+ Plus

Vergelijkingstest 3 bagger cruisers

BMW blijft de R18-familie uitbreiden. Na de cruiser, de Classic en toerfiets Transcontinental volgt de B (van bagger). Een groot voorwiel, zijkoffers en een massieve kuip zijn de ingrediënten voor de nieuwe stijl. Die hanteren ze ook bij Indian met de Challenger Dark Horse en bij Harley-Davidson met de Road Glide Special. Welke van de drie ‘baggert’ het beste?

Geknield voor de Harley proppen we de koffers vol spullen. Nee, niet alleen kleren. Een zijkoffer krijgt alleen maar voedsel toegestopt. Het is genoeg om naar de Noordkaap te rijden. Maar zo ver willen we helemaal niet gaan. We ontvingen een tip op de redactie: “Wil je echt baggeren? Ga dan naar een paar hele grote baggeraars!” Onze bestemming: Halle an der Saale.
Waarmee zijn we eigenlijk onderweg met deze zogenaamde baggers? Ze zien eruit als toermotoren in cruiser-stijl. Dat is niet helemaal verkeerd. De term ‘bagger’ is afgeleid van het Engelse woord ‘bag’, voor koffer. Die zijn zo vloeiend mogelijk geïntegreerd in hetzelfde lijnenspel als de rest van de motor. Aan de voorkant sieren massieve toerkuipen met verkorte voorruiten de baggers. Grote voorwielen maken het unieke uiterlijk af. Genoeg theorie; er staan ons nog heel wat kilometers en onbekende wegen te wachten. Hoe praktisch dat alle drie baggers een groot TFT-scherm inclusief navigatiesysteem in de enorme kuip hebben. Een praktisch hulpmiddel, maar alleen als we onze bestemming makkelijk kunnen invoeren. Op het eerste gezicht zijn de schermen van Indian en Harley-Davidson daarbij ideaal: touchscreen! Het makt drukken op allerlei knoppen overbodig. In theorie tenminste. De BMW heeft een eigen app nodig met een WLAN- en Bluetooth-verbinding met het scherm voordat navigatie überhaupt mogelijk is. Laten we het alsjeblieft kort houden: vroeg of laat verschijnt de gewenste bestemming op alle displays. Als je gewoon je smartphone vastmaakt aan de motor ben je overigens niet slechter of trager af. Wie snelle connectiviteit zoekt – zoals ‘Android Auto’ in een personenwagen – vindt meer vraagtekens dan antwoorden. Vierwielers lopen op het gebied van intuïtieve bediening een flinke stap op motoren voor. Maakt niet uit, de motoren blubberen eindelijk.

Bij alle modellen zijn de cilinders majestueus in de frames weggewerkt. Als een 45° V-twin op de Harley, als een 60° V-twin op de Indian, of als een enorme boxer die zijn ribben ver uitstrekt in de koele wind. Een watermantel om de temperatuur te regelen? Alleen op de Indian. Daarmee tovert hij met 122 pk direct het hoogste vermogen tevoorschijn. Qua prestaties duwt hij zijn Indianenkop – ondanks de kleinste cilinderinhoud – ruim voor de anderen over de finishlijn. ‘Klein’ slaat overigens niet helemaal de spijker op z’n kop; liefst 1.768 cc stuwen de Indian vooruit. De BMW heeft 1.802 cc, de Harley zelfs 1.868 cc. Het zorgt voor kalmte vanaf de eerste meter. De manier waarop de dikke motoren de zware baggers vanaf stationair toerental soeverein laten vertrekken, werkt meteen ontspannend. Direct de volgende versnelling kiezen en verder glijden. Wanneer is dit eindelijk op recept verkrijgbaar in dit tijdperk van depressie en burn-out? Deze motorische nonchalance bieden ze allemaal.

Het volgende moment verruilen de motoren al snel de lage toerentallen voor iets hogere. Zoals altijd vertrekken we te laat. De dagen zijn nog kort, nu telt alleen de volgende oprit van de snelweg en dan is het meters maken. De cruisecontrol staat net iets boven de maximale snelheid op de snelweg. Het trio rijdt stoïcijns naar het oosten. Als de BMW de leiding neemt in druk verkeer is voorzichtigheid geboden. De cruisecontrol houdt dankzij de radarsensor automatisch afstand van zijn voorganger. Het systeem heeft drie standen en remt de R18 B automatisch af als het van mening is dat de motorfiets te dicht bij een voorligger komt. Omdat Indian en Harley nog steeds achterlopen met deze technologie zijn hun rijders voortdurend in gevecht met de cruisecontrol als de BMW voorop rijdt. Die geeft automatisch gas als de voorligger is verdwenen. De andere twee turen naar hun dashboard terwijl ze de snelheid aanpassen. Het duurt dus niet lang voordat de BMW boxer achteraan moet rijden.

