+ Plus

Reizen door Californi

Route 66, Death Valley, Grand Canyon, Hollywood, San Francisco, Las Vegas: allemaal plaatsen gedoopt in een bijna mythisch aura én met een mondiaal karakter. Toch liggen ze relatief dicht bij elkaar. En doe je ze ook nog eens aan per motor, dan ben je verzekerd van een grandioze reis.Na een vlotte vlucht van tien uur krijgen we in San Francisco te maken met flink aangescherpte douanecontroles. We moeten een uur wachten voor er een irisscan gemaakt kan worden, waarna ook de vingerafdrukken nog even elektronisch vastgelegd worden. Gelukkig staan we (nog) niet geregistreerd bij Interpol en kunnen we zonder verder oponthoud onze weg vervolgen. Onze eerste zorg na de toch wel vermoeiende reis is het zoeken van een comfortabel onderdak voor de nacht. We nemen de metro naar downtown en vinden daar een leuk hotelletje op Powel Street. Na een goede nachtrust gaat het de volgende ochtend naar het verhuurbedrijf waar een bijna nieuwe BMW R1200GS en R1200R staan te wachten. De inhoud van de rugzakken wordt over gepakt in de koffers en na wat kleine formaliteiten zetten we onze eerste motorische schreden op Amerikaanse bodem, in oostelijke richting welteverstaan. Het verkeer presenteert zich meteen als lekker relaxed, wat met name te danken is aan de gouden verkeersregel die men hier hanteert: ‘Stay in your own lane’. Oftewel, je mag elkaar gewoon rechts inhalen en dat levert een heel rustig verkeersbeeld op. Zou in Europa zo ingevoerd mogen worden. We rijden via de Delta Highway naar het oosten en dineren bij een Denny’s, een keten van familierestaurants en mateloos populair in Amerika. Niet veel minder populair is Starbucks, Amerikaans dus ook weer een keten, waar we onze eerste dag afsluiten op het terras met een kop cappuccino. Na een voor Hollandse begrippen knap stevig ontbijt van pannenkoeken, ei en bacon, waar de gemiddelde Amerikaan overigens niet warm of koud van wordt, krijgen we 200 kilometer aan saai, recht asfalt voor de kiezen. Vlak voor het plaatsje Melone worden we evenwel verast door een mooi heuvelachtig, bochtig landschap. Het blijkt de voorbode van nog veel meer moois, want niet veel later rijden we het Yosemite National Park (NP) binnen. Het schijnt dat je in het park kunt overnachten, wat toch een redelijk unieke ervaring is. Bij de parkwachters informeren we naar een plek voor de nacht, maar alleen het historische Wawone hotel heeft nog maar een kamer vrij. Klinkt ook goed, tot we te horen krijgen dat een nachtje slapen daar 210 Dollar kost. We besluiten dus maar om buiten het park te overnachten en vinden na 10 kilometer een volledig ingerichte Yurt tent op de Yosemite Lakes camping. Officieel is een Yurt een ronde Nomaden tent uit centraal Azie die binnen een half uur opgebouwd kan worden. De bouw van onze Yurt heeft waarschijnlijk iets meer voeten in de aarde gehad, aangezien er alle mogelijk denkbare luxe aanwezig is, zoals een barbecue, TV, magnetron, koelkast en zelfs een airco. Allemaal prachtig, maar echt geniet doen we van de schitterende rode zonsondergang die wordt achtervolgd door een kraakheldere, onvervuilde sterrenhemel. De volgende dag rijden we in een file (elk jaar krijgt Yosemite 3,5 miljoen bezoekers) naar Yosemite Valley, dat sinds 1984 op de werelderfgoed lijst van UNESCO staat. Het park is voor 95 procent pure wildernis en staat onder andere bekend om de vele zwarte beren die er leven. Eén ervan vereert ons al bij de eerste stop met een bezoekje, het schijnt dat de uit de kluiten gewassen teddy de koekjes in onze rugzak ruikt. Gelukkig is er een parkwachter die al zwaaiend en roepend het beest weet te verjagen. Opgelucht gaan we verder, maar niet voor lang. De achterband van de R1200R blijkt lek. Bij een benzinestation informeren we naar een bandenhandel, maar de eerste blijkt zich op drie dagen rijden, in Las Vegas om precies te zijn, te bevinden. Toch maar goed dat we een banden reparatiesetje hebben meegenomen en na een half uurtje rommelen kunnen we weer verder.De volgende attractie in het park is de Tioga-pas, die maar liefst 3.300 meter hoog is. De beklimming is echter bijna kaarsrecht en de haarspeldbochten zijn op een hand te tellen. Eenmaal boven op de pas