Nieuws

Yamaha Ténéré Trophy

De tweede editie van de Ténéré Travel Trophy was van A tot Z een feestje. Al deden de weergoden van Beieren, Oostenrijk, Slovenië en nota bene zelfs Kroatië eendrachtig hun uiterste best om er de Tering Takkeweer Trophy van te maken.

Eerst maar eens helderheid verschaffen over het hoe en wat van de Ténéré Travel Trophy. Het zit in de naam ingebakken dat het een besloten feestje is. Exclusief voor eigenaren van een Yamaha Ténéré. Het maakt daarbij niet of het de eencilinders XT600Z en XTZ660 zijn, de XTZ750 en de XT1200Z Super Ténéré of de Ténéré 700. Dat laatste model is hofleverancier van het meerdaagse evenement. Dat de middenklasse allroad goed verkoopt is al tijden duidelijk, dat eigenaren hem ook daadwerkelijk gebruiken voor avontuurlijk reizen bewijst de Ténéré Travel Trophy dan weer onomstotelijk.
Tot zo ver de informatie die je ook van de website van de organisatie kunt plukken. Wat vind ik als deelnemer persoonlijk van de Ténéré Travel Trophy? Het intro boven dit artikel vertelt natuurlijk het hele verhaal. Je gebruikt het woord feest niet als je het niet naar de zin hebt. En dat heb ik wel gehad. Met de prachtige routes, de briljant gelegen campings, de organisatoren, de offroadgedeeltes en al die mensen die ik heb leren kennen en waar je in de loop van de week naartoe groeit. Zelfs de overvloedige regen wordt op een gegeven moment leuk. Al blijft zo’n natte flap op je rug, als je ’s nachts uit je tentje kruipt om te gaan piesen, een vreselijke ervaring

Terug naar de theorie: het evenement is wel een besloten feestje, maar een ding absoluut niet: een race. De Ténéré Travel Trophy mixt succesvol een individuele groepsreis (dit maal van Zuid-Duitsland naar Kroatië) met een motortreffen, een avontuurlijke en deels onverharde route en de uitdaging om het te schoppen tot de #1 Ténéré Traveler. Die laatste is de dame of heer die de dagelijkse opdrachten het beste uitvoert. Daarbij gaat het nooit om tijd/rijkwaliteiten – dan wordt het alweer snel een race – maar om het oplossen van raadseltjes, het beantwoorden van vragen en het uitvoeren van opdrachten. De een gooit er zijn hele ziel en zaligheid in, de ander laat het koud. Allebei is prima; alles mag, niets moet.
Het feestje dat Ténéré Travel Trophy heet begint gelijk na het inschrijven als je thuis een envelop (voor de grafici onder ons: met een prachtige Japanse sluiting) met daarin een welkomstkaart ontvangt. De postzegel symboliseert het oog voor detail van de organisatie. Geen standaard zegel met de kop van Willem Alexander, maar een geprint exemplaar van een Ténéré 700. De goed gevulde envelop is symbolisch voor het gehele evenement. De organisatie heeft overal over nagedacht. Als je duizend vragen hebt, hoesten de organisatoren 1001 antwoorden op. Antwoorden van A van aanrijroute tot Z van zadelpijn.

De organisatie heeft wel voor de tweede keer op rij moeite met de letter W. De letter W van… weersomstandigheden. Waar de eerste editie vorig jaar kampte met droogte en hitte is het dit keer koud en nat. Van Zuid-Duitsland tot Kroatië krijgen deelnemers historische hoeveelheden regen voor hun kiezen. Als een soort zieke grap achtervolgt noodweer het evenement. Op de eerste camping in Beieren staat het water een paar dagen eerder nog tot kniehoogte. De brandweer pompt drie dagen voor de start van het evenement 250.000 liter water van het terrein en redt daarmee het evenement.

Op de camping komen de twee stromen van in totaal 150 Ténéré-rijders bij elkaar. Ze zijn verdeeld in de groep die de bus neemt (zie kader: Drie smaken) en de groep die naar de startlocatie rijdt. Je leest het goed: camping. Een zegen voor de een, een gruwel voor de ander. Al is er voor de hartsgrondige haters altijd wel een hotel in de buurt. Een camping is een goede manier om een fikse dosis avontuur toe te voegen en gelijktijdig de prijs te drukken. Op social media staat soms een enkel zuur bericht dat € 999,- best prijzig is voor acht dagen en zeven nachten kamperen, maar niet een deelnemer voelt zich achteraf bekocht. Zeker weten! De social media-gierigaards vergeten gemakshalve alle extra’s. Het is meer – veel meer – dan vijf keer een plekje op een camping. Het is elke dagen ontbijt en diner, het zijn prima routes, clinics, ondersteuning van offroad-instructeurs, een indrukwekkende demonstratie van Pol Tarres, optredens van bands en kampvuren die al branden zonder dat je worstelt met aanmaakblokjes.

