Mijn Trots – Frans van den Hoogen

« Terug naar Mijn Trots

Politieman en 61 jaar oud: als Frans van den Hoogen ergens niet aan voldoet, dan is dat wel aan het stereotype beeld van de Streetfighter-rijder. Tuurlijk vindt ‘ie ze mooi, maar meer nog dan het rijden gaat het hem eigenlijk om het bedenken, ontwerpen en maken. Daarom begint het na een jaar of zes ook altijd weer te kriebelen. Zijn trots, deze Streetfighter op basis van een 2000 Fireblade is nu vijf jaar oud, tel maar uit. Inderdaad, de Nijmegenaar heeft zijn oog alweer laten vallen op een nieuw project! “In militaire dienst, ik was toen nog maar 16, heb ik alle rijbewijzen gehaald. Ik zat wat dat betreft al relatief jong op de motor, maar dat het ik dan altijd ook al prachtig gevonden. Van jongs af aan was ik al bezig met brommertjes, beetje opvoeren, je kent het wel. Die band is ook alleen maar sterker geworden, nog altijd geniet ik van iedere meter die ik rij. Toch heb ik lange tijd nog nooit een eigen motor gehad. Voor het werk reed ik veel en zo af en toe huurde ik er wel eens eentje, maar zelf één kopen, nee. Tot in 1997 een maat van me bij me kwam met het verhaal dat hij iemand wist die zijn motor weg deed. Het was een Suzuki GS750 uit 1978. Een hoop oud ijzer en om eerlijk te zijn schrok ik behoorlijk toen ik hem zag. Maar voor een fles whiskey mocht ik hem hebben, dus toch maar meegenomen. Na een jaar restaureren en aanpassen, zag ‘ie er heel anders uit. Ik had er echt veel bekijks mee en heb hem een paar jaar later ook goed kunnen verkopen. Vervolgens kwam er een SRAD, daarvan zat de hele achterkant in elkaar. Eigenlijk was ‘ie gewoon total loss, maar daar was de prijs dan ook na. Duurde ook een jaartje voor ik die klaar had. Hele leuke machine, ik heb er vijf of zes jaar mee gereden, maar op een gegeven moment begon het weer te kriebelen hè! En toen kwam de Fireblade, weer een machine met schade. Al viel dat bij deze wel mee, ik schat anderhalf à twee dagen werk en dan was ‘ie weer helemaal als nieuw geweest, maar ik had er heel andere plannen mee. Een soort Streetfightertje moest het worden, een beetje een snelle ook, vandaar de Fireblade als basis. Alle kunststof delen heb ik meteen verkocht, daar heb ik niets mee, ik ben meer van het aluminium. Ik had al schetsjes gemaakt van hoe het moest worden en toen ben ik begonnen met de uitlaat. Je moet ergens beginnen immers. Autogeen lassen kon ik al wel, maar met RVS had ik nog geen ervaring. Dat had ik echter redelijk snel onder de knie en die uitlaat was dan ook zo klaar. Maar toen kwam het kontje, met R1-achterlicht omdat daar achterlicht en richtingaanwijzers zo mooi in één unit zitten geïntegreerd, en dat heb ik net als de rest van de delen van aluminium gemaakt. De hele boel lasklaar gemaakt en ben toen eerst maar eens even gaan kijken of ik überhaupt wel aluminium kon lassen. Paar proeflasjes gemaakt, maar dat werd één grote puinhoop. Ik denk wel de grootste frustratie uit mijn leven, alles verbrande en verdampte. Een kennis van Kees, die maat van me, heeft me echt leren lassen. Daar ben ik een paar middagjes naar toe geweest en toen pas snapte ik dat je rekening moest houden met zaken als balans, diepte en stroomsterkte. Daarna durfde ik het aan om alle delen aan elkaar te lassen. Na het kontje kwam de koplampunit, met een schijnwerper van een GSX-R K4. En de rest van de delen, onder meer de radiateurombouw en pedaaltjes, volgde toen eigenlijk vanzelf. Na het spuitwerk, dat ik ook zelf heb gedaan dan, was ik er toen feitelijk wel. Maar heel lullig, tijdens mijn eerste ritje ben ik in de eerste de beste bocht onderuit gegaan. Te weinig rekening gehouden met de hagelnieuwe bandjes, dom ja. Inmiddels is ‘ie alweer een aantal jaartjes helemaal klaar en ik verander er ook niets meer aan. Hij is goed zo, al is het wel zo dat als ik het nu helemaal over zou moeten doen, ik hem op een paar kleine detailpunten toch wel anders zou maken. Aan sommige dingen had ik achteraf gezien gewoon iets meer aandacht moeten besteden. Een goede les voor een volgend project. Daarvoor heb ik trouwens al iets heel moois op het oog weet je. Een Panigale, met flink wat schade en er zit dan ook heel wat werk in. Als het goed is ga ik echter volgend jaar met de VUT en heb ik dan tijd genoeg. Ik heb ook al een heel goed beeld voor me over hoe het moet worden, de eerste schetsjes liggen er zelfs al. Het is nog niet rond, maar ik hoop echt dat dat gaat lukken. Wat heet, ik heb er al een week niet van kunnen slapen!”