+ Plus

Reizen Verdun, Frankrijk

Dit jaar is het exact honderd jaar geleden dat de Grote Oorlog uitbrak. Synoniem voor de zinloze opoffering van mensenlevens is nog altijd de Slag om Verdun, tussen 1914 en 1918 was het gebied rond deze oude Franse vestingstad één groot slagveld. Honderdduizenden Duitse en Franse soldaten verloren er hun leven, wat begon als een strijd voor volk en vaderland eindigde in een eerloze uitputtingsslag. Hebben we wat geleerd van het verleden?

Bossen en akkers wisselen elkaar af in een weids landschap met afgeronde heuveltoppen. De Triumph Tiger Explorer legt de laatste van z’n 476 kilometers richting Verdun af. We gaan de komende dagen op zoek naar de stille herinneringen die het strijdtoneel bijna honderd jaar geleden heeft achtergelaten. Verdun viel in de Middeleeuwen onder het Heilige Roomse Rijk (het Eerste Duitse Rijk). Na de vrede van Münster in 1648 werd de stad toegewezen aan Frankrijk.
De Fransen werden in de Frans-Pruisische oorlog van 1870-1871 verslagen en verloren toen het gebied Elzas-Lotharingen. Daarnaast werd er vijf miljard goudfrank aan herstelbetalingen betaald wat de totale vernedering compleet maakte. Daarbij voelde het land de toenemende dreiging van een verenigd Duitsland (1871) als keizerrijk (het Tweede Duitse Rijk) en opkomende industriële wereldmacht. Aan de oostgrens werd een indrukwekkende verdedigingslinie van forten, batterijen en versterkingen opgesteld. De internationale spanningen namen toe en het was slechts een kwestie van tijd voor er weer oorlog zou uitbreken. Met de moord op de Oostenrijke aartshertog Frans Ferdinand, 28 juni 1914, werd letterlijk een startschot gelost. Bondgenootschappen onder de grootmachten veroorzaakten een kettingreactie en legers wel gemobiliseerd. Alle partijen dachten dat de overwinning met kerst wel gevierd kon worden. Duitland viel in augustus België, Luxemburg en Frankrijk aan en het ‘Westfront’ was een feit. Engeland schoot de aangevallen bondgenoten te hulp. Ondertussen viel het Tsaristische leger Duitsland aan en zou later aan dit oostfront vernederende verliezen lijden. De taaie Belgische troepen verzetten zich verbeten, maar moesten uiteindelijk bijna hun hele land prijsgeven. De geallieerde Franse en Engelse troepen boden fel weerstand in Noord-Frankrijk en Zuidwest-België. De frontlinie kwam daardoor nagenoeg tot stilstand en honderdduizenden soldaten streden verbeten voor iedere meter. Verdun in Noordoost-Frankrijk hield stand, zelfs onder de beschietingen van de gruwelijke 420 mm Houwitser, meer bekend als de ‘Dikke Bertha’. De grootmachten beukten in deze omgeving 4 jaar lang met mens en materiaal op elkaar in.

Op het voormalige slagveld parkeren we de motor bij het Ossuarium van Douaumont. In dit kolossale monument liggen de resten begraven van zo’n 130.000 ongeïdentificeerde soldaten, zowel Frans als Duits. De Franse driekleur wappert weemoedig over de ordentelijk geplaatste witte kruizen. De toren middenin steekt 46 meter boven het grootste militaire kerkhof met 15.000 graven uit. Binnen glanst marmer en heerst vanzelfsprekende stilte. Achttien gelijke nissen met ieder twee tombes reflecteren oranjekleurig licht. Via een trappetje komen we uit in een klein museum met wapens in de vitrines. Na een langere trapwandeling kijken we uit over groene bossen die betrekkelijk jong zijn. Beneden parkeren motoren met kentekens uit alle windstreken. Aan de buitenkant van het Ossuarium zijn kleine vensters op kniehoogte aangebracht. De aanblik naar binnen is shockkerend. We kijken regelrecht in de knekelkamers. Een paar schedels rusten op bergen met menselijke beenderen. Bezoekers staren met gesperde ogen en open mond naar binnen. Achter ieder venster bevindt zich een ruimte van veertien vierkante meter waar de restanten van kameraad en vijand hun laatste rustplaats vonden. We moeten een paar keer goed slikken. Rondom geeft een groen kraterig gebied een bijna surrealistische indruk. De frisse begroeiing buiten camoufleert de toplaag van ontelbare verwoestende inslagen en explosies. Het is vreemd om daar tussendoor te lopen. In de bossen wordt aangeraden niets op te rapen, omdat het onbegonnen werk was na de oorlog alle munitie op te ruimen. Het meenemen van gevonden voorwerpen op het slagveld is in Frankrijk sowieso strafbaar. Dat neemt niet weg dat er met grote regelmaat nog oorlogsmateriaal wordt gevonden.

