Mijn Trots Henk Beijer en zijn Kawasaki KR1S

« Terug naar Mijn Trots

In eerste instantie aangewakkerd door crossermotoren uit zijn jeugd, kreeg de tweetaktpassie van Henk Beijer (42) tijdens een motorvakantie in Oostenrijk een nieuwe impuls door de aanwezigheid van een Suzuki RGV250. Dat moest er bij hem ook komen, maar dan een Kawa. Drie jaar later bracht het toeval hem oog in oog met een KR1S, een proefrit volgde direct, maar bleek eigenlijk volledig overbodig: “Met warmdraaien was ik al om!”

“Motorrijden doe ik al vanaf mijn achttiende. Eerder eigenlijk al, begonnen met een Zündapp brommertje op mijn zestiende, kwam daar al heel snel een crosser bij, onder meer een Kawasaki 125 cc en Honda CR500. Bij ons in de polder lagen allemaal van die braakliggende terreinen waar je mooi kon crossen, toen mocht dat nog hè! Die geur en die blauwe walm wanneer het blok nog koud was, het geluid dat je al van heinde en verre hoort, prachtig vind ik dat. Toen al is die fascinatie voor de tweetakt al begonnen, denk ik. Maar eenmaal met het motorrijbewijs op zak, verdween de tweetakt een beetje naar de achtergrond. De eerste wegmotor was namelijk een Kawasaki Z750, die kocht ik in 1992. Daarna volgden nog twee GTR1000’s, waar ik jaren met veel plezier op rond heb gereden door heel Europa, tot ik het noodgedwongen op motorgebied iets rustiger aan moest doen. Ik ging op mezelf wonen en er kwamen trouwplannen, toen heb ik een kleine twee jaar geen motor gereden. Maar het blijft natuurlijk altijd kriebelen, dus heb ik het weer opgepakt toen we alles weer een beetje op de rit hadden. Na een Suzuki Impuls en een Honda CB1, die ik beide niet zo heel lang heb gehad, kwam er een GPZ900 uit 1993. Eindelijk weer een Kawasaki, die uitstraling spreekt me gewoon aan, net als dat rauwe lopen van die oude blokken als ze nog koud zijn. Ze moeten echt op temperatuur komen willen ze lekker en stil lopen, daar hou ik wel van, dat eigenwijze karakter. Met die GPZ gingen we meteen het eerste jaar ook weer echt op vakantie, naar Oostenrijk en Zwitserland, met een groepsreis van Horizon Motorreizen. En daar kwam ik toen een jongen tegen met een Suzuki RGV250. Echt een gaaf ding, sportieve machine, mooi compact, maar vooral een tweetakt. Zo’n ding zag ik graag bij mezelf in de schuur staan, maar dan wel een Kawa natuurlijk. Een gevoel dat maar bleef sluimeren, zonder dat ik er ooit écht actief naar op zoek ben gegaan. Tot ik op een zaterdagochtend bij Horeon Motoren kwam. Daar doe ik wel vaker een bakkie, is namelijk een mooi stukje rijden vanaf mijn huis en altijd heel gezellig. Dus toen kwam ik daar en zie ineens deze KR1S staan, met in mijn achterhoofd natuurlijk meteen: ‘dat is een tweetakt’. Ik moest meteen weer aan die RGV en mijn brommertijd denken, wilde direct een proefrit maken. Niet dat dat veel verschil zou maken, ik móest hem namelijk hebben, het maakte eigenlijk niet uit hoe hij reed. Maar goed, die man startte hem en meteen twee van die blauwe pluimpjes eruit. En die geur, dan ben je weg hè! Nog geen meter gereden, maar bij het warmdraaien was ik al om. En toen mijn vrouw bellen, die zat bij d’r zus weet ik nog goed. Ik zeg: ‘Joh, ik heb een motor gezien, een KR1 tweetakt, en die ga ik kopen.’ Het moest gewoon weet je, al had ik er geld voor moeten lenen, dat had op dat moment geen reet uitgemaakt. Hij zag er zo mooi uit en bovendien kenden ze de achtergrond van de motor, dus zo’n kans kreeg ik nooit meer. M’n vrouw vond het ook prima hoor, ik had het er ooit al eens met haar over gehad en ze wist hoe graag ik zo’n ding wilde hebben. En ze vond hem zelf ook wel echt mooi. Het waren alleen de centen toen, zesduizend gulden kostte ‘ie geloof ik, dus het was ook wel serieus geld. Maar achteraf gezien iedere cent meer dan waard, elke kilometer is plezier. Ik rij er ook echt veel op, alleen naar het buitenland ben ik er nog niet mee geweest, dat moet nog wel een keer gebeuren. Italië of Zwitserland wordt te gek, het is maar een plankje waar je op zit natuurlijk, maar de Eifel moet wel lukken. Misschien dit jaar nog wel. En of ik hem ooit nog weg doe? Nee, hij zal altijd wel iets opbrengen, maar nooit de waarde die ik eraan hecht. Mijn vrouw heeft wel eens gezegd, als ze er echt een hoop geld voor bieden, dan gaat ‘ie weg. Maar dat gaat écht niet gebeuren, dan m’n huwelijk maar op spel zetten!”