen’.”En het team werd er voor jou bij gezocht? Vos: “Ja. Ik heb snel ja gezegd, maar technisch gezien is het nog wel een hoop werk. Het hele team moest er ook door veranderen. Meer motoren, meer mensen, meer ruimte.” Het team is ambitieus, maar nog geen topteam. Vos: “Het is zeker geen team als dat van Hoegee.”Veneman: “Ik denk dat Kees en Jan (Breedveld, de twee technische mensen achter het Benjan Team, de voorloper van Veidec Racing, FW) het hardste werken van het hele paddock, maar alleen daarmee kom je er nog niet. Drie man in een team is verschrikkelijk veel werk. Als je heel gestructureerd werkt zoals Ronald ten Kate, ja, dan werkt het. Anders wordt het heel moeilijk. Milan (Milovanovic, teameigenaar, FW) kennende is het nog wel eens vrijheid, blijheid. Dan krijg je een ongeorganiseerd gebeuren. En met drie rijders heb je toch een mannetje of vijftien personeel nodig. Dat is een beste onderneming.”Vos: “We hebben het nog niet op de rit, we moeten nog veel doen. Als rijders hebben we gelijke kansen. Op de baan is het ieder voor zich, naast de baan kunnen we over elkaar’s data beschikken. Eerlijk gezegd was het team voor mij helemaal nieuw. Het overviel me wel een beetje en ik moest even aan het idee wennen. Enerzijds ben ik enthousiast, anderzijds denk ik ‘ja….’. Het is wel een avontuur, hè.”Als ze in september bij je waren gekomen met een contract, wat had je dan gezegd? Vos: “Dat is een goede vraag….Nou, ik was in ieder geval op zoek naar een andere competitie. De kans die Marc mij bood, was heel interessant. MCT had ik op de hoogste gesteld dat ik met Suzuki WK kon rijden. Dat was m’n droom. Zij baalden, maar konden dat accepteren. Ik had een hele goede band met dat team. Ik denk niet dat ik zo maar afscheid had genomen van hun. Uiteindelijk werd het WK Supersport met een ander team, maar ik kon ook niet alle kanten meer op. Dit is een hele uitdaging, maar het is ook onzeker, absoluut. Ik moet bekennen dat ik me er niet zo in verdiept hadden wat ze gepresteerd hadden.”Jullie beginnen beiden aan een nieuw seizoen. Maar allebei met een andere doelstelling.Veneman : “Ik ben van mening dat mijn hele jaar eigenlijk wel goed was. Alleen in het begin heb ik een paar dingen verknoeid. Valpartijen, d’r af gereden, valse start… We weten nu dat we het kunnen, ik moet nu zorgen dat ik elke wedstrijd top vijf rijd. Maar halverwege vorig jaar waren er zoveel dingen om het racen heen dat ik daardoor niet fit genoeg was. Ik was alleen maar bezig met werken en combineren met racen. De vakantie hebben we gecombineerd met de wedstrijd in Misano. Toen kregen we ook nog het incident met Craig Jones. Ik werd ’s nachts om half een werd gebeld dat Craig was overleden. Ik heb m’n campertje stilgezet en ik moest even nadenken. Ik was woensdagochtend thuis weggegaan. Die dag eerst nog op kantoor gewerkt en toen door naar Brands. Wat als mij dat was overkomen? Toen bedacht ik me ‘dit is niet goed’. Ik deed alles half. Niks goed. Ik heb daar thuis met m’n vrouw Lisette over gepraat en besloten dat ik helemaal en alleen voor het racen zou gaan. De last van het gewone werk was ik een beetje kwijt.” Dat neemt niet weg dat iets als met Craig Jones altijd kan gebeuren, full prof of niet.Veneman: “Jawel, maar als ik nu thuis wegga, heb ik m’n zaakjes netjes voor elkaar en als ik thuis kom, heb ik de tijd voor iedereen. Dat maakt voor mij verschil.”Ben je de eerste keer na het verongelukken van Jones anders van huis gegaan?Veneman: “Beetje wel, ja. Iedereen heeft in de winter van die gesprekken, zo van ‘levert het wel genoeg op, moeten we dit wel doen’. Maar het is ook je leven, dat wat je mooi vindt. Maar het is geen hobby meer. Ik ging inderdaad wel iets anders naar Donington toe. Dat kon ik ook merken bij m’n vrouw.” Is dat bijgetrokken bij haar?Veneman: “Nee. Ik denk ook niet dat dat gaat gebeuren. Bij Jones… Verdorie, in Misano zaten we nog samen en met een fles wijn aan het zwembad. Het was iemand die zij dus ook persoonlijk kende. En het was ook nog een lullig valletje. Dan zie je: het zit tóch dichtbij. Maar nu hebben we besloten: goed doen of helemaal niet. Ik zal ook