is het uitzicht wel indrukwekkend, met rotspartijen en vergezichten zoals we ze kennen uit de Alpen en de Dolomieten. Grote verschil is wel dat het hier op 3.300 meter nog gewoon dik 20 º is. We overnachten in Lee Vining aan het Mono Lake, dat bekend is om zijn hoge concentratie zout. Dit komt omdat het meer geen verbinding heeft met de zee waardoor het water alleen weg kan door verdamping, met als gevolg dat de zoutconcentratie steeds hoger wordt. Op dit moment zelfs vijf keer hoger dan in de zee. De wegen rondom het meer zijn betrekkelijk rustig en we genieten van immense vergezichten. Bij een van de vele benzinestops raken we aan de praat met een vriendelijke Amerikaan die alles over onze reis en Europa wil weten. Hij rijdt zelf ook intensief motor en geeft zijn visitekaartje met de opmerking dat we hem dag en nacht kunnen bellen voor hulp. Hij blijkt de locale sheriff te zijn. Altijd goed om zulke vrienden te hebben….. Na nog een overnachting in Lone Pine vertrekken we bij zonsopkomst de volgende ochtend om 5.00 uur naar het tweede nationale park dat tijdens onze reis op de agenda staat. De op één na warmste plek op aarde: Death Valley. Na een aantal schitterende bergpasjes met enkel rotsen, keien en zand komen we bij het begin van de feitelijke vallei. We nemen elk vijf liter water mee en gooien de tank nog één keer helemaal vol. Na een uurtje rijden bereiken we Stove Pipe Wells, waar indrukwekkende grote zandduinen strak langs de weg liggen. Die weg voert ons verder naar het Badwater Basin, het laagste punt van Amerika op zo’n 86 meter onder zeeniveau. Hier bevindt zich ook een enorme zoutvlakte en zover je kunt kijken zie je alleen maar één grote witte vlek. De temperatuur is volgens de boordcomputer van de GS inmiddels opgelopen tot 118° Fahrenheit, oftewel een genadeloze 48° Celcius. De rijwind is hier zo intens heet dat je het vizier van de helm dicht moet houden om überhaupt te kunnen ademen. Het lijkt een afstraffing van jewelste, maar ondertussen is het ook een meer dan unieke en prachtige ervaring. Dat doet ons besluiten om via de langste route Death Valley aan de zuidkant te verlaten. Er is in de wijde omtrek geen plek met schaduw te bekennen, geen boom of rots die enige verlichting geeft in deze verzengende hitte die alles en iedereen in zijn wurggreep houdt. Na ruim twee uren geen één auto gezien te hebben, met als extra plezierige bijkomstigheid dat we ook nog eens allebei door onze watervoorraad zijn en het lampje van de benzinemeter al een tijdje flink van zich doet spreken, zijn we dan ook dolgelukkig wanneer we weer bewoonde wereld zien. De volgende dag zien we vanaf een bergpasje Las Vegas tien kilometer verderop middenin de woestijn liggen. Het heeft van deze afstand wel wat weg van een speelgoedstad in een grote zandbak. Omdat we er toch zijn laten we meteen maar een nieuwe achterband monteren, om daarna onze intrek te nemen in een van de grootste hotels van Las Vegas: het Luxor hotel met meer dan 4.400 kamers. Na een paar dagen toeren door het stof en de hitte zijn onze kleren wel toe aan een wasbeurtje, op naar één van de vele enorme wasserettes dan maar. Doorgaans niet echt een uitstapje waar je met smart naar uitkijkt, maar hier allesbehalve een straf omdat het mooi de gelegenheid biedt om de befaamde Las Vegas Strip eens in z’n volle glorie te aanschouwen. Even indrukwekkend als curieus soms, niet alleen sieren beroemde bouwwerken als de Eiffeltoren, Arc de Triomph en de Egyptische piramiden het straatbeeld, complete steden zoals New York, inclusief het Vrijheidsbeeld en het Empire State Building, zijn er zelfs nagebouwd. We laten Las Vegas achter ons en koersen richting de indrukwekkende Hoover Dam met een damwand van 200 meter dik. Vervolgens gaan we langs Lake Mead naar de westzijde van de Grand Canyon. Hier bevindt zich sinds 2007 de Skywalk, een doorzichtig glazen balkon dat twintig meter over de Grand Canyon hangt en waar je twaalfhonderd onder je de Colorado rivier ziet stromen. De attractie blijkt nog niet helemaal klaar, de 25 kilometer lange toegangsweg is nog altijd onverhard en rondom het balkon is het één grote bouwput. Het uitzicht daarentegen is zo adembenemend mooi dat je de bouwmalaise