In 1914 kan Verdun de zware Duitse beschietingen weerstaan en ook hier liep het front muurvast. De Duitsers hadden een overwinning hard nodig om het moraal op te vijzelen. De legerleiding besloot daarom tot een nieuwe strategie, de zogeheten ‘leegbloedingstactiek’. Aan de aanval zou een hels, uren durend bombardement van kanonnen voorafgaan dat de vijand moest vernietigen, waarna de troepen zo het gebied konden innemen. Zouden de Duitsers zegevieren in Verdun, dan zouden ze dat regelrecht de weg naar Parijs openen. De Duitse troepen hielden zich vooraf goed schuil om het verrassingseffect te vergroten. De Franse legerleiding zag ternauwernood in dat er iets groots op komst was en versterkte het front. Op 21 februari 1916 om 7:15 uur begon operatie ‘Gericht’ (oordeel of terechtstelling). Niet minder dan 1.255 kanonnen vuurden simultaan op de linies voor Verdun. Onafgebroken ging het bombardement door tot twaalf uur, waarna een korte pauze volgde in de hoop dat de overlevenden uit hun schuilplaatsen zouden kruipen. Na tien minuten volgde een nog zwaarder offensief. Tot in Parijs en Saarbrücken braken er ramen door de trillende lucht. Om 16:30 uur stopte het bombardement, naar schatting waren één miljoen granaten afgevuurd. De Duitse infanterie ging in de aanval en ondervond nauwelijks weerstand in de eerste linie die was weggevaagd. Bij de tweede linie werd er door de overlevenden echter fanatiek teruggevochten, vanwege de woede over het grote verlies aan kameraden en strijdmakkers. De keizerlijke troepen hadden op de eerste dag slechts twee kilometer terrein veroverd. Dat terwijl de verliezen enorm waren.
Tientallen gedenktekens langs de bosranden zijn versierd met bloemenkransen en tekstlinten. Zij die voor Frankrijk stierven worden geëerd. Al rijdend zien we overal de overwoekerde geulen, gaten en kraters onder een ruisend bladerdak. Een enkeling met rugzak wandelt over aangelegde paden. We stoppen bij een kapelletje en horen in de verte een onweer symbolisch donderen. Hier liggen de ruïnes van het dorpje Fleury dat geheel is weggevaagd en waarvan maar drie straten zijn teruggevonden. Tekstbordjes markeren de geringe fundamenten van wat ooit bouwwerken waren. Tussen het gras en grint liggen nog ondefinieerbaar verroest gruis. Versplinterde onderdelen waar de herkomst niet meer van te achterhalen is. In totaal zijn er in de omgeving negen dorpjes weggevaagd, waarvan er drie later weer zijn opgebouwd. De zes overige dorpen hebben ieder een levende burgermeester voor het onderhoud en historisch nalatenschap.
Even later parkeren we de motor tussen de kanonnen bij het Memorial de Verdun. Dit museum herbergt een grote collectie aan wapens, uniformen en voorwerpen ten tijde van de strijd. Een troosteloos frontlandschap van beton is goed gereconstrueerd. De tentoongestelde foto’s zijn indringend en weerspiegelen de ziel van de individuele soldaat. Na het avondeten schieten we nog wat opnames bij het markantste oorlogsmonument van een rustig Verdun. De Maas, die het stadje splitst, reflecteert de hoge verlichte gebouwen. Aansluitend rijden we naar ons onderkomen voor de nacht. De volgende dag wacht er een gemotoriseerde gids op ons.

