Warmdraaien – Monteurs gezocht!
Voor aanvang van de zomervakantie stonden er in Nederland bijna 430.000 vacatures open, blijkt uit cijfers van het CBS. Dat waren er weliswaar 10.000 minder dan aan het eind van het eerste kwartaal, maar het zijn er nog altijd schrikbarend veel. Ook in de werkplaatsen van veel motorzaken is personele versterking nog steeds meer dan dringend gewenst.
Uitgesplitst per sector zijn die cijfers misschien nog wel schrikbarender. De zorg? Dik 65.000 vacatures. Zakelijke dienstverlening? Ruim 70.000 openstaande vacatures. Het onderwijs? Daar kunnen ze ook zo 12.000 mensen gebruiken. In de technieksector, waar ik de motorwerkplaatsen dan ook onder reken, zijn eveneens tienduizenden arbeidsplekken beschikbaar. En het is zeker geen exclusief Nederlands probleem, want in de werkplaatsen van Zuid-Europese motorzaken is de nood nog vele malen hoger, zo verzekerde iemand die bij een grote motorfabrikant verantwoordelijk is voor de interne opleidingstrajecten me onlangs. Daar proberen motorfabrikanten de jonge aanwas zelfs al tijdens de schoolopleiding te strikken voor een baan binnen hun dealernetwerk. Dat doet bijna denken aan schatrijke voetbalclubs die de jonge talentjes al op jonge leeftijd wegkapen bij de kleinere clubs. Al is dat laatste natuurlijk vooral uit luxe geboren en niet uit nood, zoals in de motorwereld.
Terug naar eigen land. Is er hier dan niet of nauwelijks aanwas van monteurs? Zeker wel. Dat bleek ook wel uit het eerste deel van ons drieluik over het vak van motorfietsmonteurs, waarin we een bezoek brachten aan de afdeling tweewielertechniek van het Koning Willem I College in Den Bosch (MotoPlus 15/2023). Maar de vraag is domweg veel groter dan het aanbod, terwijl de opleiding zelf aan de maximale capaciteit zit en ieder jaar ‘uitverkocht’ is. Tekenend vond ik overigens twee uitspraken van docent Leon Brans. De eerste kwam er op neer dat bedrijven het liefst een achttienjarige student hebben met tien jaar praktijkervaring, die op basis van een nuluren-contract tegen minimumloon komt werken. De tweede heeft betrekking op stagiaires. Zo constateert Brans een opmerkelijk contrast tussen bedrijven die enerzijds schreeuwen om monteurs en het aantal motorzaken dat anderzijds geen zin heeft om een stagiair onder hun hoede te nemen. Dat laatste is overigens exact hetzelfde waar mijn eigen achttienjarige zoon in een heel andere sector, waar de personeelstekorten eveneens enorm zijn, ook tegenaan loopt. En dat kan enorm frustrerend zijn. Wat dat betreft zou de motorhandel de hand ook een klein beetje in eigen boezem mogen steken, zeker gezien de populariteit die motorrijden momenteel geniet en de daarmee gepaard gaande stijgende verkoopcijfers van de laatste jaren.
Ondanks een honderd procent baangarantie aan het eind van de studierit kan bovenstaande uiteraard zomaar resulteren in demotivatie en voortijdig afhaken van een monteursopleiding en daar is uiteraard helemaal niemand bij gebaat. Het is eeuwig zonde bovendien, want uit de twee overige delen uit ons drieluik (de Harley-Davidson University in MotoPlus 16/2023 en de Yamaha European Technician Grand Prix in deze uitgave) blijkt wel hoe boeiend het vak van motorfietsmonteur kan zijn en dat je nooit bent uitgeleerd!
Jeroen Hidding – hoofdredacteur MotoPlus
