Eerste test – QJ Motor SRK600/SRK600RS/SRT600SX Touring

Ze zijn alle drie enorm rijk uitgerust, hebben een uiterst aantrekkelijk prijskaartje, maar liegen wel collectief over hun inhoudelijke vermogens. Dit trio 600cc-modellen is spraakmakend en hoewel ze dezelfde basis delen, verschillen ze als dag en nacht. Welke past jou het best?
Pagina gaat door onder advertenties
Dit artikel is gratis beschikbaar voor MotoPlus abonnees
- Onbeperkt PremiumPlus leesplezier
- 15.000+ online artikelen
- 380+ digitale magazines
Al abonnee? Log in om dit artikel direct te lezen.

Laten we eerst de collectieve leugen van dit trio ontmaskeren. De cilinderinhoud van 600cc klinkt lekker en voert je direct terug naar hoogvermogende, maar nog altijd behapbare sportieve Japanse viercilinders. Alleen klopt het in dit geval niet. De cilinderinhoud van de tweecilinder die elk van deze QJ Motor-modellen aandrijft meet 554 cc.
Erger dan dat wordt het liegen niet en laten we eerlijk zijn: ook andere fabrikanten maken zich schuldig aan dit leugentje om bestwil. Deze test gaat het QJ Motor-trio verder niet ontmaskeren als notoire leugenaars. What you see is what you get. Ben je een echte kenner dan gaat je bij het lezen van de cilinderinhoud een lichtje branden: inderdaad de 600 van nu is de 550 van vorig jaar. In het geval van de SRK kun je dus nog wat euro’s besparen, vijfhonderd om precies te zijn. Want die 550 is nog altijd leverbaar.
Het is sowieso bizar hoeveel modellen QJ Motor naast elkaar voert. Het assortiment loopt uiteen van 50 tot 1.200 cc, maar het valt nog meer op hoeveel modellen bij elkaar in de buurt zitten. Vooral bij crossover SRT valt dat in het oog. Daarvan heeft QJ Motor een 600, 700, 800 en straks ook nog 900 variant. De zwaarste heeft 95 pk, de lichtste 56 pk en de andere twee zitten daar keurig tussen. Gaat de consument kiezen of besluit de fabrikant om zich te concentreren op sommige modellen? Waarschijnlijk de consument. Het Chinese megaconcern heeft de luxe om alles naast elkaar te voeren. Het piepjonge bedrijf (opgericht in 1985) heeft ruim vijfduizend medewerkers, is in 130 landen actief en produceerde al 130 miljoen tweewielers. Met dat soort aantallen maakt een 600, 700, 800 of 900 extra model niet uit. Voor vandaag concentreren we ons voor het gemak op de 600.
Rondom Rotterdam rijden we drie verschillende modellen met allemaal de 554 cc zware staande tweecilinder. Het zijn de naakte SRK600, de sportieve SRK600RS en crossover SRT600SX Touring. Het blok is niet het enige dat ze met elkaar gemeen hebben. Het is echt opmerkelijk hoe compleet de modellen zijn uitgerust. De SRT600SX Touring heeft bijvoorbeeld standaard een driedelige aluminium kofferset met een totale inhoud van 112 liter. Het model heeft verder valbeugels, carterbescherming, handkappen, mistlampen, maar ook luxe zaken als weergave van bandendruk en bandentemperatuur, drie verschillende stroompuntjes (USB-C, USB en een 12V-aansluiting), middenbok, verwarmd zadel en verwarmde handvatten. Let op: dit zit allemaal op een motorfiets die voor € 8.499,- in de boeken staat. Bij andere merken ben je – even chargeren nu – dat bedrag bijna aan de losse accessoires kwijt. Als we er wat betaalbare concurrenten bijpakken dan kost een Honda NX500 € 8.849,-, een (oké iets dikkere) Kawasaki Versys 650 € 8.999,- en een Benelli TRK502 kost € 7.999,-, maar die heeft dan geen kofferset. Kortom: met de prijs en standaard uitvoering zit het wel goed.
