MotoPlus 06 - 2021
VERZAMELAAR PAUL KUIPHUIS REPORTAGE REPORTAGE MOTOPLUS 77 Bomber hier, kocht ik voor 200 gulden. Heel veel uren en wat onderdelen verder staat hij er weer als nieuw bij. Zo heeft iedere motor hier een verhaal. Neem de Yamaha 350 R1 Grand Prix. De állereerste R1 en inmiddels heel zeld zaam.”Verschillende Honda CB’s, een allereerste GoldWing, lichte Yamaha-racers, je zou een hele dag kunnen rondneuzen en dan nog niet genoeg tijd hebben. Iedere motorfiets wordt ook vergezeld van een uitgebreid commentaar van Paul. “Zie je die Kawasaki daar in de hoek, die H2 Mach III? Goed verhaal. Die kocht ik dus, om er pas later achter te komen dat dit mijn eigen oude motorfiets is geweest! ‘The widow maker’ noemden ze die ook wel. Ik hoef je dus niet te vertellen dat er hier maar weinig van zijn overgebleven, hoe groot is die kans nou?” Topstuk Paul is gek op al zijn motorfietsen. Maar er is er één die de belangrijkste plek inneemt. “De Honda RC181 replica. Deze beroemde racer heb ik samen met mijn zoon helemaal tot in de puntjes nagebouwd, op basis van foto’s. Al met al heeft het 14 jaar geduurd voordat hij af was. Bijna alles is met de hand gemaakt. Het frame hebben we zelf gebouwd, net als de kuip, tank, zitje, uitlaat, voorvork, noem maar op. Totdat hij helemaal als het origineel was. Heel af en toe rijd ik er mee, tijdens een demo of historische race. Jim Redman, de beroemde coureur, kwam tijdens een demo vragen of hij er een rondje op mocht. Dat heb ik vriendelijk afgeslagen. Hij heeft er wel zijn handtekening op gezet, net als Freddie Spencer. Dat is toch een eer hè?” De Laverda’s Tot slot, nog even over die Laverda’s. Want hoe zit dat nou met dat Japanse verhaal? “Dat zit zo; het blok is compleet gekopieerd van dat van een Honda CB72. En als ik dat vertel tegen Laverda-liefhebbers, worden de meesten heel boos”, vertelt Paul lachend. “Maar het is echt zo. Het blok van de 750 is een kopie. Massimo Laverda is toentertijd naar Amerika gevlogen en heeft daar uitgezocht wat de beste, meest betrouwbare motorfiets van het moment was. Hij kwam uit bij de Honda CB72. Zo gezegd zo gedaan, zo’n machine ging mee naar Italië en de boel werd nagebouwd. Het frame is hetzelfde, het blok is hetzelfde van opbouw, daarom loopt dat ook zo mooi!” “De Laverda’s die hier staan, begonnen als een hoop schroot in een zeecontainer. Die waren echt gesloopt, zo ongeveer met een hamer en een beitel uit elkaar gehaald. Die hebben we weer in originele staat terug gebracht. Prachtig om dat als vader en zoon te kunnen doen. Een SF, een 750 Sport, een SF2 en een 1.000cc driecilinder. Zo is er ineens een deelverzameling naast de Japanners.”De liefde voor zijn paradijs druipt er vanaf, logisch dat Paul hier veel tijd doorbrengt. “Iedere dag ben ik hier lekker aan het werk, kachel aan en klussen maar. Op zaterdag zit ik hier graag aan mijn barretje met vrienden of met mijn vrouw. Dan hebben we toch een mooi uitje, zo achter het huis! En in de zomer komt menig motorclub langs voor een bakkie en een rondje door het museum. Dan ben ik trots dat ik mijn hobby met anderen kan delen.” n De Yamaha YR1 (boven) is een van de topstukken in de collectie van Paul. Maar het pronk stuk is de Honda RC181 replica (rechtsonder, in het midden) die Paul samen met zijn zoon in elkaar zette. In het museum is meer te zien dan alleen motorfietsen zelf, langs de randen staan honderden beeldjes, miniaturen en andere randzaken die met motorrijden te maken hebben. Een Laverda in het museum van iemand die idolaat is van Japanners? Jazeker, en er is een goede reden voor.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3