Mijn Trots: Nico de Vroome

« Terug naar Mijn Trots

Omdat het blok na dertien dienstjaren toe was aan een kleine interne opfrisbeurt, “het krukaslager moest worden vervangen”, greep de 51-jarige Nico de Vroome de gelegenheid aan om ook meteen een paar andere zaken onder handen te nemen. En met enig gevoel voor understatement vult hij aan: “Misschien ben ik in dat personaliseren wel een klein beetje doorgeslagen ja.”“Het was in 1994. Ik een GSX1100G, maar die was zwaar en lomp en daar kon mijn toenmalige vriendin, die net haar rijbewijs had gehaald, niet mee overweg. Tijdens de zaterdagmiddagkoffie bij Van der Wal in Vianen raakte ik in gesprek met één van die gasten daar, die had net zijn ’92 TDM ingeruild voor een nieuwe. Zeg ‘ie, ‘moet je die ’s proberen, da’s voor je vriendin ook wel wat’. Nah, ik was direct verkocht, die TDM stuurde je met twee vingers in de neus. Ik was er zelfs zo gek van, dat ik in 1995 de TDM/TRX Club heb opgericht.Maar affijn, in 2005 had de TDM er inmiddels 95.000 kilometer op staan. En, bekend probleem bij TDM’s, toen lag het krukaslager eruit en moest het blok uit elkaar. Een kennis attendeerde me echter op Marktplaats, daar stond een TDM 900-blok te koop. Dat heb ik toen aangeschaft en meteen de hulp van m’n achterneef ingeschakeld. Die werkt op een machinefabriek, kan goed freesen en lassen, en bij het specialistische constructiewerk, waaronder de ophangpunten, had ik wel hulp nodig. Hij kwam toen ook met het idee van die enkelzijdige swingarm van een Sprint ST, had ‘ie ergens gezien op een sloop. Of dat niet wat was? Maar dat was helemaal niet de bedoeling, ik wilde eigenlijk alleen een ander blok. Maar ja, zo’n enkelzijdige swingarm vond ik altijd helemaal kicken. Deze bleek alleen wel drie centimeter te breed voor het TDM-frame. Hebben we de swingarm doormidden gezaagd, ingekort en toen paste het wel. Moesten we wel de lagering van de binnen- naar de buitenkant brengen. Ja, en daarna nog de tandwielen op lijn zien te krijgen, dat was ook een heel gedoe. Van het voortandwiel hebben we onder meer alle bouten moeten verzinken, omdat gewone bouten te ver uitstaken. En toen waren we er nog niet, want we hebben ook de complete ophanging van de schokdemper met linksysteem opnieuw moeten maken, want die kwam totaal verkeerd uit. Al met al heeft die swingarm aardig wat hoofdbrekens gekost ja, maar het is vooral een kwestie van rustig blijven en dan komt de oplossing wel. Je moet ook geen haast hebben met dit soort verbouwingen.De volgende stap was het blok. Frame en ophanging was al aangepast, maar ik wilde carburateurs in plaats van injectie. Dat bleek makkelijker gezegd dan gedaan. Op deze flatslide carburateurs bijvoorbeeld zit een gasklepsensor, maar dat had die 850 natuurlijk niet, en ook de ontstekingsinterval is is anders. Meer functies en daarom moesten er een andere CDI-unit, van een TRX in dit geval omdat de standaard unit van een 900 niet zou werken volgens Yamaha, en kabelboom in. Ondanks dat we niet eens zo gek veel extra functies hadden, was dat een hoop gepuzzel achteraf. En dan ben je er natuurlijk nog lang niet hè. Ook het subframe is helemaal nieuwe gemaakt, zodat er een R1-kontje uit 2001 op paste. Toen hij constructietechnisch helemaal klaar was heb ik er eerst een jaartje zo mee gereden, kijken of alles wel vast bleef zitten. Hij was gewoon goed, maar bij het uit elkaar draaien voor het spuiten bleek er een enorme scheur bij het achterste motorophangpunt te zitten. Da’s een zwak punt van de eerste TDM’s. Waarschijnlijk zat er al een klein scheurtje, maar na een jaar rijden met die 900 was die echt groot geworden. Hij ging ook van 70 naar 92 pk aan het achterwiel, dat merk je wel natuurlijk. Dat eerst gemaakt en frame naar de poedercoater en de rest in kleur laten spuiten. In rood met geel, dat heb ik altijd al mooi gevonden. En dan heb je daarnaast ook nog allemaal kleine bijkomende zaken die tussendoor zijn gebeurd, bijvoorbeeld de flame remschijven, voetsteuntjes, spiegels, valdoppen, underseat dempers van een R1, noem maar op. D’r zitten in totaal toch wel negen maandjes werk in, maar zoals ‘ie nu is ben ik helemaal tevreden. Al zit ik er wel aan te denken om er een turbo op te bouwen. Dat is eens wat anders hè, iets apartigs, ik wil niet iets wat een ander ook heeft.”