nooit gaan afbouwen. Voor mij geen Mile Pajic-carrière.”Arie, jij runt samen met je broer Remco Vos Oss Motorservice. Kun je genoeg tijd vrijmaken?Vos: “Dat moet natuurlijk wel. Ik heb een druk leventje. Na het racen zal ik zo snel mogelijk naar huis gaan en ik zal zo laat mogelijk naar het circuit toe gaan. Ik heb altijd geracet omdat ik het heel leuk vind. En ik heb me altijd afgevraagd hoe het zou zijn als ik een compleet WK-seizoen zou kunnen rijden. Nu krijg ik die mogelijkheid. Maar het is nog steeds een hobby.”Maar je gaat wel op het hoogste niveau rijden. Wat kunnen voor jou de valkuilen zijn?Vos: “Helemaal niks. Ik heb drie jaar op rij alles gewonnen in Nederland en daar veel plezier aan beleefd. Maar ik heb altijd tegen mezelf gezegd dat ik zou stoppen als ik stil zou blijven staan of achter uit zou gaan. En daar leek het de afgelopen twee jaar op. Dat was ook een reden dat ik op zoek was naar een andere competitie. Dit heb ik altijd gewild. Nu staat me een klus te wachten die niet makkelijk is. Ik zal dolgelukkig zijn als ik bij de beste vijftien kan rijden, om te beginnen. Top tien is zeker een doel, maar dat wil niet zeggen dat dat ook lukt. Als ik in het begin van het jaar in de punten rijd, beschouw ik dat als een superprestatie. En dan mag Barry winnen.”Veneman: “Valkuilen zijn Arie onder meer de veel langere wedstrijden en dat maakt dat de afstelling en het intellect belangrijker worden. Je moet dingen beter plannen, ook met je banden. En in de kwalificatietraining zul je merken dat plotseling iedereen een halve seconde harder gaat, ook de sukkels van wie je denkt dat ze dat niet kunnen. Als je dan de zaken niet op orde hebt en niet bij de eerste twintig staat, ga je het niet meer redden. In de race rijd je niet zo maar naar een andere groep.” Arie, Patrick van den Goorbergh wordt jouw veringman. Wat kan hij jou nog meer leren? Vos: “Hij kent de racerij door en door. Ook mijn manier van rijden kan hij verbeteren. Ik ga nu bijvoorbeeld veel te hard een hoek door. Ik laat ‘m te hard en te lang doorlopen. Daar wijst hij me ook op. ‘Je rijdt tien kilometer harder een hoek in dan Robbin (Harms, teamgenoot, FW), maar je moet er ook nog uit, hè’. En als je een fractie eerder op het gas kunt, scheelt dat aan het einde alles. Automatismen afleren op je 33e is een stuk moeilijker dan aanleren. Daar heb ik tijdens de testen ook nog veel last van gehad in Almeria en Portimao.” Veneman: “Vroeger was Supersport een kwestie van bochtensnelheid houden, een beetje 250-stijl. Dat is niet meer, omdat de banden van tegenwoordig vooral achter veel meer grip hebben. Dat betekent dat je nu hard een hoek in remt, je gooit ‘m om en je bent weer weg. Ik moet het met mijn stijl juist heel erg hebben van acceleratie. De laatste jaren hadden we best een moeilijke voorband voor de Suzuki. Dat is nu gelukkig opgelost en nu kan ik wel laat remmen en vroeg op het gas. Dan ben je sneller.” Vos: “Dat heb ik tijdens de testen gezien. Ik ben echt met de neus op de feiten gedrukt. Ik verkeerde nog echt in de veronderstelling ‘met zo’n brommertje rem los en hard de hoek door’. Maar nee! Juist later en harder remmen en er hard weer uit. Dat is voor mij nieuw. Wat kan ik doen met die banden en hoe kan ik hard die hoek uit. Nu heb ik nog even de tijd om daarover na te denken.” Veneman: “Je rijdt nu in de Supersport ook met een vermogen van tussen de 140 en 150 pk aan het achterwiel. En als je verder ziet wat er tegenwoordig met versnellingsbakken mogelijk is en wat we ook allemaal kunnen bouwen, dat is absurd. En als wij dat kunnen, kan de rest dat ook. Alle stukjes moeten op de goeie plek vallen en daar heb je even de tijd voor nodig. Daarnaast moet je onder de knie krijgen hoe je in de kwalificatie dat ene rondje kunt knallen.”Ben jij zelf agressiever gaan rijden? Veneman: “Dat denk ik niet. Het verschil is: ik rijd op een Suzuki en de rest rijdt op een Honda. En als er één tussen zit die het anders doet, ja, dan valt dat best op. Onze 600 is ook best een forse fiets. Ik rijd krappere lijnen en dat kan met de motor en met de banden die we nu hebben. Eerst hield de voorband dat