+ Plus

Reportage België – Nederland als motorland

Hoewel België qua inwonertal en oppervlakte duidelijk onderdoet voor Nederland, worden er duidelijk méér nieuwe motoren en scooters verkocht dan in Nederland. Wat maakt onze Zuiderburen tot zo’n land van gemotoriseerde tweewielers?

De cijfers spreken boekdelen. In België zijn vorig jaar 25.507 nieuwe motoren, scooters, trikes en quads geïmmatriculeerd, dat wil zeggen op kenteken gezet. Een groei van 11,3%. Wordt er puur naar gemotoriseerde tweewielers gekeken, dus zonder quads, trikes en driewielige scooters, dan komt het totaal op 22.841. Dat is nog altijd een stijging van 8,2% ten opzichte van 2015.
In Nederland groeide het aantal ‘nieuwverkopen’ in 2016 met 10,3% tot 12.814 exemplaren. Puur naar de gemotoriseerde tweewielers kijkend is dat is iets meer dan de helft (56%) van België. De potentiële markt in Nederland is echter veel groter: met 17 miljoen inwoners heeft Nederland er 54% méér mogelijke kopers dan in België, waar de teller op zo’n elf miljoen blijft steken.
Zijn de Belgen dan zoveel méér motorminded dan Nederlanders? Zit het motorrijden de Belgen in het bloed met illustere merken uit een mooi motorverleden als FN, Saroléa en Gillet? Zijn de Ardennen (de Waalse én de Vlaamse) zo veel meer aantrekkelijk als ‘motorspeeltuin’ dan de Nederlandse polders met zijn rechte wegen en haakse bochten?
Dat lijkt inderdaad het geval als je enkel de nieuwverkopen als uitgangspunt neemt, maar als je kijkt naar het aantal motoren dat ingeschreven staat, dan prijkt Nederland in absolute aantallen boven België: 731.190 voor Nederland tegen 465.786 (cijfers uit 2015). Relatief gezien is het aantal motoren en scooters in verhouding tot het aantal inwoners evenwel nagenoeg gelijk: 43 motoren en scooters per 1.000 inwoners in Nederland, tegenover 42 in België. Wat verder pluizen in statistieken leert ook dat zowel in België als in Nederland het totale park in de afgelopen twintig jaar verdubbeld is.

