+ Plus

Jens vom Brauck Ducati

Een klassieke ingreep om een motor sneller te maken was de ‘bob job’: sleutel, zaag en slijp alle overbodige ballast er af, en vervang noodzakelijke onderdelen door lichter materiaal. Minder kilo’s geven meer snelheid. Jens vom Brauck stofte deze methode af en past het toe op een modern concept. Het resultaat is om van te watertanden. Bloedmooi, licht en snel: de JvB-Moto/Ducati Scrambler!Als Jens zich enkele jaren terug in een voormalige fabriek aan de Rijn in hartje Keulen installeert komt er een (voorlopig) einde aan een turbulente levensloop die bestaat uit de spreekwoordelijke 12 ambachten, maar zeker niet uit de 13 ongelukken. Na zijn schooltijd vertrekt hij naar Spanje, blijft daar een paar jaar hangen en werkt er onder meer bij een handelaar in tweedehands motoronderdelen. En het is dáár dat zijn fantasie geprikkeld wordt door de hele en halve gesloopte motorwrakken en de mogelijkheden die hij ziet om er iets radicaals en anders van te bouwen. In Barcelona duikelt hij een vriendinnetje op en vertrekt met haar naar Engeland. Daar vindt hij zijn eerste echt leuke baan: voor Ricardo Engineering prepareert hij prototypemotoren voor de testbank. Het lot brengt hem terug naar Duitsland. Hij schaft zich een Yamaha SR500 aan, stript de ééncilinder, zet er een grote aluminium tank en zelfgemaakte koffers op en maakt meerdere reizen door Europa en Marokko. De SR is een trouwe metgezel, waaraan hij goed leert te sleutelen. Af en toe blijft hij ergens hangen, maar uiteindelijk keert Jens terug naar zijn geboorteplaats Iserlohn en gaat aan de slag als monteur in een motorzaak. Ondertussen rijpt een plan, krijgt hij grip op wat hij werkelijk zou willen doen: motorfietsen ontwerpen en bouwen. Hij wil terug naar de basis, naar de essentie van een frame, een motorblok en een paar wielen, met alleen noodzakelijke onderdelen zonder verhullend plastic kuipwerk, maar met het volle zicht op de techniek, terug naar de pure emotie van een motor. Misschien wel als reactie op de motoren van de jaren 80, de tijd van de volle kuipen en de stroomlijnen, de jaren waarin Jens, geboren in 1970, zich voor motoren ging interesseren. Hij miste de rauwe eenvoud van de nakeds avant la lettre: de choppers en de caféracers. Maar ook de klassieke Ducati Scramblers uit de jaren 70 zijn een inspiratiebron. Licht van gewicht en puur van ontwerp waren het robuuste straatmotoren waarmee je ook van de gebaande paden af kon. Die specifieke kwaliteiten verenigen met de kracht en techniek van een moderne motor, dat was de uitdaging. ‘Terug naar de toekomst’ in de visie van Jens vom Brauck, en als Ducati in 2004 een designwedstrijd uitschrijft met als motto: “Ontwerp jouw Droom Ducati” grijpt hij zijn kans. Een stap die zijn ontwikkeling in een stroomversnelling zal brengen. Jens: “Ik wilde een combinatie van de klassieke cleane stijl en de performance van een moderne, superlichte, snelle sportmotor. Het moest een echte rock’n roll bike worden.” Hij schaft zich een stapel bouwdozen aan, knipt en plakt, en modelleert de door hemzelf geschetste onderdelen. Na twee maanden knutselen staat de visie van Jens op de wieltjes, een model op schaal 1:12 en hij doopt hem: ‘Flat Red’. En zie: zijn inzending wint de hoofdprijs, een Ducati Monster! Om zijn creatie op ware grootte te kunnen bouwen verkoopt hij de gewonnen motor en schaft een 900SSie uit 2002 aan als basis voor het project. Al doende en lerend van zijn fouten krijgt hij het lassen, aluminium kloppen en het werken met de draaibank onder de knie. Onder het motto ‘minder is meer’ ontstaat er naast het winnende schaalmodel geleidelijk aan een minimalistisch vormgegeven special: matrood, laag en superlicht. Inclusief olie en benzine weegt de Flat Red slechts 160 kilo, en dat geeft een nieuwe dimensie aan de originele 85 desmopaarden.De Flat Red, die uiteindelijk ook wordt verkocht om zijn volgende project te financieren, oogst veel waardering in de pers en trekt mede daardoor de aandacht van Christophe Baumgärtner, destijds directeur van MZ. Motorradwerk Zschopau, de van origine Oost-Duitse fabriek wil met Maleisisch kapitaal een moderne koers gaan varen en in 2005 wordt Jens ingelijfd bij de ontwerpafdeling in Keulen. Hij is o.a. verantwoordelijk voor de facelift van de 125 cc-lijn en ontwerpt de populaire MiG125 