Hoe zit het met de rest van de SRT600SX Touring? Hij mag er in werkelijkheid – meer dan op de foto – best zijn. Het neusje heeft door de vorm van de koplamp wel iets weg van de MV Agusta Turismo Veloce en de tankvorm van de Harley-Davidson Pan America. Er zijn mindere partijen om je inspiratie op te doen. Over inspiratie gesproken: bij de uitlaatdempers heeft QJ Motor duidelijk een rondje langs de velden gemaakt. Bij de drie 600’tjes keek het overduidelijk bij Remus, Yoshimura en Akrapovic. Het 7” TFT-scherm is lekker aan de maat en daardoor goed af te lezen. Het valt op hoe mooi de knipperlichten aan de voorkant in het kuipwerk zijn weggewerkt. Direct daarnaast zitten de mistlampen, iets waarvoor je normaal ook altijd de portemonnee extra trekt. Wat ook opvalt zijn de gebruikte onderdelen die QJ van andere producenten betrekt. Het zijn geen C-merken met de C van China, maar merken als: Brembo, Regina, KYB, Marzocchi, Metzeler en Bosch.
Wie plaats neemt op de crossover heeft voldoende ruimte voor zijn armen, maar de zadelhoogte is wat lager dan gebruikelijk in deze categorie. Dat heeft ook gevolgen voor de kniehoek. Die is scherper dan normaal, maar niet te scherp. Voor kleinere liefhebbers van dit soort motoren is deze 600 een prima nieuwkomer.
Voor mijn gemiddelde lengte (180 cm) had ik graag een hoger zadel gehad om de zitpositie iets actiever te maken en de kniehoek juist iets meer ontspannen. De importeur weet nog niet of er hogere (of lagere) zadels verkrijgbaar gaan zijn, maar door de zadelverwarming wordt het wel een relatief duur accessoire.
Door de aard en lengte van de testroute is het lastig iets te zeggen over de bescherming van het ruitje. Je zult het er sowieso mee moeten doen want instelbaar is het niet. De route uitdagend noemen is net zo’n leugen als een 554 bestempelen als een 600, maar de route gaf wel een mooie indruk van de kwaliteiten van de motorfietsen in alledaagse omstandigheden. Een piepklein stukje snelweg, een klein stukje dijkweg en een wat groter deel verstopt stadsverkeer.
Het blok weet prima raad met alle situaties. Het voelt zich het best onderin en in het middengebied. Het rode gebied begint bij 10.000 tpm, maar tweeduizend toeren eerder is de prestatiedrang er wel vanaf. Het blok is soepel en krachtig genoeg om in derde versnelling met dertig km/uur door een dijkdorpje te pruttelen.
De gasreactie is in rijmodus Normal in 99 procent van de gevallen goed voor elkaar, dat ene procentje mag hij nog net iets minder fel oppakken. Gas afsluiten is trouwens ook echt gas afsluiten. Het is even wennen aan de koppeling die vrij laat en onduidelijk aangrijpt. De eerste kilometers viel er daardoor nog wel eens een motorfiets stil bij het wegrijden of het hoogtepunt: een knallende maar volkomen ongeplande wheelie. Aan de versnellingsbak is het dan weer niet wennen, die schakelt zoals je verwacht. Het geluid uit de uitlaatdemper is fors, donkerder bruin dan je verwacht en werkt inspirerend. We reden ter vergelijking ook kort met de 700-variant, maar eigenlijk iedereen vond het toerengretige 600-blok leuker. Van vibraties heeft de tweecilinder geen overdreven last.
Het sturen gaat gemakkelijk en vooral licht. In het begin wil je nog wel eens aan de binnenkant van de bocht terecht komen, maar die lichtvoetigheid went snel. Het extra gewicht ten opzichte van de twee SRK-modellen, en het hogere zwaartepunt, laten zich pas voelen na het overstappen. De SRT600SX Touring valt door zijn 220 rijklare kilo’s iets meer in de bocht, maar dat is alleen bij een direct vergelijk.
