+ Plus

GP Wegrace TT Assen

“Het moet niet gekker worden.” Op enig moment moet één van de hoofdrolspelers van de 88e Dutch TT dat hebben gedacht. En toch werd het gekker. Meer dan 120 geconstateerde inhaalacties bevestigden dat de 105.000 toeschouwers getuige waren geweest van een onvoorspelbare en weergaloze MotoGP-race. Dat het geen loterij was, bewees Marc Marquez. Geplaagd door een flinke wind speelde hij het spel tactisch zeer uitgekookt en sloeg in de slotfase een beslissend gat naar Alex Rins en Maverick Vinales. Andrea Dovizioso en Valentino Rossi volgden.

De race was negentien seconden langzamer dan het drie jaar oude racerecord, de finish was niet zo spectaculair als die van 2006 toen Colin Edwards de winst door een crash de winst verspeelde aan Nicky Hayden – en ook niet zo spraakmakend als Valentino Rossi’s volgas-excursie door het grind in 2015. Maar alle hoofdrolspelers in de Dutch TT van 2018 realiseerden zich: dit was een klassieker. “Ik weet niet hoe ik het moet beschrijven”, zat winnaar Marc Marquez nog vol in het ongeloof. “Het was ‘a crazy race’.” Tweede man Alex Rins voelde ook nog de adrenaline stromen, ruim na zijn beste MotoGP-prestatie tot nu toe. “Het was ongelooflijk…. Ik zag dat Marc sterk was in de Strubben, maar ik haalde hem in”, straalde de 22-jarige Suzuki-coureur. “Daarna kwam hij mij weer voorbij en ik dacht alleen maar ‘wow, dit wordt een fantastische race’!”
De Dutch TT oogde als een volledige ‘over the top’-videogame: met Jorge Lorenzo die vanaf de tiende plaats startte en na één ronde het veld aanvoerde, met kopman Lorenzo die op het razendsnelle stuk tussen Meeuwenmeer en Hoge Heide de voorkant kwijtraakte en bikkelhard van achteren geramd werd door Valentino Rossi, met Marc Marquez die bij het uitkomen van de Strubben Alex Rins raakte en alleen dankzij een typisch Marquez-mirakel zijn machine weer onder controle kreeg, met Maverick Viñales die de arm van Marquez raakte en in de Bult naast de baan raakte, met Rossi die niet wilde buigen voor de hard remmende Andrea Dovizioso in de Haarbocht, met een wereldkampioen die uit de Strubben Dovizioso en Rossi binnendoor passeerde en daarna vertrok, met Rins die dankzij een bloedstollende actie in de Ramshoek binnendoor bij Viñales zijn tweede plaats verdiende en met Rossi en Dovizioso die tot in de laatste meters vochten om de vierde plaats…. Voor de zevende keer in acht races werd de top 3 bevolkt door rijders van drie verschillende fabrikanten, voor de derde keer dit seizoen vormden vier verschillende constructeurs de top 4 – en nog nooit in de geschiedenis van de MotoGP was het gat tussen de winnaar en de man op de vijftiende plaats kleiner dan de 16,043 tussen Marc Marquez en zijn teleurstellende teamgenoot Dani Pedrosa. Zelden was het bij het oog van de naald zo dringen als tijdens deze Dutch TT. Dat Danilo Petrucci, de nummer 2 van vorig jaar in Assen, de enige crasher was – en bovendien door een eigen fout – mocht een klein wondertje heten. Vijf verschillende koplopers passeerden start en finish, maar het was uiteindelijk Marc Marquez die in Assen een opmerkelijke serie in stand hield: sinds 2010 stond de 25-jarige Repsol/Honda-ster telkens op het podium tijdens de Dutch TT. Zijn tweede Nederlandse MotoGP-zege gaat als één van de meest spectaculaire races de MotoGP-geschiedenis in. Jorge Lorenzo’s uitspraak dat inhalen op Assen lastig zou zijn, werd in de race genadeloos gelogenstraft.
De uitslag van een ook al uiterst bijzondere kwalificatie bleek een opwarmertje voor de achtste Grand Prix van het jaar. Vier rijders klokten een snelste tijd, minder dan 0,08 van elkaar verwijderd. Maar van het viertal Marc Marquez, Cal Crutchlow, Valentino Rossi en Andrea Dovizioso was polesitter Marquez de enige die een dag later ook het podium op mocht – als winnaar. “En het mooiste in de MotoGP is dat de rijder belangrijker is dan zijn machine”, glunderde Marquez.