Vanwege de dreigende Duitse doorbraak heerste er paniek bij het Franse opperbevel. Het Duitse opperbevel kreeg gelijk, Verdun moest koste wat koste verdedigd worden wilde Frankrijk niet worden veroverd door Duitsland. Middels de leegbloedtactiek zou Frankrijk zichzelf op de slachtbank leggen. Er kwam een onophoudelijke stroom van voertuigen op gang die de Franse troepen moesten bevoorraden. De aanvoerroute waarover uiteindelijk twee miljoen soldaten en één miljoen ton munitie werd vervoerd, kreeg de bijnaam ‘Voie Sacrée’, offerweg. De Duitsers naderden uiteindelijk Verdun op 8 kilometer en zetten de aanval in op het sterkste fort Deaumont. De Fransen hadden bijtijds ingezien dat forten achterhaald waren en lieten deze daarom slechts lichtbewapend achter. De Duitsers die het fort Deaumont eind februari innamen hadden daardoor meer last van hun eigen artillerie dan van enige tegenstand. De impact van de verovering was wel groot. Voor de Fransen was het een dramatische nederlaag en in Duitsland beierden de kerkklokken en kregen de kinderen een dag vrij van school. De aanval wordt daarna doorgezet op de flanken van het veroverde fort. Wederom wordt er hevig gevochten, zelfs van man tot man, maar de verovering van gebied verloopt met grote moeite. Keer op keer zetten de Duitsers de aanval in om de ruggengraat van de vijand te breken. Aan de westelijke flank stoten de troepen van de keizer door naar Le Mort-Homme en heuvel 304. Ten oosten van het veroverde fort Deaumont ligt het kleinere maar belangrijke steunpunt fort Vaux. De gevechten in het voorjaar en zomer waren hier gruwelijk. Het landschap wordt gevormd door trechters, loopgraven, modderpoelen, prikkeldraad, mitrailleursnesten, kanonnen, puin, soldaten en lijken. Een walm van rottende overblijfselen, gifgas en kruitdampen nevelt over het slachtveld. Fort Vaux wordt bestookt met 210 mm granaten en gasaanvallen. Uiteindelijk weten de Duitsers het fort binnen te dringen en er volgen gevechten met bajonetten en vlammenwerpers. De Fransen trekken zich met de laatste honderd man terug in de ochtend van 7 juni. Verdun is de volgende stap.

’s Ochtends worden we hartelijk begroet door onze gids Florence Lamousse. Ze neemt ons mee naar de begraafplaats Faubourg Pavé. Frankrijk heeft tijdens de Eerste Wereldoorlog op acht verschillende plaatsen zware slagen uitgevochten. Aldaar werden in 1920 in alle geheim acht lichamen van onbekende Franse soldaten opgegraven en naar Verdun gebracht. Een veteraan koos de zesde kist van links, omdat zes overeenkwam met de optelsom van het 123e regiment waarin hij had gediend. Deze kist werd ceremonieel begraven onder de Arc ‘d Triomph in Parijs en staat bekend als het graf van de onbekende soldaat. De overige zeven gevallenen liggen hier op Faubourg Pavé bij hun talloze kameraden begraven.
Een half uurtje later krijgen we uitleg in de catacomben van het Fort Deaumont, een uitgebreid sinister gangenstelsel. Onze trommelvliezen staan op springen als Florence een ijzeren plaat laat vallen om het oorverdovende effect van de kanonnenvuur te ervaren. Door het plafond druppelt water. Gedenktekens en altaren staan op de plekken waar voltreffers zijn ingeslagen. Onze stemmen galmen door het gangenstelsel. Buiten laat Florence wat kogels zien die ze ‘zomaar’ met wandelen op het slagveld vond. Bij het Tranchee des Baionettes worden de  Franse soldaten van het 137e herdacht en de vele andere Fransen die in hun loopgraaf levend begraven werden. Hun bajonetten waren vaak het enige wat nog boven de grond uitstak. De bajonetten zijn inmiddels vervangen door kruizen. De dramatiek spreekt voor zich, hoewel tegenwoordig enigszins aan het waarheidsgehalte wordt getwijfeld. Met een Frans accent vertelt Florence verbluffend veel in het Engels. Ze kent het gebied op haar duimpje en raakt op dreef vanwege onze gedeelde interesse. Ze waarschuwt herhaaldelijk op levensgevaarlijk oorlogsmateriaal dat vlak onder de oppervlakte in de bossen ligt. Na deze bezichtiging gaan we alleen door naar fort Vaux. De Franse en Duitse driekleuren wapperen  op het fort tegen een onheilspellend wolkenfront. Weldra sijpelt het water over het zwaar gehavende fort Vaux. Geen enkele bouwsteen aan de buitenkant is ongeschonden. Wie niet beter weet, zou denken voor een halfvergane middeleeuwse vesting te staan. Binnenin is een winkeltje met souvenirs en lectuur. Vanwege tijdsgebrek kunnen we helaas geen rondleiding nemen. Na sluitingstijd rijden we in de slagregens terug naar de rand van Verdun.

