MotoPlus 05/2019
88 MOTOPLUS sport SPORT MOTOGP-VOORBESCHOUWING Als de eerste voortekenen niet bedriegen, klopt deze stelling niet. Oké, bij KTM moet de snelheid vooral van Pol Espargaró komen, omdat de gehypete Johann Zarco nog worstelt met het agressieve karakter van de RC16. Aan de dadendrang van de Oosten rijkers zal het niet liggen. Die bewijsdrang zorgt ervoor dat Espargaró tijdens de test in Sepang door de bomen bijna het bos niet meer zag, omdat hij telkens nieuwe spul len kreeg. Vooral Espargaró’s achtste tijd in Qatar gaf hoop. De KTM is sterk hoek-in, maar het agressieve motorkarakter en de overstuurneigingen bij acceleratie maken de machine een handvol. Met het Red Bull KTM Tech3-team voorziet de fabriek een extra team van identiek materiaal. Drie van de KTM-rijders hebben een Yamaha-verleden en de komst van Honda-icoon Dani Pedrosa als testrijder naast Mika Kallio moet de ontwik keling verder kunnen stuwen. Aleix Espargaró erkende dat de 2018-Aprilia een achteruit gang was gebleken ten opzichte van 2017. De balans van de nieuwe RS-GP, met het verder naar voren brengen van het zwaartepunt, leidde ertoe dat de voorband nu wél meer belast wordt. Op dag 2 in Qatar zorgden Aleix en jongere broer Pol ervoor dat alle zes MotoGP-fabrikanten in de top 10 ver tegenwoordigd waren. Dankzij de komst van voormalig Ferrari F1 Sport Director Massimo Rivola als Aprilia Racing CEO heeft Romano Albesiano meer tijd om zich vooral met de technische ontwikkeling bezig te houden. Met Bradley Smith als testrijder geeft Aprilia aan dat men niet voor het vierde jaar op rij de minst presterende fabrikant wil zijn. En oh ja, Andrea Iannone zit dit jaar ook op een Aprilia, alweer zijn derde merk in vijf seizoe nen. Als hij bij de les is (en blijft...), kan de Italiaan het Aleix lastig maken. Weinig kans. Afgelopen seizoen werd gekenmerkt door races waarin ‘tyre management’ tot een soort kunst vorm werd verheven. De versimpelde uniforme elektronica, geïntroduceerd in 2016, biedt minder mogelijkheden om van begin tot eind het maximale uit het beschikbare rubber te halen. In Sepang introduceerde Michelin een nieuwe medium/hard voorband en twee nieuwe softe en medium achter banden voor meer grip en constante ronden. Michelin’s inzet is om met alle drie compounds een competitief pakket aan te kunnen bieden. Marc Marquez bewees met alle variaties te kunnen winnen, waarbij hij vier van zijn negen zeges behaalde op softe compound-achterbanden. Ook Andrea Dovizioso reed met drie verschillende compounds naar zijn drie ‘droge’ over winningen, terwijl Jorge Lorenzo zijn drietal Ducati-triomfen behaalde met softe banden. En met zes finishes met minder dan 0,7 seconde tussen de winnaar en de tweede finisher en met slechts 6,4 seconden tussen Lorenzo en tweede man Doviziozo als grootste winstmarge in Mugello, is het belang van het zuinig zijn op de banden nog maar eens onderstreept. Het zou zeer verrassen als we na twee sei zoenen met drie winnende fabrieken in 2019 niet een kwartet vierende fabrikanten zouden zien. Honda veroverde de laatste drie seizoe nen de constructeurstitel en zag vanaf 2011 alleen Yamaha in 2015 die in Japan uiterst belangrijke prijs pakken. De sterke punten van de Honda waren in 2018 – een jaar waarin Marc Marquez en Cal Crutchlow samen tien Grand Prix-overwinningen scoorden – de uit stekende stabiliteit bij remmen, de stabiele voorkant en de verbeterde topsnelheid. Maar ook belastten Marquez en Crutchlow de voorkant van de RC213V extreem, waardoor de regerend wereldkampioen bijvoorbeeld in zeventien droge races negen keer tot de hardste