+ Plus

Reportage Brutus Special

Monsters, Corsaro’s, Superduke’s, Speed Triple’s en B-Kings. Tot de verbeelding sprekende namen voor naked bikes met veel vermogen en een straatvechtende inborst. Rob ‘Rups’ Hendriks is daar liefhebber van en tekent ook graag, vooral motoren. En af en toe bouwt hij een geschetste droom in werkelijkheid, zoals deze Brutus.Je kent het wel: de motoren leunen op hun jiffies, ergens voor de deur bij een dealer en tikken nog wat na. De mannen vertellen sterke verhalen over messcherpe bochten, ‘narrow escapes’ uit de asfaltjungle of nog te realiseren exotische bouwprojecten. Één van die mannen is Rob, Rups voor vrienden. En hij sprak enthousiast over een ‘soort sportmotor’ met een ‘soort Harley-Davidson blok’ die hij ooit wilde gaan bouwen. Mijn eerste reactie was toen nog dat-ie van goeden huize moest komen om met een H-D kloon indruk te maken: daarvan worden al zoveel dezelfde variaties op dezelfde thema’s gebouwd. Maar Rob liet zich niet uit het veld slaan: “Ken je die motoren van Confederate uit Amerika?" Het zijn Harley-look-alike’s met olie in het frame, extravagante achterbruggen en voorvorken. High-tech motoren met exotische namen als Wraith, Fighter en Hellcat. Je moet ervan houden, maar apart zijn ze zeker! Zo’n Hellcat wil ik ook gaan maken. Ik heb al een frame getekend en daaromheen wil ik dus een snelle, sportieve big twin gaan bouwen." Enthousiast vertelde hij verder over een superlichte motor, snel als een dragracer en die zou sturen als een Ducati Monster. Wat dat tekenen betreft maakte ik me trouwens de minste zorgen, want Rob is een getalenteerde (strip)tekenaar en hij liet me wat beduimelde ontwerpschetsen van een vette naked bike met een mooie gewelfde tank zien. Een ambitieus project en ik riep toen nog tegen hem: “Droom maar lekker verder en stuur maar een mail als je klaar bent!” Nauwelijks een half jaar later krijg ik dat mailtje: “Brutus brult en is ook al RDW-gekeurd, in één keer goed!” Maar foto’s kon ik nog niet maken, want de machine moest eerst afgebouwd worden en gespoten. Gelukkig viel dat nawerk erg mee, dus niet eens zo heel veel later – nog geen jaar nadat Rob een fotootje zag van zijn droom-Hellcat – staat zijn Brutus klaar: gepoetst en gepoederd, gespoten en gekentekend.“Het begon inderdaad allemaal met een kleine foto van zo’n Confederate Hellcat. Ik ben meteen gaan zoeken op internet, want zo’n motor wilde ik ook! De Hellcat bleek op bestelling gebouwd te worden en over indrukwekkende technische specificaties te beschikken, maar ook over een indrukwekkende prijs: hij was onbetaalbaar. Dus ben ikzelf maar aan de slag gegaan.”Aan de hand van de Hellcat-foto’s maakt Rob de eerste schetsen en daarna een echte tekening van het frame. Met de tekeningen gaat hij op zoek naar geschikt materiaal en hij krijgt het advies om naadloos getrokken, dikwandig staal 52 te gebruiken. Hij kiest pijp met buitendiameters van 50 en 30 mm plus 76 mm voor de ‘ruggengraat’, waar tevens de olievoorraad in komt te zitten. Uiteindelijk zal er vier liter olie ingaan, genoeg om het blok, zelfs in een hete zomer zonder extra oliekoeler op een goede bedrijfstemperatuur te houden. Met een pakket staal onder de arm verdwijnt Rob in zijn schuurtje, bouwt eerst een mal en begint daarna aan het daadwerkelijke frame. Hij zaagt, slijpt, buigt en hecht net zolang totdat het frame definitieve vormen aan heeft genomen, waarna collega Corné het geheel voor hem aflast met een Tig-lasapparaat. Voor de achterbrug gebruikt Rob kokerstaal van 50 x 30 mm, dat voldoende stijfheid koppelt aan een relatief laag gewicht.Al met al een enorme klus die uiteindelijk ook nog veel extra werk oplevert: als ze het afgelaste frame uit de mal halen, springt het alle kanten op. Door het lassen zijn er spanningen in de framebuizen gekomen, waardoor alles kromtrekt zodra het frame de vrijheid krijgt. De achterbrug en de schetsplaten passen niet meer en het aangelaste balhoofd blijkt ovaal te zijn getrokken. Met richten, vijlen en slijpen en met opnieuw gedraaide afstandsbussen wordt de achterbrug weer pasgemaakt in het frame, maar het balhoofd eist het meeste bloed, zweet en tranen. Uiteindelijk besluit Rob om met hulp van wat collega’s de ovale balhoofdpijp rond uit te kotteren met nieuwe cups weer passend te maken.De volgende klus zijn de balhoofdpen en kroonplaten, waar de aangeschafte WP upside down vorkpoten passen. Ook staan de Ducati-wielen dan al klaar, zodat project Brutus op de poten kan worden gezet. Rob heeft niet persé een voorkeur voor Harleys, maar wel een zwak voor dikke V-twins in het algemeen en Amerikaanse in het bijzonder. Hij kiest daarom voor een motorblok en versnellingsbak van RevTech. Bij de Hellcat loopt de eindoverbrenging via een steunlager aan de rechterkant. Een