+ Plus

Eerste Test Honda CL500

Met vier modellen rond haar 471cc tweecilinder-lijnmotor had Honda de A2-rijder al het nodige te bieden. Toch is daar met de nieuwe CL500 nog een extra smaakje bijgekomen. En dat vijfde model in de rij, dat qua styling knipoogt naar Honda’s CL scrambler-modellen uit de jaren zestig en vroege jaren zeventig, is een even verfrissend als vrolijk rijdende kostganger, zo ondervonden we tijdens de eerste kennismaking in en rond het Spaanse Sevilla.

Sinds de komst van Honda’s 471cc-twin werden er in Europa maar liefst 133.000 verkocht, verdeelt over de modellen CB500F, CB500X, CBR500R en CMX500 Rebel. Een populair platform dus, ook in Nederland. Zo was de CMX500 Rebel in ons land afgelopen jaar het best verkochte model van Honda met 186 stuks, nog voor gekende Honda-kopstukken als de NC750X en CRF1100L Africa Twin.

Op die Rebel is de nieuwe CL500 met zijn smakelijke scrambler-sausje ook grotendeels gebaseerd. De 47 pk sterke twin met 180-graden-krukas van de CL is nagenoeg identiek aan die van de CMX, alleen de luchttoevoer naar de airbox is licht aangepast voor een meer directe instroom van lucht. Dat moet volgens Honda zorgen voor meer koppel bij lagere toerentallen en een betere gasrepons. Om de trekkracht van onderuit verder te vergroten, heeft de CL daarnaast een tandje extra op het kettingblad achter (41 i.p.v. 40 van de Rebel). En niet te missen is het nieuwe uitlaatsysteem met de hoog aan de rechterzijde geplaatste einddemper als blikvanger een verwijzing naar de voor de Amerikaanse markt ontwikkelde CL72 uit 1962 en de latere CL250, 350 en 450.

Ook het hoofdframe van stalen buis en de eveneens van staal vervaardigde swingarm zijn duidelijk herkenbaar als die van de CMX500. Nieuw is het stalen subframe van de CL, dat een stuk hoger is en de zithoogte vergeleken met de Rebel met 100 millimeter vergroot naar een overigens nog steeds goed toegankelijke 790 millimeter. Net als die CMX500 heeft de CL stereo-achtervering, waarvan de veervoorspanning in vijf standen verstelbaar is, en een 41mm-voorvork zonder stelmogelijkheden. De vorkpoten zijn omwille van de scrambler-look voorzien van lekker nostalgisch ogende stofhoezen. De veerwegen zijn met 150 millimeter voor en 145 achter ook iets langer dan bij de Rebel en daarnaast rolt de CL500 op een 19 inch voor- en een 17 inch achterwiel, waar licht avontuurlijk geprofileerde Dunlop Trailmax Mixtour rubbers omheen liggen, zodat je onderweg ook een niet al te zwaar onverhard pad mee kunt pakken. Mocht je dat willen doen, dan is het wel jammer dat het ABS achter niet kan worden uitgeschakeld.

De ronde koplamp, net als de andere verlichting in led uitgevoerd, en de smalle 12-liter-tank met rubberen zijpads maken de scrambler-look compleet. En dan is er nog het kleurenpalet dat naast stemmig zwart bestaat uit legergroen en het in zonlicht heerlijk sprankelende oranje en blauw. Er is ook nog een witte versie, maar die is helaas enkel bestemd voor de Japanse thuismarkt. Een deel van de testmotoren was trouwens van accessoires voorzien (zie ook het kader verderop), waaronder de ‘gesnavelde’ CL500’s op een aantal van de foto’s.

Zo vrolijk als de nieuwe CL500 in z’n kleuren zit, zo vrolijk roffelend komt ‘ie na een druk op de knop ook tot leven. Voor je heb je een alleszins overzichtelijk uitzicht met slechts een rond lcd-display en stuurarmaturen met een zeer bescheiden hoeveelheid knoppen. Niet zo vreemd, aangezien de CL naast het verplichte ABS en snel knipperende waarschuwingslichten bij een noodstop niet van verdere hulpsystemen is voorzien. Dus geen tractiecontrole of verschillende rijmodi, maar dat is gezien het bescheiden vermogen van 47 pk ook geen gemis. De rechterhand is dus gewoon lekker old skool tractiecontrole en rijmodus ineen. Ook smartphone-connectiviteit ontbreekt, en dat zou gezien de jonge doelgroep misschien wel een optie zijn geweest. Daar reken ik mezelf (net…) niet helemaal meer toe, dus voor mij persoonlijk zeker geen gemis.

Ondertussen tokkelt de CL500 dapper door de ochtendspits van Sevilla en vanuit het 790 millimeter hoge, vlakke zadel heb je prima zicht op het verkeer. De tank is lekker smal, waardoor de knieën mooi aansluiten en je, ook als je kleiner van stuk bent, de voeten goed plat op de grond kunt zetten. Zit je liever wat hoger dan is er het optionele bruine zadel (€ 105,-), dat de zithoogte nog eens 30 millimeter verhoogt. Overigens maakt dit zadel ook deel uit van het ‘Style Pack’, een van de drie optiepakketten (zie kader) die Honda voor de CL500 aanbiedt. De goed gepositioneerde voetsteunen en het aangenaam hoge en brede stuur maken het uitgesproken rechtop-zitarrangement compleet.
Wel is het lcd-schermpje matig afleesbaar, helemaal als je de zon in de rug hebt. En dat laatste is veelvuldig het geval, aangezien het in Sevilla en omgeving al lekker zomers is met een graadje of dertig op de thermometer. Die aangename temperatuur wordt dan weer niet weergegeven in het display, uiteraard wel andere noodzakelijkheden als snelheid, benzinevoorraad en -verbruik, trip- en kilometerstand en gebruikte versnelling.