voorband veroordeeld was. Een ver gelijk: Ducati’s Andrea Dovizioso gebruikte die optie vijf keer, de Yamaha-coureurs Valentino Rossi en Maverick Viñales respec tievelijk twee en drie keer. Daarom werkte Marquez tijdens de testen onder meer aan het verbeteren van de voorkant, met de intentie om ook te kunnen vertrouwen op een zachtere compound die, in ieder geval in theorie, in de openingsfase van een race tot minder voorzichtigheid zou dwingen. Tijdens de Qatar-test toonden echter Crutchlow en ook Honda-nieuweling Jorge Lorenzo zich allesbehalve happy met de voorzijde van de RCV. Maar dat de volgens Marquez en Crutchlow verbeterde Honda goed is voor overwinningen, lijdt geen twijfel. Tijdens de testen zong het rond: de Ducati is de beste machine van het veld, een uitspraak waarmee je eind 2013 de lachers op je hand had gekregen. Nog steeds blijft de over stuurneiging in de bochten de achilleshiel van de Desmosedici, maar Andrea Dovizioso en Danilo Petrucci hoefden zich in Valencia, Jerez, Sepang en Doha niet door een oer woud van nieuwe onderdelen heen te werken. Vorig jaar wonnen Dovizioso en toenmalig teammaat Lorenzo samen zeven races, en met verdere evolutie zouden Ducati’s eeuwig innoverende specialisten onder leiding van Gigi Dall’Igna zo maar voor de eerste constructeurstitel sinds het legendarische kampioensjaar 2007 kunnen gaan. Tot de twee-na-laatste Grand Prix van 2018 leek het alsof Yamaha voor het eerst sinds 2003 zonder overwinning zou blijven. Een te lichte krukas, gebrek aan tractie en mechanische grip, een teveel aan wielspin en daardoor te snel slijtende banden en elektronica-settings die verbetering behoef den typeerden de 2018-M1. Dankzij Maverick Viñales’ overwinning in Australië werd een buitengewoon teleurstellend seizoen met slechts dertien podiums verdeeld over Rossi, Viñales en Johann Zarco nog enigszins goed afgesloten. MotoGP Project Leader Kouji Tsuya, de man van het opmerkelijke excuus in Oostenrijk, kon echter vertrekken. De testen in Maleisië en Qatar gaven geen eenduidig beeld te zien. Wel toonde Viñales zich snel en constant in Sepang en Doha, maar ondanks een verbeterd gedrag bij het remmen, bleef de Spanjaard kritisch over de acceleratie en de ‘edge grip’. Pas op de slotdag in Qatar klonk Rossi tevredener, maar hij voegde een gebrek aan topsnelheid aan het lijstje met minpunten toe. Aan de nieuwe testrijder Jonas Folger de taak om gedurende het seizoen het vuile werk op te knappen voor Rossi, Viñales en ook Franco Morbidelli. En wie dan die vierde fabrikant is? Uiteraard Suzuki, de misschien wel beste stuurfiets van het veld. De GSX-RR heeft volgens de razendsnelle en zeer constante Alex Rins een verbeterde remstabiliteit en een hogere topsnelheid, terwijl ook op elektronicagebied progressie is geboekt. De negen podiums van 2018 voor Rins en de vertrokken Andrea Iannone zorgden er wel voor dat de ‘conces sions’, de test- en ontwikkelingsvoordelen, vervielen. Niemand die er bij Suzuki erg rouwig om lijkt te zijn. Voor het eerst sinds 2008 stonden twee Suzuki-coureurs op het podium. Rins, de nummer 5 van vorig jaar, barst van het vertrouwen en is klaar voor Suzuki’s eerste overwinning sinds Silverstone 2016. Misschien al wel in Qatar. STELLING 1: In 2019 zien we meer winnende fabrikanten STELLING 2: De kleintjes krijgen het moeilijker STELLING 3: De banden gaan een minder prominente rol spelen Tijdens de laatste Grand Prix van 2018 zorgde Pol Espargaró voor een sensatie door met de KTM op het podium te eindigen. Kan hij dat ook op een droge baan?
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3