+ Plus

Hugo Pinksterboer – Dure hobby

Het waren weer kostbare zijspantijden, eind vorig jaar, met forse prijzen voor een serieus grote beurt en het laten poedercoaten van mijn roestende schommelarmvoorvork. Tijd voor een ander span? Nee. Tijd voor een auto? Tuurlijk niet.

Zijspanrijden is een dure grap. Mijn eerste, een R80 met een open bakkie, viel nog reuze mee. Het eind was zuur, financieel, maar uiteindelijk reed ik er bijna vijf jaar op rond. Niet slecht, met beperkt onderhoud en een aanschafprijs van 1.800 hele euro’s. Het zoeken naar een goede gebruikte vervanger duurde even. Er rijden tenslotte maar zo’n vierduizend van die dingen rond. Ik sprong dus een gat in de lucht toen ik mijn Pan-European met een anderhalfzits EML-bak op de kop kon tikken. Precies wat ik zocht. Dat een vriend twee mille minder betaalde voor een prachtige Volvo V70 met verwarmde stoelen deerde me niet in het minst. In auto’s val ik in slaap.

Op een zijspan leef ik. En dat zijspan zelf leeft ook, weet ik inmiddels. Het wordt dus ouder. Met gebreken. Neem ik het ’t ding kwalijk? Natuurlijk niet. Mijn meeste spangenoten hebben er veel minder last van. Dus is het vooral mijn schuld. Zij doen er af en toe een rit mee en zetten ‘m dan weer een maand of wat binnen. Ik doe een kleine tienduizend kilometer per jaar en ik heb geen garage. Een box kan ik vast wel huren, in de buurt, maar dat moet je bij mijn bijna dagelijks gebruik echt niet willen. En dan ben ik meteen bij punt twee: die Pan-European is op dat gebruik wel berekend, maar de combinatie knapt er niet bepaald van op.

Met mijn jonggebruikte GSA, die hier na de fik van zijn voorganger vorig jaar voor de deur kwam te staan, heb ik me niet eens meer voorgenomen om hem in zijn ‘als nieuw’-conditie te houden. Dat gaat niet, bij een veel bereden buitenslaper. En mijn span wás al niet meer als nieuw. Toch doe ik wat ik kan. Een beetje, op z’n minst. Zo liet ik een buitenmodel driewielerhoes maken, in de hoop dat dat de elementen een beetje zou afschrikken. Waar ik niet op gerekend had is dat de weekmakers in het gebruikte doek eerst wat bruine vlekjes op de kunststof ruitjes van het cabriodakje achterlieten en ze vervolgens geheel ondoorzichtig maakten. De voorruit kon er al niet veel beter tegen. Van mijn dochter mag ik de 400 euro die een nieuwe kost op zak houden. Haar blikken gaan toch vooral richting telefoon.

Maar de andere, door veroudering inmiddels ook gescheurde ruitjes laat ik vervangen, inclusief hun allang niet meer ritsende ritsen. Ook de rubbers van de klep zijn hoognodig aan vervanging toe. De miniremblokjes op het schijfje van het zijspanwiel gaan maximaal 3.200 kilometer mee, in mijn geval een maand of vier. Blij dat ik ze tegenwoordig zelf vervang, dus. Met de rest doe ik dat niet. Zoals die van een oude Guzzi geadopteerde rem op dat wiel en de zwetende dempers voor en opzij, bijvoorbeeld, of de complete revisie van de achterrem bij die laatste beurt. En geloof me, met een combinatie van dik 400 kilo heb je die extra remmen hard nodig, al was het omdat je met alleen je voorrem vooral heel hard linksaf gaat.

Er komen nog meer klusjes bij. Ik krijg regelmatig seintjes van automobilisten die denken dat ik een collega met één koplamp ben. Niet zo gek, want de bak is uitgerust met een heus 5-watt-koelkastpitje. Daar is dus werk aan de winkel. En die ruit hoeft voor mijn dochter niet, maar voor mij wel. Het frame van de bak verdient wat serieuze tender love, care en tectyl, waarvoor ik ’m gelukkig bij een bevriende motorgaragist op de brug mag zetten. Als het een auto was geweest, had ik ’m allang ingeruild, bedacht ik me pas. Maar goddank het is geen auto. Dus heb ik besloten om er gewoon op te blijven rijden en de kosten voor lief te nemen. Een ander span zou hetzelfde lot beschoren zijn, gok ik, met mijn gebruik. Blijft mijn voornaamste wens om er na mijn eerste 30.000 kilometers nog ’s écht op te leren rijden. Kijken hoe ik in snelle rechterbochten dat zijspanwiel aan de grond kan houden, bijvoorbeeld. Een VRO heb ik al gevonden. Nu nog de tijd…

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Kawasaki Ninja 500

Eerste Test Kawasaki Ninja 500

11 april, 2024

Kawasaki en Ninja zijn net zo’n onlosmakelijke combinatie als de Dikke en de Dunne, Johan Cruijff en nummer 14 en ...
Eerste Test Honda CBR600RR

Eerste Test Honda CBR600RR

11 april, 2024

Ooit was supersport een gouden klasse, waarin de Japanse fabrikanten vele duizenden units verkochten, maar rond ...
Eerste Test Honda e-Clutch

Eerste Test Honda e-Clutch

11 april, 2024

Een oplossing voor een niet bestaand probleem? Dat sluimerde onderweg naar de presentatie van de nieuwe Honda ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-