+ Plus

Interview Schouten en Vandekeymeulen

Ze kennen elkaar al van de Nederlandse circuits, maar nu komen ze elkaar tegen in Europa. Didier Vankeymeulen werd twee jaar geleden Europees Kampioen in de Superstock 1000-klasse en liep vorig jaar vast in het WK Supersport. Raymond Schouten zette in 2005 een punt achter zijn moeizame GP 125-avontuur. Beiden zijn dit jaar begonnen aan een nieuw hoofdstuk: ze rijden nu beiden in het EK Superstock 1000.[[fliesstext]]Dromen komen niet altijd uit. Soms spatten ze uiteen en zorgen ze voor emotionele chaos. Didier Vankeymeulen en Raymond Schouten kunnen er over meepraten. Voor Schouten ging een droom in vervulling toen hij in 2004 de kans kreeg om toe te treden tot het GP-team van Arie Molenaar. Een nationale titel won Schouten nooit, maar hij was in Nederland de 125cc-coureur die over de meeste snelheid beschikte. Dat dat geen garantie is voor een succesvol GP-verhaal, werd duidelijk. Gedurende het seizoen 2005 trok hij zich uit eigen beweging terug, moe en murw geslagen door een onderlinge sfeer waarmee de jonge coureur geen raad wist. Met een vertrouwd clubje oude vrienden probeerde Schouten vorig jaar op een 250cc-Honda het plezier in de racerij terug te krijgen. Dit seizoen heeft hij de overstap gemaakt naar de viertakten. Op zijn 22e begint Schouten dus weer bij nul. Vankeymeulen veroverde in de laatste EK Superstock 1000-race van 2005 in Magny Cours de titel. Hij versloeg in een waanzinnig rechtstreeks duel Kenan Sofuoglu. Die is twee jaar later de grote favoriet voor de wereldtitel in de Supersport-klasse, Vankeymeulen heeft echter een stap terug moeten zetten. Om er ooit weer twee vooruit te kunnen gaan, zo is de planning. Een seizoen in het WK Supersport liep uit op een grote desillusie en de Belg trok al vroeg in het jaar de deur achter zich dicht. Hij keerde terug naar Duitsland om daar deel te nemen aan het Duitse Superbike-kampioenschap en in het WK Endurance maakte de nu 24-jarige Vankeymeulen veel extra kilometers. Nu is hij terug in het EK Superstock 1000, de klasse waarin hij groot werd. Raymond, hoe ken jij Didier? Schouten: “Ik ken hem al uit de Junior Cup, hier in Nederland. Hij was die stille Belg die altijd problemen had. Maar wel verdomd hard kon sturen in de regen. Zijn vader is altijd heel vriendelijk en Didier zelf is ook een aardige gast. Toen hij Superstock en Endurance ging rijden, volgde ik hem nog wel op Internet. Ik kan me trouwens nog herinneren dat je in een regenrace op Assen in een race twee keer onderuit ging. Klopt dat?” Vankeymeulen: “Ja, ik lag twintig seconden voor, of zo. In de GT ging ik er af, stapte weer op en reed weer naar voren. Toen ging ik voor de tweede keer plat en was het afgelopen, haha! Ik weet dat Raymond in het DeeCee-team reed en ik dacht dat hij wel veel potentieel had. Hun team had het heel goed voor elkaar, mijn vader en ik waren alleen. Ik kwam met mijn vader naar Nederland, omdat ik in België nog niet mocht racen. Mijn vader was ook tegen races op stratencircuits. Te gevaarlijk, vond hij. Maar veel contacten had ik niet in Nederland, eerlijk gezegd. Ik kwam om te racen, niet om contacten te leggen. Als ik aan het racen ben, kan ik daar moeilijk mijn gedachten van af houden.” Jij rijdt al jaren viertakten. Waarom? Vankeymeulen: “Van de Junior Cup ben ik direct door gegaan naar de Superstock-klasse. Tweetakten hebben me nooit echt geïnteresseerd. Waarom, weet ik eigenlijk niet. Hoewel ik bij Club Met-races (een soort KNMV Cup-serie) wel nog met een Aprilia RS250 kampioen ben geworden. Maar we hebben ons eigenlijk altijd gericht op de viertakten. Op zondag reed ik in Assen op zo’n Yamaha TZR50 in de Junior Cup, op maandag zat ik op een Yamaha R1 op het circuit van Zolder. Helemaal gefrustreerd dat het met die TZR niet goed ging! Toen ik dertien was, heb ik met een Yamaha Thundercat een Vier Uren Race