+ Plus

Reizen Lyci

Tussen de Golf van Fethiye en de Golf van Antalya in zuidwest Turkije ligt het schiereiland Teke, het historische Lycië, ’Land van Licht’. De bergen zijn hoog en bebost, de rivierdalen groen, een grillige kust omarmt turkooizen baaien. Landtongen strekken zich naar eilanden in de onder een subtropische zon schitterende Middellandse Zee. Een decor dat uitdaagt om motor te rijden: we stappen op in Marmaris, dwarrelen naar Olympos, maken een verrassende reis en ontmoeten in Myra een oude bekende…..Voor me uit laveert, tot aan de in nevels gesluierde horizon onder machtige stapelwolken, de D400, verbindingsroute tussen het zuidwesten van Turkije en de Iraanse grens, een pittige 2000 kilometer naar het oosten. Deze weg zal grofweg onze rode draad zijn op het Teke schiereiland (kaart=beeld 117) . In de oudheid woonden hier de Lyciërs, een mysterieus volk waarover in schrift niet veel bekend is, maar dat zijn sporen heeft nagelaten in indrukwekkende in de rotsen uitgehouwen grafmonumenten. Met bovendien talrijke ruïnes uit de Romeinse- en Byzantijnse tijd is dit deel van Turkije rijk aan cultureel erfgoed. Een geweldig gebied om te verkennen, zeker op de motor: er is weinig verkeer, nauwelijks neerslag, de zon is heet, de rijwind verkoelend. We hebben de motoren opgepikt bij Best Motor in Marmaris en rijden in een zonovergoten mediterrane sfeer de stad uit, langs het strand, over een boulevard onder hoog opgesnoeide palmen. Laag in toeren ploft m’n XT600e de eerste kilometers weg, en die zijn meteen raak: een schitterende bochtige weg klimt omhoog van de kust het binnenland in. Eucalytusbomen strooien schaduw in vlekken op het asfalt. Ik ben onderweg in Azië, een nieuw te verkennen horizon ligt in het verschiet.De eerste twee dagen zullen we in hotel Portakal in Dalyan verblijven. Het stadje ligt op een paradijselijke plek aan een rivier in een uitgestrekte delta (beeld 1+10+12) die gevoed wordt door het Köyceğiz-meer en de rivieren die van de bergen in het achterland stromen. De toppen rijken hoger dan 2000 meter en de constante toevoer van water zorgt het jaar rond voor veel en uitbundig bloeiend tropisch groen. Een aantrekkelijk vooruitzicht! Nog een beetje daas van de doorwaakte nachtelijke luchtreis, roffel ik over de D400 naar het oosten en doe heel wat nieuwe indrukken op: blokkige nogal slordige huizen, onbegrijpelijke opschriften, heel veel 125cc motoren, minaretten die boven de palmen uitpieken, rijdende wrakken en antieke tractors en geinig, de ’autodouches’ (beeld 30) bij restaurants: uit een pijp spuit water, je rijdt er onderdoor en je bent weer spik en span. Wat een vondst! Maar voordat wíj de reis van ons afspoelen en neerstrijken achter een koud glas bier aan het zwembad van hotel Portakal, maken we een rondrit via Köyceğiz langs de oever van het gelijknamige meer. (beeld 5+6) Müf bestuurt een chopper, bestiert rockbar M&M, ’the best bar in town’, en is rondom Dalyan onze gids. We stijgen en dalen, draaien bochtjes met steeds wisselend uitzicht op het sprankelend blauwe water, maar ik hou ook een alerte blik op de weg, bedacht op gaten, richels en rolsplit. Het wegennet op het schiereiland werd pas in de jaren vijftig ontwikkeld. De D400 is redelijk goed, maar verlaat je de doorgaande weg dan is het asfalt matig tot slecht en is de weg soms….. weg. Hoewel veel wegen inmiddels geasfalteerd zijn, heeft Turkije ook nog veel pistes. Het verkeer is rustig en gedisciplineerd, de maximum snelheid is 70km/u en op de hoofdwegen houdt iedereen zich daaraan, want er wordt intensief gecontroleerd. Aan het eind van de in de delta doodlopende weg ligt een droomstrandje (beeld 4) waar de golven loom op de kiezels breken: zachtbruisend, zo klinkt vakantie. Zo’n relaxte plek waar ik best even ergens in de schaduw van een palm ’n sombrero over m’n neus zou willen