Op 23 juni 1916 trok een legermacht van 50.000 soldaten richting de Franse loopgraven. De Franse linies zouden en moesten definitief doorbroken worden, maar hielden stand. Alle middelen werden aangegrepen om elkaar barbaars van man tot man af te slachten. Wederom vielen er tienduizenden doden en gewonden aan beide zijde. Op 11 juli krijgen de stellingen een enorm Duits bombardement te verduren. Het Duitse opperbevel hoopt dat de Fransen eindelijk bezwijken en stuurt 40.000 man richting Verdun. Deze troepen bereiken nog wel het fort Souville, maar worden vervolgens teruggedreven. De Duitse aanval op Verdun is definitief mislukt en in oktober nemen de Fransen het offensief in handen. Inmiddels konden de troepen oprukken achter een precisiebombardement. Fort Deaumont wordt heroverd, al was het nagenoeg verlaten vanwege een aanhoudende brand. Op 2 november wordt ook fort Vaux heroverd en de laatste Franse aanval vindt plaats op 15 december. Het front ligt daardoor weer grotendeels op hetzelfde punt als voor de eerste Duitse aanval in februari. Beide grootmachten likken hun wonden: 163.000 doden en 215.000 gewonden aan Franse zijde, 100.000 doden en 277.000 gewonden aan Duitse. De Eerste Wereldoorlog kende meerdere uitputtingsslagen, deze was echter de grootste voor de Franse republiek.
Na een stevig ontbijt rijden we achter Florence en haar motor aan richting het dorpje Saint Mihiel. De nabijgelegen beruchte heuvel was bijna de hele oorlog in Duitse handen. Onze Explorer volgt onze gids tot aan de top van de heuvel, die destijds van groot strategisch belang was. In het bos ligt een wirwar aan loopgraven, waarvan de Duitse stellingen het meest intact zijn. Zij verstevigden namelijk hun loopgraven, omdat er vanuit werd gegaan dat ze blijvend waren. De Franse loopgraven waren minder solide, omdat er vanuit werd gegaan dat ze tijdelijk waren. Prikkeldraad kronkelt door gebladerte en diepe loopgraven. De schuttersgaten bevinden zich op stahoogte en sommige loopgraven liggen slechts een meter of tien tegenover elkaar. De hele bergtop is één groot labyrint. Openingen naar diepere schuilplaatsen zijn zichtbaar, maar worden afgeraden te betreden uit respect en levensgevaar. Toch bekruipt ons het gevoel ‘iets’ te willen vinden in welke vorm dan ook. We lopen door naar de vlakbij gelegen mijnkraters. Ze zijn enorm en gaan ieder voorstellingsvermogen te boven. Zowel de Fransen als Duitsers groeven mijngangen in de berg richting de vijand. Het eind van de gang was vaak slechts zestig centimeter breed en weinig zuurstof. Zodra ze op de juiste positie onder stelling van de vijand zaten, werd de boel tot ontploffing gebracht. Soms hoorden de vijanden elkaar onder de grond en was het de vraag wie elkaar eerder op zou blazen. Ook op deze heuvel werd voor iedere meter hard en verbeten gestreden. Pas in het najaar van 1918 konden de Amerikanen een definitieve doorbraak forceren.