Marquez speelde op de grid bandenpoker tot in perfectie toen hij de harde achterband verruilde voor een softe compound. “Meestal pakken anderen een softe en ik een harde. Maar de softe was op sommige plekken juist harder dan de harde band. Daarom koos ik ‘m, omdat ik me er sommige bochten beter mee voelde. Ik wist dat ik op papier de snelste was, maar ik zei vooraf al tegen mijn team dat het lastig zou worden om weg te rijden.” Na de wonderstart van tiende man Lorenzo nam Marquez voor twee ronden het commando over, maar daarna leidde Lorenzo tot zijn eigen verbazing van de vierde tot en met de veertiende van 26 ronden. Hij werd in de nek gehijgd door zeven achtervolgers, die elkaar attaqueerden alsof het een Moto3-race was. “Eerlijk gezegd was het op dat moment een langzame race”, aldus Marquez. “Het was heel moeilijk met die harde wind. Het makkelijkst was nog om achter iemand anders te rijden. Vooral Lorenzo pushte in het begin heel erg. Ik passeerde hem, maar hij kwam meteen terug en daarna kon ik zijn ritme niet vasthouden. Toen zei ik ‘oké, ik wacht af’. Maar ik had veel momentjes, met Rins, met Maverick, met iedereen! Het probleem was dat wanneer je je eigen lijn reed, iemand anders wel weer binnendoor kwam. Voor de concentratie was het moeilijk om tegelijkertijd te verdedigen en aan te vallen.”
Voor twee ronden werd Lorenzo afgelost door Dovizioso. “Over hem maakte ik me zorgen, want ik dacht dat hij snel zou zijn aan het eind”, gaf Marquez toe. Na kopwerk van weer Lorenzo, Dovizioso, Viñales en ook Rossi plaatste Marquez zijn beslissende aanval; Lorenzo zakte door vermoeidheid en – volgens eigen zeggen – een gebrek aan snelheid uiteindelijk af naar de zevende plaats, 0,6 achter Cal Crutchlow. “Toen ik 0,2 zag heb ik alles gegeven”, vertelde Marquez nog. “Alleen kon ik ook weer mijn eigen lijnen rijden en dezelfde tijden rijden als in de training.”
Voor het incident met Rins trok Marquez het boetekleed aan. “Ik raakte hem, mijn voet was los van de steun, mijn linker hand, knie op de grond…. Maar ik zat aan de buitenkant, dus het was mijn schuld. Later raakten Vinales en ik elkaar ook nog, waardoor ik buiten de baan kwam. Daarna was ik verstandig.” Zijn blijdschap na zijn vierde overwinning in acht races werd nog groter toen hij na de finish op de grote videoschermen keek. “Ik zag dat Rins tweede was geworden. Ik dacht vooraf dat Vale en Maverick hier sterk zouden zijn, en dat klopte. Maar wij waren sterker.”
Een stralende Alex Rins werd voor de race nog geplaagd door maagkrampen. Al na zijn vijfde startplaats in de kwalificatie zei de Suzuki-coureur gezegd dat hij podiumaspiraties had. Motorische updates hadden zijn machine met ‘iets meer topsnelheid’ ook goed gedaan, gaf Rins toe. “Dit was mijn zwaarste MotoGP-race tot nu toe. We wisten dat het een moeilijke race zou worden, maar ik heb ‘m goed gemanaged. Ongeveer halverwege de race was ik vierde, vijfde en ik kon mijn ritme houden. Ik wist dat het podium mogelijk was.” In tegenstelling tot Marquez koos Rins voor de softe compound achterband. “Die voelde goed, ik kon de slides beter controleren.”
De gevoelsfactor speelde ook mee bij Viñales’ bandenkeuze. “Het gaat voorál om het gevoel. Ik koos de softe band, maar in de trainingen voelde ik me ook goed met de harde compound.” Ook de Yamaha-coureur had na drie frustrerende races eindelijk weer eens genoten. “Alleen jammer dat ik in de laatste ronde buiten de baan terecht kwam. Maar ik ben blij dat ik met de top mee kon. De Yamaha was in de snelle bochten geweldig. Maar met de elektronica moeten we ons nog verbeteren.” In het begin van de race hadden de set-up aanpassingen geholpen om er beter bij te zitten. “Ik had een paar goede ‘moves’, er was hier en daar ‘contact’ en vreemd genoeg voelde de machine met de volle tank eigenlijk beter dan tegen het einde van de race.”
Viñales had na zijn tweede plaats in Amerika problemen met de balans van zijn machine, legde zijn ‘riding analyst’ Wilco Zeelenberg uit. “Het heeft ook te maken met het spelen met je gewicht”, aldus Zeelenberg. “Hij kan dat minder goed dan Valentino die langer is. Maar hij kan nu in ieder geval gevoel genereren bij het insturen en afdraaien.” Hoewel hij na Assen zijn team complimenteerde, oefende Viñales eerder harde kritiek uit datzelfde team. “Ik voel me niet persoonlijk aangesproken, maar ik weet wat hij bedoelt”, toonde Zeelenberg zich begripvol. “Het gaat om beslissingen waarvan je achteraf kunt zeggen ‘hij had gelijk’. Verkeerde keuzes over de banden of over de settings…. Maar wat mij betreft zou het slimmer zijn om dat binnenskamers te houden, dat doet de ‘andere kant’ (van Valentino Rossi, FW) ook. Weet je, wij zijn drie keer wereldkampioen geworden met Lorenzo en Maverick vergt een andere aanpak. Daar worstelen we af en toe nog mee.”