trekken. Toch is het helemaal niet erg dat we weer opstappen om dezelfde gave route terug te rijden.Mussen tsjilpen om het hardst, duiven koeren, taxibootjes ploffen op de Dalyanrivier voor een tochtje naar het centrum, naar de in de berg uitgehouwen koningsgraven van Kaunos aan de overkant, of voor een rondvaart door de ’kanaaltjes’ van wat je de Biesbos van Dalyan zou kunnen noemen. (beeld 1+3) Of je vaart naar het 6 km lange Iztuzustrand, één van die plekken ter wereld waar de grote zeeschildpad (beeld 2) zijn eieren legt. Onderweg gevangen krab eet je aan boord, de schalen voer je aan de schildpadden. Het zijn een paar van de excursies die je vanuit Portakal kunt maken. Een ander letterlijk hoogtepunt in de buurt is de berg met het radarstation. Langs uitbundig rose- en witbloeiende oleanderhagen (beeld 7) haarspelden we naar boven en stuiteren het laatste stuk over een steenslagpiste naar de top. Best lastig, maar de inspanning is het waard: het 360 graden uitzicht op de delta, het schildpadstrand, de kustlijn en de Middellandse Zee is adembenemend. (beeld 8+9+10+12) We verlaten Dalyan voor onze reis op het schiereiland Teke. Ruud Verstraaten, de man achter Portakal leidt, wij volgen naar Fethiye. Onderweg stuiten we op een interessant kerkhof: (beeld 31+32+33) tientallen klassieke Amerikaanse sleeën staan schijnbaar vergeten in het land om nooit meer te vertrekken. De droge lucht en de brandende zon hebben een fraai patina over de privéverzameling beauties gedrapeerd. In Fethiye dat schitterend aan de gelijknamige golf ligt (beeld 41+42) bezoeken we de overdekte bazar. (beeld 35+36+37+38+39+40) Groente, fruit, kruiden en textiel, het aanbod is veelkleurig en groot, maar vooral de tientallen soorten versgevangen vis zijn indrukwekkend: tonijn, zwaardvis, en flinke gamba’s. Hmmm, watertandend lekker! Iets zuidelijker ligt Kayaköy: een paar restaurantjes en souvenierkramen, maar vooral een uitgestorven stad. (beeld 34+44+45+46+47) Na het uitroepen van de Turkse republiek in 1923 werd de Griekse bevolking uitgeruild met Turken. Maar geen Turk wilde er wonen en sindsdien vormen de circa 500 verlaten huizen een spookstad. Het is een bizar openluchtmuseum en staat op de Unesco monumentenlijst. Na een heerlijk, door de restaurantbaas met toewijding verzorgde köfte (gehakt) schotel (beeld 48+49+50) pakken we op voor de kustweg. We ronden de kliffen en de uitzichten zijn fantastisch. Een superweg totdat-ie slecht wordt, verslechtert, onverhard en erg smal wordt. Na het gehucht Kabak rest niet meer dan een karrenspoor, dat eindigt in een geitenpad op een steile helling. (beeld 51+52+53+54+114) We zitten op The Lycian Way, die de historische routes langs de zuidkust aaneen rijgt tot 500 km wandelpad….. Best Motor heeft voor beste motors gezorgd: vier XT’s 600 en vier choppers. Een XT is op stenige Turkse bodem een superding, maar een chopper….. We keren om en rijden terug naar Uzunyurt. Daar weet een kleurrijke Jawarijder (beeld 55) dat er een weg over de berg wordt aangelegd, nog onverhard, “maar goed te doen“. Ongetwijfeld vreet zijn klassieker al decennialang steenslag voor het ontbijt, want de 1000+ meter hoge pas blijkt een serieuze, maar wel gave hindernis te zijn. (beeld 20+21+23+24+56+57+58) De choppermannen hebben er de handen vol aan en verdienen uiteindelijk alle respect. Iedereen haalt zonder schade de eindstreep. Als ik lekrij wordt het wiel supersnel vervangen (beeld 59) door Serkan, de kundige monteur. Na het gestuiter en gestuif door haarspeldbochten doemt bij Karaağaç eindelijk weer asfalt uit de stofwolken op. Vuisten gaan triomfantelijk omhoog!Het zonlicht werpt lange schaduwen als we via Boğaziçi en Gölbent tussen de hellingen door spoorzoeken naar de D400: de spelling op de borden verschilt nogal eens van die op de kaart. Het is een poëtisch mooi traject, het boerenland