niet.” Maar wat moet jij nu dit jaar doen om die stap te zetten? Je hebt al gezegd dat bezuinigen geen optie is. Veneman: “Weet ik echt niet…. Ik heb m’n verhaal rond de Supersport en de WK Endurance-races in Le Mans en de Bol D’Or rond, maar we hebben het niet breed. We zijn nu een top vijf-team en we moeten oppassen dat we niet weer weggooien wat we hebben opgebouwd. En er moet wel een tweede rijder bijkomen. In Portimao was er een jongen (Santiago Barragan, FW) die het niet aandurfde, omdat hij het team te groot vond. We zitten niet meer in de positie dat we de rijders voor het uitkiezen hebben. We wilden niet in de positie zitten, maar dat hebben we zelf weer veroorzaakt. Het punt dat je twee goede rijders hebt die elkaar kunnen stimuleren, ben je al lang gepasseerd. Dat heb ik ook tegen Marc gezegd. Als je een sponsor afbelt, dan is dit het gevolg. Je bent verantwoordelijk voor je eigen beslissingen. Maar Marc klaagt niet en dat stel ik ook wel erg op prijs. Maar we hebben nu het geld nodig en een goede rijder brengt geen geld mee; die kost geld.” Ga je Arie helpen? Veneman: “Ja. Ik zal niet van m’n gas af gaan als hij achter me rijdt.” Vos: “En dat doet ieder ander wel. Dat heb ik inmiddels wel gemerkt. Als je twintig meter achter iemand zit, breken ze het rondje af. Ik ben te sociaal. Ik heb de afgelopen alleen maar op kop gereden en dan reed iedereen achter me aan. En dat doe ik nou weer voor m’n teammaatjes (Robbin Harms en Jesco Günther, FW) in Almeria, bijvoorbeeld. Maar het is natuurlijk wel zo dat je het alleen moet doen en je hoeft niemand iets cadeau te geven. Daar ben ik veel te gemakkelijk in. Ook weer een leerproces.”(Streamers)Veneman: “In deze tijd breken met je sponsor; dat zijn geen grappen”Vos: “Dit is een hele uitdaging, maar het is ook onzeker, absoluut”Veneman: “We weten nu dat we het kunnen, ik moet nu zorgen dat ik elke wedstrijd top vijf rijd”Vos: “Ik heb altijd tegen mezelf gezegd dat ik zou stoppen als ik stil zou blijven staan. Daar leek het de afgelopen twee jaar op”(Kasten)WK Supersport: Jagen op Ten KateHet WK Supersport brengt dit seizoenen drie (ex-)wereldkampioenen aan de start. Andrew Pitt verdedigt zijn titel, Ten Kate/Honda-teamgenoot Kenan Sofuoglu wil zijn titel van 2007 terughalen en Fabien Foret, de kampioen van 2001, wil op de Yamaha een teleurstellend en blessurerijk 2008 graag doen vergeten. Hoewel Pitt en de herintredende Sofuoglu onbetwist de titelfavorieten voor 2009 zijn, is de concurrentie groot. Stiggy Motorsport Honda-man Anthony West liet in 2007 al zien dat hij met een Supersporter races kan winnen, terwijl de jonge Cal Crutchlow (Yamaha World Supersport Team) vorig jaar als derde finishte in het BSB en bovendien in 2006 Brits Supersport-kampioen was. Interessant wordt het hoe Joan Lascorz het gaat doen met de nieuwe Kawasaki ZX-6RR. Tijdens de Portimao-test in januari was de introverte Spanjaard razendsnel. Zijn teamgenoot is oudgediende Katsuaki Fujiwara. Van Honda-zijde valt verder vuurwerk te verwachten van Eugene Laverty (Parkalgar/Honda), de jonge Australiër Mark Aitchison en zijn ervaren teamgenoot Matthieu Lagrive (beiden Hannspree Althea Honda) en wellicht ook Russell Holland. Vreemde eenden zijn de Triumph-mannen Garry McCoy en Gianluca Nannelli, terwijl de jonge instapper Michele Pirro (ex-Superstock 1000) met zijn Yamaha voor verrassingen kan zorgen. (Unterschrifte)Actie VenemanTijdens de test in Portimao concludeerde Veneman dat hij op hetzelfde niveau zit als eind 2008. Actie VosArie Vos werd in Portimao met de neus op de feiten gedrukt, zei hij zelf. De Ossenaar moet nog veel leren, gaf hij toe. ANDERE BILDER KEINE UNTERSCHRIFTE!

Gerelateerde artikelen

Compacttest Honda CB750 A2

Compacttest Honda CB750 A2

25 april, 2024

Honda’s CB 750 Hornet met 48 pk. De budgetkraker in de middenklasse veroverde afgelopen jaar zelfs de harten van ...
Eerste Test Kawasaki Ninja 500

Eerste Test Kawasaki Ninja 500

11 april, 2024

Kawasaki en Ninja zijn net zo’n onlosmakelijke combinatie als de Dikke en de Dunne, Johan Cruijff en nummer 14 en ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-