De eerste benzinestop duurt wel even. De Baggers bunkeren werkelijk benzine; 24 liter verdwijnt er in de BMW-tank, 22,7 liter in de Harley en de Indian. Ondanks een brandstofverbruik van ongeveer 1:19 (Harley) tot 1:16,6 (BMW), blijft de actieradius enorm. Ze halen allemaal vierhonderd kilometer aan een stuk. Alleen de Road Glide Special redt dat maar net. De rijder op de Harley moppert tijdens het tanken luidkeels over de koppeling. Die slipt in de zesde versnelling bij het minste beetje gas door als vissticks in een teflon pan. Even lekker versnellen is er niet meer bij, is dit het einde van een tour of duty? Nee, de Harley blijkt gewoon veel te weinig speling te hebben op de koppelingskabel. De koppelingsplaten kunnen dus geen volledige frictieverbinding tot stand brengen. Wat gepruts met de kabelafsteller rechtsvoor naast de motor brengt de speling op orde.
Het betekent nog niet het einde van de klaagzang op de Harley. De nogal compacte zitpositie op de Glide doet pijn aan de gat. Omdat het stuur ver naar achteren steekt, leun je altijd een beetje achterover op het zadel. Op zich is dat zadel best comfortabel is, maar je moet jezelf de hele tijd actief naar voren duwen. Pijntjes zijn dan onvermijdelijk. Voordat er tranen vloeien, ruilen we van motorfiets.

Eenmaal uitgewisseld is het weer kilometers wegmalen. De volgende stop is Weimar. De stad in Thüringen is een cultureel zwaargewicht; onder meer vanwege het Goethe- en het Schiller-archief en de Bauhaus-kunstschool. De betoverde en kronkelende straten leiden ons naar het centrum van de stad en uiteindelijk naar Goethes huis. De navigatiesystemen geven ieder een verschillende route. Wij zoeken naar de beste. Even later bevinden we ons in een hobbelige doodlopende straat. Daar begroeten twee politieagenten ons vriendelijk. Duwen is geen optie bij gewichten van
383 kilo (Indian) tot 410 kilo (BMW) – elk met een volle tank. Op de een of andere manier moeten we uit het smalle weggetje zien te komen. Hulpeloos trappen we met onze voeten. Omdat de motoren een sterke neiging hebben om bij lage snelheden en geringe hellingshoeken naar de grond te kantelen is dit een risicovolle aangelegenheid. De juiste route is niet ver weg, maar niemand wil de baggers van de grond tillen. Met het zweet op de rug halen we het uiteindelijk. Alleen de fotograaf heeft geen zweetdruppel op het voorhoofd. Daarvoor zijn twee redenen. Ten eerste heeft de BMW waarop hij zit een nauwkeurig werkende hydraulische koppeling en ten tweede heeft de R18 een achteruitversnelling. Die ontbreekt op de Amerikaanse motoren, net als goed afgestelde koppelingen overigens. Die vragen veel spierkracht en combineren dat met aangrijppunten die je niet optimaal kunt aanvoelen. Lage snelheden worden al snel een evenwichtsoefening. De achterremmen zijn hier geen hulp. Bij de Indian en Harley staan de rempedalen ver boven de treeplanken wat het moeilijk maakt om stop-and-go snelheid aan te houden. Bij de BMW zit het pedaal maar net boven de korte treeplank zit. Meer ruimte is er vanwege de rechter-cilinder erboven gewoon niet. Gevoelige vertraging? Bijna niet mogelijk. Voor het Thüringer Staatsarchief en het Bauhaus Museum zijn de wegen breder. Draaien in één keer is ineens een zweetvrije traktatie.

De tijd dringt alweer, maar vanaf nu nemen we alleen landwegen. Met weinig heuvels, kleine en grote wegen leiden ons verder. Door kleine stadjes met veel kasseien. Wie er nu op de Harley zit heeft verloren. Vijfenvijftig millimeter veerweg achteraan. Dat is alles. Om te voorkomen dat de stereodempers niet constant rond de aanslag rondstuiteren, is de basisafstelling stevig. De dempers moeten namelijk wel klaar zijn voor 229 kilo lading. In de Verenigde Staten hebben ze of alleen rimpelloos asfalt van topkwaliteit of ze negeren gewoon het aspect rijcomfort. De Harley biedt daar veel te weinig van. BMW en Indian laten zien hoe het veel beter kan. Hoewel ook zij over 220 kilo laadvermogen (BMW) en 245 kilo (Indian) beschikken. De veerwegen van 120 en 114 millimeter maken veel goed. De achterzijden voelen comfortabel en rugvriendelijk aan.

Door kilometers lange lanen voert de weg ons vooruit – en dan zijn er plotseling toch nog bochten. Natuurlijk is het duidelijk dat deze motoren niet zijn gebouwd voor het sensationele bochtenwerk, maar toch moeten ze op een redelijk veilige manier door de bochten suizen. De BMW verrast daarbij. Voor zijn gewicht van meer dan achthonderd pond, stuurt hij bijna nerveus en gulzig. Hij heeft wel wat tegendruk op het stuur nodig om niet uit zichzelf de bocht in te vallen. Veel hellingshoek is niet mogelijk. Als eerste produceren de kleine treeplanken een vonkenregen en dat maakt direct een einde aan de bochtendans.

