Warmdraaien 17/2012
Nu de dagen weer wat korter worden begint de motorbranche vooruit te kijken naar volgend jaar. Over precies één maand, van 3 t/m 7 oktober, wordt in Keulen de Intermot gehouden, de tweejaarlijkse grote najaarsbeurs waar vrijwel alle fabrikanten hun nieuwe modellen en nieuwe kleuren voor 2013 presenteren. En aangezien Keulen vanuit bijna heel Nederland met één tank benzine bereikbaar is – en we in eigen land al jaren geen echte nieuwsbeurs meer hebben – is die Intermot een uitstekende mogelijkheid om eens te kijken wat de motorwereld in 2013 voor ons in petto heeft. Een week of 6 later, van 15 t/m 18 november gaat het hele motornieuws-circus op herhaling in Milaan, als daar de jaarlijkse Eicma wordt georganiseerd. Als je nu al een slimme budgetvlucht boekt, kun je ook daar voor een appel en een ei naar toe.
Met name de Europese merken roeren momenteel al aardig de trom en geven steeds meer 2013-nieuws vrij. BMW maakt zich op voor de nieuwe generatie watergekoelde boxermotoren; naar verwachting krijgen we dit najaar de GS als eerste model met dat nieuwe blok te zien. Ook KTM gaat stappen zetten omdat ze met het geld van de Indiase Bajaj-groep motoren hebben ontwikkeld die minder extreem zijn, maar daardoor juist een veel bredere doelgroep zullen aanspreken. De verwachtingen rond hun nieuwe 1190 Adventure (zie ook de eerste rij-impressie in MotoPlus 17) zijn zeer hoog gespannen. En terecht! Opmerkelijk is dat MV Agusta afgelopen jaar de weg omhoog nog niet echt heeft weten te vinden, terwijl ze met hun F3 driecilinder prijstechnische toch een heel ander (lees: normaal) segment zijn binnengestapt. Ook Aprilia en Moto Guzzi zitten als Italiaanse merken in de hoek waar de klappen vallen: het is duidelijk dat er bij al deze drie merken iets moet gebeuren om ze weer op de kaart te zetten. Wat dat betreft kunnen ze zich spiegelen aan Ducati, die in de racerij weliswaar een veer moeten laten en ook hun droomcoureur Valentino Rossi na een paar mislukte seizoenen weer terug zien gaan naar Yamaha, maar die in de verkopen juist erg stabiel blijven en zelfs een lichte groei doormaken en dat is in een krimpende markt gewoon knap.
Triumph weet ook redelijk stand te houden en is tegenwoordig het zesde merk op de verkoopranglijsten, voor Kawasaki, Ducati en KTM. Het Engelse merk lijkt daarvoor wel hypes nodig te hebben, want de verkopen draaien slechts om een paar modellen: de Street Triple, Speed Triple en de Tigers. De in 2012 geïntroduceerde Tiger Explorer weet echter nog geen potten (en records) te breken; als extra modeloffensief brengen de Engelsen nu dus ook nog een aangeklede Explorer XC uit. Bovendien hebben ze ook heel goed naar de BMW RT gekeken: met die kloon wordt de Thropy 1200 nu nieuw leven in geblazen.
Maar ondanks dit Europese nieuws zal het dit najaar op de grote motorbeurzen vooral de vraag zijn wat de vier grote Japanse merken gaan doen. Zien ze de markt in Europa als een visitekaartje voor hun technische kunnen, of denken ze eigenlijk alleen nog maar aan de groeimarkten in Azië en Zuid-Amerika? Honda toonde voor 2012 al lef en visie en wist zich daarmee meteen weer te onderscheiden. Maar Yamaha, Suzuki en in iets mindere mate Kawasaki zullen nu echt kleur moeten gaan bekennen: of je gaat weer gas geven, of je gaat op in de grijze massa, als echte ‘middenmotor’. Gelukkig is Suzuki-baas Inobe daarover erg duidelijk in een interview dat is te lezen in MotoPlus 17: Europa staat opnieuw in de belangstelling bij Suzuki en het merk wil binnen afzienbare tijd met nieuwe, specifiek voor Europa ontwikkelde modellen komen. Een geweldig geluid, want na 50 jaar zijn de Japanners toch niet meer weg te denken uit onze motorwereld.
Eric Bulsink
Hoofdredacteur MotoPlus