+ Plus

Occasion groot vs. klein

Op zoek naar een occasion? Ga je dan voor de dikste variant van een bepaald merk en model of kies je voor het kleine broertje? Op deze pagina’s drie van dit soort koppeltjes van Ducati, KTM en Harley-Davidson. We trappen af met de Monster 821 en 1200.

Voor alle hardcore-Ducatisti meteen op hun achterste poten gaan staan, willen we alvast één ding duidelijk maken: ja, natuurlijk waren er voor 2014 ook al vloeistofgekoelde Monster-blokken (S4 vanaf 1993). En luchtgekoelde tweekleppers staan tegenwoordig nog steeds (of opnieuw) in de Ducati-prijslijst (Scrambler, Monster 797). Maar het nieuwe Monster-tijdperk werd in 2014 ingeluid met de 1200, een jaar later gevolgd door de 821. Beide lieten met hun esthetisch netter ogende, sterkere en stukken gecultiveerder draaiende Testastretta-motorblokken van de tweede generatie en compleet nieuwe rijwielgedeeltes zien dat traditie en hightech prima hand in hand gaan. Helaas onderstreepten ook de instap-Monster en de top-naked weer dat de aanschaf een nieuwe Monster een relatief duur geintje is, met name in tijden waarin retro-concurrenten steeds talrijker en vaak ook beduidend gunstiger waren. Gelukkig kun je ook terugvallen op de occasionmarkt. Nieuw bedroeg het prijsverschil tussen beide Monsters zo’n 3.000 euro. En in het geval van de van Öhlins-vering voorziene 1200S kwam er nog eens een dikke 2.500 euro bij. Gebruikt is het verschil tussen beide modellen een stuk minder groot. De verschillen in pure rijpret zijn nog eens een flink stuk minder. Op bochtige secundaire wegen is een geoefende 821-rijder minstens zo vlot onderweg als een 1200-eigenaar. Drie vrij te programmeren rijmodi (Sport, Touring, Urban), tractiecontrole en ABS hebben ze beide. Het echte verschil wordt gemaakt door ogen en gevoel. Alleen de 1200 heeft wat dat betreft een enkelzijdige swingarm, een aluminium stuur en kappen, een sjiekere rempomp en een – in ieder geval tot bouwjaar 2018 – mooier TFT-display in de aanbieding. De 821 is gevoelsmatig wat ‘nerveuzer’ qua motorblok en rijwielgedeelte, de 1200 net even wat ‘soevereiner’. Puur objectief bekeken doen deze beide broers niet zo gek veel voor elkaar onder. Wel geldt: hoe recenter het model, hoe beter….

KTM 990 Super Duke R / KTM 1290 Super Duke R

Groot en klein is in het geval van de Super Duke eerder een kwestie van bouwjaar. Een sterke V-twin, een stalen vakwerkframe en een scherp Kiska-design hebben zowel de 990 als de 1290. Is een blik in de portemonnee dan doorslaggevend?
Objectief bekeken, doet de nieuwere 1290 alles beter. Maar dat maakt de 9990 nog lang geen slechte motorfiets. Met 120 pk en 100 newtonmeter koppel is deze twin ook vandaag de dag allesbehalve ondergemotoriseerd – met name gezien de 200 kilo gewicht van deze Oostenrijker. Alleen deze paar getallen maken voordat je er op gaat zitten al duidelijk welk vlees je met deze Duke in de kuip hebt. Als de 990 al niet Super Duke had geheten, dan had de 1290 de toevoeging ‘Super’ al helemaal verdiend. Of een ander superlatief, die de driehoek 1.300 cc longinhoud, 180 pk vermogen en 213 kilo gewicht eer aan doet. Ergonomie, vering, remmen en alle andere onderdelen volgen het ‘Ready to Race’-mantra. Sportiviteit viert hoogtij, zonder daarbij bepaalde toereigenschappen en de dagelijkse praktijk uit het oog te verliezen. En om direct maar even de vooroordelen uit het veld te ruimen: in een MotoPlus-duurtest bewees de 1290 zich over de gehele testafstand van 50.000 kilometer als uiterst betrouwbaar. De occasions die worden aangeboden hebben overwegend lagere kilometrages. En dan zitten er vaak ook nog extra’s als een vervangingsuitlaat en onderdelen uit KTM’s Power Parts-lijn op.
De 990 Super Duke heeft daarentegen eerder het archaïsche karakter van de eerste straat-KTM’s. Deze dikke twin staat bekend als een compromisloze machine, zeker in de R-versie. Met een eenpersoonszadel, langere achterschokdemper, stuurdemper en nog wat ander klein spul was deze uitvoering nog sportiever. Later nam het vermogen nog toe tot zelfs 132 pk aan de – lichtere – krukas. Met en zonder ‘R’ is de keuze op de occasionmarkt heel behoorlijk, en ook hier zie je vaak machines voorzien van extra’s als valblokken, led-knipperlichten en een andere uitlaat. In technische zin valt er niet veel bijzonders te melden, even afgezien van zaken als met motorolie vermengde koelvloeistof. Onze kooptip? Dat hangt van je smaak af. En de vulling van je portemonnee. Super zijn ze beide, ieder op zijn eigen manier.

