Mijn Trots – Alwin Passchier

« Terug naar Mijn Trots

Een motorman is hij altijd geweest, al is Alwin Passchier (38) naar eigen zeggen veel meer een bouwer dan een rijder. Dat in combinatie met een diepgewortelde liefde voor Italiaans spul heeft door de jaren heen al tal van bijzondere creaties opgeleverd: een tot Monster verbouwde Ducati 916 bijvoorbeeld, of een MV Brutale 910 met 1.078 blok. Dat alles valt alleen in het niet bij zijn laatste creatie: deze Panigale Streetfighter!

“Dat motorrijden heeft er altijd al ingezeten. Het motorrijbewijs had ik ook eerder dan dat voor de auto, eigenlijk gewoon direct van de brommer doorgegroeid naar de motor. Toch ben ik altijd veel meer een bouwer dan een rijder geweest. Ik heb werktuigbouwkunde gestudeerd en techniek spreekt me gewoon enorm aan. Het zoeken, bouwen, dat is een soort van uitlaatklep. Toen ik een jaar of twintig was, heb ik m’n eerste Ducati kocht, een Monster 900. En die al heb ik meteen een beetje verbouwd, samen met mijn oom bij hem thuis in de werkplaats. Redelijk basic hoor, een ander uitlaatje en dat werk, maar het werd steeds extremer. Zo heb ik onder meer een 916 tot Monster omgebouwd, en ook een behoorlijk heftige MV Agusta Brutale 910S streetfighter met het blok van een F4 1000 op poten gezet. Echt heel veel projecten heb ik gebouwd, met name de laatste jaren. In 2003 heb ik namelijk een ongeval gehad, geschept door een auto. De vooruitzichten waren in eerste instantie heel slecht, maar na elf operaties en bijna 2,5 jaar revalidatie is het redelijk goed gekomen. Alleen heb ik in links een polsprothese en mis kracht, rijden gaat wel, maar niet makkelijk. Vervelend, maar ik bouw toch liever.
In de winter van 2013 heb ik deze 1199 Panigale gekocht, en ook met het idee om er een streetfighter van te bouwen. Eerst is ‘ie helemaal gestript, alleen het blok, het monocoque-frame en de achtervork zijn nog standaard. Ook alle sensoren heb ik er toen afgehaald, wetende dat dan de hele elektronica over de zeik gaat. Maar ik heb het geduld om dingen uit te zoeken en uiteindelijk komt het dan altijd wel goed. Ik had al vrij snel een rollend geheel, de voorvork had ik namelijk al op de kop getikt. Dat is een Öhlins FGR700 van een 999RS WK Superbike-machine, heeft Bayliss nog mee geracet. En omdat er voor Öhlins zat, wilde ik dat achter ook. Daar zit nu de schokbreker van een 1199S, waarvan ik de elektronische verstelling heb laten ombouwen tot een manuele. De wielen zijn van een 1098S, bijna hetzelfde als van de Panigale, alleen is het voorwiel smaller. Eerst had ik daar ook nog carbon remschijven op zitten. De hele wereld moeten bewegen om daar de passende klauwen bij te vinden en toen ze er eindelijk op zaten, bleken die dingen te slijten als de ziekte. De hele motor werd zwart. Nu zitten er Brembo Oro full float gietstaal schijven op met Racing Monoblocks met titanium zuigers.
Vervolgens heb ik de uitlaat erop gezet, een origineel British Superbike systeem met een superstock einddemper van Termignoni, waar ik een flink tijdje naar heb moeten zoeken. De demper paste natuurlijk nèt niet, dus ben je weer even zoet met het pas maken. In Tsjechië heb ik een full carbon set gekocht met onder meer tank, subframe, voor- en achterspatbord, luchthappers, slotcover, zijstandaard en dynamocover. Dat erop, koplamp van een 990 Super Duke erop, allemaal aluminium dingetjes als tankdop, voetsteunen etc. van GNG erop, en toen met de elektronica aan de slag. Moest er eerst een kabelboom van een non-S non-ABS Panigale komen, want ik wilde het ABS eraf halen. Dat is zo’n lelijke, vierkante Bosch-unit en die wilde ik er niet op. Gelukkig is de Panigale in Engeland veel zonder ABS verkocht en kon ik daar van een gozer een kabelboom kopen, anders was ik er nog wel even een tijdje druk mee geweest. Al heeft het op deze manier ook de nodige tijd gekost, want ik heb ‘m helemaal moet aanpassen. Alle sensoren en zekeringskasten hangen achter de kuip, maar die zit er natuurlijk niet meer op. Moet je dus de hele boel verplaatsen, lengtes uitmeten, verlengen, inwikkelen. Niet zo heel spannend, maar wel veel werk. Ook omdat er dan weer een dashboard van een non-ABS model op moet, dat ik trouwens in Amerika heb gevonden. Gewoon besteld via Ebay en dan is het een kwestie van plug-and-play. De tellerstand is in de ECU geregistreerd, dus dat klopt meteen. Achteraf heeft denk ik het afstellen op de bank nog het meeste tijd gekost. Er bleek een fout in de software van het re-mappen te zitten, ik ben wel een keer of zes naar Biggelaar geweest, maar we kregen het niet voor elkaar. Op een gegeven moment hebben we een superstock mapping voor een open uitlaatsysteem ingeladen en toen was het goed. Hij heeft nu 202 pk aan het achterwiel.
Tja, en dan is ‘ie klaar en staat ‘ie meteen te koop. Voor een flink bedrag, ik weet niet eens precies wat het me heeft gekost, want op een gegeven moment ben ik maar gestopt met tellen. Het gaat me ook niet om het geld, alleen als ik iets doe, dan doe ik het ook goed. Wat dat betreft jeuken m’n handen nu al om met iets nieuws te beginnen!”