Menno Tanis – Harley-Davidson Road King Firefighter

« Terug naar Mijn Trots
Het heeft zo moeten zijn voor Menno Tanis. Als tienjarige werd het zaadje geplant dat Harley-Davidson heet. Dat zaadje komt pas 35 jaar later uit in de vorm van een Road King die zelfs volledig standaard heel bijzonder is.

“Motor rijden wilde ik al lang voordat ik het überhaupt mocht. Als tienjarige zat ik op hockey en de vader van een van mijn teamgenootjes importeerde machines om yoghurtijs te maken. Om de overgebleven ruimte in de zeecontainers op te vullen, kocht hij ook nog Harley-Davidsons. Werkelijk alles wat die gek kon importeren, nam hij mee. Het was geweldig om in zijn mottige schuur te staan als een container werd leeggehaald. Vooral die Harleys maakten indruk en de Road King al helemaal. Met zijn grote benzinetank, kilometerteller op de tank en harde zijkoffers maakt hij een onuitwisbare indruk. Dat is nog altijd zo. Als er een Road King aankomt heeft iedereen zoiets van ‘daar komt wel wat aan.’ Maar voor je daadwerkelijk zo ver bent dat je een motor koopt, ben je wel even verder. In mijn geval zelfs 35 jaar. De voorliefde voor motoren verdween nooit, maar met kinderen, teckel en huis ben je wel even zoet. Tot anderhalf jaar geleden, toen haalde ik eindelijk mijn motorrijbewijs. Vanaf de eerste proefles vond ik het genieten. Gelukkig viel het na 35 jaar wachten dus niet tegen.”

“Ondanks mijn voorliefde voor Harley-Davidson was een ander merk ook mogelijk geweest. Al moet het wel een chopper zijn. Met een schuin oog keek ik naar Indian en dat ziet er verdomd netjes uit. Die nieuwe BMW’s zijn ook donders mooi, maar toen deze motorfiets op mijn pad kwam viel alles samen. Toen ik hem tussen de andere motoren zag was ik weer dat jongetje van tien dat diep onder de indruk door een schuur loopt waar het naar benzine ruikt. Bovendien is dit een motor met een verhaal. Een motor met een verhaal is mooier dan het zoveelste apparaat van een dozenschuiver. Dit is een Road King Firefighter. Het is een motorfiets die Harley-Davidson cadeau deed aan alle brandweermannen die tijdens 9/11 meehielpen bij de Twin Towers. Ze moesten al wel Harley rijden en mochten de motorfiets de eerste vijf jaar niet verkopen. Als je een motorfiets met een verhaal wilt, is dit het ultieme exemplaar. Volgens mij is er ook een variant geweest van de Electra Glide, maar ik wilde beslist de Road King. Vooraf twijfelde ik wel over de rode kleur, het merendeel van Harley’s is zwart. Bovendien vreesde ik dat de motorfiets net zo’n afgetrapte dienstfiets zou zijn als de meeste geïmporteerde Amerikaanse politiemodellen. Ik dacht in eerste instantie namelijk dat het een brandweermotor zou zijn, maar het is dus een eerbetoon aan brandweerlieden. Overal op de motorfiets kom je vlammen tegen. Ze zitten op het luchtfilter, de carterdeksels, handvatten, versnellingspook en natuurlijk op de wijzerplaat. Het is lekker Amerikaans en dat hoort zo. De motor is nog helemaal zoals ik hem kocht, op het zadel na. Dat heb ik laten overtrekken omdat het van die noppen had. Als werkelijk alles klopt aan jouw motorfiets, moet je je niet ergeren aan een paar van die noppen. Het is mogelijk om stiksel in de kleur van de motor voor het zadel te gebruiken, maar dat wil ik niet. Van een motorfiets met zo’n verhaal moet je geen kermis maken.”

“Lessen deed ik op een Yamaha MT-07. Als dat lukt, lukt zo’n Harley ook wel, alles is alleen veel zwaarder. Alleen het starten is al machtig mooi. Natuurlijk was ik verkocht na de proefrit. Door corona heb ik minder kilometers gemaakt dan gehoopt, maar dat moet dit jaar veranderen. Tot nu toe heb ik geen nadeel aan de motor kunnen vinden. Oké hij zuipt benzine en de onderdelen zijn prijzig, maar dat wil ik geen nadeel noemen. Als je dat niet weet ben je gewoon vooraf niet goed ingelicht. Het hoge benzineverbruik is goed voor de handdoeken en je rijdt echt niet van pomp naar pomp. Wel van koffietent naar koffietent en dat is een fijne bijkomstigheid van het uitkomen van deze droom.”