Warmdraaien 13/2009
Vorige week het nuttige met het aangename gecombineerd. Dat laatste in de vorm van mijn deelname aan de Supertour van de MTC Zaanstreek, en door dat te doen op een motorscooter kon ik meteen eens kijken of deze handige voertuigen meer kunnen dan alleen Nederlands woon-werk-verkeer. En ik kan je geruststellen: ook voor 3.000 km in zes dagen draaien ze hun hand niet om, hoe hoog de bergpassen en hoe steil de hellingen ook zijn.
Toch hebben de rijk uitgeruste Burgman 650A Executive Business Edition en de verbazingwekkend strak sturende Yamaha TMAX nog een lange weg te gaan. De Burgman mag dan uitblinken in praktisch vernuft en een uitrusting hebben waar menig GoldWing-rijder jaloers op wordt en de TMAX een stuurgedrag dat menig sportrijder verbijsterd, voor vol worden deze dikke motorscooters (en hun berijders) helaas nog steeds niet gezien. Natuurlijk, met respectievelijk 55 en 44 pk breek je in motorland geen potten, maar het technisch vernuft (en de zuinigheid: gemiddeld dik boven de 1 op 20, zelfs als het gashendel lange tijd vol open staat en je met 130 à 140 km/uur ‘cruist’) verdient echt beter, veel beter! Het kan ook als motorrijder af en toe geen kwaad de oogkleppen eens af te doen….
De Executive-uitvoering van de Burgman heeft standaard al een TomTom en de TMAX kreeg een Zumo om ons door Europa te loodsen. En het lijkt zo mooi, zo’n kastje op het stuur dat je tot op de meter nauwkeurig vertelt waar je links- of rechtsaf moet slaan, welke afslag van de rotonde je moet hebben en hoe laat je op de bestemming zult aankomen. Thuis zet je de toerroute in het apparaat en daar ga je. Nooit meer de weg kwijt, nooit meer verkeerd rijden. Een kind kan de was doen.
Tot zover de theorie, want de praktijk is helaas anders. Wie zich blind – en hoopvol – in de GPS-wereld stort, komt van een koude kermis thuis en wordt binnen de kortste keren horendol van kaartversies, software-updates en meer van dat soort abracadabra. “Met welke kaartversie rij jij tegenwoordig?”, is anno 2009 zo’n beetje de meest gestelde vraag onder toerrijders. Wat voor een motor iemand heeft en of die bevalt is zó 2008….
Eerlijk is eerlijk, zelf ben ik een GPS-adept van het allereerste uur. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik langzamerhand begin af te haken. Wat een gedoe, niet normaal. GPS- en softwarefabrikanten verkeren nog in de veronderstelling dat iedere GPS-koper ook computernerd of whizzkid is en het liefst hele avonden achter zijn computer en navigatieapparaat zit om de werking ervan te doorgronden. Dat is volgens mij een echte denkfout: we zijn inmiddels belandt op een niveau dat veel mensen een GPS gewoon willen kunnen gebruiken, zonder dat ze hoeven te weten hoe het apparaat technisch werkt. Als motorrijder hoef je immers ook niet meer exact te weten hoe het motorblok werkt: je drukt op de knop en hij doet het. In dat stadium zijn de GPS-systemen nog niet aangeland. Die zijn nu zo’n beetje op het niveau van de eerste Japanse motorfietsen van zeg een dikke veertig jaar terug. Goede pogingen en voor hun tijd verbluffend, maar over een aantal jaar kijken we waarschijnlijk weemoedig terug naar onze 2820, Zumo of Rider 2. ‘’Ach gut, wat leuk. Dat ze daar vroeger mee op pad durfden!’’
Tot besluit een tip voor lezers die binnenkort ook op pad gaan: een kort verlengsnoertje met een stekkerdoos voor drie of vier stekkers is anno 2009 bijna net zo noodzakelijk als je tandenborstel. Elke avond bij het binnenkomen van de hotelkamer was het vaste prik: hoeveel wandcontactdozen hebben we? Want de draadloze Cardo-headset, de laptop, de gsm, de fotocamera’s, de Ipod; alle apparatuur die we meeslepen is na een dagje gebruik weer toe aan een dosis verse energie, dus voor alle laders kom je gegarandeerd stopcontacten te kort. Ja, het leven wordt er niet eenvoudiger op….
Eric Bulsink
Hoofdredacteur MotoPlus