MotoPlus 03 - 2022

88 MOTOPLUS MIJN TROTS “Mijn ouders hebben zelf nooit motoren gehad of gereden, alhoewel mijn vader motoren wel leuk vond. Een kameraad van mij begon met motorrijden, en omdat ik motoren altijd al leuk vond ben ik toen ook begonnen. Dankzij een bijbaantje bij een tuinderij kon ik toen mijn eerste motor, een Suzuki T500, financieren. Destijds kreeg je met achttien jaar nog een oefenvergun- ning, waarmee ik tot Utrecht mocht rijden. Maar stiekem haalden we het plaatje er nog wel eens af en reden we wat verder dan eigenlijk toegestaan. Na ongeveer een jaar stapte ik over op een GT750, ook wel bekend als de ‘waterbuffel’. Maar helaas kreeg ik met de bijzondere driecilinder tweetakt een ongeluk. Ik kwam er zelf rede- lijk goed vanaf, maar de Soes was total loss. Er moest dus een andere motor komen. Dat werd een 900cc Kawa, wel weer Japans dus. Vanwege een onverklaarbare tik in het blok ruilde ik die na een tijdje in voor een Honda Bol d’Or, waar ik uiteindelijk negen jaar mee heb gereden. Het stuurgedrag viel me in het begin wat tegen, maar met een voorstabilisator en stuurdemper ging dat wat beter. Na negen jaar besloot ik toch weer een Suzuki te gaan rijden. Ik kocht een GSX-R750, die me zo goed beviel dat ik er daarna nog twee heb gereden, voordat ik naar een duizend ben overgestapt. Ik had deze kleurstelling in 2007 al op het oog, maar om de een of andere reden kwamen er destijds maar enkele exemplaren naar Nederland. Zelfs mijn dealer kon er niet aan komen. Toch wilde ik specifiek deze kleurstelling, die trok me gewoon aan. Van blauw ben ik namelijk niet zo kapot, rood is veel meer mijn ding. Het toeval wilde dat een maat van mijn broer er wél eentje had en die ruilde al zijn motoren traditie­ getrouw na twee jaar weer in voor een nieuwe. Toen heb ik hem gezegd: ‘Als je ’m wegdoet moet je het zeggen, want dan wil ik hem wel’. Uiteindelijk heb ik er dus twee jaar op gewacht. Toen ik de Soes overnam had de vorige eigenaar er al het een en ander aan ver­ anderd. Hij had er al een Yoshimura-uit- laatsysteem op gezet bijvoorbeeld, en de originele zwarte wielen waren gepolijst en rood gespoten. Zelf heb ik er alleen een donker ruitje en stalen remleidingen op gezet, verder is ’ie standaard. De GSX-R had al 25.000 kilometer op de klok staan toen ik hem in 2009 overnam. De vorige eige- naar reed namelijk veel naar buitenlandse Grands Prix. Dat doe ik zelf trouwens ook, met Road Race Travel ga ik normaal elk jaar in september naar een Grand Prix, de Sachsenring bezoek ik vaak en met een aantal leden van het motorforum maken we altijd een vierdaagse reis. Al is dat nu met corona wel anders natuurlijk. Verder rij ik met deze GSX-R eigenlijk niet zo veel, voor woon-werkverkeer pak ik vaak mijn GSR750. Die is trouwens ook rood. Dat rijdt toch wat relaxter, zo’n naked. Al rijdt de duizend ook wel vrij relaxed hoor, alleen bij Hoewel hij de passie voor motoren niet van huis uit meekrijgt, begint Bertus Ebbenhorst (63) op zijn achttiende meteen met motorrijden. Op een Honda Bol d’Or en een Kawasaki na blijft hij de Japanners van Suzuki trouw. Zijn GSX-R, in een speciale zilver/rood-kleurstelling, gaat dan ook niet meer weg: “Hij is mij meer waard dan ’ie zou opbrengen”. | Tekst: Cris Leuvelink; Foto’s: Guus van Goethem | “Hij is mij meer waard dan ’ie zou opbrengen” MIJN TROTS BERTUS EBBENHORST EN ZIJN SUZUKI GSX-R1000 »

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3