Nieuws

Warmdraaien 16 – 2016

In de afgelopen drie nummers van MotoPlus publiceerden we drie omvangrijke banden-vergelijkingstesten. In MotoPlus 13 kwamen zes sets allroad-banden voorbij, in Motorplus 14 zes sets sportbanden en in MotoPlus 15 vier sets toerbanden. Uit ervaring weten we dat er maar weinig aspecten van een motorfiets zo in de belangstelling staan van motorrijders als de banden. Vraag op een parkeerplaats, op een terras of op de motorclub-avond achteloos welk merk banden iemand onder zijn motor heeft zitten, en waarom, en je krijgt vaak een zeer geanimeerd gesprek gelardeerd met zeer uiteenlopende praktijkervaringen.

Vreemd is dat niet, want maar weinig onderdelen aan je motor hebben ook zo’n grote invloed op het rijplezier en de veiligheid. Daarbij lijken banden ook nog een onzichtbare, maar super-directe koppeling met je hersenen te hebben. Het gevoel dat een band ‘tussen de oren’ geeft is erg belangrijk en bepaalt het verschil tussen heerlijk zorgeloos en vol vertrouwen motorrijden of juist het onbetamelijke gevoel te hebben dat je op eieren rijdt en dat de banden op elk moment de grip op het asfalt lijken te gaan verliezen.

 

Nu is het gevoel wat je hebt bij een band natuurlijk erg lastig te meten, vandaar dat we in MotoPlus de kwaliteiten van een band proberen te vangen in een cijferlijst, zoals je van ons gewend bent bij al onze testen. Daarbij hebben we in dit geval negen aspecten van elke band beoordeeld, en dat in zowel droge als natte omstandigheden. Die testen zijn telkens onder vaste condities met dezelfde rijders, dezelfde motoren en dezelfde trajecten uitgevoerd. Op die manier hebben we in juni en juli dus zestien sets banden beoordeeld; doe er je voordeel mee en haal vooral uit zo’n test wat jijzelf belangrijk vindt. Want dat is het voordeel van een puntenlijst: als je nooit in de regen rijdt of nooit het grensbereik op zoekt, kun je dat aspect voor je persoonlijke benadering minder zwaar laten wegen.

Op voorhand weten we dat een bandentest veel losmaakt, want iedereen heeft zijn of haar mening over banden. Behalve de MAG dan, want in hun recente clubblad komen ze ondanks de pretentieuze titel ‘Hoe kies je de juist motorband’ niet veel verder dan het advies dat je bij voorkeur een voor- en achterband van hetzelfde merk en type moet kopen. En dat je verder maar het beste kunt vertrouwen op je dealer, omdat die weet wat de nieuwste ontwikkelingen zijn, welke band het langste meegaat en welke beter kleeft op een nat wegdek. Maar wedden dat die dealer ook gewoon MotoPlus leest, want meer gefundeerde informatie over motorbanden zul je in Nederland en België nergens vinden.

Elk jaar voeren we met één bepaald bandentype als ‘kers op de taart’ ook nog een slijtagetest uit. In 2014 is dat gedaan met zes sets sportbanden (MotoPlus 11-2014) en in 2015 met zes sets toerbanden (zie MotoPlus 14-2015; voor abonnees gratis na te lezen in ons digitale archief waarin inmiddels meer dan 250 magazines zitten). Dit jaar werden dus de zes allroad-banden onderworpen aan die slijtagemeting. En dat lijkt zo eenvoudig: geef zes motorrijders een set nieuwe banden en laat ze na een maandje terugkomen om te kijken hoeveel profieldiepte er rest. Helaas levert dat geen sluitende test op: het rijgedrag, de motorfiets, de belading, de bandenspanning, het wegtype en zelfs het asfalt heeft zoveel invloed op de slijtage, dat je zo’n test alleen maar op bijna wetenschappelijke wijze kunt doen. Lees: met zes exact dezelfde motoren (met ook nog eens een gelijke belading) ga je met zes rijders een afwisselende route rijden, die in ons geval 4.000 km lang was. Daarbij wordt de bandenspanning regelmatig gecheckt en rouleren de rijders continu over de zes motoren, zodat iedereen elke dag evenveel op elke motor heeft gereden. Op die manier wordt het individuele rijgedrag geëlimineerd en kan de slijtage van elke band dus goed beoordeeld worden. Inderdaad: zo’n slijtagetest is bizar intensief, maar maakt het plaatje wel compleet!

Eric Bulsink, hoofdredacteur MotoPlus

Gerelateerd nieuws

Overig nieuws