Op stap met twee generaties 400cc viercilinders van Kawasaki
Supersportieve 400cc-viercilinders waren er 35 jaar geleden in overvloed. Eerst in Japan, later in kleinere aantallen ook hier in Europa. In de jaren negentig verdwenen de technische hoogstandjes en leek het alsof ze nooit terug zouden komen, tot nu. Kawasaki verraste vorig jaar met de ZX-4RR, die nu een 30 jaar oude ZXR400 treft!
Terug naar 1989, het geboortejaar van de ZXR400. Die motor werd gebouwd voor de steeds veeleisender Japanse 400cc-raceklasse. In de tweede helft van de jaren tachtig ontstond er in Japan dankzij de strenge wettelijke beperkingen op zware motoren, een fascinerende categorie van hoogtoerige 400cc-viercilinders. Deze lichte versies van de echte superbikes deden qua techniek niet of nauwelijks onder voor hun 750cc-broers.
In Japan geboren uit noodzaak, maar zo gaaf dat er een behoorlijk aantal langs onofficiële weg (en sommige vervolgens ook via officiële weg) naar Europa kwam. De hier dienstdoende ZXR400 stamt trouwens uit 1993; het kleurschema met de frivole kwaststreken is typisch voor die jaren, eerdere versies hadden strakke rechte lijnen. Nu, meer dan dertig jaar na zijn voorganger, treedt de ZX-4RR in grote schoenen die zijn achtergelaten door de ZXR400. De 2024-generatie moet zich op de circuits nog gaan bewijzen; in veel landen, waaronder Engeland en Duitsland, staat er al een ZX-4RR-cup in de startblokken. Maar wat is er in die drie decennia eigenlijk veranderd? Daar gaan we achter komen.
Eén ding hebben beide Japanners in ieder geval gemeen: ze snakken naar hoge toerentallen! Maar hoe de verschillen zijn na dertig jaar ontwikkeling, dat lees je natuurlijk in MotoPlus 09/2024!