De eerste aan wie ik denk na de overstap op de SRK600 naked is Sally Fields. Als moeder van Forest Gump in de gelijknamige film is ze goed voor de oneliner ‘Life is like a box of chocolats, you never know what you’re gonna get.’ Hetzelfde gevoel geldt voor het overstappen op de volgende QJ Motor 600cc-fiets. Na één exemplaar te hebben gereden verwacht je wel ongeveer te weten wat je bij de volgende mag verwachten, maar ‘you never know what you’re gonna get.’ Oké het is logisch dat een 600cc crossover van 220 kilo en een naked van 176 kilo met een ander rijwielgedeelte het nodige van elkaar verschillen, maar ook de SRK600 en SRK600RS – die wel hetzelfde frame, achterbrug en vering delen – voelen anders aan. Zo is er een 600 voor iedereen.
Voor de pretmakers is de naakte SRK600 dé motorfiets om te scoren. Als je bent uitgegrinnikt om de verkoopprijs van € 7.499,- lach je op straat nog even verder. Al hoort daar wel de kanttekening bij dat de zadelhoogte voorwaar nog iets lager is en de kniehoek daardoor nog scherper. Deze naked zou enorm profiteren van een hoger zadel. Wie hetzelfde aangename dashboard als op de SRT verwacht komt bedrogen uit. Het exemplaar op de SRK – en op de RS – is vele malen kleiner en daardoor beduidend lastiger af te lezen. Hetzelfde geldt voor de lampjes van de knipperlichten en het grootlicht. De vering is steviger dan de logischerwijze erg comfortabele SRT, maar nog altijd comfortabel genoeg om drempels op een aangename wijze glad te strijken.
Dat de SRK niet alleen een ‘chocolaatje in een ander papiertje’ is, maar ook werkelijk anders smaakt, leer je al op de eerste meters. Door het gewichtsverschil stuurt de machine nog lichter in, maar het is vooral het andere gevoel dat het blok geeft dat het verschil maakt. Door het gewichtsverschil sleurt de tweecilinder er veel gretiger en enthousiaster aan. Tussensprintjes gaan met een enorm gemak en voelen krachtiger dan je vooraf verwacht. Waar de SRT een volwassen motorfiets is, is de SRK veel meer een speelfiets. Vreemd genoeg produceert de uitlaatdemper, en ook die van de RS, dan weer een veel minder inspirerender geluid dan op de SRT. Opmerkelijk genoeg klinkt de toerfiets het meest als een raket en de pret- en sportfiets veel anoniemer.
Het geluid is slechts een van de voorbeelden van ‘you never know what you’re gonna get.’ Zelfs motoren van hetzelfde type kunnen qua smaak van elkaar verschillen. Over de voorremmen van de SRK is iedereen het roerend eens: die werken prima, met de nodige bite en gevoel. Maar waar de ene maar hoeft te kijken naar zijn achterrem om het ABS aan het werk te zetten, moet de ander uit volle macht stampen om het voor elkaar te krijgen. Ook niet logisch: op de meest sportieve 600 QJ voelt de voorrem met afstand het meest sponzig. Juist bij zo’n RS verwacht je een nog iets gretiger happende voorrem.
Wie plaats neemt op de SRK600RS merkt direct dat niet alleen het uiterlijk sportief is. Door de lager geplaatste stuurhelften leun je flink meer op je polsen en valt de krappe kniehoek nog verder op. Na de naked en crossover is het even wennen, maar in het bochtenwerk moet je uiteindelijk toch deze RS hebben. Omdat er meer gewicht op het voorwiel rust zet je deze variant het meest precies waar je hem neer wilt zetten.
Conclusie
Drie zeshonderdjes op basis van hetzelfde rijwielgedeelte en motorblok leveren drie totaal verschillende motoren op. Voor iedereen is er zijn of haar eigen smaak. De QJ Motoren delen hun complete uitrusting en lage prijs, maar verschillen meer dan je vooraf verwacht. De SRT600SX is een heel volwassen crossover waarmee het prima woonwerken, toeren en vakantie vieren is. Met zijn koffers is hij er klaar voor. Het tweecilinderblok komt nog net iets meer tot zijn recht in de SRK600 en dat maakt de naked tot de pretmachine van het trio. De SRK600RS is door zijn voorkomen en stuurgedrag met recht de meest sportieve van dit drietal. Er is dus echt waar een 600 QJ voor iedereen.
Pagina gaat door onder advertenties
Pagina gaat door onder advertenties