Warmdraaien

Warmdraaien – Waar ligt de elektrische toekomst?

Net nu we in Nederland de laatste weken na een dagje sturen lekker in het zonnetje met een koud drankje in de knuisten konden uitblazen, was het voor collega Eric Bulsink ploeteren en afzien op een plek waar je normaal gesproken in het voorjaar laaft aan een aangenaam zonnetje: Catalonië, waar hij deelnam aan 100 Colls, een evenement waarbij je in 48 uur zoveel mogelijk bergpassen moet bedwingen.

Stortbuien zonder eind en zelfs sneeuw waren zijn deel, dus geen verfrissend drankje na een dag koukleumen in de bergen, maar een mok hete chocolademelk en een warme deken om weer op temperatuur te komen. Rare wereld. Afgelopen jaar reed Eric voor het eerste mee op uitnodiging van de organisatie en dus een beetje voor spek en bonen, dit jaar ging het echter om het ‘echie’. Waar het gros van de deelnemers daarvoor een dikke allroad van het kaliber GS of Multistrada gebruikte, zette Eric in op een minder voor de hand liggend wapen met een Suzuki GSX-8S. Lekker als het zonnetje schijnt, maar door het ontbreken van enige vorm van bescherming tegen de elementen krijg je de volle laag als het weertechnisch even stevig tegenzit. Of Eric weer een beetje is opgedroogd, lees je verderop in deze MotoPlus.

En volgend jaar gaan voor de ultieme uitdaging als het om dit evenement gaat, elektrisch? Dat zou met recht een uitdaging zijn, want de dichtheid van het laadnetwerk is in Spanje nog niet echt geweldig met zo’n tienduizend laadpunten verdeeld over ongeveer drieduizend locaties. En daarvan is slechts dertig procent als publiek laadpunt ingericht. Bovendien bevindt het gros van de laadpunten zich langs de populaire kustlijn, waardoor het rijden van zoveel mogelijk bergpassen, die toch vaak landinwaarts liggen, een logistiek erg ingewikkelde zo niet onmogelijke operatie zou worden. Dat zou dan eerder meedoen volgens de Olympische gedachte worden…
En dan heb ik het nog niet eens over de keuze aan elektrische modellen, want de verscheidenheid daarin stokt aardig en daarnaast verdwijnen de nieuwe elektrische merken bijna net zo snel als ze komen. Onlangs ging het Britse Arc alweer voor de tweede keer in een paar jaar tijd op de fles. Goed, dat richtte zich met peperdure modellen volledig op de bovenste bovenkant van de elektrische markt, maar ook een merk als RGNT Motorcycles scheerde recent gevaarlijk langs de afgrond en maakte uiteindelijk een doorstart als RGNT Reborn. En ook de ‘gevestigde’ elektrische merken als Zero en Energica hebben het nog niet bepaald makkelijk om vaste voet aan de grond te krijgen.

Maar momenteel heeft de hele elektrische markt het om uiteenlopende redenen moeilijk, ook die op vier wielen. Het noopte BMW, waar de elektrische CE-04 het op zich niet verkeerd doet, tot een drastische koerswijziging, waarbij het de plannen voor een volwaardige elektrische motorfiets voorlopig in de koelkast heeft gezet. Ducati voorziet weliswaar het MotoE-kampioenschap van motoren, maar plannen om met een productiemachine te komen, zijn er vooralsnog niet. Daarmee blijft Harley-Davidson via de LiveWire-constructie de enige traditionele motorfabrikant met een zware e-motorfiets en ook dat is tot nu toe niet bepaald een doorslaand succes gebleken.

Blijkbaar wil het elektrische concept maar niet landen in de motorwereld en is de doorsnee motorrijder simpelweg niet de juiste klant. Waar de sleutel tot elektrisch succes dan wel ligt? Misschien in het verbreden van de blik, het verder afkaderen van het gebruiksgebied, de gemotoriseerde tweewieler salonfähig maken en met name de stadspendelaar enthousiasmeren. Wellicht dat de elektrische aandrijving – ook in zwaardere uitvoeringen – in een stadse omgeving dan wel voldoende levensvatbaar is.

Jeroen Hidding 2

 

 

 

 

 

 

 

Jeroen Hidding – hoofdredacteur MotoPlus

Gerelateerd nieuws

Overig nieuws