Column Jacob Schoenmaker MP 17-2011
Na alle ellende op de beurzen de afgelopen weken prijkte er weer eens nieuws op de voorpagina om wel blij van te worden. De VVD wil een door mij lang gekoesterde wens vervullen: een inhaalverbod voor vrachtwagens.Een motorrijder mag zich ‘King of the Road’ noemen, maar de realiteit is dat wij helemaal onderaan de verkeersvoedselketen bungelen. ‘Size matters’ in het dagelijkse gevecht om de schaarse ruimte op onze overvolle wegen. Een vrachtwagen is in deze de tegenpool en ‘angstgegner’ van de motorrijder. Tijdens mijn dagelijkse motortrip door de spits naar Amsterdam zie ik genoeg asociaal rijgedrag om een heel seizoen van wegmisbruikers moeiteloos te kunnen vullen. En daarbij zal het nog moeilijk kiezen zijn. Bumperkleven en bellen in de auto zijn eerder regel dan uitzondering en het vermelden allang niet meer waard. Ook aan het volstrekt zinloos inhalen voor een rood stoplicht ben ik inmiddels gewend. Dat de auto’s die de volgende afslag moeten nemen zich in de regel op de linkerbaan bevinden heb ik allang geaccepteerd. Zij halen dan nog snel een paar auto’s in voordat ze twee banen over steken naar de afslag om daar fors vaart te minderen. Ik wind me er niet meer over op dat deze actie geen seconde tijdswinst oplevert en een milde vorm van het afsnijden van de ingehaalde auto’s is. Nederlanders zijn een proper volkje en dat geldt ook voor de rokende automobilist. Zijn asbak in de auto blijft maagdelijk schoon, doordat de sigarettenpeuken brandend en wel direct uit het raam worden gegooid. Ook gaan automobilisten milieubewust met ruitenvloeistof om, door het te delen met motorrijders die achter hen rijden. Dit kan heel eenvoudig door in de derde baan even aan het pookje van de ruitenwisserbediening te trekken, zodra een motorrijder in de binnenspiegel opduikt. Ik haal echt mijn schouders op bij deze dagelijkse ergernisjes wanneer ik van het motorrijden geniet. Echter, als ik in het verkeer ergens een diepgewortelde pokkenhekel aan heb, zijn het wel vrachtwagens op de tweede baan. Vooral tijdens files zijn ze bloedirritant, want zij maken het voor de motorrijder een riskante onderneming om stapvoets tussen de file door te rijden. En juist het (rustig!) tussen de file door kunnen rijden is de reden waarom een forens voor de motor kiest. Die flatgebouwen op wielen zijn gewoon veel te breed en wat hebben ze in hemelsnaam op de tweede baan te zoeken? Maar ook als het verkeer wel doorrijdt, moet je om de paar kilometer afremmen omdat twee vrachtwagens elkaar met twee kilometer per uur verschil proberen in te halen. Over een afstand van 100 kilometer wint deze Henk Wijngaard met zijn vlam in de pijp en zielige inhaalpogingen 72 seconden. De vertraging voor het overige verkeer is een veelvoud hiervan. Ik ben een groot voorstander van een permanent inhaalverbod voor deze kolossen. Als ze dan braaf op de rechterbaan achter elkaar aan blijven sukkelen, zou dat een significante file reducerende uitwerking hebben. Ik wil op deze plek absoluut geen politiek bedrijven, maar voor de liefhebbers van doorrijden is de VVD goed bezig. Het eerste wat ze na de vorige verkiezingen deden, was het verhogen van de maximale snelheid. Nu maken ze zich sterk voor een inhaalverbod voor vrachtwagens. Waarschijnlijk zijn dit de twee belangrijkste en misschien wel enige wapenfeiten van dit kabinet, die iedereen zich na de volgende verkiezingen zal herinneren. De regeringspartij zou zich bijvoorbeeld ook met het bezweren van de eurocrisis bezig kunnen houden, maar leuker is het natuurlijk om met dit inhaalverbod voor vrachtwagens op te proppen te komen.Jacob Schoenmaker is econoom en presentator bij de zakenzender RTL-Z. Hij heeft het motorvirus al zo’n tien jaar onder de leden en is de troste eigenaar van BMW K1300S. Inhalende vrachtwagens vormen zijn grootste ergernis in het dagelijkse verkeer.