Andrea Dovizioso en Valentino Rossi finishten 0,7 seconde achter tweede man Rins, maar vooral Rossi proefde een nare nasmaak van een race die hem meer had kunnen opleveren, meenden hij. “Het was een erg opwindende wedstrijd en ik ben blij dat ik de hele race mee kon”, begon Rossi. “Maar ik ben ook teleurgesteld. Want ik dacht voor het podium te kunnen gaan, maar ik werd vijfde.” De schuld daar voor legde Rossi deels bij Dovizioso. Twee ronden voor het einde bezette hij de tweede positie. “Ik had de potentie voor het podium. Toen probeerde Dovi me er voor de eerste bocht uit te remmen, voor een bocht waar ik sterk was. Het was een agressieve inhaalactie, waarvan er in deze race wel 25 waren. Maar ik kwam naast de baan en we verspeelden beiden een mogelijk podium. Ik heb geen moeite met de actie, maar tactisch vond ik hem niet heel slim.”
Dovizioso zag dat anders. “Beiden wilden we bij het uitkomen van de eerste bocht voor de ander zitten. Maar hij zat aan de buitenkant, dus ik had de controle. Hij liet twee keer de rem los, ik ook. Maar ik deed niks geks. Ik snap hem, maar hij nam de verkeerde beslissing. Hij zat buiten, met één van de laatste remmers in het veld naast hem denk ik dat dat een slecht idee is aan het eind van de wedstrijd.”
Dovizioso meende zelf zijn kans op een podium mis te zijn gelopen, omdat hij ‘in de laatste acht ronden’ geen tractie meer had; drie ronden voor het einde koerste hij echter nog als derde. “Ik ben blij met de vierde plaats, omdat ik op het juiste moment op de juiste plek zat.” Bij het ingaan van de GT remde Rossi zich voorbij Dovizioso, maar diens Ducati accelereerde echter sneller naar de finishvlag. “Ik ben tevreden met hoe ik heb gereden, maar we moeten de slijtage van de achterband (Dovizioso en Lorenzo kozen de harde compound, FW) beter controleren. Het grootste verschil met de banden van vorig jaar is dat je dit jaar gezien bent aan eind van de race als je niet goed omgaat met de slijtage. In Qatar won ik, maar kon ik in de laatste drie ronden niet het verschil maken. Het verschil in banden is klein, maar als je op de grens zit, kunnen kleine dingen groot worden.”
Dovizioso plaatste ook een kanttekening bij de een aantal acties die hij had gezien in de race. “Ik denk dat we het allemaal mooi vinden om een ander te passeren, maar er zijn verschillende manieren. Sommige rijders zijn te agressief. Alles gebeurde binnen de regels, en als je een ander te snel nadert… Dat kan gebeuren. Maar als je het expres doet, is dat verkeerd.” En dat gebeurde volgens de nu hoogst geklasseerde Ducati-coureur in de tussenstand – Dovizioso staat vijfde op 61 punten – ‘vele malen’. “Iedereen weet wie ik bedoel.”