Waarom dat verschil in aantal inschrijvingen in het voordeel van België uitvalt (een trend die overigens al enkele jaren aanhoudt)? Er zijn meerdere factoren aan te wijzen, maar de belangrijkste lijkt geld, het slijk der aarde. Motor- en scooterrijden in België is simpelweg goedkoper. Allereerst is daar de BPM, de Nederlandse wet op de Belasting van Personenauto’s en Motorrijwielen, die de motor al bij de aanschaf een stuk duurder maakt. Dat varieert van 200 à 300 euro voor een 125 cc-motortje tot drie- à vierduizend euro voor de duurdere plus 1000 cc-modellen. Een motor kopen in België en die invoeren in Nederland heeft weinig zin, want dan is nog altijd de BPM-toeslag van toepassing.
In de praktijk valt het verschil iets kleiner uit, in België hanteert met namelijk de belasting op de ‘in verkeerstelling’, die niet in de verkoopprijs is opgenomen. Enkele weken na de inschrijving valt een overschrijvingsformulier van de belastingdienst in je bus. Een 125 cc met een vermogen van 15 pk kost je 61,50 euro aan inschrijvingstaks, wat ook geldt voor bijvoorbeeld een 500 cc motor met 47 pk. Bij 100 pk en 750 cc gaat het bedrag naar 123 euro. Voor een duizend met 125 pk mag je 495 euro overschrijven, een 1200 met 150 pk komt je op 1.239 euro te staan. Voor de topmodellen is dat veel, maar nog altijd aanzienlijk minder dan de BPM in Nederland.
De staat komt daarnaast ook nog elk jaar langs om de wegenbelasting (Nederland) of verkeersbelasting (België) te innen. In Nederland betaal je afhankelijk van de provincie tussen de 116 tot 124 euro per jaar. In België ben je jaarlijks 55,97 euro kwijt, al komen daar nog enkele euro’s aan gemeentebelastingen bij. Echter zijn motoren en scooters onder 250 cc vrijgesteld van die wegenbelasting. Het is weliswaar niet veel, maar toch goed voor een paar volle tanks van zo’n lichte motor. Opvallend is in dat opzicht het succes van de Vespa GTS 250 scooter in België: die was met 650 eenheden de best verkochte gemotoriseerde tweewieler in 2016.
De Belgische overheid is de motor- en scooterrijder op nog andere fiscale gebieden goed gezind. Zo mogen motorrijders hun woon-werkkosten, evenals overige werk gerelateerde kosten (klanten bezoek etc.) (bijna) volledig aftrekken. Dat vraagt trouwens van de Belgische motor- en scooterrijder wel enige administratie, onder meer het bijhouden van benzinebonnetjes, de werkelijk afgelegde kilometers noteren en vergoedingen van de werkgever verrekenen. Ook onderhoud, wegenbelasting en verzekering mogen als kosten worden opgevoerd. Verder kan de motor of scooter in vijf jaar afgeschreven worden (drie jaar in geval van een tweedehandsvoertuig). De beschermende motorkleding worden eveneens als beroepskosten geaccepteerd, met een afschrijvingstermijn van drie jaar. En als zelfstandigen en managers in België een motor hebben, staat die vaak ingeschreven op naam van de zaak, met als extra voordeel dat de BTW aftrekbaar is.
Waar België het gebruik van de motor stimuleert, lijkt de Nederlandse overheid er juist een ontmoedigingsbeleid op na te houden. Fiscale maatregelen ter bevordering van het motorgebruik zijn er dus ook niet, tenzij het volledig elektrische motoren betreft. Dat beleid heeft echter enkel betrekking op het milieutechnische aspect dat geldt voor alle voertuigen en staat volledig los van de motor.

Niet alleen op fiscaal gebied is de Belgische regering de motorrijder gunstig gezind, ook wat betreft het hele rijbewijs verhaal. In België mag je namelijk tot op zekere hoogte motorrijden met enkel het rijbewijs B (dus zonder specifiek motorrijbewijs A) op zak. Basis daarvoor is een Europese richtlijn die onder andere ook in Frankrijk wordt gehanteerd. Wie in België minstens twee jaar het rijbewijs B op zak heeft, mag met een 125 cc motor het verkeer in, op voorwaarde dat het vermogen ervan beperkt is tot maximaal 15 pk (goed voor een topsnelheid van zo’n 110 kilometer per uur). Sinds mei 2011 is er wel een extra bepaling toegevoegd: rijbewijs B-houders moeten sindsdien ook vier uur scholing volgen, maar dan wel zonder dat er een examen of proef afgelegd hoeft te worden. Nederland heeft die mogelijkheid niet, hier wordt 125 cc met een rijbewijs B als een absolute ‘no go’ door de regering beschouwd.
De Belgische 125 cc-regel bestaat sinds 1998 en heeft ervoor gezorgd dat het aanbod en daarmee ook het marktaandeel van 125 cc motoren en scooters sterk is gegroeid. De 125 is zelfs goed voor zo’n 33% van de markt, het merendeel daarvan is scooter. Scooters nemen sowieso een prominente plaats in de verkopen, niet alleen de 125, maar ook de wat zwaardere waarvoor wél een rijbewijs A vereist is. Scooters vormen zelfs 30% van het totale verkoopbestand, in Nederland is dat aandeel slechts 12% (2014). Sterker nog, 125 cc-categorie bestaat niet eens als zodanig, de categorie 51 tot 150 cc  is nog geen 5% van het totaal. Wellicht nog meer tekenend:  in de Belgische top tien van best verkochte motoren staan zés scooters, in Nederland één…
De Belgische 125 cc rijbewijsregeling heeft daarnaast ook een andere positieve invloed op de motormarkt, meer dan dertig van de mensen die op een 125 cc rijden behalen binnen twee jaar alsnog het A-rijbewijs voor een grotere tweewieler.
In België is er dus duidelijk een grote markt voor motorfietsen en –scooters onder de 500 cc, in Nederland niet. Laten we de 125 cc buiten beschouwing in de statistieken dan kom je in België op 15.000 motoren, een goede 2.500 méér dan het totaal aan motoren én scooters in Nederland. De voordelen voor de 125 cc heeft ook voor een kentering in België gezorgd, de motorscooter heeft daar de rol van de bromfiets overgenomen, zeker bij de ouderen. In Nederland is zeker in de steden de 50 cc scooter/brommer nog altijd erg populair, met name de 25 km/uur versie die je zonder helm mag rijden. De brommermarkt in België is een stuk kleiner en nog altijd dalend. Vorig jaar werden er nauwelijks 11.000 brommers en snorfietsen verkocht, tegenover zo’n 60.000 in Nederland. Daarbij moet nog gezegd worden dat er ook voor de 25 km/uur brommers in België gewoon een helmplicht geldt.