ligt in een roodgouden gloed en biedt na elke bocht een nieuw panorama. (beeld 20+21+22+23+24) De goudbruine bergen verkleuren nauwelijks merkbaar in de oker- en paarstinten van de vallende avond. In het enkele gehucht onderweg hangen brommers en 125cc motoren voor de theehuizen op de jiffy’s, de mannen spelen ’oke’, een soort rummicup, (beeld 93+94+95) de vrouwen drijven kleine kuddes koeien, schapen of geiten naar de stal. Kinderen rennen uit om naar de motorrijders te zwaaien en iedereen is net zo nieuwsgierig naar ons als wij naar hen. Dit is het basale rurale leven dat in West-Europa nauwelijks nog bestaat. Ik ben me bewust van m’n rooskleurige blik, maar wat ik zie, beschenen door lange, lage, late zonnestralen is pure romantiek. We strijken neer in hotel Zeybek in Patara. Ooit één van de zes hoofdsteden van Lycië. Nu een beroemd dorp, vanwege het 20 km lange strand (beeld 75) dat is uitgeroepen tot “mooiste strand van Europa“, terwijl het toch echt in Azië ligt! Ook werd in 168 vC in Patara de eerste democratie ter wereld gesticht, en natúúrlijk véél belangrijker, omstreeks 280 nC werd Nikolaos er geboren. Precies: onze Sint! We gaan aan tafel, achter een lekkere door moeders verzorgde stoofpot. Turks Efes Pilsen tintelt, Turkse wijn vloeit terwijl we de dag evalueren. Het was een pittige rit, maar niemand had ’m willen missen. Toch zullen toekomstige trips uitsluitend op offroad motoren gereden worden, met de kanttekening dat onverharde wegen mogelijk zijn en enige rijervaring vereist is. Die avond popt de geest uit de rakifles, buitelen verhalen over tafel en gaat het licht vroeg uit.We draaien het binnenland in: het Domein van de Tomaat. Zo ver het oog rijkt gaat het landschap schuil onder lelijke vuilwitte plastic kassen. Gelukkig staan die niet meer in het grillige stroomdal van de Xanthos rivier. (beeld 60+69) We meanderen stroomopwaarts langs de uitgestrekte bedding naar het eind van de weg waar, als een oase, Saklikent en de gelijknamige kloof ligt. (beeld 63+65) Die klieft 300 meter diep en 20 km lang door de berg en is de diepste en langste kloof van Turkije. Een echte trekpleister, een Hof van Eden: overal stroomt verkoelend water onder de bomen en zijn typisch Turks, zitjes met kussens ingericht en vooral de ligbanken op vlonders vlak boven de rivier zijn aanlokkelijk. Het is één groot bloeiend tropisch park met watervalletjes en beekjes waarin eenden dobberen, met theehuizen, restaurants en winkeltjes op de oevers. (beeld 61+62+63+64+66+67+68) Een perfecte plek voor een luie dag….. Maar we zadelen op en volgen de D400 die na Kalkan dicht langs de kust loopt en als een circuit de plooien van de berg volgt. Geweldig, wat een stuurfeest: korte blinde-, lange doorlopende-, knijpende- en vloeiende linksrechtse bochten. Mijn XT lust ze rauw! Spierwitte wolken stapelen boven een helderblauwe zee, eilanden rusten voor de kust, en er is zo weinig verkeer dat ik van alles volop geniet. (beeld 51+73+74) We pauzeren bij een restaurant dat hoog op een klif over zee uitkijkt. Goed getimed, want de vrouwen des huizes zitten gezellig aan tafel, en alsof ze een eigenaardig bordspel spelen vouwen ze ’mate’: (beeld 71+72) versgevouwen ravioli is wat de pot schaft. Overnachten doen we in Kaş, een pittoresk stadje aan een prachtige baai. De straatjes zijn smal, de Griekse huizen hebben balkonnetjes, en we eten en drinken op één van de vele terrassen aan de boulevard, tot ver nadat het avondrood dooft. Voor de kust ligt een eiland waar je alleen via een omweg vanuit Griekenland naartoe kunt. Kastelorizo is het verst van het moederland verwijderde Griekse eiland, en dus zo vlak bij Azië een strengbewaakte Europese buitengrens.Vol verwachting klopt ons hart, we richten de koplampen op Myra, het huidige Demre, ooit hoofdstad van Lycië. Nikolaos is daar bischop én heilige geworden, maar