MotoPlus 2018/01
test + techniek MOTOPLUS 29 geworden, omdat het vermogen van de boxer flink omhoog ging en het blok ook klaar moest zijn voor strengere emissie- eisen. De luchtgekoelde boxer van de K25 bedient de kleppen nog middels een enkele bovenliggende nokkenas, korte stoter- stangen en tuimelaars per cilinder. Door de massatraagheid van die kleppentrein en de krachten van de klepveren buigen de stoterstangen altijd een beetje door. De mogelijkheden om bijvoorbeeld een hogere maximale klepsnelheid te bewerkstelligen waren door de elasticiteit van deze zoge- naamde High-Camshaft-klepbediening dus beperkt, waarop de constructeurs bij BMW een luchtgekoelde boxer met twee boven- liggende nokkenassen ontwikkelden. Deze constructie leverde weliswaar niet méér top- vermogen, maar maakte wel indruk met een krachtige en homogene vermogensontplooi- ing. Deze configuratie wordt trouwens nog steeds in de huidige R nineT retromodellen gebruikt. De volgende stap was een meer efficiënte doorstroming van de cilinderkop – in plaats van het mengsel van achteruit naar de verbrandingskamers te leiden en het uitlaatgas naar voren uit te stoten, stroomt het nu van boven naar onderen door de cilinderkoppen. Daardoor ontstond een heet probleemgebied rond de nu uit de rijwind liggende uitlaatkleppen. Die konden alleen middels vloeistofkoeling van verbranden worden gered, en omdat ze er toch al mee bezig waren, werden de verbrandingskamers en het hete bovenste gedeelte van de cilin- ders meteen mee gekoeld. Om gewicht te besparen en scherpere nokprofielen te kunnen toepassen, worden de kleppen nu bediend door twee bovenlig- gende nokkenassen en slepers, die de zijde- Het oude boxerblok had in constructieve zin wel zijn grenzen bereikt om de sterker geworden concur- rentie wat vermogen en koppel betreft partij te kunnen blijven bieden. Verantwoordelijk daarvoor was de klepbediening mid- dels stoterstangen en tuimelaars. >
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3