+ Plus

Alpenmasters 2024 – Supermoto’s

Het zijn meer pure pretritten dan vakantiereizen met deze categorie motoren. In deze Alpenmasters vormen ze dan ook de buitenbeentjes. Dat toeren niet tot hun kwaliteiten behoort, is genoegzaam bekend. Op bergwegen beloven ze echter des te meer sensatie! En voor de reis er naartoe zijn er tenslotte aanhangers en busjes.

Terwijl supermoto’s in sommige landen behoorlijk populair zijn geworden, zoals in Duitsland en Scandinavische landen bijvoorbeeld, en daar met name een publiek aanspreken dat is opgegroeid met Instagram en TikTok en dergelijke, zie je ze in de Alpen nog weinig. Deze motoren bieden om begrijpelijke redenen een sportief-puristische rijbeleving zonder veel poespas of comfort. Daarom kan de reis naar de Alpen toe meteen al een uitdaging zijn. Lange etappes, in het ergste geval op de snelweg of zelfs Duitse Autobahn, behoren niet tot de paradedisciplines van supermoto’s, da’s duidelijk. Maar als je dan eenmaal in de bergen bent aangekomen, kunnen ze met een combinatie van een actieve rechtop ergonomie, levendig motorblok en laag gewicht hun troefkaarten uitspelen.

Laten we er dus even vanaf zien dat zowel de Ducati Hypermotard 698 Mono (hier in de bontgekleurde RVE-uitvoering met standaard quickshifter) als de GasGas SM700 op den duur voor tintelende vingers en pijnlijke zitvlakken kunnen zorgen, en dat ze geen ruimte voor bagage bieden. Voor deze Alpenmasters zijn ze met de bus vervoerd en mengen zich hier onder de deels van koffers voorziene concurrentie.

De eerste start op iets meer dan duizend meter hoogte verloopt voor beide eenpitters wat haperend. Terwijl de Duc zich met een dansend stationair toerental op temperatuur staat te hameren, draait de GasGas tot onze schrik aanvankelijk meerdere seconden met ruim 3.000 toeren, om vervolgens zijn normale stationair toerental te vinden. Hoogvermogende eenpitters met hoge compressie zijn nou eenmaal gevoelige types, daar helpt de grote hoogte in de Alpen niet echt bij. En we weten uit ervaring dat deze aggregaten het liefste volgas gaan.

Maar laten we bij het begin beginnen. Op de klim naar de Umbrail-pas moeten we eerst door een paar kleine dorpjes boemelen, ook dat hoort bij het rijden in de Alpen. En hier manifesteert zich natuurlijk de ruige motorloop van de eenpitters. Terwijl bij de GasGas SM700 echter alleen de trillingen opvallen, komt er bij de Ducati Hypermotard 698 Mono een nadrukkelijk ‘konstantfahrrückeln’ bij, waar de extreme boring en slag van 116 x 62,4 mm (SM700: 105 x 80) en enorme gasklepdiameter van 62 mm (SM700 50 mm) ongetwijfeld aan bijdragen. Dat bokkige lopen bij constante lage snelheid is een bekend kritisch punt bij dikke hoogvermogende twins en helemaal eenpitters. De in een eerdere test door ons al bekritiseerde afstelling van de motormapping blijft voor verbetering vatbaar, met name in het deellastgebied.

De quickshifter van de Duc werkt echter goed en vraagt maar weinig kracht. De versnellingsbak van de minder rukkerig lopende GasGas heeft eveneens een quickshifter voor op- en terugschakelen. Deze werkt goed, maar je moet wel resoluut tegen het schakelpedaal trappen.
Na slechts een korte rit doemt de pasweg al op voor de beide supermoto’s. Deze zal ons over een afstand van zo’n zestien kilometer tot op de Stelvio brengen. Gas erop, we gaan los! De Ducati neemt op dit traject met de vele krappe haarspeldbochten de leiding. Hij is gemakkelijk plat te leggen en met vertrouwen op krappe lijnen te sturen. Links-rechts-links, in een schier eindeloze herhaling. Het stuurgedrag van de Duc is intuïtief en laat aan duidelijkheid niks te wensen over. Daarmee vergeleken voelt de SM700 wat stijf aan, hij wil met nadruk in de bocht worden gedrukt en richt zich bij remmen in bochten sterker op. Waar de Ducati ronde lijnen rijdt, vraagt het remmen-insturen-accelereren op de GasGas meer hoekige lijnen. In het kantelpunt van de bocht gaat de SM700 wel vloeiender te werk wanneer je het gas weer open zet en hij vraagt daardoor minder gebruik van de koppeling.

