GP Wegrace Jerez, Spanje

Zijn oudere broer wist het al wel. Alex Marquez zou dit jaar nog wel de kans krijgen om races te winnen. En die kans kwam – voor eigen publiek in een kolkend Jerez. De Grand Prix van Spanje kreeg een Marquez als winnaar, Alex Marquez. In een weekend waarin hij razendsnel was vanaf het begin, maar ook twee keer onderuit ging, hield Alex de familie-eer hoog toen favoriet Marc crashte. Fabio Quartararo was een zeer welkome gast op het podium, Pecco Bagnaia genoot met mate.
Pagina gaat door onder advertenties
Dit artikel is gratis beschikbaar voor MotoPlus abonnees
- Onbeperkt PremiumPlus leesplezier
- 15.000+ online artikelen
- 380+ digitale magazines
Al abonnee? Log in om dit artikel direct te lezen.
Als Moto2-wereldkampioen van 2019 kwam Alex Marquez de MotoGP binnen. Onverwacht, omdat Jorge Lorenzo zijn contract inleverde en zo maar een leegte liet vallen in het Repsol Honda Team. Alex Marquez zou zijn titel verdedigen met Marc VDS, maar werd teamgenoot van zijn broer. Maar nadat Marc al crashte tijdens de seizoensopener in Jerez, kwam de druk te liggen bij de drie jaar jongere Alex – die ook nog eens een manier moest vinden om om te gaan met de weinig vriendelijke RC213V. Al gedurende dat eerste seizoen werd duidelijk dat hij aan het eind van 2020 zou moeten plaatsmaken voor Pol Espargaro; een plek binnen LCR Honda viel nog wel te regelen. Hoewel hij zich zeer geliefd maakte in het team van Lucio Cecchinello begon Marquez zich alleen maar ongelukkiger te voelen, zo zeer zelfs dat hij overwoog om te stoppen. “Ik weet nog dat ik in 2022 op de Sachsenring was en iedereen een contract had, behalve ik. Er was nergens interesse in me”, blikte Marquez terug in Jerez. “Toen ben ik naar Gresini gegaan en heb gezegd ‘ik wil jullie machine, de rest er omheen, interesseert me niet. Ik weet wat ik kan. Geef me een jaar en dan kijken we verder’. Vanaf die eerste ronde (tijdens de test) in Valencia wist ik dat het potentieel er in zat. Dat het een kwestie van tijd was voordat ik er weer bij kon staan. Vorig jaar was het af en toe een nachtmerrie, maar met de GP23 heb ik wel zoveel geleerd wat me dit jaar sneller heeft gemaakt. Ik was gewend aan een motor die een stapje minder was dan de nieuwste motor.”
Na Enea Bastianini, Fabio Di Giannantonio en broer Marc werd Alex in Jerez de vierde Gresini Racing-rijder in vier seizoenen die op een één jaar oude machine – ook dit seizoen nog de beste machine van het veld, volgens hem – een MotoGP-zege scoort voor het Italiaanse familieteam. “Ik ben super blij. Als je me zou vragen waar ik m’n eerste MotoGP-race zou willen winnen, zou ik zeggen ‘Jerez’. Ik won hier ook mijn eerste Moto2-race, maar een MotoGP-race winnen is nog wel weer wat anders”, aldus de 29-jarige Catalaan die in Andalusië in de armen werd gesloten door de ruim 100.000 toeschouwers.
Voor de derde Grand Prix op rij waren alle vijf fabrikanten vertegenwoordigd in de top 10 van de uitslag, dat echter Fabio Quartararo vanaf pole een hoofdrol zou spelen in de race bleef verrassend. Op het circuit waar hij in 2020 zijn eerste MotoGP-race won leidde de verrassende polesitter vanaf de eerste bocht tien ronden lang, waardoor hij het vuurwerk achter zich niet meekreeg. Bagnaia en Marc Marquez schuwden het contact niet in pogingen om elkaar af te bluffen en Alex Marquez vond in de eerste ronde bij het aanremmen van de beruchte Pedrosa Bocht ternauwernood een vluchtroute tussen Bagnaia en broer Marc door. Daar ontsnapte Marc buiten zijn schuld aan een voortijdige uitschakeling, in de derde ronde zette hij voor de tweede keer in drie GP’s zelf een dikke streep door zijn eigen kansen in een zeer snelle linker bocht. “Het hele weekend was ik daar snel en constant, maar achter twee rijders dacht ik er misschien niet genoeg over na”, zocht ook Marc naar een verklaring. “Misschien ging ik er te hard in, misschien was de hellingshoek te groot. Maar als ik voor de titel wil vechten kan ik dit soort fouten niet maken.” Marquez meende ondanks een uitstekend gevoel de fabrieks-Ducati het karakter van de machine nog niet volledig te kennen. “Dit soort momenten snap ik niet.” Na zijn crash raakte Marquez zijn zwaar gehavende machine uit het grind en reed van een 22e naar een twaalfde plaats. Een groot deel van de race reed hij tijden die goed genoeg waren voor het podium. “De start was niet goed en dat was één van de redenen voor de crash”, dacht Marquez. “Na het contact met Pecco dacht ik wel ‘oké, nu is het tijd om rustig adem te halen’.” Tè rustig, misschien zelfs. “De twee crashes (in Austin en Jerez, red.) waren niet omdat ik ‘all inn’ ging, maar omdat ik te relaxed was.” Tijdens de opmars naar voren spookte de Spaanse GP van 2020 door zijn hoofd, gaf Marquez toe. Toen probeerde de toenmalige Repsol Honda-coureur een fout goed te maken en crashte met catastrofale gevolgen. “Ja, ik dacht aan toen. Ik zei tegen mezelf ‘niet overdrijven’. Ik wilde niet weer crashen.”