de stad van ’onze’ Sint doet weinig met dit gegeven. Er staat een beeld op een plein met daaromheen wat winkels die zijn naam dragen, en dat vooral in het Russisch…. Het is bizar om in de brandende zon op uithangborden de kerstman afgebeeld te zien, maar de goedheiligman met mijter schittert door afwezigheid. Toch zwaaien we voor de zekerheid onze verlanglijstjes voor zijn neus. (beeld 82+83) Je weet maar nooit….. Veel interessanter zijn het Romeinse amphitheater waar ooit gladiatoren vochten en de 2500 jaar oude rotsgraven van het antieke Myra, de mooisten van Lycië. (beeld 76+77+78+79+80+81) We gassen nog een stuk verder over die heerlijke kustweg, duiken na Finike het binneland in naar Kumluca en vandaar leidt Ruud ons over kleine plattelandswegen naar de oostkust van het Teke schiereiland. Het is heuvelachtig en ik stijg en daal, kap en draai als in een kermisattractie, al blijft het oppassen geblazen voor kapotte stukken weg én, jazeker: overstekende schildpadden! Voordat we aansturen op de meest oostelijke bestemming van onze reis, Olympos, pauzeren we in Çavuşköy. Toevallig, voor een kop hete thee, niet speciaal omdat er iets beleven valt. Het is een gehucht, maar zo puur en schilderachtig! Waar ik ook kijk, bijna alles lijkt een stilleven: de motortjes voor de terrassen, de gevels van de kapper, de slager en de bakker, en natuurlijk het alomtegenwoordige beeld van de door iedere Turk geëerde grondlegger van het moderne Turkije, Mustafa Kemal Atatürk. (beeld 88+89+90+91+92+96) In goudverf gehuld kijkt hij uit over het dorpsplein, de blik op de toekomst. “Kadir’in Ağaç Evleri“, tot in verre uithoeken van de wereld is het bekend: Kadir’s Treehouses nabij Olympos. In de late jaren 60 bouwde hippie Kadir van sloophout een hut. Hij ontving er gasten, breidde uit en werd een succesvol ondernemer van wat nu een klein dorp is met een avontuurlijke sfeer. Boomhutten, bungalows, een camping, een bar, een disco en restaurants vormen een uniek complex dat het midden houdt tussen een westerndorp en tsja, een hippienederzetting. (beeld 100+101+102+103+104+105) Maar zonder oubollig te zijn, integendeel: alles is tot in detail smaakvol en met humor uitgevoerd. In de omgeving is veel mogelijk: rotsklimmen, cañoning, zeekanoën of duiken. Wij kiezen voor het strand. Via een bosweg langs een bedding en de ruïnes van de oude griekse stad Olympos, lopen we naar een idyllische baai. Olympos was in de oudheid een welvarende haven en een zeeroversnest, en moet een bijzondere stad zijn geweest: gebouwd op de hellingen aan de oevers van een rivier die uitmondt in de Mediterranee. Rozig van zon, zee en weer een mooie rijdag eet ik onder de sterrenhemel op het ’dorpsplein’ van Kadir’s de frisse salades, gevulde aubergines en geroosterd vlees (beeld 28) waar de Turkse keuken zo goed in is. Onder licht gekraak van mijn houten boomhut laat ik me door de nachtelijke bries in een diepe slaap wiegen.De mussen in de spauw van de houten wand kwetteren de wake-up call. We springen uit de veren en trappen af voor een rit langs de zuidkust (beeld 51+87). Tussen Demre en Kas ligt het natuurgebied Kekova met bijzondere rotsformaties, fraaie baaien en ruïnes van antieke steden. Één daarvan ligt deels onder water. Via Üçağiz, dat aan een door schiereilanden omsloten baai ligt (beeld 107+108+110+111+112) rijden we naar Kalkan (beeld 113) voor de voorlaatste overnachting. De keuze was om over kleine weggetjes naar Olympos, keerpunt van de reis, en Kalkan te toeren. Daarom knallen we de laatste dag in één ruk terug naar Marmaris. Voor een pauze stoppen we in een sprookjeshof: een watervallend riviertje, met houten terrassen vlak boven het snelstromende water, overkoepeld door dik lover. (beeld 27+29) Het is er heerlijk koel en de verse forel smaakt super! Dan, als ik de laatste fraaie bochtige afdaling naar Marmaris inzet