Tussen de hairpins stampt de GasGas voelbaar moeitelozer vooruit dan de Ducati. Weliswaar haalt de Hypermotard dankzij zijn korte gearing bij de acceleratiemetingen in zes bergop precies evenveel punten, maar de smallere powerband vraagt in de praktijk om meer schakelwerk. Op bergwegen is dat een groter nadeel dan een paar pk minder topvermogen, waardoor de SM700 de zege pakt op het onderdeel motorblok.

De Ducati heeft echter meer elektronische hulpsystemen, namelijk voor drifts en wheelies. Het ABS van de Duc heeft liefst vier niveaus, maar voor gebruik op deze bergpassen vonden we alleen de meest behoudende van toepassing, omdat die als enige het achterwiel aan de grond houdt (wil je fraaie stoppies maken, dan is dit natuurlijk juist een nadeel…). Het ABS op de SM700 is alleen uitschakelbaar. Ingeschakeld onderdrukt hij consequent stoppies. Bij het remmen bergaf zijn het echter vooral de gewichtsverdeling en de stuggere vering die de GasGas een voordeel opleveren. Terwijl de Hypermotard voor snel induikt en daarmee aanleiding geeft voor een stoppie, blijft de SM700 relatief vlak en laat een grotere remvertraging toe. Bij de geteste Hypermotard zorgde de ondanks goed vastgedraaide bouten zeer losse rubberen ophanging van het stuur ervoor dat het tijdens hard ankeren voelbaar naar voren kantelde. Een eigenaardigheid die ons bij eerdere testexemplaren niet is opgevallen. Opmerking bij de remproef: wegens ontbrekende duovoetsteunen hebben we beide supermoto’s met solobezetting gemeten.

Na de korte stop bij Bruno’s Bratwustkraam bovenop de pas begint de afdaling wegens de hiervoor beschreven karakterverschillen op de GasGas moeitelozer en beheerster. Wie met inzet van zijn lichaamsgewicht het oprichtmoment bij remmen in bochten tegengaat, kan hier op de GasGas wegrijden bij de Ducati. In de praktijk blijft dit voordeel echter klein, want het helemaal uitpersen van de beide supermoto’s op deze hobbelige en deels stukgereden wegen lukt eigenlijk maar zelden. Hier profiteert de Ducati van zijn duidelijk soepelere vering, die bij al deze supermoto-sportiviteit toch nog een behoorlijk comfort weet te geven. Daar blijft de GasGas verre van. Die veert zo hard en dempt zo stug dat je de pasweg graag zou ruilen tegen een kartbaan. Aangezien dat echter nou net niet de bedoeling is bij deze Alpenmasters, delft de SM700 onder de streep nipt het onderspit tegen de Hypermotard 698 Mono RVE. Een finaleplaats voor de wendbare Hypermotard!

Conclusie
De aangenamere stuureigenschappen in ‘normaal’ gebruik en de omvangrijke elektronische uitrusting helpen de Ducati Hypermotard 698 Mono RVE nipt de finale in. De GasGas SM700 toont zijn capaciteiten pas bij een zeer sportieve rijstijl en heeft verder op de kronkelige Alpenpassen meestal het nakijken.

Gerelateerde artikelen

Eerste test Ducati Multistrada V4

Eerste test Ducati Multistrada V4

31 oktober, 2024

Zware slagregens, rivieren treden uit hun oevers, en evacuaties. Kortom, een prima weersverwachting om af te ...
Vergelijkingstest 3 power nakeds

Vergelijkingstest 3 power nakeds

3 oktober, 2024

Deze naked bikes behoren tot de sterkste motoren die je gewoon in de winkel kunt kopen. Dat is echter slechts een ...
Alpenmasters 2024 (3) – Finale

Alpenmasters 2024 (3) – Finale

19 september, 2024

Bij de Alpenmasters is het als bij een EK of WK voetbal: iedereen wil uiteindelijk door naar de finale. Acht ...