WK Superbike Phillip Island, Australië
Er werd veel verwacht van de nieuwe Ducati Panigale V4R en Alvaro Bautista. In Australië maakte de nieuwe combinatie de hoge verwachtingen volledig waar door in het WK Superbike ‘nieuwe stijl’ drie maal met overmacht te winnen. Michael van der Mark begon het seizoen uitstekend en bezet in het klassement de vijfde plaats, één punt achter derde man Marco Melandri.
Op Phillip Island begonnen slechts negentien rijders, inclusief één wild card-coureur, aan het nieuwe WK Superbike-seizoen. Zonder het node gemiste Ten Kate-team en zonder Aprilia en MV Agusta. Maar met een aanzienlijke fabrieksinvloed van Honda voor het Moriwaki Althea Team en nadrukkelijke fabrieksbemoeienis van BMW bij Shaun Muir Racing, met nieuwe kopman Tom Sykes. Nog meer aandacht trok echter de nieuwe Ducati Panigale V4R van Superbike-debutant Alvaro Bautista en vice-kampioen Chaz Davies. Toch bleek alleen de 34-jarige Bautista het maximale uit de nieuwe Ducati te kunnen halen. In de openingsrace zette hij tweede man Jonathan Rea op 14,9 seconden – de grootste marge ooit op een droog Phillip Island. Chaz Davies strandde op bijna een halve minuut als tiende. Waar de vice-wereldkampioen van de afgelopen twee seizoen de banden van zijn Panigale kapot reed, schakelde Bautista op zondag nog een tandje bij. In de openingrace van zaterdag bleken zijn banden immers tot het einde verbazingwekkend goed. In de Superpole race, een wedstrijd over tien ronden, beperkte punten voor slechts de top 9 en bepalend voor de startopstelling voor de slotrace, rekende Bautista al in de eerste paar ronden af met Rea en achtervolgers. Alleen omdat hij op het laatste rechte stuk het gas dichtdraaide, bedroeg zijn voorsprong op Rea in de laatste wedstrijd ‘slechts’ twaalf tellen. “Als iemand me voor het weekend gezegd had dat ik alle races zou winnen, had ik hem niet geloofd”, aldus de stralende Bautista, vorig jaar nog vierde in Phillip Island in de MotoGP. Rea deed met drie tweede plaats aan ‘damage limitation’, terwijl zijn nieuwe teamgenoot Leon Haslam met twee derde plekken zeer verdienstelijk terugkeerde in het WK Superbike. In de eerste race ging de BSB-kampioen van 2018 onderuit terwijl hij de tweede plaats bezette.
De afgelopen twee jaren had Michael van der Mark moeite om met de Yamaha R1 een rol van betekenis te spelen op het snelle en vloeiende Phillip Island. Dit jaar bleek dat anders. Volgens Van der Mark was de Yamaha R1 in de aanloop naar zijn vierde seizoen terug in het WK Superbike – de Nederlander begon aan zijn derde seizoen op de machine – verder verbeterd. “We hebben nu meerdere swingarms en veel kleine dingen”, aldus de nummer 3 van 2018. “We hebben een nieuwe technische coördinator (Alberto Colombo was bij Ducati jaren lang voorheen Chaz Davies’ crewchief, red.) met veel ideeën. De fiets loopt hard, maar het probleem is dat we op gas onvoldoende grip hebben. De Kawa loopt bij ons weg. We hebben wel nieuwe mappings voor de elektronica en de combinatie met het vermogen is beter.” Daarnaast wordt Van der Mark dit jaar ter zijde gestaan door oud-coureur Raymond Schouten. “Vanuit Yamaha zag men dat graag. De afgelopen jaren vond ik het zonde, want we hadden niet echt een stabiel pakket. Nu wel.”
Van der Mark begon matig aan de trainingen en in de Superpole – vanaf dit seizoen een sessie van 25 minuten voor alle rijders – klokte hij de zevende tijd, twee plekken achter teammaat Lowes. In de eerste race moest Van der Mark Lowes, maar ook de achter hem gestarte Marco Melandri laten gaan. Een vijfde plaats was echter zijn beste Yamaha-resultaat in Phillip Island. “Ik volgde Melandri en hoopte zo met de anderen mee te kunnen komen”, legde de Rotterdammer zijn tactiek uit. “Maar voor het podium kwam ik te kort. Met de vijfde plaats kan ik na de problemen tijdens de test wel tevreden zijn. Ik had graag wat meer gepusht, maar dan hadden de banden het niet gehouden.”
Over het toevoegen van de voor dit jaar nieuwe Superpole race was Van der Mark positief. “Ik hoor veel commentaren en dat snap ik niet helemaal. Ik vind het wel leuk. Ik snap dat het publiek graag races ziet. De tijd tussen de sessies is wel krapper en daardoor moet het team anders werken.”
Van der Mark reed een sterke Superpole race en finishte ééntiende achter teamgenoot Lowes als vijfde. Zijn beste optreden bewaarde hij tot de laatste race. Van der Mark nestelde zich snel op de vierde plaats, maar zag na een aantal ronden weer Melandri langszij komen. De Italiaan rijdt dit jaar samen met Supersport-wereldkampioen voor GRT Yamaha WorldSbk, en het team debuteerde voortreffelijk in de belangrijkste klasse. Samen met Melandri dichtte Van der Mark het gat naar de onderling strijdende Rea en de duidelijk voor eigen kansen rijdende Haslam. Het Kawasaki-duo bleek uiteindelijk te snel, maar in de laatste ronde stak Van der Mark toch weer voorbij Melandri. Ook de pushende Lowes drukte de Italiaan nog een plek terug. Van der Mark bleef net buiten Lowes’ bereik. “Ik startte goed en het tempo lag hoog, maar ik maakte me zorgen over de banden”, luidde Van der Marks verhaal over de fraaie tweede race. “Ik wilde graag bij de beide Kawa’s blijven, maar toen Marco me voorbij kwam, lag zijn tempo iets te hoog voor me. Het leek me beter mijn eigen ritme te pakken. Dat lag lager, maar ik wist wel dat ik daarmee de finish zou zien. Toen de Kawasaki’s en ook Marco langzamer werden, kon ik er bij komen en Marco nog inhalen. We hadden het hele weekend moeite om de banden heel te houden en daarom kan ik best tevreden zijn met deze vierde plaats. We hadden onze problemen, maar hebben toch flink veel punten gepakt.”
Dat hij het podium niet haalde, verbaasde Van der Mark niet geheel. “Het zijn niet veel rijders, maar de meesten hebben wel goede spullen. “Voor mij wordt dit seizoen sowieso moeilijker, omdat ik vorig jaar derde was. Maar het doel is natuurlijk meer winnen en constanter zijn. Vorig jaar waren we bijvoorbeeld belachelijk langzaam in Argentinië, dit jaar moeten we elk weekend voor het podium kunnen gaan. Als we vaker dichtbij die eerste plaats komen, zijn we op de goede weg.”