en ander klein leed snel vergeet. De Colorado rivier is een klein streepje onderin de Canyon, de rotsen zijn schitterend rood gestreept en krijgen met de juiste lichtinval soms alle kleuren van de regenboog. Links en rechts hangen roofvogels als verdoofd in de thermiek van de warme luchtstroom en de stilte is er oorverdovend. Echt een prachtige plek en een stuk rustiger dan de bekendere North and South Rim. Net buiten het park stuiten we op een klein motelletje en we besluiten er te overnachten. Als enige blijkt niet veel later. Voelt een beetje onwerkelijk die enorme stilte en het gevoel alleen op de wereld te zijn, maar wel goed.De volgende ochtend vroeg verlaten we na een stukje snelweg de Mojave woestijn. Over de historische Route 66 gaat het naar het spookstadje Amboy. Midden in de woestijn stoppen we bij Roy’s hotel and gasstation, vroeger enorm belangrijk voor alle reizigers over de Route 66 en bekend om zijn waanzinnige hamburgers. Tegenwoordig is het een uitgestorven museum waar buiten een ex-sheriff met een grote revolver de wacht houd. De man vertelt dat hij vroeger sheriff was in LA, maar nu geniet van de rust hier in de woestijn. Het enige dat hier ooit gebeurt zijn mensen met ratelslangbeten of door de onderwereld gedumpte lijken in de woestijn. Welkom in the Wild Wild West. Na nog een aantal uurtjes dorre woestijn komen we bij het Joshua Tree National Park waar de Colorado- en de Mojave-woestijn in elkaar overlopen. Het vlakke natuurschoon verandert hier in een mooi heuvellandschap met heerlijke bochten en eindelijk weer wat vegetatie. De grote Joshua bomen krijgen we echter helaas niet te zien, aangezien die zich blijkbaar aan de andere kant van het park schuilhoud. Waneer we het rustige park aan de zuidkant verlaten komen we direct op de drukke Interstate 10 richting Los Angeles. Die verlaten we pas een uurtje of twee later, wanneer we net boven LA het Angeles National Forest induiken. Hier bevindt zich een van de mooiste bergwegen van California: de Angeles Crest Highway. De weg is slechts 100 kilometer lang, maar er is geen recht stuk te bekennen terwijl hij tot 2.409 meter de hoogte in klimt. We hebben helaas pech, wegens onderhoud is de weg afgesloten en dus moeten we via een omweg naar volgende doel: Hollywood. Uiteraard een obligaat bezoekje aan de Walk of Fame en een fotootje van het Hollywood sign. Meest memorabel is echter de fantastische rit over Mulholland Drive, de weg door Hollywood en Beverly Hills waaraan alle bekende filmsterren wonen. Als we LA uitrijden merken we hoe enorm groot deze stad met 3,8 miljoen inwoners eigenlijk is. Na ruim een uur tussen de file rijden komen we bij de kust, vanwaar we binnendoor naar Pismo Beach rijden. Eén van de mooiste kustwegen van de wereld valt ons ten deel, namelijk een stuk van de Pacific Coast Highway, ook wel highway 1 genoemd. De weg ligt strak tussen de zee aan de linkerzijde en rotsen en bergen aan de andere. Even na Cambria worden we nog getrakteerd op een kudde wilde zeeolifanten die op het strand aan het spelen zijn en in het geheel niet onder de indruk zijn van onze motoren. Bij Monterey Bay duiken we weer landinwaarts en rijden door het mooie Mount Madonna County Park naar Oakland, waar we een hotelletje nemen. De laatste dagen van onze reis slijten we in het schitterende San Francisco. Daarbij grijpen we gelijk de gelegenheid aan om ’s werelds meest bochtige en stijle weg te bedwingen, namelijk Lombard Street. Totale lengte slechts 200 meter, maar wel 8 haarspeldbochten en een stijgingspercentage van meer dan 20 %. Via Fisherman’s Wharf rijden we naar Pier 39 waar altijd een grote groep zeeleeuwen ligt te zonnen. Ook vandaag zijn de beesten weer in grote getale aanwezig en de een lijkt nog meer lawaai te maken dan de andere. Een mooie plek ook, waar we echter niet al te lang blijven, we sluiten onze reis namelijk af met een ritje over de Golden Gate Bridge. Dat moet je toch een keer gedaan hebben. Vanaf de andere kant van de baai zien we het grote, maar vooral gezellige San Francisco en mijmeren over de afgelopen drie weken. Weken die werkelijk voorbij zijn gevlogen en waarin alle zintuigen voortdurend werden geprikkeld. Maar vooral drie weken die ik absoluut nog een keer wil overdoen.