Motor- en scooterrijden is naast praktisch, voor velen in eerste instantie natuurlijk nog gewoon een prachtige hobby. Kun je dan afgaande op de cijfers concluderen dat het in België leuker motorrijden is dan in Nederland? Vooropgesteld, het Nederlandse motorrijdersklimaat is er de laatste jaren niet bepaald aangenamer op geworden. De snelheidshandhaving in Nederland is enorm, waarbij zelfs relatief onschuldige snelheidsovertredingen al fiks geld kosten tegenwoordig, bovendien is het land bezaaid met 60 km/uur-zones. En dan zitten we natuurlijk nog met de enorme Randstad, wie in het westen een beetje rustige wegen zoekt, moet er een stuk voor rijden. Maar in alle eerlijkheid, Nederland heeft wel degelijk prachtige motorgebieden paraat, kijk alleen maar naar de roadbook-tours op onze website, in principe heeft iedere provincie genoeg moois aan ons motorrijders te bieden.
En is het in België dan zoveel beter? In Vlaanderen is sinds 1 januari op alle gewestwegen een snelheidsbeperking van 70 kilometer per uur ingevoerd. Je mag enkel 90 kilometer per uur rijden wanneer dat expliciet staat aangegeven. En ook in Vlaanderen wordt flink gecontroleerd op snelheid, er staan zelfs beduidend meer flitspalen in Vlaanderen dan in Nederland (voor de cijferexperts: in Nederland staat er één paal per 30 vierkante kilometer, in België één per 18,8).
België is ook nog eens een land van twee snelheden, letterlijk. De 70 km/uur als norm-regel geldt alleen voor het Vlaams Gewest, niet voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en ook niet voor het Waals Gewest, daar blijft 90 kilometer op de buitenweg de norm. Dat maakt het er zeker voor de Nederlander in België niet bepaald gemakkelijker op.
Waar het in Nederland wel aan schort is hoogteverschil en bochten. Buiten wat glooiend schoon in Zuid-Limburg blijft Nederland wat dat aangaat letterlijk aardig op de vlakte, België daarentegen is verwend met de Ardennen. Bij Luik en Namen begint het al aardig heuvelachtig te worden, waarna het asfalt als vanzelf wulps begint te slingeren. Vanuit Antwerpen ben je er in minder dan anderhalf uur. Maar goed nieuws, het gros van de Nederlandse motorrijders hoeft er niet veel langer voor in het zadel te zitten!

Gerelateerde artikelen

Eerste test Kawasaki Versys 1100SE

Eerste test Kawasaki Versys 1100SE

31 oktober, 2024

Het was best een gok van Kawasaki in 2012 toen het een dikke vier-in-lijn in een hoogpotig rijwielgedeelte lepelde, ...
Eerste test Ducati Multistrada V4

Eerste test Ducati Multistrada V4

31 oktober, 2024

Zware slagregens, rivieren treden uit hun oevers, en evacuaties. Kortom, een prima weersverwachting om af te ...
Rij-impressie Italjet Dragster 300

Rij-impressie Italjet Dragster 300

31 oktober, 2024

Het Italiaanse Italjet heeft de naam de hooligans onder de productie-scooters te maken. Rond Bologna konden we voor ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-