Harley-Davidson Sportster 883/ Harley-Davidson Dyna Street Bob

De doorslaggevende vraag voor Harley-beginners luidt: “Met een Sportster beginnen of toch liever meteen een big twin?” Het antwoord van ervaren Harley-rotten: “Maakt niet uit, allebei even leuk!”.
Nieuw zit er een dikke 4.000 euro prijsverschil tussen beide modellen, gebruikt vaak nog steeds minstens drie mille. Het gaat in dit geval om de voordeligste modellen van beide belangrijke Harley-werelden: Sportster en Big Twin (de in India geproduceerde Street 750 laten we op deze pagina’s even buiten beschouwing). Al naar gelang bouwjaar zit er 566 tot 862 cc inhoudsverschil tussen beide modellen, en verder 23 pk extra vermogen en ongeveer 50 kilo extra spek op de heupen. Maar veel belangrijker in dit geval is natuurlijk het imago! Waar de Street Bob altijd en overal als een coole vertegenwoordiger van het merk wordt gezien, moest de ‘kleine’ Sportster aanvankelijk leven met het stempel ‘vrouwenmotor’. Maar dat is sinds de komst van de Sportster Iron 883 (foto boven) in 2009 eigenlijk verleden tijd. Ondertussen is tweederde van de Sportster-kopers man. Voor we bij het antwoord op de vraag komen met welk machine de Harley-nieuwkomer zijn verslaving moet starten, eerst een belangrijke opmerking van onze kant: de eerste Harley is altijd de lekkerste Harley – tenminste als er voldoende tijd tussen de volgende aankoop zit. En nu is het dan tijd om naar een gebruikte Iron te kijken. Of nog beter: naar de volledig onderschatte 883R, die tussen 2005 en 2015 in het Harley-gamma zat. Gietwielen in plaats van draadspaakwielen, een dubbele in plaats van een enkele remschijf in het voorwiel en een prima zitpositie. De meest dynamische van alle 883 Sportsters. Na een tijdje groei je dan vanzelf toe naar een Sportster 1200, waar je ook weer jaren mee vooruit kunt. En in die tijd leg steeds wat geld opzij – een Sportster is qua onderhoud namelijk verrassend voordelig – om uiteindelijk een gebruikte Dyna Street Bob als tweede Harley aan te schaffen. Is dat geen perfect plan? Zeker!

Gerelateerde artikelen

Eerste test Ducati Multistrada V4

Eerste test Ducati Multistrada V4

31 oktober, 2024

Zware slagregens, rivieren treden uit hun oevers, en evacuaties. Kortom, een prima weersverwachting om af te ...
Vergelijkingstest 3 power nakeds

Vergelijkingstest 3 power nakeds

3 oktober, 2024

Deze naked bikes behoren tot de sterkste motoren die je gewoon in de winkel kunt kopen. Dat is echter slechts een ...