MotoPlus 2013/02

test + techniek MOTOPLUS 71 de zuiger alweer op weg naar beneden; dat kost dus vermogen! Alkylaatbenzine heeft ook een octaangetal van 95, maar door zijn zuiverheid is de RON (bij hoge toeren dus) nog steeds 92 en dus al veel beter geschikt voor hoogtoerige motorfietsen. Peter van Gelder: “Ook hier komt de tuin- en parktoe- passing weer om de hoek kijken: een ketting- zaag maakt ook zo maar 13.000 toeren en daar is onze Aspen-brandstof met name voor ontwikkeld! Maar voor de echte sporttoepas- sing in cross- en racemotoren leveren wij naast de gewone Aspen 4 (die voor tweetak- ten trouwens mengbaar is met elke normale tweetaktolie) ook nog Aspen Racing met 102 octaan, speciaal bedoeld voor wedstrijdmoto- ren. Deze combineren een hoog octaan voor hoogtoerige hoge-compressiemachines met alle milieuvoordelen van de normale Aspen. Er zit nog steeds geen benzeen in deze full- spec-racebenzine. Vooral bij turbomotoren zijn gigantische winsten behaald met deze benzine, tot wel 10 procent meer vermogen. In Zweden is deze brandstof momenteel zelfs op sommige circuits verplicht gesteld door de motor- en autosportbond, onder meer op de circuits die dicht bij de bewoonde wereld liggen. En dat zie ik er eerlijk gezegd ook in Nederland ooit nog wel van komen.” Het woord racebenzine is gevallen, dat is natuurlijk een heel ander aspect van het brandstofgebeuren. Vooral in de wed- strijdsport (zowel wegrace als motorcross) gebruiken de snelle jongens zelden tot nooit benzine uit de pomp, maar zit er meestal speciale racebenzine in de tank. Marc van Dijck is een van de grootste leveranciers van dergelijke racebenzine, hij levert onder meer de speciale benzines van Elf en Panta. Van Dijck: “Gewone benzine aan de pomp is steeds minder zuiver. Vooral nu de injectoren op motoren steeds fijner moeten vernevelen om de brandstof ook op hoge toeren goed te vermengen met de lucht, ontstaan er steeds vaker problemen met verstopte injectoren. De benzine van de gewone pomp is gewoon niet ontwikkeld voor sportgebruik, daar stonden bij de ontwikkeling hele andere zaken bovenaan het wensenlijstje, denk aan milieu en spaarzaamheid. Het allergrootste verschil tussen pompbenzine en racebenzine zit hem in de verbrandingssnelheid. Racebenzine ver- brandt veel sneller en levert meer vermogen. Door die snelle verbranding blijft het blok ook koeler. Omdat de verbrandingssnelheid zo hoog is, kan de ontsteking theoretisch ook wat later gezet worden, waardoor er minder hitte in de motor komt en de tegen- druk ook minder is, ook dat zorgt voor een vermogenstoename. Maar dan heb je het al over de echte topteams die er op deze manier mee bezig zijn. Racebenzine wordt in heel veel verschillende samenstellingen geleverd, voor elk toepassingsgebied en elke vorm van motorsport. Sommige voldoen volledig aan alle KNMV- of FIM-reglementen, maar er is ook racebenzine die niet reglementair is. Daar zit dan bijvoorbeeld teveel zuurstof in de benzine, zodat de verbranding extra explosief is. Dat mag officieel dus niet in wedstrijden gebruikt worden. Voor de hobbyrijder is de prijs van racebenzine ook vaak het struikel- blok, reken maar op ongeveer 4 euro per liter. In die gevallen raad ik toch altijd aan: meng dan in elk geval een paar liter racebenzine per tankvulling bij de gewone benzine. Dan gaat de kwaliteit toch een stukje omhoog en dat is beter voor je motorblok, terwijl je de kosten binnen de perken houdt.” Als aanvulling kunnen we daar nog op zeggen dat motorrijders die niet ver van de Duitse grens af wonen eventueel regelmatig bij onze oosterburen hun tank vol kunnen gooien. Waar in Nederland de benzinekeuze steeds beperkter wordt en je steeds vaker alleen nog maar een Euro 95-benzine kunt tanken, zijn er bij een Duitse pomp vaak nog wel een stuk of drie à vier ‘smaken’ benzine voorhanden. Te beginnen met een Normaal-benzine van 92 octaan, een Super 95 (hetzelfde als onze EuroLV), een Superplus met 98 octaan en meestal ook nog een speciale 100 octaan ben- zine, zoals Shell V-Power Racing. Deze wordt in Duitsland speciaal geleverd aan de pomp voor hele snelle auto’s die een topsnelheid van 250+ hebben en dus ook een hoogwaardi- ge en hoogvermogende viertaktmotor onder de kap hebben. Daarvoor levert benzinemerk Aral tegenwoordig zelfs de ‘hochoktanigste Ottokraftstoff Deutschlands’, de Aral Ulti- mate. Die heeft een octaan van maar liefst 102 en is dus zeer geschikt voor hoogtoerige motorblokken. Deze pompbenzine is niet echt een koopje (reken op € 1,75 per liter), maar is in zijn geheel echt heel veel beter dan onze Euro 95. Niet in de laatste plaats omdat deze hoogwaardige benzine ‘alcoholvrij’ is en dus niet is vermengd met bio-ethanol. Daardoor tast deze pompbenzine het brandstofsysteem niet aan en bovendien zijn de verbrandings- eigenschappen veel hoger. Alcoholvrij rijden is in meerdere opzichten dus aan te raden! < Echte racebenzine wordt doorgaans ver- kocht in vaten van 60 of 200 liter. Bij sommige pompen kun je tegen- woordig E85 kopen, beter bekend als bio-ethanol. Let op de waarschuwing, die geeft al aan dat het niet zomaar in elke motor kan!

RkJQdWJsaXNoZXIy NjAzODY3