en de SM125 Gangsta. Maar vooral met zijn studie op basis van de goed gemaakte, maar succesloze MZ1000SF maakt hij een statement. Hij verandert de geometrie en zorgt voor een meer open vormgeving. Met veel zicht op frame en motorblok geeft de motor een ruige uitstraling. “Met de SFx wilden we de naked ‘fighter’-stijl combineren met de klassieke waarden van het merk MZ, te weten: eenvoud en betrouwbaarheid.”De door hem vormgegeven 1050SFx Concept is een echte beauty in een gewaagde bruine jas, maar helaas: het publiek laat MZ links liggen en de ondergang van de trots van Zschopau is niet meer af te wenden. Waar ging het mis? Jens heeft een duidelijk antwoord: “MZ wilde te graag en te snel een modern merk zijn, maar de achterstand op de concurrentie was veel te groot. Juist de sterke eigen kwaliteiten hadden benadrukt moeten worden: de geschiedenis, de brede inzetbaarheid en grote betrouwbaarheid, gekoppeld aan de pure emotie van het motorrijden.” Zijn visie komt echter te laat en halverwege 2008 sluit de fabriek haar poorten.Jens staat op straat, maar zit niet bij de pakken neer. Hij huurt een ruimte in een voormalig havengebied van Keulen, richt een werkplaats in en gaat verder waarmee hij bezig was: motoren ontwerpen en bouwen. Nu zonder de rugdekking van een grote fabriek, maar als éénmansbedrijf: JvB-Moto is een feit.Jens is één van die zeldzame ontwerpers, die tegelijk de constructeur is van zijn eigen creaties. Hij is geschoold als industrieel monteur, maar als ontwerper is hij autodidact. In de nieuwe situatie werkt hij niet meer in een bureau met computers, in een ‘ontwerplaboratorium’ of high-tech werkomgeving, maar low-budget in een simpel ‘hok’ met verfbladders aan het plafond en een oliekacheltje in de hoek. Én met sfeer! Het is zo’n werkplaats waar je wat te kijken hebt. Verspreid liggen onderdelen en proefstukken als kleine stillevens, foto’s en schetsen hangen aan de muren, en ja, prominent staat er een gestripte Multistrada die voor een klant onder handen wordt genomen. Want dat is waar Jens zich op richt sinds hij in 2006 in opdracht van Fighters Magazine en gesponsord door de Ducati-importeur de Multi-Scrambler bouwde. Deze motor staat aan de basis van die waar ik op af ben gekomen: de scrambler op Monsterbasis. De lovende kritieken, de vraag naar de toegepaste eigenbouw onderdelen en het vertrouwen in zijn concept deden hem besluiten om in opdracht en op maat motoren voor klanten te gaan bouwen. De Multi-Scrambler is de deur uitgegaan als prijs in een verloting tijdens de Fighterama-beurs, dus heeft Jens eerst een Scrambler voor zichzelf gebouwd. In het prototype, dat overigens even snel met de spuitbus in de lak is gezet, zijn duidelijk details te herkennen die Jens eerder voor de Flat Red en de MZ Fighter ontwikkeld heeft. Basis voor de JvB-Scrambler zijn uitsluitend Monsters, en dan het liefst een 1000ie, of nog beter, vanwege de gebruikte special parts een S2R. Het luchtgekoelde Ducati-blok met zijn unieke karakter en geweldige geluid is de perfecte krachtbron voor dit concept. Jens stript de motor en verwijdert alle overbodige ballast. In feite blijven motorblok, frame, voorvork en achterbrug, remmen en wielen standaard, maar een en ander kan natuurlijk ook gewisseld, gepolijst, gelakt en/of geanodiseerd worden en ook spaakwielen zijn een optie. De rest wordt óf veranderd en/of opnieuw geplaatst, óf vervangen door JvB-Moto special parts. De ergonomie wordt op maat gemaakt, bijvoorbeeld door het stuur naar voor of achter te plaatsen met JvB-‘offset’ risers, en door het zadel hoger of lager te monteren. Ten behoeve van de massacentralisatie verhuist de accu naar onder het zadel. De benzinetank kan daardoor iets dieper en tegelijkertijd korter en smaller vormgegeven worden, waardoor de stuuruitslag veel groter wordt, en de positie van het zadel ook in de lengterichting kan variëren. Uiteindelijk wordt er slechts 1 liter inhoud ingeleverd. De tank is, net als alle andere kunststofdelen ‘in huis’ ontworpen en vervaardigd uit versterkt carbon- en carbon/kevlarfiber. Door het lichte materiaal en de minimalistische opbouw heeft ook de Scrambler een zeer gunstige pk/gewichtverhouding: 90 paarden tegenover 175 kilo. Mét olie, accu en een volle 12 litertank! De Scrambler is een waanzinnige fiets om te zien, maar ook om te rijden. Uiteindelijk