________________________________________[INFOKASTEN]Californië is na Alaska en Texas de grootste staat van de Verenigde Staten en strekt zich uit langs het grootste deel van de Amerikaanse westkust. De afstand tussen het uiterste noorden en zuiden is zo groot dat de staat verschillende klimaten kent, in het zuiden heerst een subtropisch klimaat en hoe meer richting het noorden hoe koeler het wordt. Wil je Californië in één woord samenvatten, dan is het wel veelzijdig. Groene berglandschappen wisselen zich af het dorre droge en vlakke woestijnen als Death Valley en de Mojave woestijn. Het gros van de mensheid zal Californië echter kennen als thuisstaat van onder andere de Sierra Nevada, Hollywood, Los Angeles, San Francisco, en Yosemite Park.Rechts wordt de staat geflankeerd door Nevada, dat zijn bekendheid voornamelijk ontleent aan de schitterende Grand Canyon en Sin City, oftewel Las Vegas. De stad ligt net ten oosten van de staatsgrens en is een bezoekje meer dan waard.REISOnze rondreis door Californië en een deel van Nevada startte in San Francisco op zo’n tien uur vliegen van Nederland. Met een beetje zoeken op internet heb je al een retourvlucht vanaf een kleine duizend euro per persoon. Relatief goedkoop, zeker in vergelijking met de motorhuur. De standaard huurprijs van een BMW 1200 boxer bedroeg 149 dollar per dag, omgerekend 215 euro per dag voor beide machines. Door lid te worden van de Amerikaanse BMW-club kregen we echter 15 procent korting, dat lijkt weinig, maar op 18 dagen huur scheelt het toch een kleine 600 euro. Hiermee vergeleken zijn de brandstofkosten bijna verwaarloosbaar. Wij huurden de BMW’s trouwens via www.dubbelju.com, een grote verhuurder die ook H-D’s, Honda’s and Triumph’s in de aanbieding heeft.ETEN EN OVERNACHTENVoor beide geldt hetzelfde: je kunt het zo duur of goedkoop maken als je zelf wilt. Hotels en motels zijn er te kust en te keur en de prijzen beginnen rond de 60 dollar (€ 45,-) per nacht voor twee personen in een eenvoudig motel. Ga je liever voor de luxe van een net hotel, reken dan op 90 dollar voor twee personen, zo’n 65 euro. Ook het eten is relatief goed betaalbaar, zeker wanneer je kiest voor één van de grote ketens als bijvoorbeeld Denny’s. Daar serveren ze alles van ontbijt (vanaf zo’n 5 eurp p.p.) tot avondeten (10 euro per persoon). Verwacht voor dat geld uiteraard geen culinaire hoogstandjes.TIPSIn Amerika is een creditcard onmisbaar, alles wordt ermee betaald. Ook de borg van de motoren, dus zorg dat je limiet hoog genoeg is, de borg per motor bedraagt namelijk 2.500 dollar. Overigens werd bij ons de borg niet afgeschreven maar gereserveerd, het gaat dus wel ten koste van je limiet maar wordt niet van je rekening afgeschreven. Je ondervindt dus geen nadeel van wisselkoersschommelingen.Ander belangrijk punt van aandacht is water en brandstof. Zorg ervoor dat je bij een bezoek aan bijvoorbeeld Death Valley meer dan voldoende water en benzine hebt. Dat lijkt een schot voor open doel, maar elk jaar gaat het wel een paar keer mis met toeristen die de vergevingsgezindheid van de natuur overschatten.PASPOORTGa je korter dan 90 dagen naar de VS dan is een geldig paspoort voldoende, dat in tegenstelling tot sommige berichten na terugkomst in Nederland niet langer geldig hoeft te zijn. Het paspoort moet wel voldoen aan een aantal eisen, het moet namelijk zijn voorzien van of een biometrische chip (geldt voor alle paspoorten afgegeven na 26 november 2006), of een digitale foto of een machine leesbare zone. Is dit het geval dan moet je uiterlijk 72 uur voor vertrek online een aanvraag plaatsen voor visumvrij reizen naar de VS. Dat doe je via de website van Electronic System for Travel Authorization, kortweg ESTA ( https://esta.cbp.dhs.gov). Voldoet je paspoort niet aan één van bovenstaande eisen, dan moet je via de Amerikaanse Consulaat (https://amsterdam.usconsulate.gov) een aanvullend reisvisum aanvragen.CONTACTDe toeristische belangen voor de VS worden in Nederland behartigd door het See America Center. T 06-1024 7733E center@seeamerica.nlI www.seeamerica.nl

Lees meer over

BMW Honda Triumph

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...