+ Plus

Vergelijkingstest KTM 390 Duke – KTM RC390

Tweelingen vormen doorgaans weliswaar een eenheid, dat betekent zeker niet dat de twee individuen ook identiek zijn. Integendeel, en dat geldt ook voor het sportieve 390-duo van KTM: ze delen weliswaar dezelfde basis en hetzelfde doel, maximaal rijplezier bieden in de A2-klasse, maar vliegen dat op geheel eigen wijze aan. Welk concept overtuigt onder de streep het meest?

Tweelingen hebben altijd iets speciaals gehad. Gewaardeerd of gevreesd, ze spelen al duizenden jaren een prominente rol in diverse mythen en verhalen binnen al evenveel verschillende culturen. Hun verschijning kan een voorteken van iets goeds zijn, maar evenzogoed de voorbode van het ergste kwaad. In sommige sagen ontstaat een diepe, intieme band tussen beide, in andere woedt bittere rivaliteit tussen de zielsverwanten. Tussen de twee in dit artikel figurerende eencilinderloten aan de KTM boom, de 390 Duke en RC390, is zeker geen sprake van enige rivaliteit. Beide hebben zelfs exact hetzelfde doel voor ogen, zoveel mogelijk rijplezier bieden in de A2-klasse. De twee-eiige tweeling heeft de neus dus weliswaar in dezelfde richting staan, maar rijdt op geheel eigen wijze naar dit gemeenschappelijke doel. Aan de ene kant is er het beproefde recept van een relatief comfortabele zitpositie met een hoog stuur verpakt in een lekker puristisch jasje. Het sportievere broertje zoekt zijn heil daarentegen in een traditionele voorovergebogen zit met clip-ons en rijkelijk veel kuipwerk rond de framebuizen. Wat beide gemeen hebben is het kloppend hart. De eencilinder viertakt met 373 cc cilinderinhoud is in beide tweewielers goed voor 44 pk en 37 newtonmeter.

Ook het rijwielgedeelte rond een stalen buizenframe lijkt bijna identiek, maar verschilt desondanks op verschillende punten. En uiteraard onderscheiden de beide Oostenrijkers zich ook op detailniveau van elkaar, die dan weer recht doen aan de afzonderlijke visuele verschijningsvormen. Maar resulteren deze verschillen uiteindelijk ook in een uitgesproken afwijkende rijdynamiek? De test zal het aantonen.

En nu we het toch over verschillen hebben, ook de testfractie heeft zo een individuele voorkeur. Oké, beide beschouwen motorrijden als misschien wel de belangrijkste bijzaak van hun leven, maar daarmee is het qua overeenkomsten wel gedaan. Philipp is daarin een soort manusje-van-alles: naked bike, cruiser of allroad, bij hem leiden talrijke wegen naar rijplezier. Op klassieke sportmotoren na dan, die zijn simpelweg niet zijn ding. Te oncomfortabel qua rijden, te onpraktisch, te extreem. Mario ziet dat heel anders. Clip-ons en sterk voorovergebogen in het zadel is een must, hoe sportiever de zit, hoe beter. Dat heeft meermaals tot verhitte discussies onderling geleid, tot het punt dat de overige redactieleden het wel een keer genoeg vonden. Een dag met z’n tweeën op pad moet uitkomst brengen: komen ze nader tot elkaar?

Mario: “Nou Philipp, na deze prachtige, bochtige route hebben we een bakkie koffie wel verdiend. En wees eerlijk, na dit rondje moet je toch ook wel toegeven dat jouw Duke het op dit bochtige traject aflegt tegen mijn sportieve RC390? Die biedt een veel intensievere rijbeleving, het contact met de motor en de feedback van de voorkant is dankzij de sportievere zit simpelweg veel beter dan op de Duke.”