We rijden door naar Saint Mihiel en maken kwartier op een terras. Florence propt ons vol met geschiedkundige details en we willen eigenlijk nog niet aan de terugreis beginnen. Ze vertelt dat de laatste Franse veteraan (Italiaan van geboorte) in 2008 is gestorven. En dat er nog nooit een Amerikaanse president is geweest op de grootste Amerikaanse begraafplaats in Europa. Ook de doorgebroken Franse schrijver Alain Fournier sneuvelde op de heuvel van Saint Mihiel en werd pas in 1991 geïdentificeerd. Er is nog zoveel te melden en te laten zien. Toch wordt er omwille van de terugreis afscheid genomen. Verdun heeft op meerdere fronten diepe indruk gemaakt. De zinloosheid en verspilling van mensenlevens  wordt als kenmerkend beschouwd voor de Eerste Wereldoorlog. De wijze van oorlogsvoering was megalomaan destructief. Anderen vinden dat de agressor wel degelijk op de knieën is gedwongen, dat de overwinning van de geallieerden de belangrijkste nalatenschap van de slag is geweest. Miljoenen konden daar echter nooit over mee filosoferen, omdat zij in hun mooiste levensjaren het leven lieten. Zoals altijd bleek oorlog niet de oplossing, maar het probleem. Laat dat de les maar zijn!

Met dank aan: Comité Départemental du Tourisme de la Meuse

INFO
De voormalige slagvelden van Verdun zijn goed gedocumenteerd. Intrigerend zijn alle monumenten, begraafplaatsen, musea, loopgraven en forten. Het is raadzaam om je van tevoren even goed te oriënteren met betrekking tot wat er allemaal te zien is, begeleiding van een welingelichte gids is een echte meerwaarde.

Ligging: Noordoost-Frankrijk, Provincie Lorraine c.q. Lotharingen
Buurstaten van de provincie: België, Duitsland en Luxemburg
Hoofdstad van de provincie: Metz
Afstand vanaf Utrecht: 414 km
Oppervlakte Lorraine/Lotharingen: 23.547 km2
Inwonertal: 2.300.000
Hoogste punt: 1.247 meter (Ballon d’ Alsace)
Toeristische trekpleisters: Maginotlinie, oude binnenstad van Metz, diverse oorlogsmusea, begraafplaatsen en slagvelden van WO I
Taal: Frans
Schrift: Latijn
Munteenheid: Euro
Tijdsverschil: geen

Klimaat: het klimaat in de regio is wisselvallig en heeft invloeden van zowel een zee- als landklimaat. Het is redelijk vergelijkbaar met het Nederlandse weerbeeld, in de zomer zal de temperatuur gemiddeld iets hoger liggen, in de winter lager.
Landschap: Lotharingen kun je globaal indelen in twee stukken, de Vogezen, een bergketen die van noord naar zuid loopt, met ten westen daarvan de plateaus van Lorraine, waar veel wijnbouw plaatsvindt.
Beste tijd: lente, zomer en het vroege najaar
Wetenswaardigheden: In 1914 werd door Duitsland 36 miljoen mark per dag uitgeven om de oorlog te kunnen financieren, een bedrag dat in 1918 was opgelopen tot 146 miljoen mark per dag. De Franse soldaat werd tijdens de Eerste Wereldoorlog ‘poilu’ genoemd. Het verwijst naar behaard of harig, waarmee de sterke baardgroei wordt bedoeld als gevolg van het niet kunnen scheren in de voorste linies. De zomertijd werd door de Duitse regering ingevoerd in 1916, tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het neutrale Nederland werd ten tijde van De Eerste Wereld Oorlog door de geallieerden op de vingers werd getikt vanwege de handel met Duitsland. Wat ons eveneens niet in dank werd afgenomen was het feit dat de Duitse keizer Wilhem II asiel kreeg in Nederland en zijn verdere leven sleet in Kasteel Doorn.

CONTACT
www.lorrainetouristique.com
www.tourisme-meuse.com

Lees meer over

Triumph

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Triumph Daytona 660

Eerste Test Triumph Daytona 660

28 maart, 2024

Ook Triumph wil een graantje meepikken in het groeiende segment van betaalbare sportieve motorfietsen. Waar de ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-