meegereden. Daarna kocht mijn vader een Thunderace waarmee ik kon racen.”Schouten: “De 125 was voor mij een logische stap na de Junior Cup. Viertakten waren leuk om te zien, maar ik vond het echt oliebakken. Daar ben ik wel op teruggekomen, hoor. Het einde in de GP’s was niet makkelijk. Ik stond op het punt om helemaal te stoppen, ik zat er echt doorheen. Toen kwam het plan met de 250, met uiteindelijk de bedoeling de GP’s in te gaan. Dat kon, maar dan moest ik veel geld meebrengen. Twee en een half, drie ton. En dat had ik gewoon niet.”Vankeymeulen: “Dat bedrag lijkt me vrij normaal. Ik wil in 2008 naar het WK Superbike. Dat kost waarschijnlijk dubbel zo veel.”Voor jullie is het in de Superstock-klasse eigenlijk weer een nieuw begin. Hoe kijken jullie terug op de laatste paar seizoenen? Schouten: “Op de GP’s kijk ik met gemengde gevoelens terug. Ik heb heel veel lol gehad, ook echt met Hans Spaan (de chef monteur van het Molenaar team met wie het nooit lekker klikte, FW). Maar we hebben niet het onderste uit de kan gehaald, ook ik niet. Daar kun je lang en kort over praten, maar zo is het gewoon. Het heeft allemaal wel veel indruk op me gemaakt. Als 18-jarige jongen naar Brazilië reizen, enzo. En ’s avonds met zijn allen voetballen; dat was leuk.”Vankeymeulen: “Als je Europees kampioen Superstock wordt, denk je dat het wel voor mekaar komt, hè. Bij Yamaha heeft men wel z’n best gedaan, hoor. Ik denk alleen dat het WK Supersport-team waar ik terecht kwam, meende het budgettair beter voor elkaar te hebben. Toen we aan het seizoen begonnen, was de motor bijna standaard. Ik had het seizoen kunnen afmaken, maar dat wilde ik niet. Ik zag Massimo Roccoli in Misano winnen en die was een jaar eerder vijfde geworden in het kampioenschap dat ik won. En Kenan kwam bij Ten Kate terecht. Ik wist dat ik goed was voor een plek tussen zes en tien. In een plaats tussen tien en vijftien had ik geen zin.”Jullie hebben beiden besloten om zelf weg te gaan bij een raceteam, om weer je eigen weg te gaan. Dat lijkt me toch niet makkelijk.Vankeymeulen: “Voor mij wel. Ik was het kotsbeu. Ik voelde me een beetje als Raymond in de GP’s. Je wilt vooraan rijden, mensen denken ‘hij kan het niet meer’. Terwijl ik zoiets had ‘zet mij op die fiets en ik ga met de besten mee’. Mijn doel lag hoger dan wat ik bij het team kon bereiken. Uiteindelijk was het een geldkwestie. Ik heb toen mijn beklag gedaan bij Michael Galinski (in de jaren daarvoor jaren technische steun, toeverlaat en teammanager, FW) en die zei ‘oké, kom dan maar naar het Duitse Superbike-kampioenschap’. Voor het Franse GMT heb ik ook een paar WK Endurance-races gereden.”Schouten: “Ik vond stoppen bij Molenaar wel moeilijk. Maar het is zoals Didier zegt: ‘als ik maar eens in dát team zit, dan kan ik wat laten zien’. Ik raakte steeds meer gefrustreerd, tot op een punt dat ik voor mezelf had besloten ‘ik kap er mee’.”Hoe is dit nieuwe verhaal tot stond gekomen? Schouten: “We hebben contact gezocht met Michael Galinski en met Yamaha. Ik heb iets met Yamaha, ook dankzij Wilco (Zeelenberg, in de beginjaren Schoutens mentor bij DeeCee, FW). Het was vrij snel rond met Yamaha en met Van der Heyden Motors. Met Kerst al. Ik dacht ‘dit kan niet allemaal zo vlot blijven lopen’. Dat klopte, want Lennart van Houwelingen met wie ik het team wilde opzetten, kon toch het budget niet bij elkaar krijgen. Nu is het gedeeltelijk opgelost door René Mähr via Galinski als mijn teamgenoot in te laten schrijven, maar financieel is het nog niet honderd procent.” Vankeymeulen: “Ik ken Michael al vier jaar. Daar is inmiddels ook een goede vriendschap uit ontstaan. Michael lééft er echt voor. Ik ben altijd blij geweest dat Kenan het zo goed doet in het WK Supersport. Dat bewijst ook dat het niveau van de Superstock goed is. Alleen spijtig dat ik het vorig jaar niet heb kunnen laten zien. Zet de top vijf van de