Philipp: “Nou, daar ben ik helemaal niet zo zeker van. Je moet de Duke niet onderschatten op secundaire wegen. Deze kleine hertog biedt de perfecte combinatie van voldoende comfort en sportiviteit. Kijk, beide KTM’s hebben een identieke zithoogte van 820 millimeter, en ook de kniehoek is vergelijkbaar. Toch maakt het hogere stuur van de Duke het ronden van met name krappe bochten een stuk makkelijker. Ook qua overzicht en comfort op de lange baan is ‘ie gewoon stukken beter dan de RC door de meer rechtop zitpositie. Ik hou het niet alleen probleemloos langer vol, ik heb ook langer plezier in het zadel. Bovendien heeft de Duke een iets vlakkere balhoofdhoek van 65,0 graden, wat de stabiliteit op hogere snelheid ten goede komt. De steilere balhoofdhoek van 66,5 graden maken de RC weliswaar iets wendbaarder, maar je merkt ook hoeveel meer kracht het kost om met de RC uiteindelijk een bocht netjes te ronden. En dan heb ik het nog helemaal niet gehad over de turncapriolen die jij in het zadel moet uithalen om überhaupt met enige flair door krappe bochten te komen. Je maakt mij niet wijs dat dat prettig rijden is, het ziet er namelijk tamelijk ongemakkelijk uit. En wees eerlijk, na drie uur kun jij je polsen goed voelen!”

Mario: “Toegegeven, mijn polsen doen inderdaad wel een beetje pijn. Maar weet je, die tol betaal ik met alle plezier. Het rijden met een sportieve motorfiets brengt wat kleine ongemakjes met zich mee, maar dat wordt op andere fronten ruimschoots gecompenseerd. Bovendien zou ik, als ik dat zou willen, de standaard verstelbare clip-ons van de RC 390 met tien millimeter kunnen verhogen. Dan zou zich in ieder geval al in iets meer zitcomfort vertalen. Een dergelijke ergonomische flexibiliteit kent dat gebakje van jouw niet. En laten we meteen ook maar even naar het design kijken, ook zo’n punt waar de Duke zich niet kan meten met de RC. Of het nu gaat om een rondje rond de plaatselijke kerk gaat of een dagje rammen op het circuit, de ogen van de omstanders zijn altijd meer op de RC gericht. Kleinere sportmotorfietsen hebben tegenwoordig gewoon een wat exotischer status. Ondanks de eigenzinnige, allesbehalve doorsnee lijnen is en blijft de Duke gewoon een instap naked bike. Niets meer, niets minder…”

Philipp: “Nou, of die krampachtige, gebukte houding er echt zo cool uitziet, dat waag ik te betwijfelen. In het korte bochtenwerk heeft dat hangen, draaien, wurgen, duwen en trekken je in ieder geval niet veel gebracht. Je kunt denigrerend doen over de Duke, maar qua speelsheid is hij gewoon van een bovenliggende orde. Een ander voordeel van de rechte rijpositie: ik kan veel meer met het bovenlichaam werken en daardoor het supermoto-ABS optimaal benutten. De RC390 heeft deze functie ook, maar tegen de tijd dat je de motor met je ongemakkelijke houding aan het sliden hebt, ben ik al aan de horizon verdwenen.”

Mario: “Hartstikke leuk hoor zo’n speelse rijstijl, maar echt bevorderlijk voor een snelle rondetijd is het niet, en daar gaat hij mij om. Bovendien heb ik ook nog een behoorlijke troef achter de hand voor het geval de volgende bocht onverwachts knijpt: bochten-ABS! Jouw Duke heeft dat niet, terwijl het op de RC werkelijk fantastisch werkt. Dankzij de geoptimaliseerde geometrie van het nieuwe frame, dat speciaal aan het inzetgebied van de RC is aangepast, is de terugmelding van de voorzijde ook nog eens fantastisch. Bijna een-op-een fluistert het voorwiel je alles in over de toestand van het wegdek en de grip van het rubber. In vloeiende bochten rij je daardoor menig superbike om de oren, om over jouw Duke nog maar te zwijgen!”

Philipp: “Op lakenstrak asfalt dat zich harmonieus door het landschap slingert kon ik je inderdaad niet helemaal bijhouden. Over niet bijhouden gesproken, bij het uitaccelereren trok je regelmatig een klein gaatje. Je zou bijna denken dat de RC wat meer spierballen onderin heeft, of ben je gewoon wat resoluter met het gashendel? Beide hebben immers toch de beschikking over exact hetzelfde blok?”

