Warmdraaien

Warmdraaien – Schop onder je kont!

Of ‘ie even een fotootje van ons wilde maken bij het bord vol stickers op de Timmelsjoch. Dat wilde de dromerig in de diepte starende twintiger wel. Het bleek een Nederlandse jongen en hij zat duidelijk om een praatje verlegen.

Met welke motoren Ad en ik de Timmelsjoch op waren gereden, was ‘ie nieuwsgierig. Toen we op de nog nahijgende Aprilia RS457 en Kawasaki ZX-4RR, de enige afwijkende bloedgroep tussen alle geparkeerde GS-en, Multistrada’s en KTM Adventures, wezen, viel z’n mond nog net niet wagenwijd open van verbazing. Hoe we dan naar Oostenrijk waren gekomen, met de motoren op een aanhanger zeker, was z’n volgende vraag. Nou nee, gewoon gereden. In tweedelige lederen smoking, vanaf de grens Autobahn 3 en bij Würzburg rechtsaf naar de 7 en verder naar beneden. Zo’n 860 kilometer tot aan de bestemming, Hotel Tauferberg in Niederthai, waar Ad en ik de eerste twee groepen deelnemers aan onze Alpenmasters-lezersreis troffen.

Dat leek hem ook wel wat, zo’n rit. Ja, hij had zelf ook een motor, een Yamaha MT-09, maar hij was nu met de auto in Oostenrijk. Om praktische redenen vooral. Want ja, hoe deed je dat dan met het smeren van de ketting op zo’n lange reis, was zijn bijna aandoenlijke volgende vraag en blijkbaar de drempel die hem er van weerhouden had om de motor te pakken. Ad en ik vielen heel even stil, herpakten ons razendsnel en deden bijna vaderlijk uit de doeken hoe je dat deed, in je eentje de ketting smeren bij een motor zonder middenbok. Stukje inspuiten, motor stukje vooruit rollen en herhalen tot je de hele ketting nagenoeg had gehad. En ja, als je zoals wij met z’n tweetjes was, ging het een stuk makkelijker en sneller. De achterkant van de motor over de zijstandaard heen omhoog liften, achterwiel draaien en spuiten maar. Opnieuw viel de verbazing van zijn gezicht te lezen.

Eenmaal aan de koffie op het terras rees bij Ad en mij de vraag hoeveel van deze jongens én meisjes er eigenlijk zijn, die om zo’n toch wel futiele reden afzien van iets wat een onvergetelijke vakantie had kunnen worden? Daar kregen we uiteraard geen antwoord op, maar het zijn er vast véél meer dan deze jongeman alleen.
Tja, soms moet je jezelf even een schop onder je kont geven om aan zoiets te beginnen, want anders gebeurt het nooit. Feitelijk hadden we zelf voor deze trip iets soortgelijks gedaan, filosofeerden we nog even door. Zeg je Alpen, dan ben je immers al snel geneigd om wat motor betreft op ‘veilig’ te gaan en te kiezen voor een obligate hoogpoter uit het GS-genre of in ieder geval iets met een flinke ruit en een stel ruime koffers. Maar dit keer hadden we besloten om het eens radicaal anders te doen, eens helemaal uit de comfortzone te stappen en kozen we als aspirant-vijftiger en -zestiger voor de mini-superbikes van Kawasaki en Aprilia om de geest jong en de rug lenig te houden.

Tuurlijk is het tijdens zo’n reis genieten van het gemak van ruime koffers, cruise control, een in hoogte verstelbare ruit, handvatverwarming en al die andere snufjes met de hoofdletter C van comfort. Maar een keer helemaal ‘back to basic’ met niets meer dan een klein zadeltasje – hulde voor de handige bagagehaken op de ZX-4RR trouwens -, een rugtas en een op het gezicht gebeitelde grijns om diezelfde hoogtoerige Kawasaki op een bergweg op stoom te houden met vijfcijferige toerentallen doet je voor even vergeten dat er kroonjaren op je afkomen.
Haha, we kunnen het nog en vliegen aan het eind van de middag nog maar eens een ‘Geheimtipp’ van een bergpas op, zo een waar binnen honderdvijftig meter de volgende haarspeldbocht alweer wacht. En wie zien we daar? Diezelfde Nederlandse jongen met zijn autootje. De plekken weet ‘ie wel te vinden, nu de motor nog.

Jeroen Hidding 2

 

 

 

 

 

 

 

Jeroen Hidding – hoofdredacteur MotoPlus

Gerelateerd nieuws

Overig nieuws