Superstock in het WK Supersport en die rijden allemaal top tien.” Schouten: “Het niveau is inderdaad erg hoog. Niet alleen aan de top. Dat maakt de klasse ook spectaculair. Het is voor mij een wereld van verschil met een 125cc-tje of met een 250. Zo’n R1 is echt een beest, maar ik begin het wel steeds leuker te vinden. Ik moet alleen nog heel veel leren.” Vankeymeulen: “Dat is niet makkelijk, hè. Als je rustig iets kunt opbouwen, is dat eenvoudiger. Het zijn bij ons in de klasse ook allemaal topteams.”Hoe zien jullie je racetoekomst?Schouten: “Voor mij zal het al een zware stap worden om constant bij de top tien te rijden. Daar moet ik voor knokken, maar waarom zou het me niet lukken? Ik móet daar ook naar toe als ik volgend jaar tenminste nog een start wil krijgen in deze klasse. Geen punten betekent geen start. Ik denk dat ik eerst hier maar eens maar draai moet zien te vinden voordat ik plannen maak voor een andere klasse. Maar uiteindelijk lijkt het WK Supersport mij erg mooi.”Vankeymeulen: “Ik denk dat dat ook beter is voor jou. Ik weeg 85 kilo en dat is een nadeel op een Supersport. Toch denk ik dat ik tegen de top vijf aan zou kunnen zitten. Maar als het dit jaar goed blijft gaan, wil ik met Galinski naar het WK Superbike. Het eerste jaar langzaam opbouwen en dan in 2009 laten zien wat je geleerd hebt. Nog een jaar in de Superstock is voor mij niet mogelijk, omdat ik dan met 25 jaar niet meer in deze klasse mag rijden.”Jullie hebben beiden vaders met een racehistorie. Hoe belangrijk zijn zij voor jullie? Schouten: “Mijn vader zei altijd ‘zesde of zevende worden, is leuk voor je. Maar als je de GP’s in wilt, red je het zo niet’. Dat was niet altijd leuk om te horen. Ik baalde daar soms best van. Maar uiteindelijk was het wel goed.”Vankeymeulen: “Mijn vader heeft jaren geprobeerd alles financieel rond te krijgen. Sinds eind vorig jaar werk ik samen met een manager die het geld beheert en voor de goede uitstraling zorgt. Mijn vader weet wat ik kan, hij heeft me in 2005 ook kampioen zien worden. Hij is heel fanatiek. Als ik vijfde werd, had ik weinig zin om van de motor te stappen… Hij vroeg altijd ‘wat wil je bereiken’. Hij kreeg me kwaad op de juiste momenten. Ik heb het liefst dat hij nu komt en dan geniet, na jaren van stress en investeringen.”(kader)BLESSURE VANKEYMEULENDidier Vankeymeulen leek aardig op schema te zitten, maar een zware crash tijdens de trainingen in Silverstone heeft het seizoen voor de Belg ernstig in de war geschopt. Vankeymeulen zette tijdens de eerste vrije trainingen nog de snelste tijd, later ging het echter vreselijk fout. De Yamaha-coureur vloog met een highsider van zijn fiets en eerste berichten klonken ernstig. Een latere diagnose toonde aan dat Vankeymeulen een pols en een lendenwervel gebroken heeft. Daarnaast liep hij een hersenschudding op. Vanwege de verwondingen verbleef de onfortuinlijke Superstock-rijder enige tijd in een Brits ziekenhuis, maar inmiddels is hij weer in België. Gedurende zes tot acht weken moest Vankeymeulen een corset dragen, wat betekent dat zijn kans op een topklassering in het Superstock 1000-kampioenschap verkeken is. Na de race in Monza bezette hij de zevende plaats – mede vanwege een crash bij de tweede race in Valencia – en na het onfortuinlijke Silverstone-weekend zakte hij nog een positie. In de eerste drie races van het jaar pakte Vankeymeulen twee derde plaatsen. Raymond Schouten heeft tot nu toe in één race punten veroverd. Tijdens de wedstrijd in Assen werd de Nederlander elfde. In het klassement bezet hij de 22e plaats.

Lees meer over

Honda Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...
Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste Test Honda X-ADV

Eerste Test Honda X-ADV

14 november, 2024

Bijna tien jaar na zijn introductie is de X-ADV nog altijd een unieke verschijning. Ligt de concurrentie te slapen ...