Mario: “Zoals zo vaak zit het verschil ‘m in de details. Dankzij een speciale mapping is het maximumkoppel van de RC390 een paar honderd toeren eerder beschikbaar. En dan is er natuurlijk nog het gewichtsvoordeel, mijn sportieveling legt een bescheiden 164 kilo in de weegschaal, vier minder dan de Duke. Dat dankt de RC onder meer aan de stijlvolle, nieuwe vijfspaaks wielen en het herziene remsysteem. En ook het slanke, aangeschroefde subframe is op dieet geweest en weegt nu minder. Een ander technisch snufje draagt ook zijn steentje bij aan de wat betere acceleratie: de RC heeft de beschikking over een perfect functionerende quickshifter, mét blipper-functie zowaar. Dat in deze klasse! Prettig dat je hierdoor wat sneller van de plek komt natuurlijk, maar ook in de dagelijkse praktijk waar het allemaal niet zo hard hoeft, is het een welkome extra. Hoe dan ook, door al deze kleine voordeeltjes is de RC duidelijk rapper dan de Duke.”

Philipp: “Het succesvolle dieet is op z’n minst opmerkelijk, ondanks de kuip en meer uitgebreide elektronica weegt de RC minder. Wat betreft acceleratie gaat de hoofdprijs dus naar jou. Hoewel iets meer koppel in het middengebied de Duke ook niet zou misstaan, ondanks dat het hier niet om de laatste tiende seconde gaat, denk ik dat we het er beide over eens zijn dat het beschikbare vermogen absoluut voldoet. Beide hebben immers een relatief laag rijklaargewicht, waardoor je met 44 pk behoorlijk wat rijplezier kunt hebben. Van welke motor kun je immers tegenwoordig nog op de openbare weg het volle potentieel gebruiken grotendeels binnen de kaders van de wet? Nee echt, niet alleen A2-rijders komen op dit duo goed aan hun trekken!”

Mario: “Helemaal mee eens, geen van ons heeft meer kolen op het vuur nodig. En toch is het in zekere zin geruststellend dat de RC390 tractiecontrole aan boord heeft, iets dat de Duke eveneens ontbeert. Het is fantastisch om hier en nu telkens vol het gas open te kunnen draaien, maar de omstandigheden zijn natuurlijk lang niet altijd zo optimaal. Zeker wanneer de grip minder is, onder natte omstandigheden om maar wat te noemen, ben jij zonder meer in het nadeel. Ik ben dan niet alleen sneller, maar belangrijker, ook veiliger onderweg. Dat is dan toch weer een extra punt voor de RC hè!”

Philipp: “Dat is inderdaad wel een puntje van aandacht, in vergelijking met de RC is het elektronicapakket van de Duke op z’n zachtst gezegd nogal stoffig. Wat dat betreft kan ik niet wachten op de volgende modelupdate van de Duke, waarbij ik er gemakshalve maar vanuit ga dat dit minimaal gelijk wordt getrokken door de Oostenrijkers. Ook op andere gebieden is de Duke wat minder rijk bedeeld. Uitgebreide instelmogelijkheden van de voorvork en achterschokdemper heeft ‘ie bijvoorbeeld niet. Maar dat stoort me dan weer helemaal niet. De Duke laat zich scherp sturen, maar biedt ook nog het nodige veercomfort op langere afstanden, helemaal prima. Een passagier achterop? Ook geen probleem, de veervoorspanning aan de achterkant kan worden aangepast. Onder de streep een weliswaar eenvoudig, maar ook uitstekend functionerend rijwielgedeelte, zonder de hoofdpijn van eindeloze instellingsmogelijkheden. Perfect geschikt voor de beoogde doelgroep. Over passagier gesproken, die gaat niet vrolijk worden van jouw RC, vermoed ik zo.”

Mario: “Je hoeft geen raketgeleerde te zijn om die conclusie te trekken inderdaad. Maar eerlijk gezegd interesseert me dat ook totaal niet. Ik neem toch nooit iemand mee. Hoe je het ook wendt of keert, jouw redelijke rudimentaire rijwielgedeelte mag dan in de basis goed voor de dag komen, alleen al puur kijkend naar de mogelijkheden heeft de RC hier de neus weer voor. Volledig instelbare WP Apex voorvork, waarbij in – en uitgaande demping elk met dertig clicks kunnen worden gefinetuned aan rijomstandigheden en persoonlijke voorkeur. En achter kan ik zowel uitgaande demping als veervoorspanning aanpassen. Waar jij hoofdpijn krijgt van al die verschillende set-up mogelijkheden, draagt het bij mij alleen maar bij aan de complete rijbeleving. Het komt erop neer dat de RC in principe meer kan: hij is comfortabel in het dagelijks gebruik en indien gewenst kan ‘ie lekker strak en sportief worden afgesteld. Jij daarentegen, bent altijd qua afstelling met een compromis onderweg.”

