WK Superbike Barcelona, Catalonië
Regerend Superbike-wereldkampioen Alvaro Bautista kwam als grote favoriet naar Barcelona, omdat hij in een glanzende vorm verkeert, het circuit van Montmelo prima bij de Ducati past én omdat hij er vorig jaar in de drie races alle ronden leidde. Dit jaar leidde Toprak Razgatlioglu één doorkomst – en het was niet de belangrijkste. Bautista domineerde als zelden te voren.
Aan de vooravond van de WK-ronde in Barcelona verlengde Alvaro Bautista zijn contract met Aruba.it Racing met één jaar. In Barcelona kreeg de 38-jarige Bautista ook voor het eerst te maken met de nieuwe maatregel dat de Ducati Panigale V4R naar aanleiding van zijn uitstekende presteren 250 toeren minder mag draaien. Jonathan Rea’s Kawasaki kreeg er juist 250 toeren bij. Beide coureurs leken er weinig van te merken. Bautista verbeterde zaterdagochtend het polerecord en ’s middags duldde hij in de ingekorte race – de race werd stilgelegd vanwege een crash van Eric Granado – niemand in zijn buurt. De klassementsleider zette tweede man Toprak Razgatlioglu – uitrollend – op een achterstand van 8,864 seconden; de grootste winstmarge in een droge race sinds hij in 2019 Jonathan Rea in de opningsrace in Aragon op ruim 15 tellen zette. De als vierde gestarte Razgatlioglu schaduwde vrijwel de hele race Rea en passeerde de Kawasaki-coureur in de laatste ronde. Van Michael Rinaldi werd na een sterk optreden in de training en de Superpole ook een hoofdrol verwacht, maar de teamgenoot van Bautista werd al in de tweede ronde van zijn machine gereden door merkgenoot Axel Bassani. Het leverde de boosdoener een Long Lap penalty op.
Waar de eerste race een processie was, bracht regen in de slotfase van de 10 ronden lange Superpole-race spektakel. Andermaal was Bautista niet te houden, maar de strijd om de podiumplekken werd in de laatste ronden zeer spannend toen druppels de achtervolgende groep groter maakte. Aanvankelijk leken wederom Razgatlioglu en Rea de top 3 te gaan completeren, maar voor de eerste bocht van de laatste ronde remde Rea zichzelf op het glibberig geworden asfalt onderuit. Daarom moest Rea in de slotrace vanaf een tiende startpositie komen. De vanaf de tiende plaats gekomen Andrea Locatelli verdrong vervolgens Alex Lowes van de derde plaats, waarna ook Iker Lecuona in de laatste bochten nog voorbij Lowes stuurde. Het verschil tussen tweede man Razgatlioglu en de als zevende finishende Garrett Gerloff was minder dan 1,2 seconden.
Ook in de afsluitende Superbike-race was Bautista als snelste weg, maar voor de eerste doorkomst prikte Razgatlioglu zijn machine voorbij de WK-leider. Op het rechte stuk blies Bautista zonder moeite langs zijn voornaamste uitdager, ongemoeid op weg naar zijn elfde overwinning in twaalf races. De strijd om de tweede plaats werd interessant gemaakt door Rinaldi, Razgatlioglu en aanvankelijk ook Lowes. Bautista sloeg wederom een gat van 8,5 seconden op de tweede man – voor de derde maal Razgatlioglu. In de laatste bocht stuurde de Turk brutaal binnendoor bij Rinaldi. Razgatlioglu’s elfde top 3 van het seizoen betekende Yamaha’s 400e podium in het WK Superbike. Rea vocht zich vanaf zijn tiende startplek naar de vijfde plaats, anderhalve seconde achter teamgenoot Lowes.
Terwijl zijn plek in het BMW-fabrieksteam werd overgenomen door de – één punt scorende – Spanjaard Ivo Lopes, werkte Michael van der Mark thuis aan het herstel van zijn in Assen gebroken bovenbeen. “De eerste week was pittig, maar nu is het goed te doen met de pijn”, liet Van der Mark weten. “Ik ben al een beetje aan het sporten, aan het airbiken. Druk zetten op het been mag ik nog niet. Op krukken ben ik aardig mobiel. Ik heb inmiddels een beetje ervaring.”
Voor de enorme highsider in de GT-Bocht bleek de schuld niet te liggen bij een te ambitieuze coureur, maar bij een haperend Traction Control van BMW’s eigen elektronicasysteem. “Toen ik het gas aanraakte, was ik ‘m al kwijt”, keek de coureur terug op de enorme crash. “Het was een klein probleem. Een klein probleem dat een groot probleem werd. In elke andere bocht was er niks aan de hand geweest en was de motor gewoon iets uitgestapt. Maar in de GT vraag je grip om de motor om te gooien en dat ging mis. Ik vond het al vaag dat ik er zo afvloog, want zo voelt het anders nooit. Het systeem is inmiddels aangepast met een dubbele beveiliging.” De nieuwe tegenslag, de derde in ruim dertien maanden, onderging Van der Mark gelaten. “Ik ben er nuchter onder, vooral nu we weten wat de oorzaak was. En het wordt er niet anders van als je bij de pakken neer gaat zitten. Maar het mag nou wel een keertje over zijn.”
Hoe lang hij uit de running is, is nog onduidelijk. “Te lang. Normaal staat hier zes weken voor, voordat je er mee mag lopen en dan kracht mag zetten. Kijk je naar onze kalender dan zie je dat na Misano (2-4 juni, red.) een break zit tot Donington (30 juni-2 juli, red). Als je je verstand gebruikt, zeg je Donington. Uiterlijk. Maar nee, je verstand gebruiken is niet altijd makkelijk, ha!”
Glenn van Straalen kwam in de Supersport-klasse op zaterdag net te kort om met de kopmannen mee te gaan. De EAB-coureur kende een sterk eindschot en kwam als vijfde over de streep. Omdat de als vierde gefinishte Stefano Manzi op de Ten Kate Yamaha een tijdstraf kreeg, schoof Van Straalen nog een plek op. Nicolo Bulega won voor de MV Agusta-tandem Marcel Schrötter en Bahattin Sofuoglu zijn vijfde race van het jaar. Op zondag was de Italiaan minder gelukkig toen zijn Ducati twee ronden voor het einde dienst weigerde. Bulega lag toen vierde. Sofuoglu won zijn eerste WK Supersport-race voor Schrötter en de vanwege tracklimits overschrijding weer bestrafte Manzi. Van Straalen bezette in de openingsfase even de tweede plaats, maar moest de kop laten gaan. Op 7 seconden werd hij vijfde.
Jeffrey Buis schreef in de eerste WK Supersport 300-race bescheiden geschiedenis. De voormalige wereldkampioen won op zaterdag zijn achtste WSS 300-wedstrijd – meer dan welke andere rijder voor hem. Buis droeg zijn overwinning op aan de vorig jaar in Portugal dodelijk verongelukte Victor Steeman. Op zondag ging Buis de laatste ronde in als leider en kwam er als derde uit. De MTM Kawasaki-rijder klom naar de vijfde plaats in de tussenstand.
