+ Plus

Compacttest Royal Enfield

…Don’t know where. Don’t know when. But I know we’ll meet again some sunny day…. Het wereldberoemde lied van Vera Lynn klinkt dit jaar als een soort afscheidsblues voor de dikke eencilinder van Royal Enfield, die met de invoering van Euro5 na dit modeljaar van de markt verdwijnt. Voorgoed? De tijd zal het leren, maar voor nu maken we een passend afscheidsrondje met een speciale uitvoering, de Trials.

Tja, er komt een (voorlopig?) einde aan de levenscyclus van deze in 2008 gepresenteerde 500 cc eenpitter. Het is niet anders. De Bullet 350 presteerde in landen waar beide machines in hoofdzaak voor bedoeld waren altijd al stukken beter en aan de bovenkant heeft de Bullet 500 inmiddels concurrentie uit eigen huis van de nieuwe 650-twins.
Vergeleken met de standaard uitvoering is het meest opvallende uiteraard de toevoeging ‘Trials’. We hebben dus te maken met de scrambler-uitvoering van de Bullet. Aan de voorzijde is de machine daarom voorzien van een modern ogende vork, aan de achterzijde van een omhoog wijzende uitlaat en natuurlijk grof genopte banden met de veelzeggende naam CEAT Pro Gripp. Met dubbel-p inderdaad. Dat de Trials een 17- in plaats van een 18-tands kettingtandwiel voor heeft, was nodig om de Euro4-horde te nemen. Voor topsnelheden onder de 130 km/uur gelden namelijk meer gematigde grenswaarden. Prettige bijkomstigheid: vanaf zo’n 40 km/uur kun je al in de vijfde versnelling rijden. En bijzonder prettig is het benzine-verbruik, want dat schommelt zo rond een liter op liefst 31 kilometer!

 

Rijdynamiek heeft duidelijk een wat minder prominente plek op de prioriteitenlijst van de ontwikkelaars gehad, maar pret onderweg heeft, zoals velen waarschijnlijk zullen onderschrijven, weinig met snelheid te maken. In tegendeel, zelden reden we een motor, die met de steeds strenger worden snelheidslimieten minder op de zenuwen werkte. 40 in de stad, 60 of 80 op buitenwegen of 100 op de snelweg; het zal wel. Sneller kan of wil deze koninklijke hoogheid vaak ook helemaal niet.

 

Met de neus door de open helm vol in de rijwind merk je bij het uitaccelereren van vrijwel iedere bocht dat iedere van de gemeten 24,5 pk vermogen vol aan de bak moet. Je zou iedere pk ook bijna afzonderlijk willen bedanken voor de gedane arbeid. De vering wil niet achterblijven en stelt zich dapper ter weer tegen de uitdagingen van de ondergrond. Dit overigens niet altijd in goed overleg met de vering van het zadel, waardoor het op sommige hobbelige passages nogal eens luchtig aanvoelt onder je achterste. Een vermakelijk gegeven, dat eigenlijk alleen beetje teniet wordt door het feit dat je in rechterbochten beter niet aan de achterrem kunt komen. Het rempedaal raakt dan namelijk al snel het asfalt, wat grenzen stelt aan de grondspeling en uiteraard aan het remvermogen. Je zou ook kunnen zeggen dat de Enfield een soort van mechanisch ABS heeft… Rechtsachter dan. Jammer dat deze pret binnenkort met de komst van Euro5 alleen nog maar als occasion te krijgen is.

Gerelateerde artikelen

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

12 december, 2024

Can-Am en motorfietsen, dat was toch ooit? Inderdaad, ooit produceerde de Canadese firma best succesvolle ...
Roadtrip – Everest Challenge

Roadtrip – Everest Challenge

12 december, 2024

Zegt de Everest Challenge u iets? Wij introduceren het sportieve fenomeen in de motorwereld met twee gemotoriseerde ...