Een ding is nog belangrijker en onbetaalbaar: de wens en inzet van de organisatie om iedereen over de finishlijn te krijgen. Alles wat in de mogelijkheden van de organisatie ligt wordt gedaan om niemand achter te laten. Een man speelt daarin een heldenrol: Marc Vrind van Yamaha Europe. Deze techneut sleutelt de blaren op zijn handen en heeft het zijn persoonlijke missie gemaakt om alle technische malheur er onder te krijgen. Onderweg posteert hij zijn bus op strategische plaatsen om gestrande rijders snel te helpen. ’s Avonds is het echt volle bak als de ene na de andere zich met panne meldt. Dat varieert van een afgebroken schakelpedaal, een plat gereden uitlaatbocht, lekke banden, tot een volledig aan gort gereden voorkant. Met Ducttape, tie-raps, doorzettingsvermogen en technische vaardigheden krijgt Marc iedereen weer aan de start. Dat lees je dus niet in zure berichten op social media.

Ook voor dit artikel doop ik mijn pen niet in azijn. Ben je belazerd: daarvoor was mijn deelname veel te leuk. Omdat het evenement ‘werk is’, kies ik voor het gemak van bus (heen) en vliegtuig (terug), een volgende keer rijd ik gewoon alles. Onder mijn gat zit een gloednieuwe Ténéré 700 Extreme. Het verschil met mijn ‘gewone’ 2019-Ténéré is groot. De standaardvering is een kwalitatieve sprong naar voren én omhoog. De twintig millimeter extra veerweg voor en achter leveren zelfs voor mijn 1.80 meter een pittige zadelhoogte op. Verder voelt veel hetzelfde. Van de kleine imperfecties: een pittige gasreactie op de meest lastige stukken en een ABS dat offroad telkens weer moet worden uitgeschakeld, maar vooral de pluspunten zijn prominent aanwezig. Een heerlijk blok dat nooit verveelt en een rijwielgedeelte dat alles slikt dat je hem voorzet. Het blijft een motorfiets waarvan je wel móet houden.

Het valt trouwens op dat bijna elke Ténéré 700 flink is aangekleed met accessoires. Aan deze betaalbare motorfiets kunnen leveranciers van protectie, zadels, wielen en stickersets veel geld verdienen. Noem me gerust een moraalridder, maar van een immens populair accessoire snap ik – om het mild uit te drukken – geen snars: de lawaaipijp. Als je de motorfiets gebruikt waarvoor hij bedoeld is rij je over TET- en ACT-routes. Waarom zou je daar in hemelsnaam omwonenden ‘trakteren’ op jouw concert? Hoeveel munitie wil je ze geven voor de volgende wegafsluiting?
Het leuke aan de Ténéré Travel Trophy is dat het evenement niet alleen rijders trekt met een wijkende en grijze bos haar, maar ook jonge gasten. De T7 is een motorfiets die ook een jongere generatie aanspreekt. De jonkies vragen in de bus de oudjes de oren van het lijf. Voor sommige jeugdige deelnemers is de Trophy een soort examen. Als ze de Trophy leuk vinden – en er gevoelsmatig voor slagen – overwegen ze een langere reis te maken. Alle vragerij heeft een doel: het wegwerken van de onzekerheid. Voor een paar mensen is de Ténéré Travel Trophy namelijk een eerste kennismaking met rijden buiten de gebaande paden.