ben ik vooral naar Keulen gelokt door dat ene zinnetje in de mailcorrespondentie met Jens: “Probeer ‘m zelf maar eens, de Scrambler rijdt nog beter dan-ie eruit ziet!” Als ik m’n been over het zadel zwaai, het superbike-stuur pak en de motor van zijn jiffy trek, is de eerste verbazing een feit. Wat is-ie licht! Ben net van de eigen, standaard Monster 1000 afgestapt en in vergelijking voelt de Scrambler als een offroadje! Het is even zoeken naar de startknop. Die is, heel subtiel, verhuisd naar de rechter zijkant van de airbox. De motor slaat aan met een beschaafde roffel uit de vette Akrapoviç demper, maar een draai aan het gas laat wel een heerlijke inlaatsnorkel horen. Speciaal om dat kickende geluid te versterken heeft Jens een extra luchtfilter, à la Dakar, zichtbaar (en hoorbaar!) vertikaal door de benzinetank gemonteerd. De tweede verbazing: wegrijden! Mán, wat een trekkracht! Dat is waarover ik me voortdurend ben blijven verbazen: de extra power van het standaard desmoblok, puur door alles eromheen lichter te maken. We maken een wilde rit door het drukke Keulen en dat is precies de omgeving waar de Scrambler excelleert. Kort draaien, giftig accelereren onder het genot van die heerlijke inlaatroffel, hard remmen en snel bochtenwerk. Deze motor rijdt makkelijker dan welke standaard Ducati dan ook! De zit is goed, rechtop met veel controle door het brede stuur en ik moet denken aan zo’n andere kruip-door-sluip-door-fiets: mijn XT500. Maar dan wel met dertig jaar technische vooruitgang onder het zadel! En goede remmen. Juist door die windvangende zithouding is de snelweg ‘niet echt’ het domein van de Scrambler. Maar zeg nou zelf: is snelwegrijden niet altijd een noodzakelijk kwaad? Op een lekker slingerende landweg of op een pas in de bergen, dat is waar je deze motor uit moet laten. De ene bocht uitblazend op jacht naar de volgende! Onderweg loer ik af en toe even in een etalageruit (ja, zo’n motor is het!), maar wat ik zie bevalt me niet: ik ben veel te groot! “Ja”, grijnst Jens laconiek, “je ziet eruit als op een monkey-bike, maar da’s geen probleem. Dit prototype heb ik op mijn maat gemaakt (Jens is een kop kleiner, RP), ik kan hem zo ruimer bouwen.”‘Mooi’ is natuurlijk altijd een kwestie van smaak, en daarover kun je eindeloos twisten, maar wat Jens vom Brauck met een Monster doet, versterkt vooral het toch al unieke karakter van Ducati’s succesnummer. Hij benadrukt de klassieke lijnen, maakt de motor gebruiksvriendelijker en heel opwindend om te rijden. De vormgeving van de eigenbouwdelen en de details zijn origineel en subtiel en de afwerking is perfect! Zo zijn waar mogelijk kabeltjes en leidingen uit het zicht gelegd en vind je rondom RVS-inbusboutjes. Bovendien is de inzetbaarheid vergroot, want er kan bagage mee, een duozitje en –voetsteunen zijn in voorbereiding.Het prototype is laag, maar heeft dankzij de langs het blok gelegde uitlaatbocht à-la-MultiStrada veel grondspeling. Het was niet de bedoeling om een pure off-road motor te bouwen, maar met een andere schokbreker en voorvork en een andere maat wielen zou dat zo kunnen. Dit project moest een allrounder opleveren, een lichtgewicht scrambler met een minimalistisch tijdloos ontwerp, een motor die vooral indruk zou maken door ‘looks’ en inzetbaarheid.Ondertussen denkt Jens alweer na over toekomstige projecten: “De Ducati Sport 1000, die neo-klassieker, da’s ook een mooie basis voor een scrambler, en ik zou graag eens een echte bad-ass, ruige café-racer willen bouwen van een 1098! Met een 1:1 power-gewicht verhouding: 175pk, 175 kilo.” Ik zie het hem nog doen ook, hij heeft het in de vingers. Helaas zit er ook een pijnpunt in dit verhaal, want aan al dit moois hangt natuurlijk een kostenplaatje. Een complete verbouwing, inclusief arbeidsloon is er vanaf 8000 euro. Maar dan heb je wel een echt exclusieve motor die ook nog eens heel sterk presteert. De JvB-Scrambler is een Super Monster, die hebberig maakt. Oh, was ik maar zo’n Lucky Bastard! Kijk voor extra info op: www.jvb-moto.com [Bilder + Unterschriften]

Lees meer over

Ducati Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste test Ducati Multistrada V4

Eerste test Ducati Multistrada V4

31 oktober, 2024

Zware slagregens, rivieren treden uit hun oevers, en evacuaties. Kortom, een prima weersverwachting om af te ...