Philipp: “Wanneer een compromis zo goed functioneert als dit, dan kan ik daar prima mee leven. Dit in tegenstelling tot onnodig hoge kosten voor functionaliteiten waar ik niet of nauwelijks gebruik van maak. Ik zal eerlijk zijn, er zijn bepaalde zaken van de RC waar ik zeker geen nee tegen zou zeggen, maar onder de streep hou ik bij de Duke met zijn prijs van € 7.300,- een behoorlijk zakcentje over voor brandstof ten opzichte van de RC, die gewoon duizend euro duurder is!”

Mario: “Touché, hier kan ik niet anders dan je volledig gelijk geven. Maar goed, een lekker smoelend design en verfijnde techniek hebben nu eenmaal een prijskaartje. En gezien alle extra’s op de RC, vind ik de meerprijs absoluut gerechtvaardigd. Ondanks dat ik niet alle features veelvuldig gebruik en sommige ook lang niet altijd nodig zijn, kun je ze maar beter hebben dan missen. Maar genoeg gediscussieerd, laten we nu eindelijk weer verder rijden. Even tussen ons, heb je zin om even van motorfiets te wisselen? Mij polsen zeggen geen nee tegen een paar wat meer ontspannen kilometers. En die speelse lichtvoetigheid waar je zo prat op gaat, wil ik ook wel eens zelf ervaren!”

Philipp: “Hmm, ik wilde net hetzelfde voorstellen. Je onverminderde enthousiasme heeft mijn honger naar een meer sportief maaltje behoorlijk aangewakkerd. Welke onder de streep de beste is, doet er feitelijk ook helemaal niet toe. Beide hebben simpelweg hun bestaansrecht, ze bieden één brok rijplezier maar bedienen daarbij ieder een eigen publiek. Verschillende kwaliteiten in verschillende verpakkingen, en toch dezelfde basis. Knap gedaan eigenlijk.”

Conclusie Philipp
Ik voel me simpelweg meer thuis op een naked dan op een sportfiets. Daarbij levert de 390 Duke precies wat ik ervan verwacht: vertrouwen en lichtvoetigheid vanaf de eerste bocht. Puristisch rijden zonder allerhande technische frivoliteiten, maar wel met een flinke dosis alledaagse kwaliteiten. Daaraan heeft trouwens ook de RC390 geen gebrek, op de uitstekend functionerende elektronica en effectieve windbescherming is menig Duke-rijder jaloers. Voor sportief georiënteerde A2-rijders is de RC dus zeker een aantrekkelijke keuze!

Conclusie Mario
Ja, sportmotoren met clip-ons, dat zal altijd mijn grote liefde blijven. Maar met zo’n aantrekkelijke tweeling midden voor je neus, komt onwillekeurig toch de gedachte aan vreemdgaan op. Op bepaalde punten begrijp ik Philipp ook wel, soms heeft een rechte zithouding ook zo zijn voordelen. Vooral wanneer je niet met een mes tussen je tanden, wat nogal vaak het geval is. Toch ben ik helemaal weg van de extra features van de RC, zeker op jacht naar de snelste tijd op het circuit. En dat ik op de openbare weg nu soms voor de Duke zou kiezen? Niet verder vertellen…

Lees meer over

KTM 390 Duke RC390

Gerelateerde artikelen

Eerste Test KTM 990 Duke

Eerste Test KTM 990 Duke

29 februari, 2024

Begin februari is het in Nederland grijs, druilerig en net boven het vriespunt. Een nieuwe motorfiets aan de tand ...
Eerste Test KTM 1390 Super Duke

Eerste Test KTM 1390 Super Duke

15 februari, 2024

Wat als…? Wat als het nooit genoeg is? Wat als de markt om steeds meer vraagt? Wordt ‘nooit genoeg’ dan ...
Vergelijkingstest 3 A2-allroads

Vergelijkingstest 3 A2-allroads

10 januari, 2024

Hoog op de pootjes, veelzijdig, comfortabel: de allroad is populairder dan ooit. Het gros van de machines is ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-