+ Plus

Trans European Trail Engeland

Het is lastig om een verhaal te beginnen als een mens harder van enthousiasme overloopt dan een glas champagne dat van twee meter hoogte is ingeschonken. Die begeestering heeft zich echter wel voor de volle honderd procent meester van me gemaakt op de TET-route van Noord-Engeland.

Waar te beginnen als de afgelopen week enkel uit hoogtepunten bestaat? Doe je de magnifieke uitzichten over typisch Engels landschappen – inclusief karakteristieke stenen muurtjes en heggen – tekort als je begint over een beangstigende rodeo met dolle koeien? Opent de ‘pint of lager’ na afloop van een uiterst bevredigende dag het bal, of toch de onwaarschijnlijk vriendelijke mensen onderweg? Moet het allereerst gaan over de heerlijke allroadwegen of doe je daarmee de koddige Britse dorpen en majestueuze landhuizen tekort? Waar moet je beginnen als zelfs het grootste nadeel als voordeel uitpakt? Laat het chronologische begin dan maar het officiële startschot zijn van deze roadtrip.

Vanuit het raam van onze flat zie ik iedere morgen de DFDS-veerboot naar Newcastle arriveren en ’s avonds weer vertrekken. Op letterlijk vijf minuten rijden – en een mini-cruise – ligt een compleet nieuwe allroadwereld aan onze voeten. Overigens kan ook iemand uit het Hoge Noorden binnen twee uur inschepen om een nachtje later de keuze te hebben uit 5.307 kilometers aan TET-routes (Trans Euro Trail) in het Verenigd Koninkrijk. Dat aanlokkelijke vooruitzicht is simpelweg niet te versmaden en zeker niet voor iemand als ik die ook nog van ‘bootje varen’ houdt.
Motormaatje Bart ziet het idee ook wel zitten en een plan is geboren. Al snel hebben we door dat de TET-routes in Wales zo maar eens te hoog gegrepen kunnen zijn. We zien filmpjes van spekgladde stukken leisteen die rechtstreeks uit een non-stop van een WK-trial lijken te komen. We kiezen voor de makkelijker Borderlands-route. Die heeft bovendien het voordeel dat hij letterlijk een paar kilometer buiten Newcastle begint. Als we er toch zijn… Vervolgens kronkelt de route via de kust als een dronken spaghettisliert naar het noorden tot aan de Schotse grens. Daar buigt de track af naar het westen om dan weer naar het zuiden af te buigen. Daar sluit de Borderland-route naadloos aan op de Great Northern Trail.

Omdat we het ons zo makkelijk hebben gemaakt door voor de Borderland-variant te kiezen, besluiten we de lat op een ander vlak weer wat hoger te leggen. We overwegen even in het natte voorjaar te gaan, maar doen deze trip uiteindelijk eind september/begin oktober en niet in de zomer. De regenval die onlosmakelijk aan de Britse herfst is verbonden, levert de baggervette modder op die voor ons zo goed past bij het allroadgevoel. We lijken op onze wenken bediend te worden want Storm Agnes zet gelijktijdig voet aan Britse grond. De Engelse weerdienst geeft wind- en regenwaarschuwingen af, maar de storm raast net ten noorden van ons langs. Het is letterlijk een storm in een glas water en Groot Brittannië presenteert zich zelfs op zijn mooist. In prachtige vlammende herfsttinten en zo goed als verlaten. En met weersvoorspellingen die lezen als poëzie: ‘A gentle breeze, mostly sunny and sometimes a mild drizzle’.

Dat Engeland in deze tijd verlaten is merken we ook al aan boord. Slechts twee andere motorrijders schepen zich in terwijl de tarieven toch echt een stukje lager liggen dan in het hoogseizoen. Op de TET-route zien we de eerste drie dagen niet een andere allroad. We zien duizenden patrijzen, fazanten, schapen en koeien, maar nul motorrijders en slechts een enkel bandenspoor. Voor het verhaal zou het perfect zijn als het de teller op nul was blijven steken, maar uiteindelijk tellen we in het weekend zes tegemoet komende TET-rijders. Zes motoren in zeshonderd kilometer TET’ten!
We zijn onderweg op een Yamaha XT600 uit 1992 en een tien jaar jongere Suzuki DRZ400S. Het hoeft dus niet het nieuwste spul te zijn met tig rijmodi en offroad-ABS. Een stevige carterbeschermer is wel handig en dat geldt ook voor juiste banden. De op de Suzuki gemonteerde Conti TKC80’s doen het prima op de openbare weg en op rotsige ondergrond, maar hebben het soms wat lastig op de modderigste stukken. Al moet ik wel bekennen dat ik te beroerd was om de bandenspanning iets te verlagen. Mag ik ter verdediging aanvoeren dat ‘slechts’ een kwart van de route onverhard is. Dat je dus driekwart van de afstand over (slecht) asfalt rijdt. Dat staat niet gelijk aan driekwart van de tijd want de gemiddelde snelheid keldert enorm op de onverharde stukken. De oorzaak? Tientallen, nee honderden hekken die de veestapel binnen de weide houden.