Alhoewel niet strikt noodzakelijk mis je wel een toerenteller in het display, want alhoewel de tweecilinder het met name van zijn middengebied moet hebben, wil ‘ie ook best een stukje doordraven als het moet en dan is de aanwezigheid van zo’n kleinood meer dan welkom om bijvoorbeeld niet steeds in de begrenzer te rijden. Heel vaak zul je dat echter niet doen aangezien de twin aan het eind van het toerenbereik een beetje in ademnood begint te raken en er duidelijk voelbaar voor moet werken. Nee, hij voelt zich duidelijk het meest op zijn gemak als het een tandje rustiger gaat en hij zijn 43 Nm koppel lekker kan gebruiken. De gasrespons is dan ook prima en heeft niet het licht rukkerige van de CMX500 Rebel. Dat maakt de twin van de CL500, die trouwens ook nauwelijks op trillingen te betrappen valt en lekker geciviliseerd loopt, niet alleen in het mooie smalle stuurweggetjes bezaaide achterland van Sevilla tot een uitstekend bruikbare krachtbron, ook in het drukke stadsverkeer van de Andalusische stad is het een fijn blok. Mede ook door de goed werkende zesversnellingsbak en licht werkende en goed te doseren koppeling.

In dat stadsverkeer is een stel adequate remmen met een niet al te pittige initiële bite ook geen sinecure, en ook wat dat betreft is de CL500 goed voorzien. De enkele 310mm-remschijf en tweezuiger-remklauw in het voorwiel is vriendelijk genoeg voor beginnende rijders en is voor een normale remvertraging met twee vingers te bedienen. Moet er onverhoopt een noodstop worden gemaakt, dan is de volle hand echter wel nodig. Het remhendel is trouwens net als het koppelingshendel niet verstelbaar. Voor € 42,- extra is een verstelbaar remhendel trouwens wel als optie leverbaar, én hij zit in het Travel Pack.

Met zijn 192 kilo gewicht ontpopt de CL500 in stadsverkeer zich al meteen als een lekker wendbare spring in het veld, al hebben de Dunlops in koude staat aanvankelijk de neiging wat de bocht in te vallen. Dat verdwijnt gelukkig al snel en eenmaal buiten de stad is de Honda al net zo van het meegaande soort en valt ‘ie op met makkelijk en voorspelbaar stuurgedrag, waarbij je de twin in het korte bochtenwerk door het brede stuur lekker onder je weg kunt drukken. De vering heeft een nadrukkelijk op comfort afgestemde afstelling, waarbij met name de voorvork mooi aanspreekt. Daarnaast heeft de vork voldoende reserves voor een hoger tempo, slecht wegdek en
stevige remacties. Prettig is dat de CL500 op de Dunlops trouwens geen oprichtneiging heeft als je in een bocht even moet bijremmen.

Aan de achterzijde van de Honda wordt comfort ook in hoofdletters in geschreven, en dat is met name bij gematigde snelheid erg aangenaam. Maar de monoschokdempers hebben duidelijk meer moeite met een wat hoger tempo dan de voorvork. Als de bochten elkaar dan ook nog eens vlot opvolgen en het wegdek, zoals op de testroute, veel korte glooiingen kent, volgt de achtervering niet meer zo mooi en wordt de achterzijde van de Honda wat beweeglijker. Goedmoedig hoor, maar toch. Dan mist de vering duidelijk demping om de rust wat meer te bewaren.
Op de grondspeling van de Honda valt dan weer weinig aan te merken. Die is ruim voldoende, de voetsteunen raken het asfalt zeker niet te vroeg. Ook het benzineverbruik van de tweecilinder is, zoals bekend van de andere modellen met hetzelfde motorblok, een echte troef. Een echte verbruiksmeting heb ik tijdens de test helaas niet kunnen doen, maar van de andere modellen weten we dat een verbruik tussen de 1 op 25 en 1 op 28 makkelijk haalbaar is.

Conclusie
Met de nieuwe CL500 voegt Honda een vijfde smaak aan haar toch al uitgebreide 500-palet toe en daarmee heeft het de A2-rijder in alle segmenten wel iets te bieden. De CL met zijn scrambler-looks zit daarbij in de retro-hoek, is zowel qua motorblok als rijwielgedeelte een open boek en heeft bovenal het speelveld nagenoeg voor zichzelf. Japanse concurrentie is er niet, feitelijk komen alleen de Benelli Leoncino 500 en de Royal Enfield Scram 411 in aanmerking. Daarbij is de Benelli alleen met de nodige fantasie als een scrambler te bestempelen en komt de Royal Enfield met zijn 411cc eencilinder maar tot net iets meer dan de helft van het vermogen van de Honda. Mede gezien het succes van de CMX500 Rebel lijken de sterren ook gunstig te staan voor de CL500, die straks voor € 8.399,- bij de dealer staat.

Lees meer over

Honda CL500

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...