+ Plus

Test 10 tochtmutsen

Wie ’s winters op de motor onderweg is, zou maar al te graag even zijn half bevroren hoofd in de warme droogkap van de kapper steken. Dat het zover niet hoeft te komen, laten tien tochtmutsen voor het koude jaargetijde zien.

Als doorrijder heb je ‘s winters extra kledingstukken nodig. Minimaal iets om je nek, maar beter nog een complete muts voor onder je helm. Je kunt voor een paar euro iets uit de grabbelbak bij de lokale motordealer halen, maar je kunt ook iets verder kijken. Wat is er allemaal te koop? Nou, voor wie een simpele katoenen tochtmuts gewend is, zijn de alternatieven toch even wennen. Zowel qua uitvoering als qua prijs blijkt er van alles te koop dat mijlenver van het simpele katoenen mutsje af staat. Moet dat nou echt zo duur zijn? Zijn dat soort speciale materialen werkelijk nodig of is het gewoon iets om een goed verkoopverhaal bij te hebben? Een zelfgebreide das volstaat desnoods toch ook, of niet?
Nou ja, misschien wel voor een rit met de auto, maar op de motor heb je in het koude jaargetijde iets nodig dat echt je hoofd en nek isoleert. Daardoor weet je ook zeker dat je hele nek tussen helm en jas wordt afgedekt en koude wind en regen geen kieren vinden. Weliswaar leveren veel kledingfabrikanten inmiddels textielpakken met een extrahoge kraag om de rijwind buiten te houden, maar iedereen die wel eens bij temperaturen rond het vriespunt langer dan twintig minuten op de motor heeft gezeten, weet wat er gebeurt als er ook maar het kleinste beetje koude wind zijn weg langs je nek in de helm vindt. Dan is niet alleen snel je neus en nek steenkoud, maar koelt ook je hele bovenlichaam akelig af. Je moeder had vroeger in dit opzicht overigens maar ten dele gelijk. Als ze in de deuropening bij het naar buiten gaan nog eens flink je kraag omhoog trok, je muts opzette en je nog maar eens een keer de wijsheid meegaf ‘je weet toch dat het lichaam de meeste warmte verliest via je hoofd’. Daarmee droeg ze bij aan een tot op de dag van vandaag wijd verbreid misverstand.

Desondanks zijn er twee redenen waarom je je hoofd nadrukkelijk warm moet houden. Ten eerste probeert het menselijk lichaam in de vrieskou om ook het hoofd zo lang mogelijk op 37 graden te houden. Je hersenen moeten voortdurend goed doorbloed zijn om de vele belangrijke taken te kunnen uitvoeren. Het hoofd heeft bij de warmtehuishouding daarom absolute prioriteit. Anders gezegd: als er een paar vingers of tenen kapotvriezen, is dat hinderlijk en pijnlijk, maar bij de inhoud van je schedelpan gaat het letterlijk om overleven. Het is daarom zinvol om het lichaam hierbij zoveel mogelijk te helpen.
Ten tweede zijn hoofd, gezicht en romp erg gevoelig voor temperatuur. Als we deze zones warm houden, dan voelen we ons beter, kunnen we ons beter concentreren en hebben we op de motor bovendien meer lol. En bedenk je ook, dat hoe kouder je gezicht en neus zijn, hoe kouder de lucht is die in je longen stroomt, waardoor je ook inwendig harder afkoelt.
Redenen genoeg dus om geen koude zones te laten ontstaan en je hoofd, nek, schouders en borst over een groot oppervlak te isoleren. Dat is dan ook waar moderne tochtmutsen, ook wel balaclava’s genoemd, nadrukkelijk voor zijn ontworpen. Ze hebben niets meer te maken met een primitieve katoenen bivakmuts. Het eisenpakket aan een perfecte hightech motor tochtmuts ziet er ongeveer zo uit: hij moet op verschillende hoofdvormen mooi gelijkmatig aansluiten en het gezicht stabiel omringen. De naden mogen niet in je huid drukken en de voering moet aangenaam zacht aanvoelen. Hij mag ook niet te dik zijn, want de helm moet goed blijven passen, zonder dat er iets gaat knellen.
Anderzijds moet de muts op je hoofd wel ventileren en zweet kunnen afvoeren, evenals bij neus en mond royaal zijn geperforeerd of een groot gat hebben, zodat je vrij kunt ademen. De uitsnede voor het gezicht moet zo weinig mogelijk naakte huid vrijlaten, maar tegelijk moet die uitsnede ook niet zo krap zijn, dat het zicht aan de randen ook maar enigszins wordt beperkt. En ook met brildragers moet rekening worden gehouden. De halszone daaronder moet goed wind- en waterdicht zijn. Ook belangrijk, de tochtmuts moet zijn gemaakt van een materiaal waar de helm gemakkelijk overheen glijdt, zodat je niet na het opzetten je muts opnieuw op z’n plaats moet prutsen. Tenslotte moeten schouders, borst en achterkant van je nek ruim afgedekt worden, waarbij er geen irritante plooien ontstaan onder je jas.

Een op het oog erg simpel kledingstuk, toch moet de fabrikant dus op heel wat dingen letten bij het ontwerpen van een goede tocht- of helmmuts. Dat het helemaal niet zo simpel is om een goede combinatie van pasvorm, weersbescherming en draagcomfort te realiseren, blijkt wel uit de testresultaten. Wat betreft de weersbescherming laten alle mutsen een goed resultaat zien, maar bij pasvorm en draagcomfort zijn er opvallende kwaliteitsverschillen. Vooral irritant zijn de bij veel merken deels slecht gemaakte naden in de neus- en mondzone. Je hebt niet veel aan je zachte fleecevoering als tegelijkertijd irritante stiknaden tegen je bovenlip schuren. In dat opzicht is er ook bij deze hightech producten hier en daar nog ruimte voor verbetering.

Gerelateerde artikelen

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

12 december, 2024

Can-Am en motorfietsen, dat was toch ooit? Inderdaad, ooit produceerde de Canadese firma best succesvolle ...
Roadtrip – Everest Challenge

Roadtrip – Everest Challenge

12 december, 2024

Zegt de Everest Challenge u iets? Wij introduceren het sportieve fenomeen in de motorwereld met twee gemotoriseerde ...