MotoPlus 24 - 2020
REPORTAGE 100 JAAR SUZUKI 110 MOTOPLUS REPORTAGE 2002 De trend van sterke reis-allroads met veel ‘reis’ en weinig ‘allroad’ gaat de wereld over. Suzuki past haar DL1000 V-Strom aan. 2001 Weer een GSX-mijl paal: de eerste GSX-R1000 steekt met 160 pk de op dat moment dominerende R1 naar de kroon. 1999 De GSX-R1300 Hayabusa was niet de eerste, maar wel meest roemruchte speedbike. Met zijn 175 pk was 300 km/uur een eitje. 1999 Klein uitstapje: de Burgman 400 was de eerste echte grote motorscooter en bracht het pk-denken naar de scooterwereld. Europa. Onder meer door de sportieve successen die in de jaren ’60 op Suzuki’s behaald werden. In 1966 mocht Suzuki zich heerser van de Nord schleife noemen, samen met Yamaha. Beide merken hadden namelijk de snelste 250cc’s die over het beroemde Duitse circuit hadden gereden. De Suzuki die hiervoor verantwoordelijk was, was de T20. De eerste 250cc tweetakt tweecilinder die de belangrijke barrière van 100 mijl per uur wist te slechten. Dat succes bleef ook in Nederland uiteraard niet onopgemerkt. De Neder- landse Import Maatschappij Automobielen ’s-Gravenhage (Nimag), een dochteronderneming van wat nu de Louwman Groep is, was destijds namelijk op zoek naar een motormerk om naar de Lage Landen te halen. Zodoende kwam in 1966 de T20 in Nederland op de markt. Een jaar later gevolgd door de buitenboordmotor die Suzuki sinds 1965 in het gamma had. In 1969 besloot Nimag om ook auto’s van Suzuki naar Nederland te Van de Colleda naar de MotoGP Suzuki staat samen met Honda te boek als de eerste Japanse deelnemers aan het wereldkampioenschap motorracen. Sindsdien hebben ze talloze titels vergaard, met als meest recente wapenfeit de titel in het knotsgekke MotoGP-seizoen van 2020 die Suzuki samen met coureur Joan Mir binnensleepte. Een terugblik op 60 jaar motorsport bij Suzuki. Shunzo Suzuki, de schoonzoon en opvolger van Michio Suzuki, was er net als Soichiro Honda van overtuigd dat de motorsport de beste manier was om buitenlandse markten enthousiast te maken voor Japanse motoren. Dus stuurde hij in 1960, een jaar na Honda, óók een fabrieksteam naar de Tourist Trophy. De motor die ze meekregen was de zuiger gestuurde 125cc tweetakt tweecilinder, genaamd Colleda RT60. Het resultaat was helaas teleurstellend. Ondanks alle verwach- tingen, die ook bij het publiek hoog waren omdat nieuwkomer Honda een jaar eerder ook goede noteringen had behaald, eindigde Suzuki op een 15e, 16e en 18e plaats. Vooral het verschil in snelheid was opzienbarend. De winnaar in 1960, de dit jaar op 90-jarige leeftijd overleden Carlo Ubbiali, was op zijn MV Agusta namelijk gemiddeld 22 km/uur sneller. Over de betrouwbaarheid was men wel tevreden, want alle drie de motoren haal- den de eindstreep. Voor 1961 bouwde Suzuki tweetakten met een roterende inlaat voor zowel de 125 cc- als 250 cc-klasse. Daarmee stonden ze niet alleen aan de start op het eiland Man, maar ook bij de Dutch TT in Assen. Helaas zat er niet meer in dan een 14e, 16e en 17e plaats in de 125 cc-klasse. Het merk ging echter niet met lege handen naar huis. Suzuki wist de Oost-Duitse MZ-fabrieksrijder Ernst Degner, die alle technische geheimen van hoofd ingenieur Walter Kaaden kende, over te halen om naar het Westen te vluchten en met hen in zee te gaan. In de winter hielp Degner bij de ontwikkeling van de motor voor de nieuwe 50 cc-weg- raceklasse. Een doorslaand succes, want hij sleepte meteen de eerste wereldkampioen- schapstitel binnen. Het jaar erop werd de kennis ook op de 125cc-racer van Suzuki overgebracht, waarna Hugh Anderson in 1960 Suzuki begon haar internationale sportcarrière met de 125cc Colleda RT60 bij de Tourist Trophy. 1962 Met de van MZ over gelopen fabriekscoureur Ernst Degner wint Suzuki haar eerste 50 cc WK-titel. 1968 Hans Georg Anscheidt wint zijn derde 50 cc-titel met Suzuki. 1976 Barry Sheene werd met zijn Suzuki niet alleen wereldkampioen, maar ook wereldberoemd.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3