MotoPlus 11 - 2022
VERGELIJKINGSTEST MOTOPLUS 39 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100 110 120 Motortoerental x 1.000 tpm Vermogen in kW/pk Koppel in Nm Suzuki GSX-S1000 112,5 kW (153 pk) bij 11.000 tpm 107 Nm bij 9.100 tpm Triumph Speed Triple 1050RS (Model 2019) 110,3 kW (150 pk) bij 10.100 tpm 114 Nm bij 7.500 tpm Ducati Street ghter V2 109,9 kW (149 pk) bij 10.800 tpm 102 Nm bij 9.000 tpm Honda CB1000R 105,0 kW (143 pk) bij 10.500 tpm 102 Nm bij 8.100 tpm 40 60 80 100 120 160 150 140 130 120 110 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 Vier motorblokken, twee verschillende karakters. De onderste twee lijnen zijn de Ducati en de Honda, de hogere lijnen de Suzuki en Triumph. Weliswaar haalt de Streetfighter V2 ondanks zijn kleinste cilinderinhoud (955 cc) en slechts twee cilinders vrijwel hetzelfde topvermogen als de 1.050cc driecilinder-Triumph en de GSX-S1000-viercilinder, maar de Duc doet dat (logischerwijs) met een piekerigere karakteristiek. Op straat is het topvermogen minder relevant, aangezien je dat zelden benut. Het is meer het gebied onder de 9.000 toeren dat telt. En juist daar, zo tussen 5.000 en 7.000 toeren, heeft de Ducati een dip in zijn koppelcurve. Gek genoeg komt de curve van de CB1000R-viercilinder sterk overeen met die van de kleinere V-twin, vooral qua dip in het middengebied. De CB1000R is vanaf 7.000 toeren wel wat sterker, maar zijn lange gearing – die op een topsnelheid van 260 km/uur is gedi- mensioneerd – berooft hem in de prak- tijk van wat enthousiasme. De Suzuki en Triumph hebben deze problemen niet. Die trekken overal hard, waarbij de Suzuki zijn iets lagere koppel goedmaakt met de iets kortere gearing, dankzij zijn grotere toerenbereik. Vermogen aan de krukas; metingen op de Dynojet 250-rollentestbank, gecorrigeerd volgens 95/1/EG, maximale afwijking +/- 5%. VERMOGENSMETING een beetje ongunstige lichtinval nodig om de weergaves zowat in hun donkere achtergrond te laten opgaan als één contrastarm geheel. Als de ‘Human Torch’ van de Fantasic Four het Suzuki-dash- board maar een fractie van zijn vuur zou geven, zou het er al heel anders uitzien. Nu hou je aan het oproepen van de informatie met de op zich prima tuimelschakelaar op de linker knoppeneenheid toch een wat onduidelijke bij smaak over. Heel duidelijk is de Suzuki daarentegen bij het rijwielge- deelte. Zijn credo is stabiliteit. Zodra ‘The Thing’ eenmaal een lijn heeft gekozen, blijft hij daarop. Net als de stenen reus is hij niet zo heel wendbaar, je hebt – in elk geval op de originele ban- den – best wat overtuiging aan het brede stuur nodig om de voetsteunen richting asfalt te dirigeren. Maar zodra hij eenmaal met de gewenste snelheid in de bocht ligt, ligt hij er ook mooi vast in. Niks brengt hem uit balans; richels, hobbels, welvingen, het geeft allemaal niks. Deze rotsvaste stabiliteit is echter niet helemaal zonder bijwerkingen: vooral ach- ter spreekt de schokdemper niet bepaald supergevoelig aan. Hij rolt eerder gewoon met de wel- vingen in het wegdek mee dan ze eruit te filteren. Iets minder dem- ping, vooral uitgaand, maakt het wat draaglijker, maar een super comfortabele toerfiets wordt de Suzuki nooit. De Ducati is uit hetzelfde hout gesneden, waarbij die zelfs nog stugger op de poten staat. De Streetfighter maakt de harde vering (bijna volledig open gedraaide dempingsschroeven halen de scherpe randjes er wel voelbaar af) echter goed met een combinatie van enorme wend- baarheid en onverstoorbare stabi- liteit. Met een lichte stuurimpuls ligt de Streetfighter al in de bocht; in eerste instantie valt hij zelfs bijna nerveus de bocht in. Toch blijft het altijd rustig aan boord, ongeacht hoe ver de enthousiaste ruiter in het zadel het gas open- draait in de sprints van bocht naar bocht. Een ware bochtendanser, die desondanks kalm en rustig op zijn lijn blijft. Net als bij de GSX-S, maar met meer beperkingen qua comfort. Dat laatste is wat de Honda zijn rijder wel geeft. Zelfs als je bij stilstand op de achterkant duwt, zakt de direct afgesteunde schok demper diep in, om vervolgens bijna zonder weerstand weer omhoog te schieten. Of dat goed functioneert op de weg? Kwestie van uitproberen. Op de eerste meters met rustig tempo geeft de vering zoveel comfort als je luie stoel voor de tv en zou je alle films van The Fantastic Four achter elkaar kunnen kijken. Er komt ech- »
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3