realiseer ik me met enige weemoed dat deze trip er bijna opzit. In het busje naar Dalyan, terwijl een dromerige stilte de door het toeval samengebrachte reisgenoten (beeld 115) in zijn greep krijgt, kijk ik terug op de voorbije week: wat een geweldig en afwisselend land is Turkije! De natuur heeft wel iets van de binnenlanden en kust van Spanje, maar met de sfeer van twintig jaar geleden. De mensen zijn vriendelijk en ontspannen, het eten is smakelijk en de prijzen vallen mee. Er is volop cultuur en in het voor- en najaar is het klimaat heel aangenaam. Én, je kunt er lekker motorrijden. Waar in Europa tref je nog zo’n aantrekkelijke combinatie? Aziatisch Turkije is een verrassend land om vanuit het zadel te ontdekken. Ik heb een nieuwe horizon verkend en in het spoor van de Lyciërs een onvergetelijke motorreis gemaakt. Tekst&foto’s: ROBBY PERKUSSYHartelijk dank: Ruud Verstraaten van Portakal, Serkan Erleten van Best Motor en Müf van Rockbar M&M voor de goede service, en mijn reisgenoten voor hun prettige gezelschap.—————————————-kader+beeld 116———————————– PORTAKAL TOERISME NEDERLANDRuud Verstraaten, waar staat Portakal voor?In 2005 startte ik touroperator Portakal Toerisme Nederland om mijn bijzondere ervaringen met Turkije met anderen te delen. In vijf jaar ontwikkelde deze organisatie pakketreizen, rondreizen en themareizen, en nu ook motorreizen.Waarom juist Turkije?In 1990 maakte ik een zeilreis in de Middellandse Zee. Hoogtepunt was de Turkse kust: de adembenemende, ongerepte natuur, de vriendelijke en behulpzame bevolking, de rijkdom aan kultuurschatten. Hoewel het pathetisch klinkt: ik meende het paradijs op aarde gevonden te hebben. Turkije werd mijn tweede vaderland, het beschermde natuurgebied Dalyan mijn thuishaven. Vijf jaar geleden bouwde ik hotel Portakal op een unieke lokatie. En waarom motorreizen?De afgelopen 20 jaar heb ik Turkije zowel zeilend als met de auto ontdekt. Nu zijn vanuit Portakal over water en over land vijfentwintig excursies te maken. Toch ontbrak er nog één. Sinds 25 jaar rijd ik motor en het land ontdekken vanuit het zadel is een bijzondere ervaring. Vandaar dat Portakal Toerisme meerdere motorreizen zal organiseren. Turkije heeft veel meer te bieden dan alleen massatoerisme. Wij willen het land laten zien zoals wij het liefhebben en motortrips passen perfect in ons streven het kleinschalige toerisme verder te ontwikkelen, en dat ten allen tijde ’in harmonie met de natuur’. Wat kan de motorrijder verwachten?Zo’n 1000 kwaliteitskilometers, zeven dagen rijden op goede motoren door een erg mooi stuk Turkije, de mogelijkheid om kennis te maken met een rijke klassieke cultuur, overnachtingen in goede hotels, en service van een monteur in een volgauto.Wanneer vindt de volgende reis plaats?Van 25 september tot en met 2 oktober wordt de “Motortrip Lycische Kust“ gereden. Voor uitgebreide info over deze Portakal Motorreis:www.portakal.nlinfo@portakal.nl=========================================Beste Eric,Zoals net telefonisch besproken, sturen wij hierbij meer informatie betreffende de lezersaanbieding.De reis kost € 1195,-. Wanneer de klant via jullie de reis aanvraagt, krijgen jullie per aangemelde persoon 100 EUR.We horen graag wanneer het artikel in Motoplus wordt geplaatst.Fijne dag!Met vriendelijke groet/with kind regards,Namens Portakal Toerisme Nadine DilaverogluBredaseweg 694844 CK Terheijdent: 076 – 520 78 18f: 076 – 520 81 19info@portakal.nlSGR

Gerelateerde artikelen

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

12 december, 2024

Can-Am en motorfietsen, dat was toch ooit? Inderdaad, ooit produceerde de Canadese firma best succesvolle ...
Roadtrip – Everest Challenge

Roadtrip – Everest Challenge

12 december, 2024

Zegt de Everest Challenge u iets? Wij introduceren het sportieve fenomeen in de motorwereld met twee gemotoriseerde ...