De volgende grand prix is in Duitsland. Op de Sachsenring is Marc Marquez sinds 2010 niet verslagen. Met een nu tot 41 punten gegroeide voorsprong op Rossi is hij niet van plan om op zeker te gaan. “Het is tijd om aan te vallen. Ik wil meer en meer.”

Moto3: MARTIN MET BONUS
Jorge Martin kwam met een forse kater naar Assen. In Barcelona probeerde de voormalige Red Bull Rookie-kampioen weg te rijden van de concurrentie en crashte. Het was Martins derde val in vier races en kostte hem de leiding in de titelstrijd. In Assen sloeg de Honda-coureur echter hard terug. Een akelige crash in de training weerhield hem er niet van om zijn vijfde pole van het jaar te veroveren. Belangrijker was echter zijn fantastische optreden op zondag. Martin (88) pakte kopstart, maar kreeg niet de kans om weg te rijden van de achtervolgers. WK-leider Marco Bezzecchi, Barcelona-winnaar Enea Bastianini (33), Aron Canet en outsider John McPhee (17). Iedereen in dit selecte clubje voerde op een gegeven moment de race aan, maar toch slaagde Martin er drie ronden voor het einde in om ondanks een remprobleem een breuk te forceren. Een ronde later gleed McPhee als vijfde uit de wedstrijd en in de laatste ronde volgde nog een sensatie: Bezzecchi verloor een podiumkans door te crashen – zijn tweede crash in vier GP’s. Martin ging soeverein op zijn vierde seizoenszege af, terwijl Canet in de slotfase Bastianini aftroefde. Jaime Masia kwam dolgelukkig als vierde over de streep, als aanvoerder van een negen man sterke groep. Din dat gezelschap finishte Fabio Di Giannantonio, tot Assen tweede in het klassement, als negende. Wild-card rijder Ryan van de Lagemaat kende technische problemen in de trainingen en kwam op een ronde achterstand als laatste binnen. Door zijn fraaie zege en Bezzecchi’s nulscore, promoveerde Martin van de derde plaats naar de leiding in de tussenstand.

Moto2: BALEN VOOR BENDSNEYDER
Eindelijk leek Bo Bendsneyder zijn eerste WK-punten bij te kunnen schrijven na de Dutch TT. Weer had de Tech3 Mistral-rijder moeite om zich binnen de top 20 te kwalificeren, en ondanks een achterstan van slechts 1,107 op polesitter en WK-leider Francesco Bagnaia kwam hij niet verder dan de 24e startplaats. Andermaal had Bendsneyder bovendien moeite om zich vanaf het begin te manifesteren in de race; pas in de slotfase kwam hij goed op gang en boekte hij progressie. In de voorlaatste ronde belandde hij op de vijftiende plaats en voor de finishvlag pakte hij ook nog veertiende man Dominique Aegerter. Bendsneyder liep echter de twee WK-punten mis, omdat hij 1,4 seconden straftijd kreeg voor het afsnijden van de GT-bocht, een vergrijp waarvoor in de Moto3 ook al een hakf dozijn rijders bestraft was. Zo werd Bendsneyder als zeventiende geklasseerd in zijn thuisrace – nog wel net voor teamgenoot Remy Gardner. “De achterkant gleed heel erg in het begin van de race en het was fysiek zwaar om te pushen”, vertelde Bendsneyder. “Maar ik wist dat de rest ook zou gaan worstelen met gripverlies. Daar profiteerde ik van en als ik die straf niet had gekregen, zou ik punten hebben gescoord. Maar we hebben laten zien dat we er kunnen staan.”
Francesco Bagnaia deed uitstekende zaken. De WK-leider won niet alleen zijn vierde race van het jaar, grootste concurrent Miguel Oliveira – gestart als zeventiende – strandde na een knappe inhaalrace op de zesde plaats. Nog slechter liep het af met Lorenzo Baldassarri. Gekomen vanaf de dertiende startplek zag hij drie ronden voor het einde een tweede plaats verloren gaan door een lekke band. De tweede plek was daardoor voor Barcelona-winnaar Fabio Quartararo, ook van ver buiten de top 10 gekomen. Alex Marquez finishte 0,4 later als derde.

Lees meer over

Ducati Honda Suzuki Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...