Jos Hendriks – Suzuki Hayabusa

« Terug naar Mijn Trots
Vrachtwagenmonteur Jos Hendriks (62) is verzot op koppel. Hoe meer, hoe beter. Dat brengt hem in 2000 in het zadel van een nieuwe rood/antraciete Suzuki GSX1300R Hayabusa. Die heeft in twee decennia een flinke metamorfose ondergaan, maar het is wel degelijk nog altijd dezelfde machine. “Elke meter van de 252.000 kilometer op de teller heb ik er zelf opgezet!”

“Ik ben vrij laat begonnen met motorrijden. Op mijn 18e heb ik weliswaar een oefenvergunning gehad, toch kwam het motorrijbewijs er toen vanwege andere prioriteiten niet. Sinds ik klein ben sleutel ik aan van alles en nog wat, van brommers tot modelbouwauto’s en zo kwam ik op een bepaald in contact met hobbycoureur. Hij had geen rijbewijs en zocht daarom iemand die niet alleen kon rijden, maar ook sleutelen. Dat leek me wel wat. Als je dan zo met motoren bezig bent, begint het toch weer te kriebelen. En dus ben ik weer begonnen met lessen en heb ik op mijn 31e alsnog het rijbewijs gehaald. Na eerste en jaartje oefenen op een was een twintig jaar oude GS750, je leert immers pas motorrijden nadat je je rijbewijs hebt gehaald, kocht ik mijn eerste nieuwe motor, een Suzuki Bandit 1200S. Dertigduizend kilometer heb ik er mee gereden, maar helaas heb ik die onderuit geremd. Die motor heb ik vervolgens ingeruild op een VFR800, een Hailwood jubileumuitvoering. Dat beviel alleen totaal niet, veel te weinig koppel. Ik was die 1200 immers gewend. Na iets meer dan een jaar wilde ik ‘m daarom inruilen, en dan op een ding met veel koppel. De Suzuki Hayabusa was destijds in 2000 de motorfiets met het meeste koppel, dus die moest het worden. Het ging me echt totaal niet om de looks of de topsnelheid, maar puur om het koppel. Hoewel ik het ook wel echt een mooie machine vond hoor. Hij was er onder meer in het brons, maar dat vond ik niet mooi, dus ik heb er toen eentje besteld in het rood met antraciet. Vanaf de allereerste meter was ik onder de indruk van die machine, hij rijdt zo goed. Je kunt met deze motor veertig rijden in z’n zes en als je dan het gas opendraait, gaat ‘ie gewoon. Veertig en driehonderd kilometer per uur in dezelfde versnelling, met welke andere machine kun je dat? En hij ziet er weliswaar best groot uit, maar stuurt heel goed. Door de jaren heen is er wel het een en ander aan de motorfiets veranderd. Dat begon al direct na het ophalen. Het eerste wat ik deed toen ik thuiskwam van de dealer ,was het achterspatbord afzagen, net onder de nummerplaat. Ik had ‘m nog geen uur. Een half jaartje later kwamen er een paar vervangingsuitlaten op en zo ging ik eigenlijk steeds verder. Na een jaartje of drie vier is ‘ie ook een andere kleur gespoten, maar dat kwam eigenlijk omdat ik een klein schuivertje had gemaakt en de motor toch gespoten moest worden. Er was net een nieuwe kleurstelling van de Hayabusa uit met dat kleine snaveltje. Dat vond ik wel mooi en zo ontstond het idee om er een slechtvalk op te zetten. Ergens in een plaatjesboek van Verkade heb ik een foto van een slechtvalk gevonden en die is als basis gebruikt voor het spuitwerk. In eerste instantie was het design nog redelijk grof, mar na weer een schuivertjes moest ‘ie andermaal worden gespoten en toen heb ik er wat meer detail in aan laten brengen. Dat is enkel de kleur nog maar natuurlijk, ook voor de rest is er weinig meer origineel. Een jaar of tien geleden bijvoorbeeld, wilde ik er ABS opzetten. Dat heb ik in twee stappen gedaan. Eerst voorvork, radiale remmen en de wielen van een 2008-Hayabusa erop gezet, want in de wielen zitten namelijk al zo’n krans, en vervolgens het ABS-systeem zelf van een B-King. Zo’n voorvork is vrij duur, maar via eBay heb ik vier kromme veerpoten gekocht en daar twee rechte van gemaakt. Dat was niet eens zo heel veel werk, maar toch heeft de hele opbouw van het ABS alles bij elkaar toch wel een kleine twee jaar geduurd. Dat komt ook omdat het altijd tussendoor moet, want ik rij er wel gewoon op. Ik bereid eerst alles voor, probeer uit en bouw dan in het weekend alles erop. Zo heb ik bijvoorbeeld ook de Tokico-remklauwen en originele pomp vervangen door spulletjes van Brembo. En de achterbrug laten verchromen en al die andere meer kleine zaken gedaan, zoals koppelingsdeksel, spiegels, hendeltjes en dergelijke. De laatste twee jaar is er niet veel meer aan veranderd. Ik kijk altijd wel of ik nog iets kan vinden, maar kom eigenlijk niets tegen waarvan ik denk, dit is wel gaaf. Ik heb ook geen wensen meer. Nou ja eentje, ik zou er wel graag een compressor op willen, misschien dat dat ooit nog gaat gebeuren. Het is een bijzondere fiets om te zien, maar ik gebruik ‘m wel echt goed. Ik rij er ieder jaar toch wel een twaalf- à dertienduizend kilometer mee. Daarbij doe ik alle onderhoud zelf, hij is nog nooit bij een dealer geweest. Buiten mij heeft er nog nooit iemand aan gesleuteld. Of op gereden trouwens, elke meter van de 252.000 kilometer op de teller heb ik er zelf opgezet!”