De val betekende ook dat Alex Marquez zijn wedstrijdplan aanpaste. “Toen Marc de voorkant kwijtraakte, schrok ik wel. Toen hij uit mijn zicht verdween, ging de knop om. Dat is je dag, dacht ik, je mag het niet weer laten gaan zoals in Austin. Dus ik was emotioneel voor 0,5 seconde en daarna concentreerde ik me weer op de race”, aldus Alex. “Voor de race had ik een heel duidelijk beeld van wat ik wilde doen. Vandaag had ik een grote kans. Vooral toen ik Marc zag crashen, dacht ik ‘goed, dit is je kans’.” Marquez passeerde een ronde later de vleugellamme Bagnaia en kopman Quartararo in de elfde ronde met een brutale uitremactie voorbij start-finish. Zeven ronden voor het einde moest hij zichzelf weer bij de les halen. “Eerlijk gezegd verloor ik een beetje de concentratie. Ik was te veel bezig met dingen voor na de race. Hoe ik het zou vieren, bijvoorbeeld. Ik zei ‘kom op, je hebt twee wereldkampioenen achter je!’. Ik probeerde gefocust te blijven.”
Anderhalve seconde achter de uitrollende Marquez werd Quartararo heel knap tweede; zijn én Yamaha’s eerste podium sinds zijn derde plaats in de Indonesische Grand Prix van 2023. De complimenten van derde man Bagnaia nam hij glunderend in ontvangst. “Op zondag hebben wij het na de Moto2-race (door Pirelli-rubber op de baan, red.) vaak moeilijk”, legde de Yamaha-kopman uit. “Maar ik kon mijn tempo vasthouden. Toen Alex mij inhaalde, kon ik hem zelfs niet een paar bochten volgen. Hoger finishen was niet mogelijk.” Het podium was belangrijk voor hem en ook voor het lang geplaagde Yamaha-team. “Mentaal is het belangrijk voor mij om te weten dat we snel zijn. We weten dat we met deze mannen kunnen vechten, maar voor de volgende races heb ik geen verwachtingen. De machine is hetzelfde als de laatste twee wedstrijden en in Qatar had ik het erg lastig. Als we een kans krijgen, moeten we die pakken.”
Waar bij de mannen voor hem de vreugde groot was, kon Pecco Bagnaia slechts content zijn met zijn eerste ronden, niet met zijn derde plaats. De GP25 mocht dan volgens hem meer potentieel vanwege een betere acceleratie, een hogere topsnelheid en een nog beter gedrag bij het remmen, grote vrienden zijn hij en zijn machine nog niet. Dit soort races maakten hem niet gelukkig, zei Bagnaia. “In ieder geval heb ik iemand ingehaald”, meldde de Italiaan enigszins cynisch. “Maar dit jaar is het steeds hetzelfde: als je achter iemand zit, voel je de voorkant steeds weggaan. Ook toen ik achter Fabio zat. Dit was ook de eerste keer dat Marc niet goed startte en achter iemand zat en crashte over de voorkant. Dat gebeurt als je de voorrem pakt. Ik was ‘m ook talloze keren kwijt. Waarom, weet ik niet. Ik weet wel dat Marc heel goed is om met alles hard te gaan. Ik kan dat niet. Ik wil een goed gevoel met de voorkant hebben. Ik heb dit nog niet eerder meegemaakt. Vorig jaar deed ik dingen in snelle bochten die ik nu niet meer kan doen. Misschien moeten we de balans van de nieuwe machine verbeteren door naar andere oplossingen te zoeken.”
Nadat hij zijn machine had afgeleverd bij zijn team overwinning wandelde Marc Marquez naar zijn feest vierende broer in het parc fermé voor een innige omhelzing. “Dat (Alex’ overwinning, red.) is het enige wat me vandaag een glimlach op het gezicht geeft. Hij verdiende het. Hij reed een geweldige race, maar zijn hele seizoen is al heel sterk. Dit was één van zijn doelen in zijn carrière. Ik ben super trots op hem, op mijn broer. En hij leidt het kampioenschap weer.” Alex’ voorsprong bedraagt één punt voorsprong op broer Marc. MotoGP 2025, ‘it’s a family affair’.
Pagina gaat door onder advertenties
Pagina gaat door onder advertenties