Het is geen noodzaak om een extra breed pootje onder de jiffystand te monteren, maar handig is het wel bij de vele hekken die je tijdens de offroad-gedeeltes van de route tegen komt. De routine sluipt er als vanzelf in. De eerste rijder bij het hek stapt af en opent het hek, de tweede rijder rijdt er doorheen en sluit het hek nadat hij zijn maatje heeft laten passeren. Vervelend al die onderbrekingen? Welnee, het hoort erbij en het verbroedert als je elkaar iedere keer kunt helpen.
Met de verbroedering zit het sowieso wel goed. Je duwt elkaar – hijgend als een paard – los uit de diepste en modderigste geulen, raapt gevallen motoren van de grond, slaapt ’s nachts in armoedige kamers van geweldige pubs en beleeft het magnifieke uitzicht collectief. Je drinkt na afloop van een lange dag een Guinness en probeert alle hoogtepunten samen te vatten. Bij de reddingsoperaties uit diepe geulen zijn we blij met het lage gewicht van onze motoren, maar met wat meer zweetdruppels is de Borderland-route ook voor zwaardere allroads te doen. Al kan ik onmogelijk voorspellen hoe lastig de route is na dagen van zware regenval. Dat weet ik simpelweg niet. Ach, heet dat niet gewoon avontuur? Overigens ga ik er wel vanuit dat niemand de tocht – winter, herfst, lente of zomer – solo doet. Soms is wat hulp onontbeerlijk.

Voor ons is dat het geval bij de vele ‘fords’ of rivierdoorwadingen zoals wij ze noemen. Waar 99 procent van de onverharde stukken pure ontspanning is, gaat dat niet op voor de doorwadingen. De eerste drie laten we aan ons voorbij gaan wegens veel en veel te diep. Misschien lukt het midden in een droge zomer, maar in de herfst zetten wij de voorgeschotelde doorwadingen weg als onmogelijk. Toch blijft het iedere keer knagen als we 180 graden bij een beek omdraaien.
Op dag twee krijgen we eindelijk een stroompje voorgezet dat wel uitdagend is, maar ook te doen lijkt. We verkennen de route te voet en prijzen ons gelukkig met de stevige, maar vooral waterdichte allroadlaarzen. Dat die van Bart niet veel later toch tot aan de rand met bruin rivierwater zijn gevuld komt omdat hij zijn allereerste doorsteek met een nat pak bekoopt. Door het verkeerde spoor te pakken, glijdt het voorwiel weg en doet de zwaartekracht genadeloos zijn werk. Het wordt nog even spannend als de Yamaha alleen op de choke wil lopen en smoort bij het minste streepje gas, maar na een paar minuten hervindt de trouwe XT zijn goede manieren.

Overigens zijn ook wij tijdens deze reis van de goede manieren en zelfs de braafste jongetjes van de klas. Als we ruiters zien, gaat de motor uit en wachten we keurig tot paard en berijder weg zijn. Het werkt om galant te doen, want iedereen reageert even vriendelijk. De enige Britten die we niet vertrouwen bevolken een kudde koeien die op ons af stormt zodra we hun wei in rijden. Zijn ze nieuwsgierig of pislink? We scheuren harder dan ooit met een paar dolle koeien in de achtervolging en zijn blij als het hek weer dicht zit achter ons. Ook bij wandelaars gaat het gas er net als bij ruiters vanaf en groeten we altijd. Ook bij hen betalen de goede manieren zich uit. Iedereen is even voorkomend, in voor een praatje en altijd aardig. De hoeveelheid wandelaars die we tegenkomen is overigens ook minimaal. We rijden veelal over onverharde boerenwegen, weilanden en bosstroken. Prima paden voor wandelaars, maar we komen ze niet en masse tegen. De leukste wegen zijn trouwens de wegen vol diepe sporen waarbij het voorwiel vooral niet de zijkant moet raken en het fulltime balanceren is.

Het is niet alleen balanceren en spelen met modder en zwaartekracht. Ook als toeristische route verdient de TET Borderlands een tien. De route brengt je op plekken waar je anders echt nooit – zelfs niet met kronkelwegen op standje tien – komt. Bovenop verlaten heuvels is het volledig stil en hebben we het prachtige landschap voor onszelf. De afwisseling van dreigende luchten en zonneschijn verhoogt de dramatiek van het uitzicht. Alsof een hogere macht aan de lichtknoppen van dit meesterlijke theater zit. Al heel snel besluiten we niet te lunchen bij een pub of tearoom, maar sandwiches in de supermarkt te kopen en die op te eten op de meeste verlaten plekken.

Dit verhaal eindigt zoals het begint want hoe draai je een punt aan een verhaal dat alleen maar hoogtepunten kent en nog heel veel langer door mocht gaan? Wat je niet kunt beginnen, eindig je blijkbaar net zo lastig. Nadat Newcastle als een lelijke schok komt na alle schoonheid van Noord-Engeland ‘monsteren’ we weer aan op onze veerboot tussen Newcastle en IJmuiden. We sjorren de motoren vast, vervangen onze modderige motorkleding door gewone kleding, halen in de scheepsbar twee ‘pints of lager’ en gaan op het achterdek mijmeren. Alles passeert de revue. Het is onmogelijk om het absolute hoogtepunt te benoemen, alles was even mooi, Brits vriendelijk, avontuurlijk, bevredigend en leuk. Uiteindelijk zijn we nog het meest blij met één nadeel. Door een moment van onachtzaamheid hebben we een van de vele lussen overgeslagen. De route loopt soms zo dicht langs elkaar dat we ongemerkt de track ergens anders oppakten. De lus die we hebben overgeslagen, schijnt veel offroad-kilometers te bevatten. We hebben ons excuus om volgend jaar weer te gaan! Alhoewel we eerlijk gezegd geen excuus nodig hebben. De vraag ‘Volgend jaar weer Bart?’ stellen is het antwoord geven.

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Indian Scout

Eerste Test Indian Scout

25 april, 2024

Met honderdduizend verkochte units sinds 2015, goed voor ruim veertig procent van de totale verkopen, kun je wel ...
Compacttest Honda CB750 A2

Compacttest Honda CB750 A2

25 april, 2024

Honda’s CB 750 Hornet met 48 pk. De budgetkraker in de middenklasse veroverde afgelopen jaar zelfs de harten van ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-