Een zekere nervositeit begeleidt de BMW in bijna alle rijomstandigheden. De op het stuur gemonteerde kuip kan daarvan de reden zijn. Net als bij de andere twee is hij enorm en beschikt hij over luidsprekers en allerlei dashboardtierelantijnen. Dat kan onmogelijk licht zijn. Alleen monteren Indian en Harley-Davidson hun ver naar voren geplaatste, overdadig gevormde kuipdelen aan het frame. Het stuur kan dus vrij bewegen zonder invloed van het gewicht van de kuip. Dat is niet het geval bij de BMW. Bij iedere impuls werkt de zware kuip door. Het maakt een neutraal stuurgedrag onmogelijk.

Meer bochtenpret levert de Harley. Rijkelijk laat krassen zijn voetsteunen over het asfalt en de nervositeit van de BMW is hem vreemd. Helaas verspilt hij een groot deel van zijn bochtentalent met de eerste montage banden. De Dunlop D408 en D407 (v/a) geven te weinig informatie door aan de rijder om een vertrouwensband op te bouwen en ze hebben ook wat temperatuur nodig om volledige grip te bieden. Ook dit is dus geen bull’s eye in termen van bagger-bochtenplezier. Met andere banden kan het er snel anders uitzien. Misschien zoals met de Indian. Die verbaast met het meest normale rijgedrag – het komt het dichtst bij een normale motorfiets. Waarom gaat deze Bagger dan niet door voor motorfiets voor alledag? Kijk eens naar wielbasis, naloop en balhoofdhoek. Dat zijn waarden die ver afstaan van een naked bike. Alleen al de afstand tussen de wielassen bedraagt meer dan 1.600 millimeter, op de BMW is het bijna 1.700 millimeter. Dat is ruwweg 200 tot 300 millimeter meer dan een doorsnee straatfiets. Met een balhoofdhoek van 65° manoeuvreert de Indian betrouwbaar door elke bocht. Op het eerste gezicht dit lijkt ongebruikelijk: de benzinetank plaatst de rijder ver naar achteren, op de bovenste drievoudige kroonplaat zit het stuur dat bijna alleen zichtbaar is door een verrekijker. Op de BMW en Harley zit de rijder centraler, meer in het midden van de motor. Maar dan nog: de Indian kan sturen als de beste. De Metzeler Cruisetec-banden bieden overtuigende grip. De Challenger gaat gemakkelijk en zeker door elke bocht. Van dit trio verdient hij terecht de titel van bochtenkoning.

Nadat de fotograaf nog snel een sfeervolle zonsondergangfoto schiet, omringen duisternis en kou ons. De Harley-koplampen wijzen de weg, ze veranderen nacht in dag. De koplampen van de BMW en vooral van de Indian komen niet in de buurt. Maar de bestuurder van de Indian heeft het minder koud. Een druk op de knop zet de brede voorruit enkele centimeters omhoog. Niets biedt een effectievere bescherming tegen de rijwind. Op de Road Glide Special moet je bukken, op de BMW helpt niets. Zijn kuip – omdat hij op de voorvork is gemonteerd – zit veel dichter op de rijder dan bij de Amerikaanse concurrenten. Het resultaat: een nogal turbulent geluid precies op helmhoogte bij een goede 90 km/uur. Op een hoger tempo wordt dat niet beter. Een praktisch kenmerk van de Harley is een eenvoudige knop die een enorme ventilatiesleuf onder het ruitje opent. Die zorgt in warme omstandigheden voor een verkoelende luchtstroom. Op dit moment is het iets meer dan vijf graden. De klep blijft mooi gesloten.

Conclusie
1. Indian
Het zwarte paard wint de test met de meest evenwichtige allround prestaties. Dat begint met de krachtige motor, gaat verder met het rijwielgedeelte en dat resulteert in een motorfiets die zelfs dagelijks gebruik niet schuwt. Deze bagger ziet er cool uit en rijdt echt uitgekiend

2. BMW
De nieuwkomer in de baggerscène scoort een tweede plaats, maar met een grote achterstand op de Indian. De boxermotor is een knallerexplosie, de wegligging niet altijd. Als de kuip op het frame was gemonteerd, ziet het er waarschijnlijk anders uit.

3.  Harley-Davidson
De Road Glide Special komt op de derde plaats. Het ontbreekt de Harley aan comfort en goede banden. De laatste kan snel worden opgelost. Wij zouden graag betere schokdempers zien. Samen met andere banden levert dat duidelijk meer punten op.

Gerelateerde artikelen

Eerste Test BMW R1300GS Adventure

Eerste Test BMW R1300GS Adventure

31 oktober, 2024

Afgelopen juli greep BMW haar eigen Motorrad Days in Garmisch Partenkirchen aan om de jongste Adventure-exponent ...