MotoPlus 09 - 2022

REIZEN ZUID-FRANKRIJK 64 MOTOPLUS REIZEN omweg absoluut waard. Ondanks dat de haarspeldbochten het dal in net van vers rolsplit zijn voorzien. Dat de beklimming aan de andere zijde gevrijwaard is gebleven van deze behandeling, heeft waarschijnlijk te maken met het feit deze in een ander depar- tement ligt, Hérault. Eigenlijk zou- den we Mont Aigoual, gelegen in het noorden van het Cirque, ook nog met een bezoekje vereren vandaag, maar de Middellandse Zee heeft uiteindelijk toch te veel van onze tijd opgeslokt vanmor- gen. Bovendien willen we nog de nodige kleine kronkelwegen evenals een terrasje in Anduze pakken op de weg terug naar Alès en aansluitend Joyeuse. De laatste dagen worden weer op de CRF afgelegd, waarbij het opletten geblazen is. Delen van de route schijnen door de recente overstromingen onbegaan- baar te zijn, waardoor we naar alternatieven moeten zoeken. We blijven vooral in de lagere delen en waar ik op de eerste dag moeiteloos overal doorheen laveerde, kom ik nu prompt vast te zitten in de modder. Vandaag worden we helaas voor het eerst geconfronteerd met een beetje motregen, die evenwel wordt gecompenseerd met een prach- tige regenboog boven de velden. Intussen zijn we eraan gewend dat het ’s avonds snel afkoelt en dat de laagstaande zon weliswaar mooi licht geeft voor een foto, maar behoorlijk onaangenaam is tijdens het rijden. Reden om rela- tief vroeg koers naar huis te zetten, maar dan treffen we twee andere offroad-rijders. Het blijken lokale inwoners die al de hele dag onze sporen volgen. Iets waar we na een kort onderhoud achter komen. We besluiten daarom om de volgende dag samen op pad te gaan. Jochen, die normaal het spoor trekt, kan zich nu op het tweetal richten dat de omgeving als hun broekzak kent. Nadat we elkaar de volgende ochtend in Largen­ tière hebben ontmoet, nemen Greg en Robin ons op sleeptouw door een gebied dat ook voor Jochen nieuw is. Eerst pakken we wat bredere boswegen, waar we enkel wat jagers en drijvers tegen­ komen, die ons allemaal goedge- humeurd toeknikken. De weg is op zich prima te doen, onder de bladeren en naalden zitten echter soms ook stenen en geulen ver- borgen, die nogal een uitdaging kunnen vormen. Na een uurtje of wat rijden, dient zich plots een behoorlijk steile klim aan. Robin wijst me op de losse, rotsachtige ondergrond, maar belooft dat alle inspanningen op de top met een prachtig uitzicht worden beloond. Geen woord aan gelogen, wat hij er echter niet bij heeft verteld is dat de daaropvolgende afdaling zo steil is dat menigeen ’m niet eens te voet zou doen. En geluk- kig vertellen beide pas na de wel- iswaar tergend langzame maar wel geslaagde ‘dalvlucht’ dat één van hun maten hier onlangs nog zijn motor heeft platgelegd. Na een tijdje komen we bij een waanzinnige kerkruïne, die zo midden in het bos een bijna beto- verende uitstraling geniet. Vanaf nu zou het weer rustiger moeten worden, en dat is maar goed ook. Als redelijk onervaren offroad-­ rijder heb ik duidelijk behoefte aan meer pauzes dan de ervaren rotten, die hier bijna op dagelijkse basis door hun achtertuin rijden. Het feit dat Greg vrolijk fluitend voor me uit rijdt op een oude 125cc Honda uit de jaren ’80 met een zadel van duct-tape, terwijl ik badend in het zweet aan het In het achterland lijkt de tijd op sommige plaatsen stil te hebben gestaan, zoals hier bij een oude stenen brug die de Tarn overspant in de buurt van Bellecoste. Lijkt op een immens fort, maar is gewoon de bekende stadsmuur van de zwaar versterkte vestingstad Aigues-Mortes.

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3