MotoPlus 23 - 2021

ZERO SR/F PRAKTIJKTEST PRAKTIJKTEST MOTOPLUS 49 oplaadstations’ functie van de app biedt via Google Maps een heel handig overzicht van alle laadpalen in de buurt. En dat zijn er vaak een heleboel, alleen vaak van verschillende aanbieders met allemaal een eigen app en eigen betaalfunctie. Je moet dus eerst even investeren in het aanmaken van een account bij de meest voorkomende aanbieders (o.a. EV Box). De meeste van deze ‘openbare’ laadpalen bevinden zich trouwens op privé- of bedrijfs­ terrein en lang niet alle bedrijven staan er om te springen dat je daar een parkeerplek én laad- paal bezet houdt die eigenlijk bedoeld is voor eigen personeel en klanten. Daar komt bij dat bij deze laadpalen geen laadkabel/stekker zit, die moet je dus altijd zelf meenemen. Eigenlijk is een top- of zijkoffer bijna noodzaak voor het meenemen van die kabel, tenzij je natuurlijk de beschikking hebt over opbergruimte onder de tank. Dat betekent dan echter ook dat je dus niet voor de snellader hebt gekozen en dus vier (95%) tot viereneenhalf uur (100%) moet wachten voor de boel weer opgeladen is. Het is allemaal niet onoverkomelijk, maar je moet er wel echt voor open staan en accepteren dat het elektrisch motorrijden net wat meer planning en geduld vereist. n -CONCLUSIE Met het hele voornoemde verhaal lijkt het alsof elektrisch rijden vooral neerkomt op plannen. Dat is natuurlijk niet zo, 90 procent van de tijd is het gewoon een kwestie van lekker rijden. De 60 kilometer woon-werk­ verkeer werden door een collega vrolijk fluitend afgelegd, met en zonder bijladen. Worden de etappes langer dan 100 kilo­ meter en weet je niet zeker of er in de buurt of onderweg een laadmogelijkheid is, dan is het een ander verhaal. Een stopcontact is er doorgaans wel in de buurt en als je dan toch een paar uur druk bent met een afspraak, is het enkel een kwestie van de laadkabel mee­ nemen. En mocht je daar geen ruimte voor hebben, dan plan je een route die je langs een snellaadstation leidt. Is misschien niet altijd even praktisch, maar het went wel. Ook omdat je er steeds makkelijker in wordt; het voelt een beetje als pionieren en dat heeft ook zeker zijn charme! Testrijder: Eric Bulsink Modus: Eco Actieradius start: 115 / 155 km Actieradius eind: 19 (27) / 23 km “Ik mocht onze vaste testroute rijden in de Eco-stand, en ging er vanuit dat ik me in elk geval geen enkele zorgen hoefde te maken of ik die 103 km wel zou gaan halen. Toch stond er maar 115 km range in het dashboard toen ik opstapte, maar die waarde had natuurlijk alles te maken met de manier waarop de vorige acculading was verbruikt. Na mijn ritje werd de Zero weer helemaal volgeladen, en gaf het dashboard een Eco-actieradius aan van 155 km. En het bleek ook een geruststellende gedachte dat die range-weergave van 115 km de eerste 19 km niet terugliep, en dat hij ver- volgens circa 20 km niet parallel zakte met het oplopen van de tripmeter. Dat is dus wel een beetje verwarrend en je moet als elektro­ rijder dus wel altijd rekening houden met dit ‘na-ijl effect’ van de range. In mijn geval (als je van de Sport- naar de Eco-stand gaat) valt het natuurlijk alleen maar mee; doe je dat andersom, dan kom je wellicht van een koude kermis thuis. In de Eco-stand voelt de Zero wel bedui- dend minder sportief aan: het vermogen is begrensd, net als de topsnelheid op 120 km/ uur, en ook de manier waarop de kracht zich ontplooit is veel gematigder. Er is prima mee te leven en je kunt probleemloos meetoeren met je motorclub, maar het echte spektakel met de adembenemende acceleratie die zo kenmerkend is voor elektrische motorfietsen is er niet meer in de Eco-stand. Het is gewoon wat langdradiger, alsof je een gaskabel van elastiek hebt. Het deed me een beetje denken aan de eerdere generaties Honda NC700/750 met DCT. Wat ik wel bijzonder waardeerde aan de Eco-stand was het afremmen op de motor. In de Eco-stand is er namelijk vermogen-regeneratie. Met andere woorden: als je het gas dichtdraait, wordt de elektromotor een dynamo die de accu weer bijlaadt. In Eco is die regeneratie maximaal en hoef je de nor- male remmen bijna niet meer te gebruiken. Het wordt dan zelfs een soort sport om alleen maar met je gashendel te remmen. Niet dat het heel veel nut heeft in Nederland, want ik zag de acculading nimmer toenemen, maar ik kan me wel voorstellen dat het in de bergen bij lange afdalingen zinvol is en bovendien de normale remmen ontlast. Ik deed het ritje ’s avonds en kon – in alle rust – lekker relaxed doorrollen. Een uur en 43 minuten later stapte ik bij de redactie weer af met een rest-actieradius van 19 km, en dat viel mij zeker niet mee. Wellicht had dat ook te maken met de buitentemperatuur van 12 °C, want toen ik de Zero vijf minuten later binnenzette stond er opeens een range van 27 km in het dashboard. Juist om de invloed van de buitentemperatuur uit te sluiten hebben we hetzelfde ritje een dag later over­ gedaan met 17 °C. De startrange was toen die 155 km, maar na 103 km rijden was daar weer slechts 23 km van over, zo heel veel anders werd het Eco-verhaal dus niet. Daardoor kon de Zero mij toch niet echt over­ tuigen, hoe mooi hij ook is gemaakt en hoe lekker hij ook rijdt. Ik had echt gehoopt dat – zeker in de Eco-stand – 150 km toeren over secundaire wegen zonder enig probleem mogelijk zou zijn, maar dat is nog een utopie. Die actieradius blijft nog steeds de achilles­ hiel van elektrische motorfietsen, hoe snel en ingenieus het bijlaad-systeem ook is.” Het 14,4 kWh accupakket voorziet in de Street-modus gemiddeld genomen in zo’n 130 kilo­ meter aan stuurplezier. In de uitsparing van het klepje voor de stekkeraansluiting blijft water staan bij regen, minder handig.

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3