Mijn Trots: Wilco Vonk

« Terug naar Mijn Trots

Kawasaki’s Z1300 noemt ‘ie nog altijd zijn grote liefde, maar op een solide tweede plaats staat toch wel de Tiger. Niet alleen omdat Wilco Vonk een groot allroad fan is, maar vooral omdat hij Triumph wel “een sympathiek merk” vind. Alleen was de standaard tijger hem wat te lief, te poeslief zeg maar. Het moest wel wat ruiger en strakker.“Ik ben altijd al een allroad-fan geweest, simpelweg door de praktische gebruiksmogelijkheden van dit type motorfiets. Wat trouwens niet meteen betekent dat ik ook mijn hele motorleven allroad rij. Eigenlijk pas sinds 2000, toen kocht ik mijn eerste Tiger en ontdekte toen de driecilinder. Zat meteen goed, alle modellen, ze zijn er vanaf 1993 geloof ik, heb ik ook gehad. Voor die tijd was ik voornamelijk in de weer met mijn Z1300, dat is eigenlijk ook nog altijd mijn grote liefde. De teller daarvan staat nu echter op 150.000 kilometer, dus die is met pensioen. Niet dat ik door de overstap van een zes- naar een driecilinder half zo gelukkig ben hoor, er zitten zelfs best veel overeenkomsten tussen beide. Ze zijn allebei zo soepel te rijden, en dat smeuïge karakter van het blok hè, fantastisch. Bovendien is het niet zo doorsnee als een twee- of viercilinder, daar heb ik echt helemaal niets mee. Deze Tiger heb ik nieuw gekocht in 2007. En echte Tiger weer, al moet ik wel eerlijk zijn, qua inzetgebied is hij wel wat beperkter geworden. Kijk, met het vorige model ben ik afgelopen jaar nog naar Marokko geweest, grote stukken offroad gereden, maar dat is er met deze wel vanaf. Dat mis ik wel een beetje, maar verder is het een puike motor. Al moest er wel het een en ander veranderd worden om hem tot mijn ideaalbeeld om te vormen. Er zit een andere uitlaat op, de mapping is aangepast en ook het luchtfilter is niet meer origineel. Hij heeft nu 140 pk aan de krukas en daar ben ik wel tevreden mee. En ook qua wegligging is er wat veranderd, achter heb ik een schokbreker van Hyperpro laten monteren. Ik hou van een beetje strakke wegligging en een allroad is van zichzelf natuurlijk een beetje een softe motor. Als je er dan toch een beetje hard mee wil gaan in de bochten, is een strakkere afstelling wel prettig. Ook optisch is er het een en ander veranderd. De standaardmotor is gewoon niet helemaal mijn ding, nooit geweest ook. Toen hij uitkwam had ik al een beeld in mijn hoofd over hoe ik hem wilde hebben, mocht ik hem kopen. Kijk, ik heb het niet op tierelantijntjes, poespas en chroom, ik hou van strak en zie de dingen heel zwartwit, letterlijk en figuurlijk in dit geval. Het werd daarom een witte Tiger, zwarte motoren zie je al zoveel en met andere kleurtjes heb ik niets. En dat dan met allemaal zwarte accenten, dus zonder chroom of een aluminium kleur. Heel contrastrijk ja. De hele uitlaat, zowel bochten als einddemper, heb ik daarom zwart laten poedercoaten, net als de wielen. De vorkpoten zijn origineel goudkleurig, maar daar zit nu een zwarte folie over, en daarnaast heb ik verschillende steunen en andere delen zwart gemaakt. En dan nog wat andere spulletjes erop om het hoekige karakter wat te benadrukken, zoals spiegels van een Kawa Z1000, een nieuw stuur, andere risers, knipperlichtjes van een Speed Triple en handkappen van een KTM Adventure. Daarnaast staat op de tank de handtekening van Steve McQueen, die man heeft een geschiedenis met Triumph maar bovenal is het een jeugdheld. Geen blaaskaak maar een echte bikkel. Oh, en ik heb nog wat toegevoegd. Achter het typeplaatje, dat heb ik trouwens ook zwart gemaakt, staat nu een ‘R’. Ik heb er toch het een en ander aan veranderd, een beetje opgeleukt en ruiger gemaakt, dus ik vond die R wel toepasselijk.”[Kader met oproep nog een keer herhalen]