Bij de finish weet iedereen een paar dagen later waar hij aan toe is. Het regenpak is helaas vaker aan dan uit geweest, maar op deze zonnige dag is iedereen dat al weer vergeten. Dag 1 staat in het teken van leerzame offroadtrainingen en wat offroad-opwarmoefeningen op een Zuid-Duitse motorcrossbaan. Etappe 1 is een lange verbindingsetappe over asfalt naar Faak am See in Oostenrijk. Etappe 2 voert door verrassend mooi Slovenië. Etappe 3 brengt de deelnemers in Kroatië en de volgende twee etappes vinden ook plaats in de voormalige Joegoslavische staat.
Als een meisje van plezier besluit ik als eenling van groepje naar groepje te dansen. Alleen rijden is minder gezellig en van de 150 deelnemers navigeren er 148 beter dan ik. De natte etappe door Oostenrijk, die onder meer over een mistige Grossglockner voert, doe ik met de West-Vlamingen Koen, Yves, Stefaan en Olivier. Super aardige gasten en het tempo gaat mooi gelijk op, maar je moet niet ‘mit de poepers zitten’ (bang zijn) om nieuwe woorden te leren bij West-Vlamen.

Etappe 2 doe ik met de vrienden Ron en Jan. De eerste ken ik van zijn werk; met Rouwmotor brengt hij overleden mensen op een motor met zijspan naar hun laatste rustplaats. Jan maakt zich ’s ochtends onsterfelijk door bij de zoveelste nerveuze vraag over banden en bandendruk te pareren met de opmerking dat we vooral een zwemvest nodig hebben. Wat ik niet weet is dat Jan en Ron voor de alternatieve geasfalteerde route gaan. Het leert me een ding: het geasfalteerde alternatief voor de offroad-route is meer dan de moeite waard.
Op Etappe 3 (en gelijk ook 4 en 5) breek ik in bij een vader-zoon-dingetje van vader Andries en zoon Boris Swaen. Het blijft niet bij mijn persoontje. Ook wereldreiziger Harold – hij reed op zijn XTZ660 van Nederland naar Zuid-Afrika – sluit zich aan. Martin Voortman zag zijn maatje Henri door een blaasontsteking afhaken en verkiest eveneens de gezelligheid van een groep boven een solorit. Op de laatste dag, etappe 5, is Henri gelukkig weer fit genoeg om van de partij te zijn. Willy en Roelf vervolmaken de groep, maar staat er echt Roelf? “Groningers slikken alles in. Mijn opa heette nog Roelof, maar ik heet echt Roelf.”

Beginners hebben nog een hele kluif aan de offroad-gedeeltes en de vele gedeukte valbeugels bewijzen dat. Voor ervaren ‘veldrijders’ is het goed te doen en een enkeling wenst iets meer variatie. De offroad-trajecten bestaan altijd uit relatief brede grindwegen, maar Kroatische wegenbouwers hebben iets sadistisch. Ze ‘bouwen’ wegen door een dikke laag grind te storten en dan mogen de verkeersdeelnemers vervolgens als wals dienen. Vooral in bochten ligt een dikke laag los grind en dat is soms verdraaid lastig.

De lengte van de etappes ligt zo rond de 250 kilometer. Dat is ook in ons bescheiden tempo prima te doen. Stiekem belichamen we de Trophy-deelnemers zoals de organisatie die voor ogen heeft. Het is geen race, overbodige risico’s nemen we niet, we genieten van de soms magnifieke uitzichten, lunchen uitgebreid bij lokale tentjes en helpen elkaar en anderen waar nodig. In een paar dagen tijd groeien we naar elkaar toe en nog voordat we thuis zijn staat er al een afspraak in de agenda om in november in Drenthe de TET te gaan rijden. De Trophy verbroedert als geen ander. Rijders die tijdens de tocht een blessure oplopen, worden schor van het beantwoorden van de vraag of het met hen gaat.
Iedereen die ooit een vragenlijst invulde over een afgenomen product of dienst herkent de volgende vraag: ‘Zou u dit product aanbevelen aan vrienden of kennissen?’ Bij de Ténéré Travel Trophy is dat een retorische vraag: natuurlijk zou ik dat. Naast die aanbeveling zou ik ook nog advies geven: wees er op tijd bij, dit maal was het evenement binnen enkele dagen vol. Wil je meer weten en zien van de Trophy, ergens in november gaat er een half uur durende film van het evenement online.

Gerelateerde artikelen

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

12 december, 2024

Can-Am en motorfietsen, dat was toch ooit? Inderdaad, ooit produceerde de Canadese firma best succesvolle ...
Roadtrip – Everest Challenge

Roadtrip – Everest Challenge

12 december, 2024

Zegt de Everest Challenge u iets? Wij introduceren het sportieve fenomeen in de motorwereld met twee gemotoriseerde ...