erg dure oplossing en Rups kiest voor de conventionele overbrenging links. Hij monteert de primaire kast van een H-D FXR.Behalve dat de RevTech producten erg mooi gemaakt en afgewerkt zijn, kan het blok zo uit het krat in het frame gemonteerd worden: ontsteking en carburateur zijn af-fabriek gemonteerd en afgesteld. Dus ‘even’ de olie- en benzineleidingen aansluiten en starten maar. En inderdaad: met één druk op de knop maakt het blok zijn eerste klappen. Maar voordat hij de weg op kon had Rob nog de handen vol aan al die ‘kleine dingetjes’ die bij een zelfbouw zo enorm veel tijd vragen, zoals alle beugeltjes, steuntjes en schetsplaten om alles vast te zetten. Bovendien moesten de olieleidingen netjes op de olietank in de bovenste framebuis aangesloten worden en moest er nog een bronzen gaasfilter in het oliecircuit geïntegreerd worden. Hij maakt de rem- en schakelsets en kettingspanners, een voor- en achterspatbord en een kunststof kettingrandje. Ook ontwerpt Rob een éénpersoons-zadeltje op een subframe, dat hij op drie punten in rubber aan het motorframe bevestigt, net als de gelaccu die onder de versnellingsbak hangt. Alles wordt tot in de puntjes en heel netjes afgewerkt. Kijk wat dat betreft maar eens naar dat chique dashboard met de Ducati-teller en controlelampjes: handgemaakt uit heus kersenhout! Twee versies gingen in dat kader verloren tijdens de productie, voordat Rob echt tevreden was.Al met al mocht het dan een bestaand concept zijn geweest, dat Rob inspireerde, maar met al zijn gave details en de zelf bepaalde geometrie – waarin Brutus toch behoorlijk afwijkt van het origineel – waarmee Rob zich onderscheidt met deze eigenzinnige machine. Ondanks een niet heel laag zwaartepunt voelt deze musclebike erg licht als ik ‘m van z’n jiffy trek. Het kleine zadeltje zit best goed. De solenoid en de startmotor doen hun werk zo luidruchtig dat ik even denk dat er iets mis gaat, maar gelukkig staat de V-twin meteen mooi stationair te draaien. De choke kan er snel af, de zuigers stampen krachtig rond en de dempers klinken gedistingeerd, maar met een belofte! Ik kloenk de bak in z’n één en héhó, met slechts een klein beetje koppelingsslip wil Brutus er meteen met een sprongetje vandoor. We gáán! De brute bike laat zich heel neutraal rijden, al verlangt-ie een lichte dwang bij het insturen van de bocht. Grondspeling heeft-ie genoeg, en man wat een power, fantastisch! Een toerenteller ontbreekt, maar is ook niet nodig: overal liggen massa’s Newtonmeters voor het grijpen. Gasgeven is milimeterwerk, maar met zevenmijlslaarzen gaat Brutus er vandoor. Als ik al een kritische noot heb, dan is die voor de zithouding: die is als op een chopper. Op een kanon als dit wil je je voeten onder je hebben om je goed schrap te kunnen zetten als de ‘going tough’ wordt. En, persoonlijke smaak: een mooie spitse streetfighterkont zou ‘m niet misstaan. Het beest de sporen geven werkt verslavend, zowel wat de sprintpower als de supersound betreft! Echt gaaf! Het RevTechblok maakt veel indruk en is ook prima in balans. Tuurlijk zo’n monstertwin trilt, maar niet hinderlijk. Pas tegen de 180 wordt het heftig, maar waar hebben we het dan nog over op zo’n naakte fiets? En nu Rob, tevreden en klaar met bouwen? “Nou, ik ben dik tevreden, maar ik heb nu die mal voor het frame nog, dus ik denk er heel voorzichtig over om een Brutus de Tweede te bouwen. Die moet dan vooral nog lichter worden. En met een nog groter blok. Het lijkt me wel wat om iets met een Merch-motor van dik 2 liter te doen.” Oké Rob, we wachten wel af tot we weer een mailtje krijgen…[[nur wenn platz]]SPECIFICATIESMerk Brutus eigenbouw muscle bikeBouwer Rob ‘Rups’ HendriksMotorblok RevTech 100 c.i. (1653 cc)Ontsteking Compu Single Fire Carburateur Mikuni HSR 42 mmPrimaire kast H-D FXR Versnellingsbak RevTech FXR 5-bakHydraulische koppeling Rups 9 plaatsStartmotor Spyke 1.4 kWUitlaat RVS/Alu van Star TwinFrame Rups stalen oliedragend frameVoorvork instelbare WP upside downSchokdempers instelbare WP stereodempersWielen 17 inch Ducati Banden Pirelli Corsa’s 120/55×17 en 180/55x17Remmen 3x Brembo GoldLine vierzuigerklauwenBalhoofdhoek 29ºWielbasis 1660 mm[[streamers]]HET BEGON INDERDAAD ALLEMAAL MET EEN KLEINE FOTO VAN EEN CONFEDERATE HELLCATGASGEVEN IS MILIMETERWERK, MET ZEVENMIJLSLAARZEN GAAT BRUTUS ER VANDOOR

Lees meer over

Ducati Harley-Davidson

Gerelateerde artikelen

Eerste test Ducati Multistrada V4

Eerste test Ducati Multistrada V4

31 oktober, 2024

Zware slagregens, rivieren treden uit hun oevers, en evacuaties. Kortom, een prima weersverwachting om af te ...
Overzicht redactiemotoren

Overzicht redactiemotoren

3 oktober, 2024

Motorrijden is emotie en in dat licht beschenen komt deze Sportster S goed beslagen ten ijs. Niet alleen omdat het ...